Alle berichten (2940)

Sorteer op

Het verhaal van Chris Bouman

10897276056?profile=originalHet verhaal van Chris Bouman

De ouders van Chris waren allebei Indische Nederlanders. Zijn vader was al gepensioneerd, hij was assistent-resident geweest op Borneo. Uit zijn eerste huwelijk had hij vier kinderen. Het huwelijk met de moeder van Chris, die zelf al een dochter had, was zijn tweede huwelijk. Samen kregen ze twee kinderen: Chris en Boudewijn.

foto - Chris Bouman

Chris zijn vader werd in december 1941 gemobiliseerd en overleed in oktober 1944 in krijgsgevangenschap. Chris bleef als baby met zijn moeder   en de andere kinderen achter. Zij hoefden niet in een Japans gevangenenkamp, zoals de blanke Nederlanders. Al gauw vertrokken de kinderen uit het eerste huwelijk van zijn vader naar familie in Bandoeng, zodat zijn moeder het minder zwaar kreeg. Halfzus Roos, Boudewijn, Chris en hun moeder bleven gedurende de oorlog bij elkaar. Zij hadden het geluk om al die tijd in hetzelfde huisje in Malang te blijven wonen. In het najaar van 1944 kreeg zijn moeder van de Japanners het officiële hoofddeksel van zijn vader, dat hij als assistent-resident gekregen had. Dit was het teken dat hij overleden was.

Chris herinnert zich weinig uit die tijd. Wel weet hij nog hoe het eindigde. In oktober 1945 reed er een vrachtauto voor het huis en moesten zij instappen met achterlating van alle bezittingen.  

10897276085?profile=originalfoto - Boudewijn en Chris met hun moeder

Zijn moeder griste nog gauw wat foto’s van het dressoir en pakte de koffers die al klaar stonden. Ze vertrokken naar het grootste gevangenenkamp dat de Indonesiërs voor Indo’s en blanken ingericht hadden. Elk gezin kreeg slechts één kamer.

Na ongeveer een half jaar moesten ze ook daar weer weg. Het eerste deel van de reis ging per trein. Geruchten gingen dat de passagiers van de eerste treinreizen vermoord waren. Iedereen was doodsbang. Het tweede deel van de reis ging met een bommen werper. Omdat er weinig plaats was, werd Chris als kleinste bij zijn moeder op schoot vastgebonden. Nog vaak 

droomt Chris van deze nare vlucht naar Batavia. Ze wilden bij familie gaan wonen, maar ook de familie van zijn moeder bleek op de vlucht. Daarom reisden ze door naar Bandoeng, waar ze bij een oom konden logeren. Chris kreeg tyfus en dysenterie en moest twee maanden in het ziekenhuis blijven.

10897276658?profile=originalVeilingbrief, waaruit blijkt dat de moeder van Chris toch nog aardig wat bezittingen heeft kunnen terugkopen

In 1947 kregen ze de keuze om naar Nederland te vertrekken of terug te gaan naar Malang. Het laatste gebeurde, maar bij aankomst bleek het huis compleet leeggeroofd. Via  het plaatselijke veilinghuis konden ze uiteindelijk een behoorlijk deel van hun bezittingen terugkopen.

In augustus 1950 vertrokken Roos, Boudewijn en Chris en hun moeder naar Nederland. Voor hun vertrek verkochten zij hun inboedel, met uitzondering van een kamferkist, het huwelijksgeschenk van zijn vader aan zijn moeder. De kist is een belangrijke herinnering aan zijn kindertijd en aan zijn moeder en is daarom heel erg dierbaar.

Deze kamferkist en het verhaal erachter is nu te zien in de tentoonstelling in het Museon. Het Museon is een educatief museum voor een breed publiek, dat de mens en zijn rol in de samenleving centraal stelt. Het wisselt informatie uit over allerlei actuele onderwerpen uit de wereld van natuur, cultuur, wetenschap en techniek, legt dwarsverbanden en biedt inzichten.

 De tentoonstelling Buitenkampers, de kleur van overleven is een expositie over Indo-Europeanen (Nederlanders met een Indonesische vader of moeder) die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Indonesië buiten     de kampen verbleven.

10897276863?profile=originalTijdens de Japanse bezetting verdween de blanke bevolking van Nederlands-Indië in honderden interneringskampen, die volledig afgesloten waren van de buitenwereld.  De   mannen   werden

gescheiden van de vrouwen en kinderen, waarbij bovendien de jongens vanaf 10 ook nog eens apart werden opgesloten in Jongenskampen.  Voor de meeste mensen duurde deze internering bijna drie jaar of langer.

In totaal werden 140.000 burgers en militairen geïnterneerd. Ruim 120.000 Indo-Europeanen, Nederlanders met een Indonesische ouder of voorouder, bleven buiten het kamp. Nog te zien t/m 5 januari 2014 in het Museon, Stadhouderslaan 37, 2517 HV Den Haag. Voor meer informatie, zie: http://museondenhaag.tumblr.com/#sthash.R9qzYvWF.dpuf

 

Lees verder…

De smaak van verlangen 3.0 door: Kirsten Vos


10897271491?profile=originalDe smaak van verlangen 3.0   

door:   Kirsten Vos 

De website Indisch 3.0 heeft deze zomer de eerste editie van een wedstrijd voor innovatieve Indische gerechten uitgeschreven. Iedereen kon hier aan meedoen. Het aantal inschrijvingen viel voor de eerste keer eigenlijk een beetje tegen, maar de 7 deelnemers lieten zich werkelijk van hun beste kant zien. Het doel was, op oude tradities innovatief nieuwe gerechten te bereiden, want zowel de mensen van Indisch 3.0 als ook de juryleden zijn van mening dat de Indische keuken best wel aan een vernieuwende fase toe is.

Winnaar Tim Sprangers aan het koken.

Op maandag 4 november werd uiteindelijk de kokende journalist Tim Sprangers (29) uitgeroepen als winnar van de SAYAH Gouden Rijstkom. Met zijn lemper van gerookte schar op een bedje van Gado-Gado overtuigde hij de jury, bestaande uit chef Pascal Jalhaij, chef en zanger Lonny  Gerungan en topkok Jeff Keasberry (ja, u leest het goed: de kleinzoon van de beroemde Oma Keasberry) van zijn kwaliteiten.

