Alle berichten (2882)

Sorteer op

Het verraad van Lombok

Het verraad van Lombok10897421053?profile=original

Expeditie tegen Balinezen

’Verraad!’ Groot was de verontwaardiging in Nederlands-Indië en Nederland over het bloedbad dat Balinese krijgers op 25 augustus 1894 aanrichtten in het bivak van Nederlands-Indische troepen bij de stad Tjakranegara op Lombok. 98 militairen vonden de dood.

’Een lafhartige overval”, klonk het 125 jaar geleden in de doorgaans nuchtere publieke opinie. Er waren immers vredesonderhandelingen bezig met de Balinese kroonprins Anak Agung Ketut. Het militaire conflict ging over de onderdrukking door de hindoeïstische Balinezen van de islamitische Sasaks op Lombok. Voor het gouvernement in Batavia was dit hét bewijs dat het Balinese vorstenhuis te machtig werd.

De moordpartij was georganiseerd door enkele Balinese punggawa’s. Deze regionale leiders waren ontevreden over de resultaten van de besprekingen, die de onafhankelijkheid van de Balinese enclaves op Lombok in gevaar brachten. Buiten medeweten van de kroonprins en zijn vader, de radja van Lombok, lieten zij ’s nachts de Nederlanders overvallen. Laf, maar de commandant, generaal-majoor J.A. Vetter, had wel waakzamer moet zijn, zo luidde de kritiek.

Tot de slachtoffers behoorde de plaatsvervangend commandant, generaal-majoor P.P.H van Ham, die ook meedeed aan de onderhandelingen. „Dit kunnen we niet accepteren”, klonk het in Batavia. Gouverneur-generaal jhr. Aart van der Wijck stuurde als versterking nog eens 1000 militairen, die Lombok dorp voor dorp begonnen te veroveren. Mataram werd compleet verwoest en toen de troepen de poeri, de nederzetting met het paleis van de kroonprins, naderden, pleegden zijn familieleden, zijn volgelingen en hij met krissen ritueel zelfmoord.

„Ik stuur je 1200 extra militairen”, riep de gouverneur-generaal nadat commandant Vetter had geklaagd dat hij niet genoeg troepen had voor een aanval op Tjakranegara, waar de oude radja zich in zijn paleis had verschanst.

Onder de militairen die meededen aan de aanval op de poeri was de 25-jarige officier Hendrik Colijn, die later minister en premier van vijf kabinetten zou worden. Uit een na zijn dood door historicus Herman Langeveld ontdekte brief aan zijn vrouw blijkt hoe wreed het eraan toeging bij de gevechten. Hieraan deden, naar Balinees gebruik, ook de vrouwen mee, soms met hun kind op de arm:

„Ik heb er een gezien die, met een kind van ongeveer 1/2 jaar op den linkerarm, en een lange lans in de rechterhand op ons aanstormde. Een kogel van ons doodde moeder en kind. We mochten toen geen genade meer geven. Ik heb 9 vrouwen en 3 kinderen, die genade vroegen, op een hoop moeten zetten, en zoo dood laten schieten. Het was onaangenaam werk, maar ’t kon niet anders. De soldaten regen ze met genot aan hun bajonetten. ’t Was een verschrikkelijk werk. Ik zal er maar over eindigen.” Colijn kreeg in 1895 de Militaire Willemsorde voor zijn optreden dat pas 100 jaar later op kritiek stuitte.

Na de inname van Tjakranegara, die 2000 Balinezen en 50 militairen van het Nederlands-Indische leger het leven kostte, werd de radja gevangen genomen en verbannen naar Batavia, waar hij een jaar later overleed. Zijn familieleden pleegden zelfmoord. Met de macht van de Balinese radja over Lombok was het daarna afgelopen. Het eiland werd onder direct gezag van het Nederlands-Indisch gouvernement geplaatst.

De expeditie naar Lombok leverde Nederland behalve macht ook lucratieve zaken op. Zo legaliseerde Den Haag opium, die tot dan toe op het eilaand verboden was, en stond de invoer toe. Hierdoor werd het verdovende middel voor ons land de belangrijkste inkomstenbron uit het eiland. Maar nog mooier was de ’Lombokschat, die soldaten buit maakten. Veel is in 1977 teruggeven maar het pronkstuk, de 75 karaats ’Lombokdiamant’, is nog steeds te bewonderen in Leiden.

Gaat u maar rustig slapen’
10897421076?profile=original

Hendrik Colijn ontbrak tijdens de overval op het bivak. Hij kwam pas later naar Lombok. Anders was hij wellicht ook afgeslacht, zoals generaal P.P.H van Ham, tweede van links op de groepsfoto tussen kroonprins Anak Agung Ketut en zijn commandant, P.A. Vetter. Colijn schopte het tot adjudant van (gouverneur)generaal Jo van Heutz, Kamerlid, oliebaron, minister en premier. Hij kreeg kritiek op zijn crisisbeleid en zijn oproep ‘Gaat u maar rustig slapen’ nadat Hitler in 1936 het Rijnland had bezet.

Bronvermelding Teelgraaf 20/8/19

Lees verder…

PERSBERICHT Den Haag, 17 augustus 2019

10897415491?profile=original

PERSBERICHT  Den Haag, 17 augustus 2019


Waar blijven excuses van Indonesië?


DEN HAAG (17 augustus 2018) – 74 jaar geleden werd de Republiek Indonesië uitgeroepen. Vanaf dat moment waren Nederlanders, Chinezen en andere etnische minderheden vogelvrij op het voorheen Nederlands overzeese grondgebied. Het weerzinwekkende geweld, gepleegd door Indonesische nationalisten tijdens de Bersiap, maakte duizenden slachtoffers en leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.


In tegenstelling tot Nederland heeft Indonesië nooit kritisch gereflecteerd op de door haar onderdanen gepleegde misdaden jegens weerloze Nederlandse burgers. In aanloop naar '75
jaar vrijheid' is het hoog tijd dat dit alsnog gebeurt. Voorzitter Hans Moll heeft de Indonesische ambassadeur in Nederland daarom opgeroepen om namens Indonesië alsnog erkenning en excuses aan te bieden aan Nederland.

========================

1 De Bersiap is Maleis voor “Wees paraat” of “Geef acht!” en was de uiterst gewelddadige periode, die
volgde op de Japanse bezetting van Nederlands-Indië tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gedurende de Bersiap
zijn tienduizenden Nederlanders op gruwelijke wijze gemarteld, verkracht en vermoord door Indonesiërs,
vanwege hun Nederlandse c.q. Europese etniciteit. Meer informatie bijvoorbeeld in het Algemeen Dagblad,
'Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide', gepubliceerd op 18 november 2013.
2 Zie voor de brief aan de Indonesische ambassadeur in Nederland pagina 2 en 3 van dit persbericht

10897415491?profile=original

Federatie Indische Nederlanders
Postbus 30
2501 CA DEN HAAG


Ambassade van de Republiek Indonesië
t.a.v. Zijne Excellentie dhr. G.A.W. Puja
Tobias Asserlaan 8
2517KC 's-Gravenhage


                                                                                                       PER E-MAIL EN AANGETEKENDE POST

Den Haag, 17 augustus 2019
Onderwerp: Erkenning & excuses Bersiap
Excellentie/Hooggeachte heer Puja,


Vandaag is een belangrijke dag. Op 17 augustus 1945 riepen Soekarno en Hatta de
Republiek Indonesië uit. Vanaf dat moment waren (Indische) Nederlanders, Chinezen en
andere etnische minderheden in de nieuwe republiek vogelvrij. Als reactie stuurde
Nederland militairen om de “orde en rust” te herstellen. Helaas ontaarde het Nederlandse
optreden soms ook in excessen.


Namens de Nederlandse regering heeft de Nederlandse ambassadeur in Indonesië op 12
september 2013 excuses aangeboden voor de standrechtelijke executies die zijn gepleegd
door Nederlandse militairen tijdens het militair optreden in de periode 1945-1949. Tijdens
een bezoek aan Indonesië op 15 augustus 2005 voegde toenmalig minister van Buitenlandse
Zaken Ben Bot daar aan toe dat Nederland “aan de verkeerde kant van de geschiedenis”
stond met zijn pogingen om de onafhankelijkheid van Indonesië met geweld te voorkomen.

Nu zijn de verkeerde of de goede kant van de geschiedenis altijd betwistbare standpunten,
maar de Nederlandse regering heeft wel hiermee haar deemoedigheid betoond. De
standrechtelijke executies zijn niet in opdracht van de Nederlandse regering uitgevoerd,
maar zijn wel door militairen die de Nederlandse regering dienden verricht. De Nederlandse
regering is dus niet schuldig aan deze executies, maar is wel verantwoordelijk voor de
daden van haar militairen. Het aanbieden van excuses door de Nederlandse regering is een
kenmerk dat een beschaafde regering betaamt.

Wij willen hier niet ingaan op de standrechtelijke executies van Indonesische burgers door
Pemuda’s en militairen van de TNI. Dat is een zaak van de Indonesische regering. Het
aanbieden van excuses voor standrechtelijke executies door Nederlandse militairen in de
periode 1945-1949 mag echter niet verhullen dat in de periode 1945-1946, ook wel bekend
als de Bersiap, Indonesische “vrijheidsstrijders” zich op de meest afschuwelijke wijze op

(Indische) Nederlanders - zowel zij die net uit de jappenkampen kwamen als de
Buitenkampers - hebben uitgeleefd. Op borden, gevels en treinstellen waren teksten als
“Sateh Belanda” opgenomen. Pemuda’s overvielen, hoofdzakelijk gewapend met machetes
en bamboesperen, Nederlandse gezinnen, die vooral uit vrouwen en kinderen bestonden,
omdat hun mannen dikwijls nog in jappenkampen verbleven.

Vrouwen werden verkracht, de borsten afgesneden en ten overstaan van hun
doodbloedende moeders werden huilende baby’s en kinderen de hals doorgesneden.
Lichamen werden in stukken gehakt. Deze slachtpartijen, met name op diverse plaatsen op
Java, Sumatra en Zuid Sulawesi, waren geen reactie op Nederlands militair optreden. Van
enige operationele Nederlandse militaire aanwezigheid was daar in die periode immers
geen sprake. Desalniettemin hebben de Pemuda’s naar schatting tussen de 15.000 en 30.000
weerloze Nederlandse staatsburgers vermoord. Het aantal vermisten bedraagt circa 15.000.

Het past de Indonesische regering beschaving te tonen door voor de gepleegde misdaden
van haar onderdanen jegens weerloze Nederlandse burgers de Nederlandse regering haar
excuses aan te bieden. Als voorzitter van de Federatie Indische Nederlanders verzoek ik u
daarom ook dat nu te doen.

Hoogachtend,
namens Federatie Indische Nederlanders
H. Moll
voorzitter

Lees verder…

10897345278?profile=originalIndonesië heeft buik vol van ramadanpolitie Door:  Michel Maas

'Sociale media zijn geweldig!' jubelt een tweet. Twitter en Facebook hebben een overwinning geboekt, een kleine overwinning, maar eentje die verstrekkende gevolgen kan hebben. Het eethuisje van ibu Saeni mag tijdens de vastenmaand in de middag gewoon open zijn, en er is niemand die het haar nog mag verbieden. Dank zij het internet.

Onderkant formulier

Indonesië was al gewend geraakt aan knokploegen die met een beroep op de Koran café's in elkaar sloegen. Het raakte ook gewend aan het feit dat de islam steeds zwaarder begon te wegen, en leek niet meer op te kijken  van islamitische regels en verordeningen die her en der in het land werden ingevoerd. Toen het eethuisje van ibu Saeni vrijdagmiddag werd gesloten omdat zij zondigde tegen de ramadan leek ook dat een beklonken zaak.

De 'Polisi PP', de ordedienst van de gemeente Serang, viel op last van de burgemeester haar povere nerinkje binnen. Een lokale verordening verbood de verkoop van eten tijdens vastenuren. De 53-jarige Saeni smeekte om genade, maar de ordebewaarders gaven geen krimp: zij goten alle etenswaren in plastic zakken en namen die mee. Saeni bleef achter in haar eethuisje. Alles wat zij bezat waren een paar gebarsten plastic krukken, een kleine glazen vitrine en dat eten, waar zij al haar geld in had gestoken. Nu had zij geen eten meer, en geen geld om nieuw eten te kopen.

Een brug te ver

Saeni's tranen raakten een snaar bij heel veel Indonesiërs. De ontruiming was live op de televisie. De beelden zouden die dag honderden keren herhaald worden, en worden overgenomen door alle televisiestations van het land. Saeni's tranen raakten een snaar bij veel Indonesiërs. Zij hadden zich de islamisering altijd laten welgevallen, hadden nooit geklaagd, maar dit ging te ver.

Op Twitter en Facebook stak een storm op. 'Ibu Eni' was trending, en het duurde niet lang of haar zaak drong door tot in de hoogste regionen van het land. Vice-president Jusuf Kalla was een van de eersten die commentaar leverde. Er bestond geen wet, ook niet in de Koran, die mensen verbood tijdens de vastenmaand eten te verkopen, zei hij: 'Waar moeten anders al die mensen die niet vasten gaan eten?'

Foto: AFP

In strijd met godsdienst vrijheid en tolerantie

De minister van Godsdienstzaken, leidende figuren uit de islamitische wereld, iedereen schoof aan om uit te leggen dat de Koran niets zei over de verkoop van eten, en dat deze actie in strijd was met godsdienstvrijheid en tolerantie. President Joko Widodo zelf mengde zich in de discussie en zei dat de actie van de burgemeester van Serang 'op geen enkele manier te rechtvaardigen was'.
De storm ging maar niet liggen en werd ten slotte zo hevig dat de burgemeester deemoedig op de televisie verscheen om zijn excuses te maken. Hij sprak van 'een vergissing' en kondigde aan dat het eetverbod in de vastenmaand onmiddellijk werd ingetrokken.

3000 verordeningen schrappen

De zaak 'Ibu Eni' is daarmee nog niet afgesloten. Dit is nog maar het begin. President Widodo heeft aangekondigd dat hij op zeer korte termijn drieduizend plaatselijke verordeningen gaat schrappen, omdat die in strijd zijn met de nationale wetgeving. Onder die drieduizend zijn ongetwijfeld meer verordeningen die een islamitisch karakter hebben. De verontwaardiging over het lot van Saeni kan de president een belangrijke steun in de rug geven. Die zal hij nodig hebben, want tot nu toe is het niemand gelukt om de opdringerige islamisering van Indonesië een halt toe te roepen.

Saeni zelf kon nauwelijks bevatten wat haar overkwam. De ene na de andere omroep kwam bij haar langs om haar verhaal te horen en op het internet kwam een inzamelingsactie voor haar op gang. President Widodo schonk persoonlijk 10 miljoen rupiah (een kleine 700 euro). Dat alleen al was een kapitaal voor iemand die gewend was van een euro per dag rond te komen. Opnieuw kwam zij op de televisie, opnieuw huilend, maar nu van geluk. 'Ik heb nog nooit in mijn leven twintig miljoen rupiah gezien', huilde zij. 'Het is geen twintig miljoen. Het is meer', zei de interviewster, 'het is al vijftig miljoen'. Dat was in het weekeinde. Maandag stond de teller al op 265 miljoen, 17.500 euro. Genoeg om een heel restaurant te kopen.

De Volkskrant

ICM 16,7.16

Lees verder…

Gouden Buffel 2015 voor Reggie Baay

10897334264?profile=originalGouden Buffel 2015 voor Reggie Baay

De prestigieuze prijs “Gouden Buffel” wordt e jaar uitgereikt door Java Post aan degene die de geschiedenis van Nederlands-Indië onder de aandacht van het grote publiek heeft gebracht. Voor zijn werk heeft Reggie Baay de editie van 2015 weten te winnen.

Het juryrapport luidde: Reggie Baay (geboren in 1955) merkte thuis al op jonge leeftijd dat het onderwerp Nederlands-Indië en de persoonlijke ervaringen van zijn vader nauwelijks bespreekbaar waren. Om op een andere manier toch meer te weten te komen over die onbesproken geschiedenis, studeerde hij Nederlandse taal-  en letterkunde en geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Leiden, waar hij zich verder specialiseerde in de koloniale en post-koloniale literatuur en geschiedenis. Van 1985 tot 2005 was hij als redacteur verbonden aan het tijdschrift “Indische Letteren” en publiceerde hij vele artikelen op het gebied van de koloniale geschiedenis en literatuur.

Reggie heeft zich een missie voorgenomen: zoveel mogelijk kennis van de geschiedenis van Indië verspreiden en doorgeven aan de volgende generaties, opdat

10897334087?profile=originalReggie Baay

zoiets nooit meer kan gebeuren. Vanuit de overtuiging dat het “onbesprokene vaak meer impact heeft dan het besprokene”, ziet hij deze missie ook als een “hormat” (eerbewijs) aan hen, die de verschrikkingen van de oorlog en de Bersiap zo indringend hebben meegemaakt. Reggie Baay publiceerde een keur aan interessante artikelen en boeken. Twee van zijn boeken stonden de afgelopen jaren wel bijzonder in de aandacht. In de eerste plaats was dit “De Njai; Het concubinaat in Nederlands-Indië”, het verhaal van de “oermoeder” van Indisch Nederland. En in 2015 werd daar het geruchtmakende boek “Daar werd wat gruwelijks verricht” aan toegevoegd, over de slavernij in Nederlands-Indië. Twee geheel verschillende onder-werpen, die gemeen hebben dat zij nooit eerder goed waren onderzocht.

En vooral dat laatste typeert Baay: hij heeft een neus voor nieuwe onderwerpen en weet dit op een prettig leesbare manier door te geven aan zijn lezers.

De jury onderschrijft de missie van Reggie Baay ten volle en ziet reikhalzend uit naar zijn volgende publicaties. De jury hoopt dat hij nog vele nieuwe bronnen zal aanboren en de inhoud daarvan zal delen met een breed publiek.

De jury bestond zoals altijd uit:

Prof. Dr. G.J. Oostindie

Dr. J. Somers

Drs. B.R. Immerzeel

Welgemeende felicitaties hier ook van de redactie van NICC Magazine voor deze verdiende toekenning van de Gouden Buffel.

ICM 15.6.16

Lees verder…

 

10897347474?profile=originalWaar is het geld gebleven die de Republiek Indonesie aan Ministerie Buitenlandse zaken heeft betaald, 600 miljoen veel geld voor die tijd”, aldus Halbe Zijlstra. “kan toch niet zo zijn dat je een claim afkoopt met een claim”..

 

 10897234678?profile=original

Zet de werkzaamheden van Halbe Zijlstra voort dat sinds 2009 begon. Deze zette het om in concrete stappen, daden en activiteiten, Dit door alle benodigde werkzaamheden uit te voeren, wat de Overheid in 51 jaren heeft nagelaten.

Stuk geschiedenis 2015 - 2019.

Enkele passage uit de samenvatting van rapport" Betalen Traktaat van Wassenaar". Planning is dat deze in september in boekvorm wordt uitgegeven. Deelnemers / donateurs die boven € 50 hebben gedoneerd ontvangen deze kosteloos, nadat het boek/rapport eerst door advocatenkantoor te Jakarta is overhandigd aan Bert Koenders te samen met die 10.000 ondertekenaars (deelnemers). 

Waar staat dit project nu met de ontwikkelingen?

Inmiddels is dit project in Fase II belandt, en is bezig met afsluiten van Fase I ;

A) Werkzaamheden verricht voor voorbereidingen, research, opstellen rapport en contacten bewindvoerders en regeringsleiders.

B) Voorbereidingen/besprekingen met JAT (Jakarta Advocaten Kantoor)

C) Opstarten campagne om de beoogde doelgroep gerechtigden te bereiken via de pasar malams, het Internet en koempoelans vanaf maart 2015 tot juli.  

D) petitie "Uitbetalen traktaat Wassenaar” voor werkzaamheden UPDATES om: onder de aandacht brengen op sociaal media, Helpdesk ondersteuning beantwoording vragen / reacties /. Ruim 10.000 belanghebbende werden bereikt Fase I Totaal € 321.000 aan werkzaamheden op basis van no cure no pay en uitgaven gespendeerd meldt het rapport.

ACTW66 heeft gekozen voor deze benadering, aangezien het ICM langs de kant het Indisch Platform vanaf 1999 steunt, en moeten constateren dat deze weg niet de geëigende manier is om tot oplossingen te komen met de Overheid als het om Indische vraagstukken gaat.  Na 70 jaren heeft de Overheid nog steeds niet het Indisch vraagstuk opgelost. Tegelijkertijd anno 2016 miljarden worden uitgegeven voor de vluchtelingen, maar niet voor Indische – vluchtelingen die dankzij het wanbeleid van Nederlandse regering politiek gezien o.a.  in 1959 de Indische – Nederlanders het land Indonesie werden uitgejaagd op bevel van toenmalige minister van Buitenlandse zaken van de republiek Indonesie.  Na 51 jaren wordt dit dossier onder het tapijt  geveegd, naast dat de NL Staat alle gelegenheden hadden om te komen met het Indisch geld, zoals het rapport meldt.

 Inmiddels is ACTW66 in Fase II belandt om de verdere uitvoeringswerkzaamheden namens de 60.000 – 70.000 verder gestalte geven.

  1. Verdere voering campagne om de beoogde doelgroep gerechtigden te bereiken met een uitbreiding via omroepen en de kranten, naast de pasar malams, het Internet en koempoelan vanaf juli 2016. Stijging zit in de kosten via de media en kranten.  Met de beschikbare kanalen via Het ICM werden slechts 10.000 gerechtigden bereikt. Gaat totaal om de 60.000 - 70.000
  2. Ten behoeve Informatie & Communicatie Uitgave boek `rapport traktaat Wassenaar` 70.000 keren
  3. Griffie kosten 2,5% over het te geclaimde te vorderen bedrag - Overige Voorbereiding Waardeoverdracht (reis, verblijf), Kandidaten ‘Deelnemersraad’ Organisatie ‘Deelnemersraad’

  Fase II Totaal € 1.230.000

Kortom ACTW66 heeft Fase I voor Uw belangen voorbereid en voorgefinancierd. Het succes van de afloop van dit project ligt geheel in uw eigen handen. U weet praten met de Overheid helpt niet als het om Indische vraagstukken gaat. Uw recht krijgt u niet door de brievenbus van deze Overheid. Net als de Nederlandse burgers zult u zelf het recht moeten halen door zelf een jurist in te schakelen. ACTW66 heeft het merendeel al gerealissrerd

Het succes van de afloop van dit project ligt in uw eigen handen of wilt investeren als deelnemer die ACTW66 collectief de Nederlandse Staat juridisch voor u aanspreekt, nu bent u aan de beurt als gerechtigde ofwel gedupeerde.

.  

Wordt nu donateur of deelnemer van ACTW66?

Uw donatie  kan U storten op Rabo rekening NL41 RABO 03977255 07   ten name van F.Schwab / ICM Online onder vermelding van donatie  Traktaat van Wassenaar (ICM) .

.

Volg onze updates op https://petities.nl/petitions/uitbetalen-op-basis-van-traktaat-van-...

of op www.icm-online.nl ;

 ICM 16.7.16

 

Lees verder…

Federatie Indo heeft een link gedeeld.

10897410658?profile=original
Federatie Indo heeft een link gedeeld.

Waar blijven excuses van Indonesië?

DEN HAAG (17 augustus 2018) – 74 jaar geleden werd de Republiek Indonesië uitgeroepen. Vanaf dat moment waren Nederlanders, Chinezen en andere etnische minderheden vogelvrij op het voorheen Nederlands overzeese grondgebied. Het weerzinwekkende geweld, gepleegd door Indonesische nationalisten tijdens de Bersiap, maakte duizenden slachtoffers en leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.

In tegenstelling tot Nederland heeft Indonesië nooit kritisch gereflecteerd op de door haar onderdanen gepleegde misdaden jegens weerloze Nederlandse burgers. In aanloop naar '75 jaar vrijheid' is het hoog tijd dat dit alsnog gebeurt. Voorzitter Hans Moll heeft de Indonesische ambassadeur in Nederland daarom opgeroepen om namens Indonesië alsnog erkenning en excuses aan te bieden aan Nederland.

Federatie Indo heeft een link gedeeld.

FIN eist opheldering over Indiëherdenking De Bilt

DEN HAAG (17 augustus 2019) – Voor de tweede keer op rij liet burgemeester Sjoerd Potters (VVD) tijdens de Indiëherdenking in De Bilt het leed van Indisch Nederland grotendeels onbenoemd. Het leidde direct tot de nodige beroering bij een deel van de aanwezigen. Federatie Indische Nederlanders (FIN) eist nu opheldering over de speech die Potters hield.

Na afloop van de plechtigheden in De Bilt ontstond er een felle discussie tussen de burgemeester en toehoorders die verhaal kwamen halen. Potters wist tijdens de herdenking opnieuw het leed van Indisch Nederland grotendeels onbenoemd te laten. Dat was niet voor het eerst. Ook vorig jaar leidde zijn toespraak tot consternatie. Potters stelde toen dat gedurende de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië 6.000 Nederlandse doden zouden zijn gevallen. In werkelijkheid zijn dat er circa 20.000.

Vermoedelijk was Potters toen in de war met de 6.200 Nederlandse soldaten die sneuvelden tussen 1945-1950. Schattingen van het aantal Nederlandse burgerdoden in dezelfde periode variëren overigens tussen 15.000 en 30.000. Het is bijzonder dat de burgervader bij zo’n gevoelig moment als de Indiëherdenking twee jaar op rij zo weinig betrokken lijkt bij de oorlogsslachtoffers en hun nabestaanden. FIN heeft de burgemeester en gemeenteraad van de Bilt daarom officieel om opheldering verzocht.