10897272054?profile=originalfoto -juryleden vlnr Lonny Gerungan, Pascal Jalhaij en Jeff Keasberry, geflankeerd door twee redactieleden van Indisch 3.0

Jury voorzitter Jalhaij zei hierover: “Dit gerecht heeft alle elementen waar het nieuwe Indische koken voor staat. Authentieke pure smaken, goede bereiding, juiste keuze van ingrediënten en dat alles komt tot uiting in de smaak van verlangen 3.0”. Met dit jury-oordeel heeft de Amsterdammer behalve de Gouden Rijstkom ook een bedrag van € 300 gewonnen. Bovendien mag hij zijn gerecht aanbieden aan de Indonesische ambassadeur en opdienen op de komende vakbeurs voor meester-chefs.

Tim Sprangers over zijn gerecht: “Mijn opa maakte vroeger altijd de lempers. Dat was dan een dag feest, maar ook een dag van crime. De keuken was voor ons dan verboden terrein en als je het lef had om opa in de weg te

lopen, kon hij behoorlijk chagrijnig worden. Ik kan het me nog vaag herinneren. Hij overleed ruim tien jaar geleden; mijn oma vorig jaar. Met haar kon ik uren praten over eten. Toen stuitte ik op een verbazing: oma wist namelijk niet hoe je lemper moest maken. Want dat deed opa altijd. Ook haar eigen receptenboek bleef het antwoord schuldig. We kwamen echter tot de conclusie dat de kruiden van haar soto waarschijnlijk overeen kwamen met die in de lemper van opa. Ik houd heel veel van de Indische keuken; ben ermee opgegroeid en kook nu al meer dan twee jaar voor een redelijk traditioneel Indisch eetcafé. Maar ik heb mij de afgelopen tien jaar behoorlijk ontwikkeld als kok en houd van het doorbreken van stigma’s. Het kruidenmengsel verdient een monument, maar waarom de

10897272275?profile=originalfoto-Het winnende gerecht: Lemper van gerookte schar op een bedje van Gado-Gado.

combinatie met vlees. Waarom niet met lekkere vis uit de Noordzee? Ik heb gekozen voor schar; voer voor de kat werd vroeger gezegd, maar niets is  

minder waar. Het is een ondergewaar-deerde heerlijkheid. Gado-Gado is misschien wel mijn favoriete Indische gerecht, vooral door de verse groenten en de eenvoud in contrast met het vaak heftige kruiden-amalgaam. Maar ook hierbij vroeg ik mij af, waarom toch altijd dezelfde groenten. Ik kies voor typische seizoensgroenten van oktober en november. De kleurencombinatie is mooi. De pindasaus maak ik lekker fris en neutraal, zodat de lemper niet verzuipt in het sausgeweld en de sprekende djeroek poeroet  in de lemper weer mooi terugkomt in de Gado-Gado”.

Indisch 3.0 heeft deze kookwedstrijd georganiseerd om de Indische keuken – die al sinds de jaren ’50 van de vorige eeuw onveranderd is – te vernieuwen, sexy en spannend te maken, met name voor Indische jongeren die professioneel of hobby-matig in de keuken staan. De Gouden Rijstkom 2013 is mogelijk gemaakt door SAYAH drinks (o.a. producent van de spekkoeklikeur), de Indonesische Ambassade, Restaurant Blauw, HANOS en Keizer Culinair.

Volgend jaar zelf meedingen naar de Gouden Rijstkom? Houd dan de website www.indisch3.nl in de gaten.

______________________________    

Lees verder…

10897272680?profile=originalMijn levensverhaal - 6     door onze correspondent in Nieuw Zeeland, Adrian Lemmens 

foto - Mijn vader (midden) met zijn ouders, mijn grootouders

J. den Besten kwam niet meer thuis en heb ik hem ook nooit meer gezien, ja toch nog eenmaal bij zijn allerlaatste poging om mij te dwarsbomen, toen ik werkte bij mijn laatste baan bij Vroom&Dreesmann en mijn daarop volgende emigratie, maar daarover vertel ik later.

Er waren nu alleen nog de kinderen van het tweede huwelijk van mijn moeder, een jongen en een meisje, Jannes en Edith den Besten, die op de kleuterschool zaten, aan de overkant van het plein voor ons huis. Mijn Moeder kreeg geen geld meer. Ik  vond werk als een leerling verkoper bij Pander&Zonen en moest wederom    al mijn geld afdragen om de overgebleven familie, mijn moeder en mij in stand te houden en tevens voor mijn eigen kosten en inwoning. Er bleef niets over om naar een mogelijke avondschool te kunnen gaan.

Zonder enig inkomen en niet wetende wat te doen, verviel mijn moeder, de eens zo rijke en trotse vrouw, in ons vroegere Nederlands-Indie, met mijn vader in zijn hoge positie bij de Shell, nu zelfs tot grote armoede en verdiende nu in uiterste nood, als een schoonmaakster in een andermans huishouden.

Het werd nog erger; ik verloor plotseling zonder een waarschuwing, mijn eerste baan bij Pander& Zonen. Het verlies van die baan daar, voor de eerste keer in mijn leven, was toch wel een ervaring voor mij. Plotseling stond ik op straat, het was 1957 en ik was 21 jaar oud. Met het idee, dat mogelijk de elektronica mij iets beter lag, wist ik in die moeilijke tijd toch een baan te krijgen bij een Firma die voor Siemens Shuckerd en Siemens Halske werkte op het gebied van o.a. elektrische schakelborden. Ondanks dat men verwachtte, dat ik het niet zou redden, maakte ik bij die gecompliceerde werkzaamheden, na twee weken praktisch geen fouten meer.  

.

Op de fiets, naar het werk, kwam plotseling een auto uit een zijstraat, die op mij zou moeten  wachten, maar reed mij aan en reed door. Ik viel met mijn kaak op de straat en spuugde enige tanden uit en lag voor drie weken, met een op twee plaatsen gebroken kaak en een zware hersenschudding in het ziekenhuis. Mij bekroop het idee dat die man in die auto mogelijk J. den Besten zou zijn geweest, maar was daar niet zeker van. Een maand later, weer op het werk, reed ik op de fiets in een nauwe straat, waar aan de rechterkant de huizen portieken hadden en werd ik op een voor mij nog steeds onbegrijpelijke wijze opgelicht en tegen een van die portiek voordeuren aan gezet, waar direct daar opvolgend een grote vrachtwagen tegen die huizen aanreed.  Ik was ongedeerd en tot op de dag van vandaag weet ik nog steeds niet waarom ik plotseling als door een windvlaag uit het pad van die vrachtwagen gebracht werd. Ondertussen was ik ook bezig met het verkrijgen van mijn erfdeel, terwijl mijn Moeder een baan had weten te krijgen, met behulp van vrienden, bij de “Bonnetterie”, een hele deftige zaak in den Haag, niet ver van het Binnenhof, de zetel van het Parlement.

Tot mijn moeders verbazing, kwamen daar ontzettend veel mensen van  vroeger, uit het eens Nederlands-Indie. Deftige mensen ook van de Shell, die geld konden besteden. Mensen, die tot hun stomme verbazing mijn moeder daar als  verkoopster tegenkwamen, de eens zo hoogstaande mevrouw A.C. Lemmens, toenmaals echtgenote van de derde man aan de top van de B.P.M.-Shell. Maar mijn moeder was verlegen en beschaamd, echter ze had het inkomen van die baan dringend nodig. Op een moment kwam daar ook een zekere heer Stirum met zijn vrouw en had diep medelijden met mijn moeders positie. De Heer Stirum vroeg hoe dit zo gekomen was en of hij mogelijk kon helpen. Uiteindelijk begon mijn moeder zich te verklaren en kwam de heer Stirum er ook achter dat ik voor mijn erfdeel moest vechten om het te krijgen. Mijn moeder had nog enige papieren die zij aan den Besten had weten te onthouden, maar vele waren vernietigd, om mogelijke sporen uit te wissen. Mij werd aangeraden om een advocaat Pro-Deo te nemen, dit werd een zekere mr. H.O. Thunnissen, die met behulp van de Heer Stirum begon te onderzoeken en erg hulpvaardig bleek in deze situatie. Maar daar was echter een probleem, zoals wij reeds eerder hadden ontdekt.

De B.P.M.-Shell had een pool van kundige advocaten en hoe die J. den Besten het voor elkaar heeft gekregen, 

hij heeft daaruit een advocaat weten te krijgen, een zekere Jonkheer mr. Stoop. Een Jonkheer nog wel, maar dat was niet alles; die man was ook verbeten anti Duits en mocht zich als zodanig in het openbaar ook in het gerechtshof zo uitlaten. Mijn moeder werd openlijk als een moffin  betiteld, zonder enige correctie van de rechter. Deze  mr. Stoop werd nu ook naar mijn advocaat Thunnissen gestuurd, wiens houding tegenover mij, daarna ook  compleet was veranderd. Hij raadde mij zelfs aan om een aanbod tot een afkoop van mijn erfdeel dat in 1946  98.000 gulden bedroeg. Hij adviseerde mij nu “take it or leave it”, mij tevreden te stellen met – schrik niet - 15.000 gulden. Ik weigerde dat te accepteren, de mr. Thunnissen wilde duidelijk van mijn zaak af, met de woorden, dat ik helemaal niets zou krijgen, als ik dit aanbod afsloeg. In dezelfde tijd vertelde de Heer Stirum, dat hij door den Besten was opgespoord en was bedreigd en dat hij onder die condities niet verder kon helpen, twee weken later was de Heer Stirum overleden, ik weet de reden daarvan niet.       

Ik voelde onder de omstandigheden dat het beter voor mij was, om te accepteren en dus klaarblijkelijk zeer opgelucht  werd  mij de kwitantie door mijn Pro-Deo advocaat, mr. H.O. Thunnissen overhandigd; hij was overduidelijk blij het laatste van mij   te hebben gezien. Wat had Mr. Jonkheer Stoop, de advocaat van die J. den Besten, met mijn advocaat gedaan? Wat had die J. den Besten met de heer Stirum gedaan? Waar  was in Nederland het zogenaamde Recht toe in staat? Kan men het recht alleen maar met geld verkrijgen?

Welke betekenis heeft, of hebben, de rechten van de mens en het rechtswezen in Nederland eigenlijk nog, in een zogenaamde beschaafde samenleving, waar alleen maar het geld beslist vat recht of onrecht         is? Wat is hier eigenlijk het verschil met onze “Indische Kwestie”; waar    de rechten van de Indische Nederlander, al voor 68 jaren en  meer, door onze opeenvolgende Nederlandse Regeringen worden ontzegd. Ook Nederland is in essentie corrupt! Het systeem is ziek! 

Ik had nu voor het eerst in mijn leven wat geld in mijn hand. Doordat ik vrijwel nooit veel geld had uitgegeven, schijnbaar een aangeboren zuinigheid had ik ook nog nooit iets leuks voor mijzelf gekocht.  Mijn moeder had nu een goede baan en had mijn hulp, anders dan een kleine bijdrage voor de huishouding ook niet meer nodig.

Foto - I10897272878?profile=originalkzelf als enthousiast hobby-fotograaf.

Met de afstanden en de exploraties, die ik nu, zo graag, ook eens zou willen doen, besloot ik een scooter te kopen. Het werd mijn trotse en eerste bezit, een zwart grijze “Heinkel”. Het was een prachtige machine, snel en veilig en kon ik er zelfs bij ons de tuin mee in rijden, dus niet aan de straat geparkeerd. Echter, mijn machine was mooier dan de “JAWA” scooter die mijn werkplaats baas bij Siemens had en ontstond er een gevoel van jaloezie. Wat het ook geweest was, ik  stond kort daarop plotseling weer op straat. Nu al weer de tweede keer, zonder dat ik daar een geldige reden voor vermoedde of dat mij zelfs een reden voor dit plotselinge ontslag werd gegeven. Dit vond ik wel heel  erg vreemd.

Echter via een vriend, die ik had ontmoet, werd ik bij Van Der HEEM TV. NV. geïntroduceerd, waar ik gelijk aan de lopende band werd gezet, voor het maken van TV kanaalzoekers. Vreemd om aan een lopende band te zitten, met allerlei soorten van mensen, maar mijn nieuwe vriend, een zekere Peter Boon, zat aan de andere kant. Zo konden wij af en toe met elkaar praten. Zodoende hoorde ik van hem ook voor de eerste keer over Nieuw Zeeland, omdat zijn zuster daar met een schapenboer was getrouwd en hij er ook aan dacht, om daar naar toe te gaan.

Plotseling, na vier maanden, werd ik echter ook daar bij Van Der HEEM TV weer plotseling op de straat gezet, ondanks dat mij daar kort ervoor een koers naar promotie was voorgesteld. Wat is er aan de hand? Daar wederom aan mij geen verklaring werd  gegeven voor dit plotselinge ontslag, begonnen bij mij toch wel wat vraagtekens te rijzen. Op dat moment  had ik geen flauw vermoeden wat daar de oorzaak van kon zijn.