Op 15 augustus herdenkt Nederland de capitulatie van Japan en het einde van de Tweede Wereldoorlog. Voor veel Nederlanders en andere etnische minderheden betekende dit geen einde aan oorlog. Gedurende de daaropvolgende Bersiap werden duizenden (Indische) Nederlanders door Indonesiërs op gruwelijke wijze afgeslacht, omdat zij Nederlanders waren. Het weerzinwekkende geweld leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.

Lees verder…

 IndoRock Party 14 december aanstaande met de The Street Rollers (coverstory), New Generation IndoRock.

10897341657?profile=original

 Een band, geïnspireerd door de sound van de 50’s/60’s en opgegroeid met de fameuze indorock, die ontstaan is met het idee ‘de appel valt niet ver van de boom’. De uit Zaandam komende neven Jerry en Stephen van der Hoeven zijn de oprichters van The Streetrollers. Hun vaders, respectievelijk Jimmy en Eddie van der Hoeven, genoten destijds al bekendheid met hun band de Zaanse indorockformatie The Rollers. Vader Jimmy was later onder andere nog actief met de bands Boy and his Rolling kids (met o.a. Boy Jansen) en The Hot Jumpers (met o.a. Oscar Rexhauser).

10897341873?profile=original

Ruim 14 jaar bestaan The Streetrollers nu, die inmiddels uit zes man is opgebouwd: Edu Peeters (zang), Jerry van der Hoeven (zang, gitaar), Stephen van der Hoeven (gitaar), Jörgen van der Hoeven (gitaar), Chris Toehpah (bas) en Buddy Woudenberg (drums) beleven volop plezier aan hun hobby.

 

De beide oprichters Jerry en Stephen speelden in het verleden al in vele school- en familiebandjes. Dat was vooral het allround werk. Het begon echte vormen aan te nemen toen Jerry een paar keer mocht invallen bij de bekende Zaanse 60’s band The Surphonics (met o.a. Michael Barkey). Het aanstekelijke enthousiasme, de muziek en de respons van deze band maakten Jerry en Stephen duidelijk dat zij dat zélf ook wilden. Medio 2001 ontstond zodoende The Streetrollers. Ze wilden vooral geen 13 in een dozijn band zijn. Gezien de reacties zijn ze daar inmiddels prima in geslaagd.   

10897341897?profile=original

Hun motto: lol op het podium maar óók in de zaal moet het feest zijn! Entertainen is hun hoofddoel.   

Zij prijzen zich dan ook zeer gelukkig met de binding die zij hebben met het publiek, of het nou in de kroeg is of op een Pasar Malam. Vanuit die speciale relatie is daarom in 2011 (vanwege de vraag van de fans én het 10-jarig bestaan van de band) een heuse CD uitgebracht met de toepasselijke naam ‘Finally!’.

 Binnnenkort gaan de heren weer de studio in (Studio Marc Doornweerd) om een nieuwe CD op te nemen. De band heeft inmiddels zijn (muzikale) sporen verdiend en overal waar zij spelen is het feest. Daarnaast zijn er door de jaren heen vele vriendschappen ontstaan met andere bands (o.a. Tjendol Sunrise, Edu Schalk, The Rocking Players/TRP en vele anderen). Hoewel de band uit allemaal Indische jongens bestaat, is het geen typische indorock band. Maar het zal niemand dan ook verbazen dat zij -naast hun covers uit de jaren 50/60- geregeld ook nog enkele Maleise liedjes ten gehore brengen.

10897342852?profile=original

Bezetting:

Jerry van der Hoeven (gitaar/zang), Jörgen van der Hoeven (gitaar), Stephen van der Hoeven (gitaar) , Edu Peeters (zang) , Chris Toehpah (bas) en Buddy Woudenberg (drums).  Helaas Edu Peters is er niet meer, zeer onverwachts, en veel te vroeg ging heen.

Website: www.streetrollers.nl

contact:

20.6.16

Lees verder…

10897339297?profile=original

Eerst zet de redactie twee staatsschulden op een rij in verhouding tot het aantal inwoners. Succes voor president Jokowi (president van Indonesie)  wist in 1 jaar tijd de staatsschuld te laten groeien van $214 miljard (2015) naar $236 miljard (2016) t.b.v. de  economische groei  van 7,8 % te bereiken. Dit is dan $22 miljard in 1 jaar tijd. 
Nederlandse  staatsschuld groeit per dag €70 miljoen! Dat is per jaar ca $26 miljard. Nederlandse  schuld bedraagt momenteel is ca $600 miljard, met economische groei van nog geen 1,1 %. Doet Jokowi het beduidend beter, of komt dit door de strategie waar o.a. het Jakarta Baru Master plan aan ten grondslag ligt. 

Ook om te vermelden dat de VNL was die met een voorstel kwam omdat er geen rente hoeft te worden betalen conform ECB om deze meevaller in te zetten voor de oudjes, de zorg ..... Niet zoals media weer liegt dat door economische meevallers. Complimenten aan Joram Klaver van de VNL, even terzijde .....

Even terug uit andere vorige media berichten:

10897268475?profile=original

Rutte had Jokowi toegezegd het project kustbescherming, waterprobleem en landwinning in de vorm van garuda te ondersteunen. Plus daarbij dat Rutte dit a.s. november in Jakarta samen met Jokowi wilt gaan bespreken (Ahok en Aboutaleb zullen er bij zijn).  Na deze toezegging maakte Jokowi prompt bekend op de media dat de Indonesische regering het project kustbescherming, waterprobleem en landwinning zal overnemen! Of komt dit ook niet eerder door de ICM persverklaring waarin duidelijk stond vermeld dat de regie bij de private investeerders zijn belegd.

Als voorschot was €600 miljoen van de min van ontwikkelingssamenwerking aan Jokowi tijdens zijn bezoek in april  jl. geschonken, tegelijkertijd uit handen van ICM editor aan Jokowi een persverklaring werd overhandigd namens ICM lezers, abonnees en ondertekenaars van de petitie Verdrag Traktaat van Wassenaar. Waar de netelige Indische zaken mede onder de aandacht zijn gebracht. Gekscherend genoeg zwijgt de overige media hierover. ( 600 miljoen).

Jokowi heeft veel vertrouwen in Rutte! of niet nu! ...

De vraag is:
Hoe kan een land met 18 miljoen inwoners met staatsschuld van €600 miljard en land met 250 miljoen inwoners en met een staatsschuld van maar  $236 miljard (2016) ondersteunen voor een mega project? Om mee te profiteren aan de economische groei in Indonesië ?

Of  is er iets anders aan de hand ?

10897234678?profile=original

Zou het gaan om al het Indische verleden en andere gevoelige kwestie van beiden te maskeren, en met name het Verdrag van Wassenaar waar van die 689 miljoen ,nog niet bij de Indische Gemeenschap terecht is gekomen, hoe onbetrouwbaar is de NL  Staat dan wel ?


 De planning is dat rapport "uitbetalen traktaat van Wassenaar"  met  de  15.000 handtekeningen uiterlijk a.s. september worden overgedragen aan de Nederlands ambassade in Jakarta plus cc overheden (RI en Ned), dit uit handen van de advocaten van Jakarta om de Nederlandse staat te sommeren tot uitbetaling aan de Indische Gemeenschap voor het verlies van al hun bezittingen in het voormalige Nederlands Indie.

De voorzitter ACTW66 :  "wij praten niet met de NL Overheid zoals Indisch Platform, Jes, Pilta .......... nota bene ook nog contributies innen.  Die niets in die 70 jaren hebben bereikt. Alle hoop en frustraties hebben gebracht binnen de Indische Gemeenschap".

Meerdere malen  had ICM Krant aangedrongen te procederen tegen de NL - Staat, er zit nu genoeg geld in kas, kunnen niet blijven oppotten !

ACTW66  (Claim Stichting) kiest voor een juridische aanpak met sancties (straf)  voor verduisteren van het geld dat toebehoort  aan die 341.000 gedupeerden  voor periode van 51 jaren. Nadrukkelijk wordt ook verwezen naar het boek van Grisselda Molemans Andijvielucht. 381.000 Nederlandse burgers die periode 1949 - 1972 door politiek Den Haag de republiek Indonesie werden uitgezet. Alles zelf hebben moeten betalen. Nooit heeft de NL - Overheid zich bekommert over deze 381.000 burgers.  

ICM 20.6.16

Lees verder…

’Nederland kijkt weg van situatie Papoea’s’

’Nederland kijkt weg van situatie Papoea’s’

10897410057?profile=original

Deze maand vijftig jaar geleden mocht het vroegere Nederlandse gebiedsdeel Papoea kiezen of het onafhankelijk van Indonesië verder wilde gaan. Maar Papoea had niets te kiezen en gaat sindsdien gebukt onder het Indonesische juk, stelt Nieuw Guinea-veteraan René Hoksbergen. „Schrijnend hoe Nederland hiermee omgaat.”

Papoea-kinderen op een tijdelijke opvangplek in Wamena, eerder dit jaar. Honderden mensen zijn op de vlucht vanwege het geweld in Papoea.

„Onder druk van de Verenigde Staten en de Verenigde Naties droeg ons land het toenmalige Nederlands-Nieuw-Guinea in 1962 over aan Indonesië. Daarbij werd afgesproken dat de Papoea’s in 1969 nog zelf konden kiezen of zij wel of niet onafhankelijk verder zouden gaan. Dat dit een farce zou worden wist iedereen wel, want die zogenaamde vrije keuze zou worden gedaan onder leiding van de Indonesiërs, die er alle belang bij hadden dit land te bezitten. Nederland stopte tot 1962 honderden miljoenen in het land; Indonesië profiteert alleen maar van zijn ’kolonie’ Papoea. De Grasberg in het Berggebied is de grootste goudmijn en de op twee na de grootste kopermijn ter wereld. Enkele belangrijke houtsoorten worden intensief geëxporteerd.

Rene Hoksbergen: ,,De economische relatie met Indonesië is belangrijker dan de rechten van het Papoea-volk.”

Uit angst dat Indonesië zou afglijden naar het communisme - het was de tijd van de koude oorlog - werden belangen en wensen van Papoea’s in 1962 volkomen genegeerd. De overgrote meerderheid wilde namelijk helemaal niet onder Indonesisch bestuur komen, wat zij bij de Soevereiniteitsoverdracht van Indonesië eind 1949 al duidelijk hadden laten horen. Niet voor niets werd Nieuw-Guinea toen niet aan Indonesië overgedragen.

Maar de 1025 Papoea-kiesmannen die door de Indonesische leiders werden uitgekozen, kozen in 1969 allemaal voor aansluiting bij Indonesië. Kozen zij? Ze stonden onder zware druk om hun jawoord te geven, anders konden zij en hun familie het verder wel vergeten. Ze werden regelrecht bedreigd.

Nederland had erop kunnen toezien dat de Papoea’s vrij konden kiezen voor hun toekomst, maar besloot in 1962 uit de South Pacific Commission te stappen. Deze internationale commissie was bedoeld om de belangen van volkeren in de Stille Oceaan te behartigen.

De Papoea’s hebben zich tot heden in woord en daad verzet tegen de overheersing door Indonesië. Naar schatting kostte dit al meer dan 100.000 Papoea’s het leven. Martelingen, standrechtelijke executies, bombardementen op kampongs in de bergen en elders zijn aan de orde van de dag. Dit jaar zijn alweer 180 burgers omgekomen volgens een coalitie van burgerorganisaties in Papoea.

Het land is voor Indonesië een goudmijn, maar niet voor de Papoea’s zelf. Zij mogen hooguit klagen over de vervuiling van hun leefgebied en de ontbossing van het regenwoud. Tientallen Nederlandse organisaties, met aansprekende namen als Papua Erfgoed, Duurzame Samenleving Papua Barat (West-Papoea) en Hati Bersatu – samen uit één hart - proberen de Papoea’s zo goed mogelijk te steunen. Regelmatig worden noodkreten over het leven van de Papoea’s naar de Tweede Kamer gestuurd. Er verandert weinig.

Rond 2000 was er even een periode van enige ontspanning. De Morgenster - naam van de Papoeavlag - mocht zelfs even worden gehesen. Het leger greep echter al spoedig weer in, want dit heeft van oudsher de macht in Indonesië, ook in Papoea. Journalisten worden niet toegelaten, mensenrechten worden genegeerd en de grove vernieling van het milieu gaat gewoon verder. De Papoea’s blijven het tweederangs volk met een grote achterstand in ontwikkeling. Precieze cijfers over geboorte en sterfte worden niet bekend gemaakt.

De Nederlandse regering kijkt zwijgend toe; de economische relatie met Indonesië is belangrijker dan de rechten van het Papoeavolk.”