Op mijn tweede dag thuis, kreeg ik een telefoontje, het was Van Der Heem TV. Of ik mij a.u.b. op het hoofdkantoor wilde vervoegen.  Stomverbaasd voldeed ik aan dat verzoek en werd bij de directie toegelaten. Men wenste mij wederom in dienst te nemen en er waren verdere mogelijkheden voor mij in de nabije toekomst.  Echter op mijn vraag omtrent de reden van mijn laatste en plotselinge ontslag, wilden zij absoluut niet ingaan, anders dan 

dat zij op dat moment gegronde redenen hadden. Bij nader inzien concludeerden zij dat de reden van mijn laatste ontslag ongegrond was, en werd mij een speciale afdeling      als een mogelijkheid toegewezen. Ik was met die uitspraak niet tevreden en voelde mij zelfs beledigd en gemanipuleerd. De afspraak was, dat ik hen voor het weekend zou laten weten of ik terug kwam en ik dankte hen voor de genomen moeite om mij een nieuwe kans te geven.

Wat was er veranderd? Ik was tot de conclusie gekomen, dat ik uit dit land wilde vertrekken. Het land dat zo weinig voor mij had gedaan, ja zelfs geweldige schade aan mij persoonlijk had berokkend en mij daarbij ook nog had bestolen. Ik dacht aan Nieuw Zeeland, maar nu moest ik nog  werken en geld verdienen en ik besloot mij ook volledig op mijn fotografie-hobby te werpen. Ik dacht dat Vroom&Dreesmann een prima zaak voor mij zou zijn, om mij op een komende emigratie in te stellen. Het was immers een zaak waar van alles werd verkocht en waar ik als een personeel kortingen kon krijgen op alles, dat ik mogelijkerwijze nodig had, waaronder ook fotografische artikelen.

Mijn moeders succes bij de Bonneterie, was nu zo groot dat zij promotie kreeg. Voor haar speciale B.P.M.-Shell klandizie, bleef het vreemd “mijn Moeder” daar te zien werken, zelfs nu als een hoofd verkoopster. Het was voor veel van de oud B.P.M.-ers ongelooflijk, om mevrouw A.C. Lemmens, de eens zo trotse vrouw van een van de invloedrijkste mannen van die tijd als winkelpersoneel te zien werken.  Dit nieuws ging als een wild vuur door geheel den Haag, Wassenaar en omstreken. Dit was echter wel het laatste, dat de familie van dr. ir. H.H. Brons kon verdragen. Zij waren nu immers de hoofdfiguren van die B.P.M.-Shell organisatie. En daar was nog altijd “mijn moeder” die teveel over hen wist en zelfs ook nog steeds mijn persoon, die voor hen kennelijk ongrijpbaar was, die konden spreken, over de verraderlijke Japanse situatie van hen gedurende de laatste oorlog.

Nu was het mijn moeders beurt, om op staande voet plotseling te worden ontslagen. Mijn moeder begon haar baan succesvol en had de goodwill van de directie, kreeg goed betaald en bracht een geweldige en waardevolle klandizie in. Dus hoe was dit mogelijk, een “plotseling ontslag” zonder een verklaring; allemaal precies zoals het ook steeds met mij was verlopen.

10897273299?profile=originalFoto - Hoofdkantoor van de BPM Shell in Batavia

Mijn moeder eiste een verklaring van de directie, die gaf haar toen te verstaan: “Mevrouw Lemmens, (voorheen was het al Thea), u hebt over ons gesproken. U als een Duitse, zou hebben verteld, dat wij als Joden ook vergast hadden moeten zijn, door Nazi-Duitsland. Als U zulke dingen over ons verteld, hoe kunnen wij U dan nog de hand boven het hoofd houden, en U voor ons laten werken?” Navraag van mijn moeder, naar de oorsprong van dat gerucht, werd door hun geweigerd te beantwoorden.

Het duurde echter niet lang, voordat mijn Moeder, door dr. ir. H.H. Brons, directeur van de R.R.P.-Shell, voor haar was dat gewoon Ab Brons, een aanbod kreeg, om zijn privé- secretaresse-telefoniste te worden, met niet alleen een waardig salaris en beter dan dat bij de “Bonnetterie”. Zij kreek daarbij ook haar eigen toekomstige pensioen en ook nog eens, daar bovenop, het originele pensioen van mijn vader, dat zij verloor, door haar tweede huwelijk met J. den Besten. Dat was een geweldige hoeveelheid geld, dus wat anders kon mijn moeder doen, dan het te accepteren. En zo verkocht mijn moeder haar ziel aan de duivel. Ab Brons was kennelijk in een positie, waar hij letterlijk met geld kon smijten.

Als mijn Moeder werkelijk aan de belangen van mij, haar enigs kind had gedacht, had zij ook zonder die Brons een zeer goed leven kunnen hebben en ook met mij was alles veel beter afgelopen geweest. Maar zoals het verleden al had bewezen, mijn  moeder toonde niet de minste verantwoordelijkheid, of zelfs de liefde van een moeder. Waar was die verantwoordelijkheid gebleven, wat was er gebeurd en waarom; waar tenslotte zelfs ook mijn grootvader aan ten onder ging. Mijn eigen vader, had zelfs de geweldigste voorzorgs-maatregelen getroffen, voor het toekomstige welzijn van zijn enigs kind. Wat meer had mijn vader kunnen doen.

Een speciale observatie 

De antwoorden zijn hier allemaal in dit schrijven te vinden, maar een opmerking moet toch worden gemaakt.  Als de broer van deze Jannes den Besten, Nicolaas den Besten, met de Socrates affaire, van de zestiger jaren, de Amsterdamse had weten op te lichten voor maar liefst 60 miljoen gulden, dan praten wij hier toch zeker niet over normale mensen. Het enige, waar mijn vader niets aan 

heeft kunnen veranderen, waren de na-oorlogse omstandigheden, van ons, door de Nederlandse onwelwillende, onjuiste en de onrechtvaardigste behandelingen ten opzichte van mij en met al de mensen die van Nederlands-Indië kwamen. En in ons specifieke geval ook nog eens met de Duitse nationaliteit van mijn moeder, ondanks het Nederlands paspoort.  Men kan zich afvragen Hoe het mogelijk is geweest, dat zoveel ongelukkige omstandigheden voor ons een rol speelden in een zogenaamd beschaafd en ontwikkeld Europees land, dat juist de rechten van de mens voorstaat.

Korte tijd later vertelde Greetje Brons mijn Moeder openlijk, en ronduit, dat zij “een briefje” aan de directie van de Bonnetterie had geschreven en de Duitse leugen over het vergassen van hen had gestuurd. Mijn Moeder was met stomheid geslagen, maar nu ook geketend aan  de Brons familie, die nu, met die regelingen was veilig gesteld. Wat kon zij nu nog doen, totaal afhankelijk gesteld en onder de nu directe controle van deze Brons familie. Rond die tijd was ik reeds met mijn eigen emigratie naar Nieuw Zeeland bezig. 

Later in Nieuw Zeeland, hoorde ik dat J. den Besten, op zijn kantoor van de B.P.M.-Shell, werd verdacht van het stelen van de Internationale postzegels, die met de jaarlijkse presentaties automatisch door de B.P.M. werden ontvangen. J. den Besten werd slechts met de grootste moeite getolereerd op zijn kantoor en er werd een val voor hem gezet, toen hij van die diefstal verdacht werd. En inderdaad werd hij op heterdaad betrapt op het stelen van waardevolle postzegels en op staande voet en met het verlies van zijn pensioen ontslagen.  Echter J. den Besten had door zijn kennis over Brons met zijn chantage in het vroegere Nederlands-Indië, met de Japanse kwestie en nu ook mede, door zijn complot met Brons aangaande de jacht op mijn persoon. Dus J. den Besten wist te veel over Brons en vormde daarmede nu ook een gevaar voor de Brons zelf.  

Het was natuurlijk om die redenen, dat dr. ir. H.H. Brons deze J. den Besten wederom zijn originele pensioenregeling teruggaf. Immers, H.H. Brons was nu zo machtig als hoofd van de R.R.P.-Shell, dat hij zich die maatregel op kosten van de Shell kon permitteren. Als zodanig onder voorbehoud dat hij J. den Besten totaal zou verdwijnen. Deze trok zich daarna terug, in een boerderij in Drenthe.  

10897273872?profile=originalfoto - Bonneterie in Den Haag

Jaren later, zou ook zijn zoon dr. Jannes den Besten jr., nu beschamend genoeg voor mij ook nog steeds mijn halfbroer, met zijn manipulaties, zich alle van mij en zijn moeders rechten, door zijn vader reeds eerder gestolen, toe-eigenen en zelfs zijn eigen zuster Edith den Besten bestelen. Ik heb nooit meer iets gezien van wat ooit aan mij toebehoorde.

Deze dr. Jannes den Besten jr. was op het einde ook nog de oorzaak van de dood van zijn moeder. Een moeder die zich uitsloofde, om hem bij zijn studies te ondersteunen, haar bedankte, door haar op het einde van haar leven met diefstal en bedrog, van alles te beroven, ter voorkoming dat er ooit nog eens iets naar mij toe zou kunnen komen. De broer van zijn vader (nu de senior J. den Besten), was de nu overal en wereldwijd bekend geworden “Nicolaas den Besten”, aan wie het (ongelooflijkerwijze) was gelukt, om de Amsterdamse bank voor 60 miljoen gulden op te lichten en met dat geld naar Zwitserland was verdwenen.

Deze zaak werd in Nederland en zelfs wereldwijd bekend, als de z.g. “Socrates Affaire”, die zich afspeelde in de laat vijftiger en vroeg zestiger jaren. Na een lange strijd en een uitzetting uit Zwitserland, stierf Nicolaas den Besten tenslotte in de gevangenis. Als persoon, was hij lang niet zo slecht als zijn broer Jannes den Besten, maar het waren moreel gesproken slechte mensen en kwamen van een “zeer” devote Hervormde familie. Andere, jongere broers Henk en de jongste Dolf hebben een betere weg ingeslagen, voor zover aan mij bekend.  

Mijn moeder, met haar nieuwe, maar nu afhankelijke verhouding, met de Brons familie, wist weer een goed kapitaal op te bouwen en kocht ook haar eigen huis, met geld op de bank en nu ook eindelijk eens een goed leven. Zij kreeg weer veel oude vrienden terug en was een graag geziene gast op veel Indische Kumpulans, waar ik nu een meer dan een meter hoge stapel foto’s van heb.        

Maar op haar levens einde, werd mijn Moeder nogmaals verraden, bedrogen en bestolen, ditmaal door haar eigen tweede zoon, dr. Jannes den Besten jr. Inderdaad weer dezelfde naam,  die zijn eigen moeder van alles had bestolen, een moeder, die totaal 

onverwachts  eerst in kritieke toestand in het ziekenhuis lag, weer herstelde, en thuisgekomen, haar bankpapieren, van de post gehaald en gecontroleerd,  tot de verschrikkelijke ontdekking kwam, dat zij niets meer bezat en  totaal berooid was, alles, haar bank-conto en haar nieuwe huis stonden totaal in het rood. Onderwijl was haar geliefde tweede zoon, dr. Jannes den Besten jr,  “met haar geld”, zijn vijftigste verjaardag aan het vieren was in Las Vegas in de U.S.A., met veel van zijn vrienden. Alles was verdwenen en hij kon niet eens meer naar Nederland terugkeren. Na alles gespendeerd te hebben, moest hij notabene ook nog geld lenen, om naar Nederland terug te kunnen reizen. Zelfs een telefoongesprek kon hij niet betalen, dat moest zijn eigen zuster Edith voor hem doen.

Ook ik had nog steeds mijn rechten, maar die zijn door dr. Jannes den Besten jr., geheel geabsorbeerd en verdwenen, terwijl hij voorheen ook zijn eigen vader had geplunderd en alles in zijn eigen zak had gestopt. Het zijn allen door en door slechte mensen, die den Besten’s. Hoe is het mogelijk, dat wij ooit in hun handen zijn gevallen.

Tot zover het zesde deel van het levensverhaal van Adrian Lemmens, dat   hij voor deze NICC Nieuwsbrief schreef.   

 

10897264495?profile=original

    OPSTUREN NAAR F.SCHWAB / ICM Wouterskampen 68  - 3849BC Hierden (gem. Harderwijk).

Lees verder…

10897268094?profile=originalVeel Nederlanders hebben een persoonlijke band met Indonesië

bronvermelding: rlogsgravenstichting

Na de Tweede Wereldoorlog kwamen vele Nederlanders en Indische Nederlanders vanuit Indonesië naar Nederland. In Nederland was toen totaal geen oog voor het hetgeen zij in Indië hadden meegemaakt. Hier kregen zij het verwijt dat zij de oorlog hadden doorgebracht in een warm land waar het eten voor het grijpen lag, terwijl de mensen in Nederland vreselijk hadden geleden onder foto- Minister-president Mark Rutte legt een krans ter nagedachtenis van de gevallenen op het Nederlands ereveld Menteng Pulo in Jakartade

Duitsers, de koude winters en het gebrek aan voedsel. Hierdoor hielden mensen uit Indië uiteindelijk hun mond en vertelden zij buiten het gezin niet meer over hun ervaringen in de Japanse kampen. Velen zochten hun heil zelfs buiten Nederland en emigreerden naar Amerika, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Soms spraken zij wel met hun kinderen over hun tijd in Indië. Dat deed bijvoorbeeld ook de vader van onze minister-president Mark Rutte.