10897410289?profile=original

René Hoksbergen is Nieuw Guinea-veteraan en emeritus hoogleraar

Bron Telegraaf van 15 /8-2019

Lees verder…

Indonesisch aanschuiven

Indonesisch aanschuiven
10897420855?profile=original

DEN HAAG De drukbezochte nationale herdenking van de Japanse capitulatie en daarmee het einde van de Tweede Wereldoorlog in het hele koninkrijk is elk jaar een indrukwekkende gebeurtenis. De plechtigheid bij het Indisch Monument in Den Haag wordt altijd rechtstreeks uitgezonden, maar minder bekend is het programma in de middag. Dan gaan honderden mensen met Indische wortels tafelen en herleven oude tijden.

De geur van gado-gado en saté is onvermijdelijk bij het betreden van de keukentent op de parkeerplaats van het hotel waar het middagprogramma is. Aan lange tafels praat iedereen met elkaar. Indische saamhorigheid.

„Schuif aan! Wilt u een satéstokje?”, vraagt Kitty Kommer. „Indische mensen hebben het altijd over eten. We eten het liefst de hele dag.”

De 77-jarige Haagse legt uit dat het tafelen een essentieel onderdeel is van de herdenking. Als haar gezondheid het toelaat, is ze er elk jaar bij. „Wie aansluiting wil hebben, schuift gewoon aan. Dat gaat heel makkelijk”, legt de op Celebes geboren dame uit. „We zijn echt samen aan het eten.”

Emotioneel

Zelf heeft ze aansluiting gevonden bij de 63-jarige Virginia. Ze is voor het eerst bij de herdenking in de hofstad. „Het was heel emotioneel. Normaal kijk ik het thuis, maar dit is toch wel anders”, zegt ze plechtig. „We hebben hier allemaal dezelfde gevoelens en gedachten.”

Virginia is in Nederland geboren, haar ouders komen uit Nederlands-Indië. „Bij ons thuis was er complete stilte over de oorlog”, zegt de Haarlemse tijdens het eten. „Mijn zoon Justin, de derde generatie, heeft mij aangestoken. Hij vroeg zich af: wie ben ik eigenlijk?”

Vijftien jaar lang heeft Virginia de verhalen van haar ouders proberen te ontrafelen. Zo kwam ze er bijvoorbeeld achter dat haar vader op 18-jarige leeftijd vrijwillig bij de KNIL ging.

Kamp

Kitty groeide op in een kamp en herinnert zich Indië nog goed. De toespraak van dichter en schrijfster Ellen Deckwitz tijdens de nationale herdenking bracht haar bijna in tranen: „Ik heb nog altijd heimwee. Het was allemaal zo herkenbaar. De oorlog was verdrietig, maar soms weer vrolijk. We dansten en zongen om de ellende te vergeten. De toespraak haalde heel veel dingen naar boven. ”

Lees verder…

Onze Rudy, schrijver van 7 boeken, brengt het boek IndoRock uit.

.

10897412482?profile=original10897412698?profile=original

Lang hebben wij lopen denken hoe kunnen wij dit regiseren! Toen werd het idee geboren, wij proberen op die dag The Story of The IndoRock te doen herbeleven.Dus met muziekstromingen Indo Rock, Country .......... Beteken o.a. dat The Tielman Brothers moeten worden geimmiteerd met al hun acties op het podium; dus drumstel in de lucht, springen, liggend op het podium, ook op de tafels van het publiek ............ Dus er moeten ook acts worden uitgevoerd. Ook het publiek moet zijn/haar partner de lucht in gooien, en niet vergeten weer op te vangen

De muzikale reis begint dus van de begin jaren 50 /60 en eindigt nu anno 2019 met sound " New Generation Indo Rock".

Het boek wordt op deze avond overhandigd aan personen die grote bijdrage hebben geleverd wat deze muziekstroming betreft onder het publiek blijven levend werd gehouden. De DVD registratie wordt door ICM Video Productions geregistreerd en geproduceerd. Met dank aan onze partners die aan deze registratie gaan meewerken, en sponsors. Naar verwachting komt de DVd - registratie begin februari 2020 beschikbaar. Thans is niet bekend of het boek te samen met DVD - registratie ter beschikking komt.

Dvd zal via ICM kanalen, pasar malams en overige ICM partners beschikbaar komen en wellicht misschien ook via onze partner Sam Sam Music platen Maatschappij die groot breed netwerk heeft.

Ter promotie staat ICM stands op de pasar malams Assen en Den Bosch van Pasar Malam Istimewa in het teken van dit uniek evenement, dus is ICM stand omarmt met banners, flyers en inschrijvingen van IndoRock Party.

Op de Pasar Malam Rijswijk wordt concept - boek gepresenteerd als aankondiging. Mensen kunnen reserveren bij ICM stand de inschrijfformulieren staan klaar. Zet in de agenda 14 december dan gaat het gebeuren de historie/geschiedenis van The IndoRock

Lees verder…

10897416900?profile=original

’Kampoverlevers vertelden échte verhaal niet’, bevrijding van Nederlands-Indië bracht geen vrede, maar de uiterst gewelddadige Bersiap-periode, de zogenaamde politionel e acties.

Meerdere generaties in ons land zijn opgegroeid in vrede, maar de verhalen van ouders, grootouders of zelfs overgrootouders leven voort. Drie generaties van de familie Klemann, onder wie de bekende zussen Suzanne en Monique van de popgroep Loïs Lane, leggen donderdag vanuit die gedachte samen een krans bij het Indisch Monument in Den Haag.

Monique en Hedwig Klemann.

De tijd tikt door. Hoewel de donkerste periode uit onze geschiedenis steeds verder achter ons ligt, lijkt de belangstelling voor de herdenking van alle slachtoffers van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië elk jaar groter te worden. Iedereen heeft wel een persoonlijk verhaal over de Tweede Wereldoorlog of de capitulatie die geen vrede bracht.

Het verhaal van de 83-jarige Hedwig Klemann-Bekker, geboren op Surabaya, gaat bijvoorbeeld deels over haar vader. Ze moest gedwongen afscheid van hem nemen tijdens de oorlog. De militair werd als krijgsgevangene ingezet voor de aanleg van de Birma Spoorlijn, waar door erbarmelijke omstandigheden gemiddeld 75 arbeiders per dag stierven. Het vaderloos Indische gezin bleef buiten de beruchte Jappenkampen achter in angst en armoede.

Bloedige strijd

De bevrijding van Nederlands-Indië bracht geen vrede, maar de uiterst gewelddadige Bersiap-periode. De bloedige strijd naar onafhankelijkheid. Oom Lex verbleef vanaf oktober 1945 maandenlang onder verschrikkelijke omstandigheden in de Werfstraat-gevangenis. Zijn zoon neemt deel aan de plechtigheid.

Alleen de muzikale zussen Suzanne en Monique Klemann groeien op in vrede, waar ze nu vele jaren later steeds meer zicht krijgen op hun familiegeschiedenis in oorlogstijd. Met z’n vieren leggen ze donderdag de drie-generatieskrans bij de officiële herdenking van 15 augustus 1945, het moment van het officiële einde van de Tweede Wereldoorlog binnen het Koninkrijk der Nederlanden.

„Naarmate ik zelf ouder begin te worden, dringt het tot mij door wat ze hebben meegemaakt”, zegt Monique. „Er werd thuis bijna niet over gesproken. Het bleef een beetje bij verhalen zoals bij zo veel Nederlandse gezinnen. Bijvoorbeeld over dat er geen eten was. Maar niet de échte verhalen zoals in het boek De tolk van Java. Toen ik dat las, zag ik het: dit heeft mijn familie allemaal meegemaakt.”

De bekende zangeres noemt het ’typisch Indisch’ dat er niet zo veel wordt gesproken over het heftige oorlogsverleden. „Maar zoals dat gaat bij oma’s: die vertellen graag! Mijn dochter is heel erg geïnteresseerd en krijgt soms meer verhalen te horen dan wij als kind hebben meegekregen.”

Astma

Monique hoorde veel minder van haar opa. Over zijn verschrikkelijke ervaringen als dwangarbeider sprak hij niet. „Bij zijn overlijden was ik tien jaar. Hij had zware astma en hartproblemen overgehouden aan die periode, maar voor mij was het altijd een vrolijke, leuke man.”

Vorig jaar nam Monique haar moeder voor het eerst mee naar de indrukwekkende plechtigheid. „Het deed echt iets meer haar. Het is aan de ene kant een zoete herinnering en aan de andere kant bitter en verdrietig”, schetst Monique deze emotionele ervaring. „Er heerst een saamhorigheidsgevoel. Je knikt een beetje naar andere aanwezigen: het is mooi.”

"Als vee werden we vooruit gedreven."

Voor moeder Hedwig Klemann zijn de herinneringen aan de oorlog en de daaropvolgende periode nog altijd springlevend. „Ik voel nog de brandende huizen waar wij langs moesten lopen om te vluchten. Als vee werden we vooruit gedreven. Ik voel het nog, het was loeiheet”, zegt ze in een eerder gehouden interview ter gelegenheid van de nationale herdenking.

Pas in de jaren tachtig, op aandringen van haar man en ter gelegenheid van hun zilveren huwelijk, ging mevrouw Klemann terug naar Indonesië. „Ik stapte uit het vliegtuig en rook de grond. De geur van de aarde bracht mij weer terug”, zegt ze vol liefde. „Het was geweldig, ik zag de schoonheid van het land.” Voor haar is ’Indië’ donderdag dichter bij huis. Samen met neef Lex en dochters Suzanne en Monique staat de tijd even stil.

Lees verder…

Herdenking Indië: brandend vredesverlangen

10897420500?profile=original

DEN HAAG - 'Brandend verlangen' is donderdag het thema van de nationale herdenking van alle slachtoffers van de Japanse bezetting van voormalig Nederlands-Indië.

Archieffoto herdenking bij het Nationaal Indie-monument in Roermond

Want terwijl op 15 augustus 1944 voor delen van Nederland de bevrijding voor de deur stond, was die in Nederlands-Indië nog ver weg. Het zou nog precies een jaar duren voordat het in het hele Koninkrijk der Nederlanden vrede was.

"De ellende nam 74 jaar geleden alleen maar toe, zowel binnen als buiten de kampen. Het verlangen naar vrede en veiligheid werd steeds vuriger", aldus de Stichting Nationale Herdenking 15 Augustus 1945. "Het was een eindeloze ellende. Die periode moet uitzichtloos zijn geweest", zegt stichtingsvoorzitter Erry Stoové.

Bij het Indisch Monument in Den Haag hebben jongere generaties ditmaal een hoofdrol. Dichter en schrijver Ellen Deckwitz (37) spreekt over de rol die het kampverleden speelde in het leven van haar moeder en grootmoeder. De Haagse scholier Jésaja Gunawan (18) vertelt over zijn familiegeschiedenis.

Na de kransleggingen bij het monument is er een defilé en aansluitend een programma voor oud-Indische gasten. De NOS zendt de herdenking rechtstreeks uit op NPO 1 vanaf 12.15 uur.

Lees verder…
?appId=21791a8992982cd8da851550a453bd7f&quality=0.9
PREMIUM
© Johan Nebbeling

Indische cultuur sterft langzaam uit: ‘Ik voel me een beetje een stiekeme Indo’

Zeventig jaar nadat Nederlands-Indië verderging als onafhankelijk Indonesië, staat de Indische cultuur in Nederland op het punt van verdwijnen. Journalist Johan Nebbeling trouwde 33 jaar geleden in een Indische familie. Hij vroeg de derde generatie Indo’s naar hun band met hun erfgoed.

Ze had lang donker haar, een huid waarover een zijdeachtige glans lag en ondeugende ogen. Ik had nooit durven denken dat dit meisje ooit iets met mij zou willen. Toen ze dat wel wilde, was ik tegelijkertijd te onnozel om haar keuze voor mij echt op waarde te schatten. Hoe dan ook: we kregen wat. Later werd ze mijn vrouw en de moeder van mijn kinderen.

Samen op de Scheveningse Pier, in 1976.
Samen op de Scheveningse Pier, in 1976. © Prive Johan Nebbeling

Achter haar ranke verschijning bleek een verrassend krachtig karakter te schuilen. En behalve dat ze mooi en slim was, was ze Indisch. Dat had ik natuurlijk wel gezien, maar wat dat inhield, daarvan had ik geen idee. Ze was in haar doen en laten immers net zo Nederlands als ik, behalve dat ze misschien minder graag op de voorgrond trad.

Van het ene op het andere moment maakte ik deel uit van een grote Indische familie met een strenge vader aan het hoofd en een dienstbare moeder aan zijn zijde en daaronder een eindeloze reeks broers en zusters, zwagers en schoonzussen, ooms en tantes, neven, nichten, kinderen en aanhang. De aandacht en zorg die haar zusters mij gaven, compenseerde ruimschoots de nogal intimiderende blikken die haar oudere broers - ze was de jongste thuis - me toewierpen. Een groter contrast met mijn stijve, afstandelijke familie was niet mogelijk.

In het huis van mijn schoonouders hingen foto’s uit Indië en op de schoorsteen stond Indisch houtsnijwerk. In het toilet stond een fles water, waarvan ik aanvankelijk geen idee had waarvoor die diende tot mijn meisje me uitlachte - zoals ze me nog steeds uitlacht - en vertelde dat dit nou een botol tjebok was, ‘je weet wel, joh, om je billen mee schoon te spoelen’. Net zoals iedereen wist dat het huis ook werd bewoond door geesten en overledenen, want die kon je soms op de trap horen lopen.

Chaotisch

De veelvuldige familiebijeenkomsten verliepen altijd chaotisch; iedereen liep, zat en sprak door elkaar heen terwijl baby’s en peuters over de hoofden werden doorgegeven. Ondertussen werd ik volgestopt met goddelijk eten. We zaten niet aan een keurig gedekte tafel maar met het bord op schoot, daar waar toevallig een plekje was, ergens in die volle huiskamer. Voortdurend werd ik door haar moeder en zusters aangespoord om nog een keer op te scheppen. Er was altijd eten en altijd veel.

‘Mijn Indische schoonfami­lie bleek een familie vol geheimen, waarvan ik soms een vlaag opving’

Familieportret in Bandung.
Familieportret in Bandung. © Johan Nebbeling

Ik vond het bevrijdend dat het er in deze familie niet om ging wat je was, maar wie je was. Het maakte niet uit wat voor werk je had, wat voor opleiding je deed en hoeveel je verdiende. Vroegen mijn eigen ouders steevast ‘wat doet je vader’ als ik iemand mee naar huis nam, hier golden andere waarden: was je ad rem, kon je tegen een geintje, hield je van kinderen, was je gul en behulpzaam, en liet je anderen voorgaan als het eten werd opgeschept? Waarden waarvan ik pas later begreep dat ze ‘typisch Indisch’ waren en die me zo goed bevielen dat ik ze me in de loop der jaren, met meer en minder succes, heb eigengemaakt.

Het was natuurlijk ook in deze familie niet allemaal halleluja. Zo bleven die snelle, vrolijke gesprekken bijvoorbeeld altijd zorgvuldig aan de oppervlakte. Over lastige of ongemakkelijke onderwerpen sprak je niet en als het al gebeurde, dan fluisterend. Mijn Indische schoonfamilie bleek een familie vol geheimen, waarvan ik soms een vlaag opving, als een fluistering of een losse opmerking die ik niet kon plaatsen.

Mijn schoonouders vertelden graag over daar en toen, in Nederlands-Indië, maar bespraken alleen de mooie en grappige dingen: de natuur, de uitjes, de feestjes, hun kindertijd. Over wat ze hadden meegemaakt in en vlak na de oorlog, zwegen ze. Mijn ongenaakbare, oersterke schoonvader - hij had een keer een lastige, dronken schoonzoon van zeker 100 kilo bij wijze van terechtwijzing aan de kapstok gehangen - was een oud-KNIL militair die in het Jappenkamp had gezeten en na de oorlog had gevochten tegen Indonesische guerrilla’s. Tegen zijn kinderen zweeg hij daarover, maar mij nam hij soms in vertrouwen: ‘Die Ambonees pakte zijn klewang en sloeg in één keer, tjop, de kop van die jongen af.’

Zwijgen

Mijn zorgzame, zichzelf wegcijferende schoonmoeder had ook het nodige voor haar kiezen gekregen, maar verborg haar ervaringen en gevoelens behendig achter een lieve glimlach of een berustend schouderophalen: ‘Soedah, laat maar.’ En dan verdween ze snel weer de keuken in om iets lekkers te maken.

Koloniale geschiedenis
In het voormalig Nederlands-Indië woonden na drie eeuwen Nederlandse bezetting honderdduizenden nazaten van meestal blanke Europese mannen en inlandse vrouwen. Zij werden Indo’s genoemd.

Na de onafhankelijkheidsoorlog (in 1949 erkende Nederland de republiek Indonesië) waren de Indo’s vanwege de afkomst van hun vader niet meer welkom in eigen land. Tot 1965 werden 300.000 mensen gerepatrieerd naar wat ‘het vaderland’ werd genoemd. Ogenschijnlijk pasten zij zich moeiteloos aan. De prijs die ze ervoor betaalden, was dat ze hun identiteit deels moesten opgeven. Binnenshuis bleef die vaak behouden.

Met de jaren groeit de interesse van de derde generatie in de Indische cultuur. De Nationale Indiëherdenking op 15 augustus in Den Haag heeft meer toeloop en op internetfora discussiëren Indo’s over de vraag: wat is dat dan, Indisch zijn in 2019?

Mijn Indische familie heeft zich dat zwijgen eigen gemaakt. Geroddeld wordt er gretig over elkaars rare fratsen en hilarische tekortkomingen, maar wat iemand voelt, wil of juist niet wil kun je vaak alleen ‘lezen’: een wegdraaiende blik, een bijna onmerkbaar schouderophalen, een vaag antwoord.

Dat ‘lezen’ is een vaardigheid die ik me in de loop der jaren redelijk heb eigengemaakt, maar het blijft lastig. Mijn aangetrouwde (Hollandse) schoonzusters en zwagers kijken elkaar geregeld veelbetekenend aan: daar gaan we weer! Rekening houden met elkaars gevoelens is een eigenschap waarmee de hedendaagse Nederlandse samenleving zeker haar voordeel zou kunnen doen. Toch blijven er ook dingen onbesproken waarvan het goed zou zijn als ze wel worden gezegd. Om misverstanden weg te nemen, de lucht te klaren.

Overigens zijn mijn Indische schoonzussen en zwagers in de loop van de tijd opener geworden. Zo vertellen ze nu bijvoorbeeld af en toe over die strenge vader die zijn gezin met (letterlijk) harde hand leidde. En ja, ze hebben allemaal te maken gehad met subtiele of openlijke discriminatie en uitsluiting. Daardoor bezie ik sommigen van hen na al die jaren met andere ogen en begrijp ik beter waarom ze zijn zoals ze zijn.

Het besef dat ik, jongen van de gestampte pot, deel uitmaak van dat geheel en dat ik, als het er op aankomt, nooit alleen zal staan, is voor mij onbetaalbaar. En dus neem ik de mindere kanten van mijn Indische familie (‘Wil hij nou wel of niet?’) en de soms wat knellende familiebanden (‘Wat?! Zien we ze morgen nou alweer?!’) graag op de koop toe.

En voor de rest: soedah, laat maar.

‘Ik voel heimwee die ik niet wil voelen’

Lara Nuberg
Lara Nuberg

Lara Nuberg (29), uit Amsterdam. Nederlandse vader, Indische moeder. Schrijft over Indische identiteit op haar blog gewooneenindischmeisje.nl.

,,Mijn Indische oma vertelde vaak mooie verhalen over Indië en gebruikte Maleise woorden, maar met mijn Indische familieachtergrond was ik amper bezig. In de multiculturele wijk waar ik opgroeide was ik gewoon een van de vele gekleurde kinderen. Tot ik na de middelbare school met een vriendin door Indonesië reisde. Ik voelde heel sterk dat mijn inmiddels overleden oma hier vandaan kwam. De geuren, de plantjes bij haar voordeur, de bloemen die ze mooi vond: het kwam allemaal weer tot leven. Het was heel raar en emotioneel voor me om op zoveel kilometer van huis aan mijn oma te worden herinnerd. Het voelde alsof ik een puzzelstukje vond waarvan ik nooit had geweten dat ik het kwijt was.

Pas in mijn eerste baan begon ik me voor het eerst van mijn leven anders te voelen. Waar heb je dat exotische tintje vandaan, vroegen collega’s. Ze hielden me een spiegel voor, ook omdat ze tot mijn verbazing niets bleken te weten over mijn achtergrond, en hun koloniale geschiedenis. Doorslaggevend was een discussie die ik een paar jaar later had met een zwarte vrouw. Het liep nogal hoog op en op zeker moment zei ze: ‘Ach, jij bent wit, jij snapt dat niet.’ Toen dacht ik: wacht eens even, ben ik nu opeens wit? Dat dwong me om over mijzelf na te denken: wie was ik eigenlijk, wie wílde ik zijn?

Ik besefte dat ik niet in een hokje pas, ik ben Indisch én Hollands. Daardoor heb ik het privilege om de identiteit te kiezen die ik zelf belangrijk vind. Concreet betekent dit dat ik alert ben op discriminatie en uitsluiting. Onrecht zoals mijn voorouders dat hebben ervaren in Indië, maar ook in Nederland. In de jaren 50 stond op de muren: Indo’s ga weg. Nu protesteert men tegen de komst van vluchtelingen. Ik weiger bang te zijn voor mensen omdat ze niet op mij lijken.

De geschiedenis werkt door, heel subtiel, ook in mij. Indo’s die toen naar Nederland kwamen, moesten zich aanpassen en vooral geen aanstoot geven. Ik vind buiten de lijntjes kleuren ook lastig. En net als mijn moeder en grootmoeder ben ik lief en zorgzaam, sta ik voor anderen klaar en ben ik gastvrij. Daar maken mensen weleens misbruik van. Tegenwoordig probeer ik bewust minder te pleasen.

Weet je wat gek is? Dat ik elke keer moet huilen als ik krontjongmuziek hoor. Die muziek roept een onbestemd gevoel bij mij op, een soort heimwee die ik niet eens wíl voelen. Mijn moeder heeft het ook. Zitten we met z’n tweeën een potje te huilen. Terwijl we niet weten waarom.’’

‘Die paar woorden Maleis ken ik van een Teleac-cursus’

Zoë Vermaes
Zoë Vermaes

Zoë Vermaes (25), uit Utrecht. Vader (half) Indisch, moeder Nederlands. Volgt een master Cognitive Science & Artificial Intelligence aan Tilburg University.

,,Mijn vader is half Indisch, en toch zijn we een heel Nederlands gezin. Soms zeggen we tegen elkaar: dat is nou typisch Indisch! Typisch Indisch vinden we bijvoorbeeld dat bijna iedereen een instrument bespeelt en dat we, als we met de hele familie bij elkaar zijn, zingen en muziek maken. Typisch Indisch is natuurlijk ook al dat eten tijdens familiebijeenkomsten; iedereen zoekt met zijn bord op schoot een zitplaats en tantes met een Indisch accent willen je het liefst volproppen.

Voor mij persoonlijk speelt het Indische altijd mee op de achtergrond. Als ik op de lagere school een werkstuk moest maken, ging het over Indonesië of Nederlands-Indië. Ik besef dat, als mijn familie destijds niet was gevlucht, ik hier niet had geleefd. Daardoor stel ik me, denk ik, meer open voor mensen die in Nederland hun toevlucht zoeken.

In hoeverre ik Indisch ben, weet ik niet. Ja, ik ben ingetogen en afwachtend en altijd bezig iedereen tevreden te houden. Net als mijn vader. Maar is dat Indisch? Er zijn meer mensen die zo zijn, dus het kunnen ook gewoon karaktereigenschappen zijn. En ik ken Indo’s die juist heel extravert zijn. Dus wat is dan dat Indische?

Je ziet het niet aan mij. Daardoor voel ik me een beetje een stiekeme Indo. Vooral in de interactie met ander Indische mensen - en met name bij degenen die uiterlijk wel herkenbaar zijn als Indo - komt dat naar boven. Dan heb ik vaak de neiging te zeggen: ‘ik hoor erbij, hoor! Het is ook míjn cultuur en geschiedenis’.

Toch vraag ik me vaak af: hoe Indowaardig ben ik eigenlijk? Ik ken maar een paar Maleise woorden en die heb ik geleerd uit een oude Teleac-cursus. En Indisch koken heb ik niet van huis uit meekregen, dat doe ik uit een kookboek. Daardoor voel ik me soms een tekortschietende Indo. En dat schrijnt.

Als ik zelf kinderen krijg, zal het verleden voor hen niet meer zo tastbaar zijn en dus minder betekenis voor ze hebben

Zoë Vermaes

Toen ik voor het eerst in Indonesië was, voelde ik me juist heel Nederlands. Een beetje ongemakkelijk ook, want ik ben een product van de geschiedenis van Indonesië en Nederland en die geschiedenis is niet altijd om trots op te zijn. Ik vond het leuk het land te zien waar mijn familie vandaan komt, maar ik voelde er geen band mee, zoals ik had verwacht. Indonesië is een ander land dan Nederlands-Indië en dat bestaat niet meer.

Ik heb als Indo van de derde generatie via mijn opa nog een fysieke connectie met dat verdwenen verleden. Die band verdwijnt als hij overlijdt. Als ik zelf kinderen krijg, zal het verleden voor hen niet meer zo tastbaar zijn en dus minder betekenis voor ze hebben. Maar ik zal proberen hen zoveel mogelijk mee te geven van de achtergrond van mijn familie.