10897268475?profile=original

 foto -  Minister-president Rutte alleen met zijn gedachten tussen de graven op het ereveld

De vader van Mark Rutte was in Nederlands-Indië directeur van de handelsonderneming Jacobson Van den Berg & Co. Samen met zijn vrouw en hun drie kinderen woonde hij aan de Tosariweg in Batavia. Door de oorlogsdreiging met Japan werd vader Rutte onder de wapenen geroepen. Hij diende als reserve tweede luitenant infanterie bij het KNIL. Na de Nederlandse capitulatie verdween vader Rutte in een krijgsgevangenenkamp. Moeder Rutte kwam met haar drie kinderen in het kamp Tjideng in Batavia terecht.

10897268672?profile=original

Daar overleed zij vlak voor de bevrijding op 20 juli 1945. Na de oorlog is zij herbegraven op het Nederlands ereveld Pandu in Bandung. Daar rust zij nu nog.Vader Rutte keerde met hun drie kinderen terug naar Nederland en hertrouwde met een zuster van zijn overleden vrouw.

Uit dit huwelijk werd Mark Rutte geboren in 1967.

"Mijn vader zette mij op zijn knie en vertelde spannende verhalen. Ik heb daar veel van geleerd. Zijn verhalen behoren nu tot mijn bagage" aldus Mark Rutte.

Op deze wijze leerde hij de Indische familiegeschiedenis van zijn vader kennen. Een geschiedenis die hij voor altijd met zich meedraagt.

Vanwege het drukke programma was er geen gelegenheid om het graf van de eerste vrouw van zijn vader in Bandung te bezoeken. De Oorlogsgravenstichting heeft er daarom voor gezorgd dat er tijdens zijn bezoek aan Indonesië een bloemetje op graf werd geplaatst. Hiervan zijn foto's gemaakt die Mark Rutte bij het bezoek aan het ereveld Menteng Pulo zijn aangeboden door Peter Steenmeijer.

Lees verder…

Geheime nota: Molukse treinkapers door kogelregen gedood

Geheime nota: Molukse treinkapers door kogelregen gedood

Door: Ana van Es − 30/11/13, 02:00
10897267684?profile=original
© ANP. Op 11 juni 1977 beëindigden militairen van een speciale eenheid de treinkaping bij het Drentse gehucht De Punt.

Het ministerie van Justitie heeft 35 jaar lang een nota geheim gehouden waaruit blijkt dat zes Molukse treinkapers in 1977 door tientallen kogels zijn gedood. Opeenvolgende ministers hebben volgehouden dat van een kogelregen geen sprake is geweest, laat staan dat ze opzettelijk zijn gedood. Maar al in 1978 was op het ministerie bekend dat de gedode kapers samen getroffen zijn door 144 kogels. Dat blijkt uit nog niet openbare dossiers over de treinkaping in het Nationaal Archief, die de Volkskrant de afgelopen maanden mocht inzien.

  • media_l_1973643.jpg
    © anp.
    De Zuidmolukse onderhandelaars Tan en Soumokil tijdens een persconferentie nadat de kaping was beëindigd.
  •  
    Men zal daaruit afleiden dat de treinkapers wel degelijk door een regen van kogels getroffen zijn
    Ernst Hirsch Ballin in '77

'Dit is heel pittig', zegt Dries van Agt, toenmalig minister van Justitie (CDA), die verantwoordelijk was voor de aanval. Hij ziet kogelaantallen per gedode kaper. '40 kogels, 33 kogels en 28 kogels, dat is niet mis. Ik kom dit nu pas aan de weet. Toen ik in 1977 de Tweede Kamer informeerde, wist ik hier niets van.'

Op 11 juni 1977 beëindigden militairen van een speciale eenheid de treinkaping bij het Drentse gehucht De Punt. Daarbij vielen acht doden: zes van de negen Zuid-Molukse kapers en twee gegijzelden. Geen andere naoorlogse antiterreuractie in Nederland eiste zoveel levens.

Van Agt meldde kort na afloop van de kaping in de Tweede Kamer dat de gedode kapers niet zijn getroffen 'door een regen van kogels'. Over de beschieting zei hij: 'Die had niet tot doel hen te doden.' De werkelijkheid was anders, bleek al snel. In maart 1978, negen maanden na de kaping, kreeg het ministerie de autopsierapporten van de zes overleden kapers. De zaak belandde op het bureau van de toen 27-jarige hoofdambtenaar Ernst Hirsch Ballin (CDA), die later zelf minister van Justitie zou worden.

Hirsch Ballin legde in een tot nu toe onbekende nota vast door hoeveel kogels elke kaper is getroffen: 12, 40, 18, 28, 13, 33. Zijn conclusie: de autopsierapporten schetsen een ander beeld van de beschieting dan het officiële regeringsverhaal. 'Men zal daaruit afleiden dat de treinkapers, anders dan minister Van Agt op 23 juni 1977 in de Tweede Kamer verklaarde, wel degelijk door een regen van kogels getroffen zijn. Ook de verklaring van de minister, dat niet beoogd werd de kapers te doden, zal aan geloofwaardigheid inboeten.'

In de kluis
Zijn bevindingen lagen gevoelig, want Van Agt was op dat moment premier van Nederland. De nota van Hirsch Ballin verdween samen met andere geheime documenten over de treinkaping in de kluis. Toenmalig minister van Justitie Job de Ruiter (CDA) zegt dat de nota van Hirsch Ballin hem nooit heeft bereikt. 'De inhoud van de nota heeft mij niets doen herinneren.'

Minister van Justitie Ivo Opstelten (VVD) kreeg onlangs vragen uit de Tweede Kamer over een onderzoek waarin staat dat enkele kapers door militairen zouden zijn geliquideerd. Als antwoord verwijst hij naar onder meer de opmerkingen van Van Agt op 23 juni 1977, die 35 jaar geleden al onjuist bleken. Zijn woordvoerder wil daarop niet inhoudelijk reageren, want binnenkort moet Opstelten nieuwe Kamervragen over de treinkaping beantwoorden.

Vandaag in de Volkskrant: 'Met weinig kogels had dit niet gekund'

Lees verder…

10897253880?profile=originalNaar aanleiding van vele commentaren, reacties m.b.t. de Indische Perkara op ICM (Stille Tocht).

 

De vele commentaren / reacties m.b.t. de Indische Perkara / kwestie dat niets meer wordt gepubliceerd op ICM na een lange periode wil de redactie daarom het volgende pleidooi houden met een stuk achtergrond waarom Ferry Schwab Sr. er nog voor 100% in geloof stelt dat puur gestoeld heeft op rationele gronden dus op wetenschappelijke gronden en analyses met prognoses, en een broedende kip moet men niet storen.

ICM bestaat pas 14 jaren.

Het team met haar leden bewogen zich zeer actief op dit terrein o.a.  Sinds de aanvang van deze pekara / zaak die in beginsel stamt vanaf 1999 (Het Gebaar). Dit was een tussenstation voor de kille koele ontvangst. Als bedrijfskundige constateerde Ferry Schwab dat cultuurtje die heerste binnen het oude Indisch Platform niet lekker hun vel zat. Eerst moest de strijd intern geleverd worden met cultuurtje van oude Indisch Platform. Daar moest worden mee afgerekend met oude IP die de zaak verkwanselde met het Gebaar waar eigen belang hoogtij vierde. Opgemeld dient te worden dat dr. Kloosterman lid van het oude IP de zaak openbrak waardoor het Gebaar uiteindelijk tot stand is gekomen. Beladen was deze diepte – of hoogtepunt voor alle Indische die uit Indie moesten door Overdracht.

Even een zijsprongetje.

In het nieuwe boek van onze ICM abonnee/ lid Henk Harcksen, die nu een ruim een jaar bezig is om dit vast te leggen, staat dit tot detail beschreven die op 18 januari 2014 wordt uit gebracht. Een selecte ICM lezersgroep heeft hier al kennis van mogen nemen als voorschotje. Want Henk wil dat alle werkelijke feiten worden vastgelegd- , daar gaat Henk in op details waar ook het Gebaar aan de orde komt.

De meesten van het oude IP die daar zitting namen, hadden hun broodheer de Overheid dat bij iedereen geen geheim vormt. Beide voorzitters waren bezig om zo veel mogelijk Indische organisaties aan zicht binden. Met maar 1 doel om de Indo's zoet te houden en het Haagsche bos in te sturen. 

Met de komst van het Nieuwe Indisch Platform ging het roer om en een frisse wind door het Indisch Platform. Dit IP ging gelijk in de aanval richting politiek Den Haag.  Vind wel belangrijk dat een auteur aan dit thema wijt in zijn boek gaat wel over een periode van 1999 tot 2013, en dat ook zo de feiten worden vastgelegd. Overigens heeft Herman Bussemaker - de strijder van het eerste uur als historicus - ook zijn bijdrage geleverd aan het boek naast anderen. Er zijn vele boeken geschreven door andere auteurs, maar een boek over het oude IP, en Het Gebaar daar rust een taboe op. De tijdlijn 1999 tot nu zijn letterlijk onder het tapijt geveegd, desondanks Het Gebaar met riante subsidies van 35 miljoen strooide zijn deze auteurs nergens te bekennen, die nu als een boemerang op hun bordje krijgen.

Schande dat nu weer een petitie dient te worden gestart om onze geschiedenis een ere te herstellen.

Helaas het boek van Henk gaat binnenkort ter perse wat het resultaat is geweest zal waarschijnlijk niet in komen te staan ....., maar wel interessant om straks te lezen wat er achter de schermen is gebeurd bij het oude IP, en waarom niets werd bereikt dat te wijten is aan hun brevet van onvermogen.

 

Terug naar de orde van de dag  …..


In 2008 werd het nieuwe IP opgericht olv vz. Herman Bussemaker. Hiervan hebben de meesten nimmer bij die Overheid gewerkt. Het geluk wilde dat binnen de IP delegatie iemand zat namelijk Ton Te Meij die alles wist over het reilen zeilen in Den Haag met zijn netwerk; Is secr. geweest van Jan Peter Balkenenden.   Ton wist zo vele zieltjes te winnen in de Tweede kamer, ook Gerdi Verbeek als vz. van de Tweede Kamer.Zo wist onze Ton alles op de agenda te zetten, ook dit mag eens wel gezegd worden.

Alleen al dit aspect verhoogde onze kansen. Zeker als je die Oude IPérs tegen licht aanhoudt, het zijn lamzakken geweest!

Het gewicht van het IP met IP delegatie die al link hadden met politiek Den Haag verhoogde de kans op slagen tot 90 %, eindelijk actie direct al bij de aanvang, desondanks dat binnen ICM netwerk diverse personen (vrienden) zijn afgehaakt in 2012, wat zeer deed met als argumentatie IP misbruikte de naam / namens de Indische Gemeenschap waren o.a. hun verwijten, en op de pasar malams hadden vele Indo's geen geloof hier meer in. Dit was nog steeds een aftreksel van het oude Indisch Platform.

Deze nieuwe frisse wind begon gelijk ten strijde richting Den Haag.

Vanaf dat moment zijn pogingen gedaan o.a. door een kleine pasar Malam op Het Plein om een dialoog aan te gaan met als inzet de opgestelde Indische NIOD rapporten dat anderhalf miljoen de belastingbetaler heeft gekost. Deze gebeurtenissen staan allemaal vastgelegd op ICM video’s, waar o.a. Halbe Zijlstra het podium nam “” met waar zij die oude 600 miljoen oude guldens gebleven”“ helaas het kabinet viel. Direct daarop werd weer ludiek een campagne gestart op Het Plein om weer in dialoog te komen, die twee dagen duren en tot de ochtend uurtjes en de Indische motie werd verworpen met verschil van twee stemmen.  Ton Te Mei nog heeft nog geprobeerd om de twee decidenten van het CDA  over te halen om achter onze motie te krijgen.

Toen kwam Hans Vogelsang met zijn Indische Petitie die via zijn site, ICM en pasar malams handtekeningen die een jaar lang handtekeningen verzamelde en later sloten de andere groepen zich aan; Met de stille Tocht  (Peggy Stein) daar hebben ruim 400 man in meegelopen om de petitie aan te bieden; velen staan nog op de gemaakte reportages. Zelfs pasar organisator Wout Nijland was van de partij naast vele bekenden.

Wat mij zeer teleurstelt in die 15 jaren ICM, is een zaak dat alle Indo's aangaat hun sudahhhh laat maar - cultuurtje, en het zijn een dergelijk 400 man die sinds 2009 strijden en dan te denken dat wij een populatie hebben van anderhalf miljoen.