Onlangs is de oom van mijn vader onverwacht overleden. Hij was de enige die zich had verdiept in onze familiegeschiedenis en hij vertelde er graag over. Hij heeft een stamboom gemaakt, met daarin twee njai - inlandse bijvrouwen - met alleen hun voornamen. Ik had hem daar naar willen vragen, maar durfde het niet, omdat ik bang was dat het te gevoelig zou liggen. Daar heb ik spijt van, want nu zal ik het nooit weten.”

‘Ik was altijd ‘die donkere jongen’ of ‘die neger’’

Dion Braun
Dion Braun

Dion Braun (33), uit Utrecht. Indische vader, Hollandse moeder. Is manager bij Railcatering.

,,Op de basisschool was ik een van de weinige gekleurde kinderen in de klas. Dus was ik altijd ‘die donkere jongen’ of ‘die neger’. Ik zat er niet mee. Dacht ik. Want toen ik in mijn middelbareschooltijd in aanraking kwam met jongens uit andere culturen - Turken, Marokkanen, Egyptenaren - dacht ik ‘hé, jullie zijn ook anders’ en sloot me bij hen aan.

Een van die jongens was Indo. Hij zag er ongeveer hetzelfde uit als ik en had ongeveer dezelfde achtergrond. We hadden aan één blik genoeg om elkaar te begrijpen. Hij bracht me dichter bij mijn Indisch zijn, hij leerde me dat ik daar trots op kon zijn. Bij hem thuis voelde ik me meteen op mijn gemak. Ik hoefde geen moeite te doen om erbij te horen, zoals bij mijn Hollandse vrienden thuis, want ik hoorde er al bij.

Dat was een ontdekking. Nadien werd ik een fanatieke Indo. Ik las alles over de Indische geschiedenis, ging naar Pasar Malams en luisterde alleen nog naar Indische muziek. Krontjong, Rudi van Dalm. Maar vooral bij de liedjes van Wieteke van Dort als Tante Lien voelde ik een heimwee waarvan ik niet eens wist dat ik die had. Heimwee naar een plek waar ik nooit was geweest. Ik kon het niet verklaren, maar het was er wel.

Alles viel op zijn plek toen mijn vriendin en ik - haar oma is ook in Indië geboren - naar Indonesië gingen. Het moment dat we de vliegtuigtrap afdaalden: een warme vochtige walm van etensgeuren, zweet en kreteksigaretten. Het was een soort thuiskomen en voor ons beiden heel bijzonder om te lopen waar ooit haar oma en mijn voorouders hadden gelopen. Ik dacht: dit is ook van mij, dit is ook míjn geschiedenis.

Als kind wist ik niet beter dan dat wij elke zondagmiddag met de hele familie bij opa en oma op bezoek gingen, lekker eten. Pas later begreep ik dat die hechte familieband iets typisch Indisch was. Ik wist wel dat opa en oma uit Indië kwamen, maar het hield me niet bezig. En toen ik me er wel voor interesseerde, was het te laat. Mijn opa was al overleden, mijn oma dementeerde. Daar baal ik van. Maar dan nog: ze vertelden nooit iets over de verschrikkingen in de jaren dat Indonesië zich wilde losmaken van Nederland, het ging altijd weer over dat aapje dat ze als huisdier hadden.

Mijn broer en ik zijn Nederlands opgevoed. Maar onbewust heb ik toch ook veel van mijn vader meegekregen. Respect voor ouderen, altijd netjes ‘u’ zeggen, beleefd zijn. Mijn vader is een lieve, bescheiden man. Die bescheidenheid siert hem, maar het heeft hem ook zijn hele leven in de weg gezeten. Ik heb dat ook, in mindere mate. Kijk, ik ben trots op wie ik ben en ik vind dat ik er mag zijn. Ik kan mijn woordje doen en sta altijd vooraan. Als het om anderen gaat. Als ik voor mezelf moet opkomen vind ik dat moeilijk en van complimenten word ik zenuwachtig. Ik begrijp het niet van mezelf, want hoe moeilijk kan het zijn? Fucking irritant. Gelukkig geeft mijn vriendin me af en toe een schop onder mijn kont: ‘kom op joh, niet twijfelen, gewoon doen’.’’

‘Misschien blijft alleen de rijsttafel over van onze cultuur’

Niek Spangenberg
Niek Spangenberg

Niek Spangenberg (35), uit Utrecht. Vader en moeder Indisch. Is Senior Manager Personalization bij Adidas.

,,Ik was 7 of 8 en van de juf moesten we onze opa’s en oma’s vragen naar verhalen over de oorlog. In de klas vertelde ik vervolgens hoe mijn oma had meegemaakt dat haar dorp door de Japanners was aangevallen. ‘Daar hebben we het nu niet over’, zei de juf. ‘Dit gaat over de Tweede Wereldoorlog.’ Kennelijk telde mijn Indische geschiedenis niet. Voor mij was dat een belangrijk moment, omdat ik voor het eerst besefte dat anderen mij als ‘anders’ zagen. Thuis had ik juist meegekregen dat ik niet anders was en zeker niet minder.

De buitenwereld wijst mij er voortdurend op dat ik anders ben. Ik moet altijd uitleggen waar ik vandaan kom, wat best vermoeiend is. Tenminste, in Nederland. Want ik heb ook een paar jaar in Duitsland gewerkt en als iemand daar vroeg waar ik mijn kleur van had, volstond een korte uitleg: Nederland had koloniën. ‘Ach so’. Een verademing. In Duitsland kwam ik er trouwens achter dat ik veel Nederlandser ben dan ik zelf dacht. De directheid waar Nederlanders om bekendstaan, heb ik me kennelijk eigengemaakt.

Het lastige aan Indisch-zijn is dat je geen land meer hebt waar je naar terug kunt, zoals andere immigranten dat hebben. Ik kan nooit terug naar mijn roots. Het beste alternatief is Indonesië, maar Indonesië is Nederlands-Indië niet. Toch, toen ik er acht jaar geleden voor het eerst was, werden er hiaten opgevuld waarvan ik niet wist dat ik ze had. Die geuren, die warmte. Ik dacht: ik kén dit. Heel raar, maar ik had opeens de behoefte om met mijn handen te gaan eten.

Ik weet zeker dat ik Indisch ben en voel me daar senang bij. Maar ik vind het lastig te omschrijven wat dat dan is, Indisch zijn. Het is vooral een gevoel en dat is voor iedereen anders. Elke Indo geeft er zijn eigen draai aan en daarover is binnen de Indische gemeenschap dan weer strijd. Voor de een is het dat je moet houden van countrymuziek, voor de ander dat je een botol tjebok op je toilet hebt om je met water schoon te spoelen. Onbewust heb ik ook van alles meegekregen wat mijn ouders en grootouders op hun beurt hebben meegekregen uit Indië. Het belang van hygiëne bijvoorbeeld. Jezelf elke dag wassen, schoon zijn, goed voor jezelf zorgen. In de tropen was dat belangrijk, omdat je kon doodgaan aan een infectie als je niet schoon was.

Voor mij is Indisch-zijn ook heel erg verbonden met eten en drinken. Indisch-zijn is met andere Indo’s lekker eten en praten over gerechten die ook lekker zijn.

Wij, Indo’s van de derde generatie, zitten in een soort overgangsfase. Het verleden is bekend en wat de toekomst brengt staat onderhand ook wel vast: uiteindelijk zal het de Indische cultuur waarschijnlijk net zo vergaan als die van de Italiaanse Amerikanen. Daarvan resteert de pizza. Zo blijft van de Indische cultuur straks misschien alleen de rijsttafel over. De Indische identiteit van vandaag is een grijs gebied, vrijwel ongrijpbaar. Ja, wij zijn Indisch. Maar wat dat dan is? Die vraag moet elke Indo van mijn generatie voor zichzelf beantwoorden.”

Lees verder…

10897327272?profile=original

"Doe-boek” probeert praten over Indië gemakkelijker te maken

Eenvoudig op zoek gaan naar je Indische roots. Het lijkt een moeilijke kwestie. Dit boek “Istori Kita, jouw familiegeschiedenis”, doet hier toch een poging toe. In heel veel Indische gezinnen werd niet of nauwelijks gesproken over het verleden. Het leven in de Jappenkampen, de dwangarbeid en de Bersiap-periode, gevolgd door de “vrede” die ontaardde in een dekolonisatie-oorlog. Over de traumatische jeugd van kinderen in de vrouwenkampen. Simone Berger, dochter van een Indische vader (1940) maakte daarom  “Istori Kita” (onze geschiedenis), een boek dat generatiegenoten moet helpen om gemakkelijker met hun ouders te praten over het verleden van Nederlands-Indië. Aan de hand van bijzondere afbeeldingen en verhalen komen herinneringen weer tot leven. De onderwerpen variëren van zoete jeugdherinneringen tot de verschrikkingen van de Japanse bezetting. Lilian Visser, redactrice bij Historiek.net interviewde de auteur: Simone Berger.

Trauma’s   van  de  eerste generatie

Wat zijn de trauma’s van de eerste generatie uit Nederlands-Indië en waarom vinden zij het zo lastig om erover te praten?  

Tijdens de erbarmelijke, zware en mens-onterende omstandigheden tijdens de bezettingsjaren – waar mensen in interneringskampen zaten of als dwangarbeider tewerk gesteld werden aan bijvoorbeeld de Birma-Siam spoorweg of in fabrieken in Japan – zijn vele families jarenlang uit elkaar gescheurd. En na de zogenaamde bevrijding op 15 augustus begon een vier jaar durende dekoloni-satie-oorlog, met aan het begin daarvan de gruwelen van de Bersiap. Hierdoor was het voor de Indische Nederlanders bijna onmogelijk om terug te keren naar hun leven van voor de oorlog. Na de zo vurig verlangde bevrijding kwam als een mokerslag een periode van angst en chaos, veel bloedvergieten en de onzekerheid wie je vriend of je vijand was.

De verhoudingen waren veranderd en de Indische Nederlanders waren gedwongen te vertrekken uit hun zo geliefde geboorteland en kwamen berooid aan in een land dat na een even zo gruwelijke Duitse bezetting in wederopbouw was. Een land dat op dat moment de Indische mensen kon missen als kiespijn. Dit heeft velen die toch al ernstig beschadigd en getraumatiseerd waren, geen of nauwelijks ruimte en mogelijkheden gegeven om hun eigen trauma’s en ingrijpende gebeurtenissen te verwerken. Hun motto werd: aanpassen!

 Tekening van Hetty Ansing

Tijdens mijn jeugdjaren werden door mijn opa voornamelijk leuke en stoere anekdotes verteld. De diepere lading achter dit soort verhalen vertelde hij pas toen ik volwassen was. Ik realiseerde mij dat mijn vader – in tegenstelling tot mijn eigen stabiele en fijne jeugdjaren – de eerste twintig jaren van zijn leven zich in een onstabiele, angstige en onrustige omgeving afspeelde. In die eerst voor een kind zo belangrijke jaren, kende hij geen normaal gezins-leven en was ere geen vader-figuur. In zijn jeugd kende hij slechts gevangenschap in een Jappenkamp met schreeuwende bewakers, sadisme en het altijd maar moeten buigen voor iedere Jap die je tegenkwam.

Door gesprekken tijdens en na mijn middelbare schooljaren met vrienden en vriendinnen met een Indische of Molukse achtergrond, voelde ik ook dat het vaak het karakter van mensen nadelig had beïnvloed. De tweede generatie leerde daarmee rekening te houden en stelde dus thuis geen vragen meer. Gelukkig heeft mijn vader toch redelijk veel verteld, waardoor ik van jongs af aan begreep dat hij zeer ingrijpende dingen had meegemaakt.

U geeft ook lezingen. Wat voor problemen komen daar naar boven van de tweede generatie?

Dat is heel divers. De een heeft ouders die altijd al veel verteld hebben en hebben dit soms ook in boekvorm vastgelegd. Anderen daarentegen verzwegen heel veel en werd je geacht om onopvallend door het leven te gaan om je ouders zo min mogelijk te irriteren. Verwachtingen werden overgedragen, emoties werden niet geaccepteerd, de pijn en    het verdriet en frustratie werden afgereageerd op partners en/of kinderen. Het helpt enorm als er meer begrip is. Dan kun je bepaalde dingen beter accepteren. Voor sommige mensen is het zelfs zo belangrijk om te begrijpen wat de ouder heeft doorgemaakt, zodat je je ouder kan begrijpen en vergeven. Daarmee kunnen ze dan verder in het leven.

De na-oorlogse generatie is opgevoed door ouders die veelal getraumatiseerd waren en daardoor nauwelijks een gezins-structuur hebben meegemaakt. Maar dit kan van persoon tot persoon verschillen. Heel veel voorkomend is zwijgende ouders, onbesproken geheimen, het afreageren van frustratie door geestelijk of lichamelijk geweld, hoge eisen stellen aan de kinderen, autoritair gedrag. Dit alles leidde tot de houding van “Je kunt je maar beter schikken in hun zwijgzaamheid en verder geen vragen stellen, want intuïtief realiseerde je je dat dat in verkeerde aarde zou vallen”.

Kunt u aangeven wat de opbouw van het boek is en waarom dit  het ophalen van de familie-geschiedenis makkelijker maakt?

Als je weinig weet of in een impasse zit, heb je een “opening” nodig. Door diverse interviews en gesprekken merkte ik dat je door gerichte vragen of door verhalen “een gezicht” te geven – door via internet de school mof ziekenhuis waar je ouder geboren is te laten zien – de een gevoelige snaar raakt en daardoor in gesprek kan raken. Vaak wil de ouder wel over de leuke en plezierige dingen praten. Met mijn boek probeer ik op deze manier de zintuigen te prikkelen: de neus ruikt weer die vertrouwde geuren, de ogen zien weer die felle zon en de bonte kleuren van die weelderige tropische natuur. Vraag gewoon aan je ouder wat hij met een “ketip” (een dubbeltje) deed en je

Kinderbedje met klamboe

krijgt de leukste verhalen. Dan zie je opeens dat jouw (groot)vader ook een gewone kwajongen was die doldwaze streken uithaalde. Door vragen te stellen die laag-

drempelig zijn en waar je ouder met plezier over kan vertellen, raak je weer in gesprek en maak je herinneringen weer levend. Je ouder merkt dan ook dat hun kind interesse heeft in wat verteld wordt. De generatie die alles aan den lijve heeft meegemaakt is nu op zeer hoge leeftijd en vaak is er dan meer behoefte om terug te blikken en over die jaren te vertellen.

Kunt u een thema uitlichten, waarvan de antwoorden belangrijk zijn voor de tweede generatie?

Het boek eindigt met het thema: “Tastbare herinneringen” zodat je altijd weer wat het verhaal is achter de spullen die in hun huis staan en tijdens de overtocht zijn meegekomen. Het boek sluit met doorgeven en herdenken, zodat je aan jouw ouders kan vragen wat ze graag willen doorgeven en waar ze blijvende waarde aan hechten. Dat zijn belangrijke thema’s die invloed kunnen hebben op hoe bewust we met de erfenis van onze (groot)ouders zullen omgaan en dit weer overdragen aan onze eigen kinderen.

Bent u niet bang dat u met het boek onverwerkt verdriet weer boven brengt en daardoor familie-relaties in gevaar brengt?

In eerste instantie worstelde ik lang met de vraag of ik wel vragen kon stellen over die bezettings-jaren en die gruwelijke periode daarna. Nadat ik het gedeelte had afgerond met de leuke en plezierige dingen, die vaak laagdrempelig zijn, besefte ik dat de lezers die vragen stellen aan hun eigen ouders en grootouders, met lege handen zouden komen staan, als ik er geen informatie aan zou toevoegen over deze periode. Het doel van mijn boek en mijn oprechte wens is dat het boek voor velen een hulpmiddel wordt die het “grote stilzwijgen” doorbreekt. Voor in het boek begin ik met “Werkwijze en tips”, waarin ik uitleg dat het belangrijk is om zelf aan te voelen of je het gedeelte over de bezetting en Bersiap wilt bespreken en je hiermee erg zorgvuldig mee om dient te gaan. Uiteindelijk kan je er ook toe besluiten om dit geel “dicht” te laten. Of je kunt je zelf een beeld vormen door met sites en boeken die ik aanreik, verder te zoeken, zodat je je ouder hiermee niet onnodig belast.

Kun je het boek ook gebruiken als je ouders er niet meer zijn?

Jazeker. Ook al kun je je ouders geen vragen meer stellen, dan kun je aan oudere broers of zussen of ooms en tantes die vragen stellen. Tevens biedt het boek veel infor-matie en bijzonder beeldmateriaal over hoe het leven in Nederlands-Indië eruit zag. De gedeeltes   over de dekolonisatiejaren geven informatie over grote markeringen in de geschiedenis die je kunnen helpen meer begrip te tonen waarom jouw ouders hun geboorteland hebben verlaten en hebben besloten om te zwijgen over wat zij hebben meegemaakt. En ik geef veel tips; sites die je kunt raadplegen, boeken die je kunt naslaan. Met behulp van het internet en bepaalde boeken kun je heel veel zelf achterhalen.

In de bijlage van het boek is een uitgebreide verwijzing naar sites en boeken. Bij verschillende hoofdstukken wordt ook verwezen naar interessante boeken die meer achtergrond-informatie kunnen geven. Er is ook een website    met Indische kranten. Met je familienaam en initialen kun je soms je ouders verrassen met bepaalde informatie, waarover zij nooit hebben verteld. Een naam terugvinden is voor sommige families heel belangrijk. De site van de oorlogsgravenstichting heeft onder andere een lijst     met namen van slachtoffers die tijdens de zeetransporten zijn omgekomen. Maar ook is er bijvoorbeeld een overzichtskaart van de meeste gevangenissen en interneringskampen en van de 23 grootste scheepsrampen tijdens de zeetransporten.

Is het boek ook interessant voor mensen zonder roots in Indië, die geïnteresseerd zijn?

Absoluut. Als je geïnteresseerd bent in de geschiedenis van Indië, is dit een prettig en leerzaam boek met unieke illustraties. Tevens biedt het in beperkte zin de chronologie van de na-oorlogse periode en de diverse “golven” van hun vettrek naar Nederland. Ook kan het je stimuleren om na te denken welke illustraties je zou kunnen gebruiken die afgestemd kan zijn op de geschiedenis van je eigen familie die wellicht in Indië is opgegroeid en hoe je de zintuigen kunt prikkelen en om met bepaalde “kunstgrepen” de verhalen van je (groot)ouders kunt triggeren.

Bron: http://historiek.net

ICM 20.6.19

Lees verder…

Glossy - Pasar Malam Magazine editie 3.3 dd 14 juni is uit, nu te verkrijgen..

10897328088?profile=original

In deze editie o.a.      

ICM overhandigt Press Release  aan president Jokowi                     3

Indisch gemeenschap weggezet                                                             6                            

The StreetRollers Rollon                                                                            7

Linda Voortman van Groen Links in zonnetje gezet                           10

Terugblik PM Den Helder                                                                         13

Er moet verdrag met de republiek Indonesie                                       15

De dekolonisatie van Nederlands-Indië                                                17

58e Tong Tong Fair 2016                                                                          20

NEDERLAND TELT RUIM 1,3 (INDO'S )                                                 24

De eerste Pasar Malam                                                                               28

Bezoek president Joko Widodo                                                                30

Tussentijdse rapportage onder President Jokowi                                  35

Indische agenda                                                                                 42

Pasar Malam Kalender                                                                       47 

     

Interview met de aanstaande ambassadeur  Jakarta   

Uitbetalen Traktaat van Wassenaar                     44                 

Voor info mail naar info@icm-online.nl en voor combi tarieven naar schwab@icm-online.nl

ICM 21.6.16

Lees verder…


10897330261?profile=originalWERKGROEP DIALOOG NEDERLAND-JAPAN-INDONESIE........... Han Dehne
23 uur

Yoshiko Tamura en Taeko Sasamoto (zie foto van een paar jaar geleden) waren op 3 Juni 2017 uit Japan bij een symposium georganiseerd door NIOD en de NJI-Dialoog. Ook Mayumi Komiya en Fuyuko Nishisato waren overgekomen. Deze dames zijn van het POW Research Network Japan. Dit netwerk van onafhankelijke burgers bestudeert sinds 2002 alle POW-kampen in Japan. Het is ongelooflijk wat ze weten en hoe ze ex-gevangenen kunnen helpen (http://www.powresearch.jp/en). Mw Tamura en mw.Sasamot...o zijn door de Britten onderscheiden (MBE). Dit Netwerk doet fantastisch werk, en verdient alle mogelijke (overheids)steun in Japan en Nederland (al willen ze wel onafhankelijk blijven).

10897330065?profile=originalDe werkgroep organiseert sinds het jaar 2000 de
Dialoog tussen Nederlanders en Japanners (en sinds enkele jaren ook met Indonesiërs).

Hun toelichting op hun site:
“Omdat we ooit vijanden waren en dat nu niet meer willen zijn.
Wij praten met elkaar over de oorlog en in het verleden, vooral over de persoonlijke ervaringen tijdens de Japanse bezetting van het voormalige Nederlandse-Indië, en de sporen die dat in ons heeft nagelaten,
maar vooral over de toekomst, om elkaars culturen beter te begrijpen en uitzicht te geven op hoop, op verzoening, op bevrijding van haat, op vriendschap en vrede. Bij sommige slachtoffers helpt de Dialoog om het verleden te verwerken, voor anderen is het een kans om de geschiedenis van hun eigen land direct van de echte getuigen te leren. In onze Dialoog worden de ervaringen van de oorlog overgedragen de oudere oorlog-generatie naar de jongere naoorlogse generatie voor de toekomst. Om oorlog absoluut te voorkomen en het zaaien van haat tegen te gaan moeten we doorgaan met deze Dialoog, ook in de toekomst.”

In november 2015 sprak premier Rutte met Yukari Tangena, lid van de werkgroep, tijdens zijn bezoek aan Japan. De foto hieronder is genomen op de Nederlandse ambassade in Tokio.

10897330682?profile=originalEen grondlegger van de werkgroep Dialoog is Takamitsu Muraoka, emeritus professor Hebreeuwse talen aan de Leidse Universiteit. Aanleiding van de eerste conferentie was onder meer de publicatie in Japan van het boek van E.W. Lindeijer, Kusjes aan Nel en kinderen: Van een Nederlandse krijgsgevangene in Japan (2000, Tokyo), een dagboek in de vorm van brieven gericht aan zijn gezinsleden thuis. Dit dagboek dat hij in het Japans heeft vertaald vormde de inspiratie voor Muraoka om met ex-geïnterneerden in Nederland in gesprek te gaan. Maki Okubo, die in het voorjaar van 2014 in Nederland was heeft over hem geschreven in de ASAHI SHIMBUN.

ICM 27.6.16

Lees verder…

27 juni 2016 - Column van Rolo E. Lapré

27 juni 2016             Column van Rolo E. Lapré

                                                                                 

10897328873?profile=originalHet was een groot feest in Eindhoven voor de familie Lapré.

Mijn/onze echtgenoot/vader/grootvader/oom/neef/vriend Andre M. Lapré heeft de respectabele leeftijd bereikt van 90 jaar. Moeten zij ook nog langer wachten, zoals de 7 weduwen van Rawagede om hun Rechten te krijgen.?

10897329081?profile=originalZijn dochter Shelly Lapré bracht een oud ceremonieel gebruik, om haar ouders te eren en te begroeten, namens de hele familie Lapré.

Shelly Lapré is ook bekend van haar kofferverhaal op de pasar-Malams. Na het ceremoniële gedeelte werd er gefeest en hoe...

Zelfs Ruben Poetray gaf act de présence met zijn zang en mooie muziek.

Er werd gezongen en gedanst. Immers dat helpt ons bij het verwerkingsproces ONTKENT  te worden door een Nederlandse Regering. Het is wrang dat de volgende generatie nog steeds met dit verdriet verder moet.

 

Ook hier werd met verbazing gereageerd op de onwil van ook deze NL.-Regering om deze zaak af te handelen. Tijdens de gesprekken kwamen ook de geluiden naar boven over de actie van de NL. Min.v.Buza Bert Koenders die zijn verontschuldigen aanbood in Jakarata voor het afschuwelijke oorlogsgeweld gepleegd door de TOEN Nederlandse.-militairen (o.a. Rawagede), waarbij de leidinggevend commandant ’n Majoor niet werd vervolgd. Voor de ingewijden, deze Majoor heeft zijn hele leven dit drama met zich mee moeten dragen. Wordt er op die manier weleens over nagedacht.?

 

Het andere geluid was : “Chapeau voor de NL. Min.v.Buza”, nu kunnen eindelijk de NL. militairen van TOEN beginnen aan hun verwerkingsproces. (door erkenning van hun geschiedenis).

 

Het zou de NL. Min.v.Buza sieren deze actie door te zetten met de AFhandling in de Tweede Kamer van TvW66 (Traktatenverdrag 1966 te Wassenaar).

De St.Secr. Martin v. Rijn heeft een opdracht van U gekregen om het geld, door NOGMAALS Indonesië Afbetaald VOOR de Indische Gemeenschap, dit uit te keren aan de Recht hebbenden. NOGMAALS : Het gaat niet om geld uit de schatkist van Nederland, maar naar verluid gaat het nu al over € 2.4 miljard, betaald door Indonesie.

 

Immers dan kunnen deze Nederlands Indische ouderen, de vluchtelingen van de BERSIAP periode (onafhankelijkheid strijd van Indonesië) die er NU nog zijn, ook aan hun verwerkingsproces beginnen door de ERKENNING van hun geschiedenis..

 

Soms gaat het om meer, dan alleen om geld. Realiseert deze Regering zich dat OOK.?!

 

En ook hier kwam het Traktatenverdrag 1966 te Wassenaar ter sprake door het raam-affiche.

 

10897329671?profile=originalHet hangt op het raam van de clubgebouwen te Eindhoven.

        Onrecht moet n.l. worden bekend gemaakt.

ICM 27.6.16

 

 

Lees verder…

Indisch gemeenschap weer weggezet als Tweede rangburger in de media.

10897330672?profile=original

De Indische Gemeenschap is ontdaan over de recente publicatie  door LocalFocus  “ 24.000 oorlogsslachtoffers krijgen financiële ondersteuning”, dat in  2015 werd door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) in totaal 164,5 miljoen euro uitgekeerd, suggereerde dit forum.

Dit jonge forum voor journalisten hebben de geëigende ingrediënten ingezet die nodig is kennelijk voor de selectiecriteria van het ANP; het moet gaan om extreme hoge gelduitgaven in deze tijd waar het om bezuinigingen gaat, en moet weer een bevolkingsgroep op de korrel worden genomen, om bewust te polariseren. Om maar te noemen de Nederlandse -, Joodse gemeenschap, Sinti, en Roma oorlogslachtoffers worden geheel buiten boord gehouden.  Dat de SVB niet te koop loopt met deze cijfers, lijkt een logisch argumentatie, gaat wel om de privacy van deze mensen. De wijze waarop nu wordt gebracht is toch de Indische Gemeenschap in kwade dag licht stellen, tegen de achtergrond juist dit soort uitgaven gevoelig liggen bij de Nederlandse burgerij, die al kwelt wordt door de vele geldstromen richting Brussel.

Dus stemmingmakerij!  

Nog erger wordt dat deze publicatie gemanipuleerd wordt. Deze informatie is ver van de realiteit, en wordt aangemerkt als onbetrouwbaar. Is  onbegrijpelijk dat het ANP en overige media deze publicatie zo hebben gekopieerd, zegt eigenlijk genoeg.

Waarom worden de Indische Oorlogsslachtoffers alleen op het slachtbankje gezet LocalFocus?

Waarom niet de Nederlandse Oorlogsslachtoffers die hun huis en hebben niet hebben verloren in Nederland, die ruim 7 miljard hebben gebruik gemaakt van die voorziening verkregen uit Marshal Hulp, en de Indischen het nakijken hadden.

Het onderstaand biedt ICM redactie  ter correctie cq . rectificatie aan  LocalFocus, en het ANP!

De Wubo is een voorziening voor de Indische oorlogsslachtoffers dat pas op 10 maart 1984 werd ingevoerd als wet. Het is net als een pensioen dat maandelijks wordt uitgekeerd tot de dood, is aanvullende voorziening dat beloopt vanaf € 225 tot  € 300 maximaal.

In tegenstelling tot de Nederlandse oorlogsslachtoffers werd deze voorziening pas in maart 1984 ingevoerd, tegen deze achtergrond werd geconsolideerd ruim 7 miljard uitbetaald aan de Nederlandse slachtoffers., dus dit bedrag is voor die periode al opgegaan aan uitkeringen aan de Nederlandse oorlogslachtoffers. Uiteraard weer een stuk geschiedenis voor het forum LocalFocus en die 7 miljard kwam van Marshal hulp dat ook bestemd voor de oorlogslachtoffers uit Ned- Indie.

WOB – procedure wederom een groot leugen, deze bedragen staan gewoon op de begroting van VWS. Het  forum heeft naar de verkeerde begroting gezocht, jaar in jaar uit staan hier die posten.

Het bedrag van 164,5 miljoen is een consolidatie van jaren achter een en is zelf te herleiden naar het aantal jaren, maar dan nog staat deze in schril contrast met die 7 miljard die de Nederlandse oorlogslachtoffers ontvingen. Gemiddeld bedraagt de uitkering rond € 3.000 per jaar. Voor die 24.000 Indie oorlogslachtoffers komt dit neer op 72 miljoen.

Waar ICM redactie ontdaan is dat vanuit het Indisch Platform met haar 26 aangesloten organisaties niet werd gereageerd op deze publicatie, zelf door ICM abonnees lezers hierop werden geattendeerd op Facebook. Is weer ICM redactie die hier moet ingrijpen. Afwachten houding is de ergste vijand IP!

LocalFocus voortaan eerst ICM krant (www.icm-online.nl) raadplegen voor deze grote blunders publiceert, en Indisch Platform met 26 aangesloten Indische organisatie  vraag om rectificatie voor deze grote blunders. 

LocalFocus een excuses aan de Indische Gemeenschap is op zijn plaats, alsmede het ANP. Voor onjuiste berichtgevingen en het wegzetten van een hele bevolkingsgroep.

 

 

Lees verder…

Crowdfunding Uitbetalen Traktaat van Wassenaar?

 10897234678?profile=originalUitbetalen Traktaat van Wassenaar  donateur of crowdfunder?

 

Investeerders die geld uitlenen aan project (initiatief) en tegelijk klant worden of zelf enthousiast ambassadeur worden. Het klinkt bijna te mooi om waar te zijn, maar toch geldt het als een van de succesfactoren.

De belangstelling voor Crowdfunding enthousiasmeert ook banken. “je doet graag mee als 50% van het benodigde krediet door potentiele klanten wordt gefinancierd”, klinkt het bij de Rabobank. De betrokkenheid is groot, de investeerders, de klanten dus ofwel ambassadeurs nemen vaak vrienden mee, aldus Simon Dow van Crowdfunding adviesbureau Douw & Koren.

Bij Crowdfunding zijn de particulieren rechtstreeks financieerder van organisaties of projecten. Zo is de bankinstelling KNAB begonnen met eigen platform Crowdfunding. Projecten bij Crowdfunding hebben een missie met doelstelling als resultaat een product die in de markt wordt geïntroduceerd en de resultaten hiervan terugvloeien naar de Crowdfunders (investeerders). Hier worden vier vormen gekend; een lening, achtergestelde lening, converteerbare lening, en aandelen. Het resultaat van gegeneerde omzetten staan niet vast, zijn prognoses. Het project start wanneer de benodigde gelden bij een is.

 

Uitbetalen traktaat van Wassenaar geschikt voor Crowdfunding?

Uitbetalen Traktaat van Wassenaar zijn de resultaten bekend namelijk voortvloeiend uit dit verdrag moet de Ministerie van Buitenlandse zaken ruim 689 miljoen aan de rechthebbende uitbetalen. Uiteraard na 51 jaren is hierover rente op rente, plus indexering en correctie van de Euro (Forse koersval 2001) op van toepassing. De waarde 689 miljoen wordt bepaald aan de hand van de Nederlandse jaar begroting in 1966  dit percentage geldt dan voor  de begroting van nu.  Zo berekent CPB  bij een actualisering, komt het neer op 12 voudige ofwel 7/8 miljard.

Om het geld te laten uitbetalen is een uitvoeringsorganisatie benodigd om alle voorbereidende – ,  aankomende  -  en begeleidende werkzaamheden te verrichten richting de overheid namens de 60.000 – 70.000 belanghebbende.   Hier zijn minimaal twee organisaties benodigd, ervaringen uit Gebaar 2001 leerde dat deze uitvoeringsorganisaties 8 jaren hebben moeten bestaan tot de klus werd geklaard, werden deze opgeheven. Deze werkzaamheden zijn gekwalificeerd voor en voorbehouden aan de consultant, materiedeskundige en advocaten. Uitvoeringswerkzaamheden die de Overheid ruim 51 heeft verzuimd uit te voeren.

In tegenstelling tot de richtlijnen bij Crowdfunding is een team mensen begonnen zonder maar 1 cent in kas zat, deze hebben het tot mei 2017 alles voor hun rekening genomen, maar moeten nu verder, en hebben Uw steun hard nodig.

Maart 2015 werd het actie comite PtW ’66  (Traktaat van Wassenaar 1966) opgericht als   claim- en uitvoeringsorganisatie  om dit project te realiseren. Werkzaamheden die thuishoren bij de Overheid. Inmiddels zijn vele werkzaamheden op basis van “no cure no pay “door  actie comite PtW ’66 ,  het team en de betrokken verricht, naast de gemaakte facilitaire kosten voor het jaar 2015/ 2016/2017.

 

Waar staat dit project nu?

 

Niet onbelangrijk om eerst te vermelden: "Zonder de mensen met die ambities en missie om deze bizarre Indische zaak tot een oplossing te brengen,  was ACTW66 nergens geweest die al hun werkzaamheden op basis van "no cure nu pay" hebben uitgevoerd ". Naast dat twee hoofdsponsoren  onder andere ICM Online, die al zijn abonnementsgelden ter beschikking stelde voor dit fonds plus de benodigde werkzaamheden en facilitaire kosten voor het jaar 2015/2016/2017.

 

 Ruim 15.000 ondertekenaars  van de petitie hebben bij de ondertekening reeds toegezegd op hun donatie. Tot heden zijn slechts 321 die hun woord zijn nagekomen. Voor 2019  doen wij graag een beroep  op een donatie of inleg via crowdfunding om op basis van gegronde redenen en ervaring  dat  ACTW66 heeft gekozen voor een juridische benadering fase I  is 400.000 benodigd;  Dit zijn de eerste kosten, naast de andere zaken die nog moeten worden uitgevoerd.

 

Terug naar de voortgang van het project, wat heeft ACTW66 reeds gedaan aan voorbereidingen?

 

Het actie comite PvW’66 heeft de verantwoordelijke minister Bert Koenders aangeschreven dat deze zaak staat aan te komen, en zijn collega ibu Retno (Indonesie) . Uiteraard Halbe Zijlstra die in 2009 Kamervragen over heeft gesteld. Een kopie van deze brief is naar alle fractie voorzitters in de Kamer gestuurd. 

Op 22 april jl. is President Joko Widodo van de Republiek Indonesie persoonlijk geïnformeerd dit ter kennisneming als contractpartij van dit verdrag geratificeerd door beide regeringen. Uit handen van Ferry Schwab sr. ontving de president persoonlijk een Pers ICM Verklaring waar evenals het Verdrag van Wassenaar werd genoemd namens ICM lezers en ondertekenaars, naast de andere zaken zoals het sluiten van een nieuw verdrag.

 

Met advocatenkantoor in Jakarta zijn afspraken gemaakt. Deze zijn bereid namens de belanghebbende deze zaak op te pakken. Wel wordt gesteld dat minimaal in het bezit moet komen van 10.000 handtekening. Om dit realiseren werd in maart 2015 met de petitie begonnen via internet, en via de pasar malams. De stand per 22 mei 2016; 9000 handtekeningen, nu ruim 15.000.

Tegelijkertijd is actie comite ACTW ’66 gestart met research, hiervoor zijn materiedeskundige en consultant ingeschakeld. Gezamenlijk is  “voorstel concept rapport uitbetalen traktaat van Wassenaar” opgesteld, ruim 90 pagina’s dat in boekvorm wordt uitgebracht voor alle belang hebbende. Niet onbelangrijk de WOB verzoeken aan Min. BuZa en Min. van Financien.

In dit rapport staan de actiepunten in om de doelen met de oplossingen om het te realiseren die nog uitgevoerd moeten worden. Hiervoor zijn hard middelen voor nodig.

 

Wat houdt Crowdfunding bij uitbetalen van Traktaat van Wassenaar in?

In tegenstelling tot de reguliere Crowdfunding zijn de investeerders,  hier de belanghebbende zelf die recht op hebben dus de eigenaren van dit project. Dus ook de ambassadeur. Om te beginnen ontvangen ze het boek “ Rapport voorstel concept uitbetalen traktaat van Wassenaar”  met ongekende waarde  , bij minimale inleg van € 50. Actie Comite TvW ’66 gaat voor het resultaat waar U recht op heeft; om dit te  bereiken , en  de details hierover staan in het  onderhavige boek / rapport beschreven.

Dit boek/rapport wordt door het Advocatenkantoor in Jakarta via de NL ambassade aan Bert Koenders overhandigd dat voor alle betrokken partijen als basis dient bij de onderhandelingen.  

 

Wilt U Crowdfunders of donateur worden?

Voor particulieren. Uw donatie  kan U storten op Rabo rekening NL41 RABO 03977255 07   ten name van F.Schwab / ICM Online onder vermelding van donatie Traktaat van Wassenaar.

OF

Voor organisaties die meer dan € 5.500 willen inleggen adviseren wij om  via Crowdfunding Uitbetalen Traktaat van Wassenaar , mail naarschwab@icm-online.nl , en u ontvangt verdere instructie van ons plus informatie.

 

Voor ondertekeningen, info en onze updates deze vindt op  https://uitbetalentvw66.petities.nl  of https://petities.nl/petitions/uitbetalen-op-basis-van-traktaat-van-wassenaar-1966

 

Lees verder…

Blog Topics by Tags

Monthly Archives