Wat dat betreft ben ik jaloers op de Molukse gemeenschap: 

De eendracht, samenhorigheid, en solairidairiteit, MAG WEL EENS GEZEGD WORDEN NA 15 jaren ICM werd geconfronteerd om dat zij mij assistentie vroegen voor het organiseren van een pasar Malam, ben zo in hun wijken geweest.

Iedere geval van achter het bureau van de redactie ICM:

CHAPEAU voor die 400 strijders die strijden om het grote onrecht wat hun ouders allemaal is aangedaan en erin blijven geloven.

Zie reportage manifestatie 2009
http://icmonline.ning.com/video/reportage-ip-manisfestatie-ip

UPDATE PER 2013.

Helaas het aantreden van de nieuwe voorzitter van het Indisch platform heeft ICM redactie doen besluiten om afstand te nemen van dit Indisch Platform, en spijtig genoeg heeft ICM de petitie van Hans Vogelsang geduwd met het eisenpakket : Erkenning, excuses, en compensatie. Compensatie nadrukkelijk op deze volgorde: Oorlogslachtoffers ............ en laatste prioriteit KNIL en Backpay. ICM is van mening dat deze twee niet thuishoren onder de Indische Perkara's, maar een zaak is van oudwerkgever Min. Binnenlandse Zaken en Defensie. Zoals het artikel begon met de nieuwe voorzitter is weer intern binnen delegatie van het Indisch Platform de strijd aangewakkerd, en uiteindelijk geexplodeerd . De helft van delegatie is opgestart en op Facebook wordt deze strijd verder gevoerd, niet gennant, en niet professioneel.

Te beseffen dat Het Indisch Platform geen enkele bevoegdheid heeft om namen Nederlandse Indische Gemeenschap te handelen. 

ICM + redactie hebben ruim 4 jaar afstand genomen van dit IP en de overblijfselen hiervan.

 

Lees verder…

Rutte op bezoek in Indonesië om banden aan te halen

Rutte op bezoek in Indonesië om banden aan te halen

Bron ANP.

Premier Mark Rutte heeft woensdag in de Indonesische hoofdstad Jakarta een gesprek gehad met de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono. De twee spraken onder meer over de hechte diplomatieke en economische betrekkingen tussen de twee landen en over de verdere invulling daarvan. Rutte kwam dinsdagavond samen met minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) en staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken) aan voor een driedaags bezoek aan Indonesië. In hun kielzog reist de grootste Nederlandse handelsmissie ooit mee, met 100 Nederlandse bedrijven, 15 topmensen van bedrijven en werkgeversvoorman Bernard Wientjes. Belangrijk land in Azië Net als China, waar Rutte vorige week nog president Xi Jinping ontmoette, is Indonesië een belangrijk land in Azië. Het heeft bijna 250 miljoen inwoners en de economie groeit bovendien jaarlijks met meer dan 5 procent. Nederland is al de tweede handelspartner van Indonesië binnen de EU. De wederzijdse handel tussen de twee landen bedroeg in 2012 ongeveer 3,5 miljard euro. Nederland en Indonesië willen de banden nog steviger aan halen. Rutte en Yudhoyono stelden een gezamenlijke verklaring vast voor de verdere versterking van de relaties op onder meer het terrein van politiek, handel, mensenrechten en defensie. De premier kondigde aan dat hij over anderhalf jaar opnieuw met een uitgebreide handelsmissie naar Indonesië komt. Rutte en Yudhoyono spraken ook over de nucleaire top die volgend jaar maart in Nederland wordt gehouden. Yudhoyono zegde toe te zullen komen. Visproductie kleine vissers Staatssecretaris Dijksma sprak woensdag met de Indonesische minister van Visserij af samen 9 miljoen euro bij te dragen om de visproductie voor Indonesische, kleine vissers te vergroten en te verduurzamen. Zo'n 30 procent van de visvangst in de archipel gaat nu verloren door onvoldoende kennis van onder meer behandeling van vis, opslag en distributie. Een hogere productie en minder verlies van vis moet meer voedselzekerheid creëren en de problemen voor 30 miljoen ondervoede Indonesiërs verlichten. Koloniaal verleden niet onderwerp van gesprek Over het koloniaal verleden is tussen Rutte en Yudhoyono niet meer gesproken. Volgens Ruttes woordvoerder is daar met het bezoek aan Indonesië van toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot in 2005 een streep onder gezet. Daarnaast heeft Nederland onlangs nog regelingen getroffen met weduwen van mannen die in de jaren veertig door het Nederlands-Indisch leger standrechtelijk zijn geëxecuteerd. Volgens de woordvoerder van Rutte geldt voor zowel de premier als voor Yudhoyono dat het verleden is afgesloten en de blik op de toekomst is gericht. Het bezoek van Rutte, Ploumen, Dijksma en de Nederlandse bedrijven aan Indonesië duurt nog tot en met vrijdag. Minister-president Mark Rutte wordt ontvangen door de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono (Foto ANP). ANP-25504317 Minister-president Mark Rutte slaat op een gong in het Erasmus Huis (Foto ANP). ANP-25502745 Mark Rutte aan het woord in het Erasmus Huis (Foto ANP). ANP-25502759 Minister-president Mark Rutte bekijkt een schilderij van Rudolf Bonnet op een tentoonstelling van moderne Balinese kunst (Foto ANP). ANP-25502765 Foto's van premier Mark Rutte en zijn Indonesische ambtgenoot Susilo Bambang Yudhoyono in het straatbeeld van Jakarta (Foto ANP). ANP-25492873

Minister-president Mark Rutte wordt ontvangen door de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono. Foto ANP

Premier Mark Rutte heeft woensdag in de Indonesische hoofdstad Jakarta een gesprek gehad met de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono.

De twee spraken onder meer over de hechte diplomatieke en economische betrekkingen tussen de twee landen en over de verdere invulling daarvan.

Rutte kwam dinsdagavond samen met minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel) en staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken) aan voor een driedaags bezoek aan Indonesië. In hun kielzog reist de grootste Nederlandse handelsmissie ooit mee, met 100 Nederlandse bedrijven, 15 topmensen van bedrijven en werkgeversvoorman Bernard Wientjes.

Belangrijk land in Azië

Net als China, waar Rutte vorige week nog president Xi Jinping ontmoette, is Indonesië een belangrijk land in Azië. Het heeft bijna 250 miljoen inwoners en de economie groeit bovendien jaarlijks met meer dan 5 procent.

Nederland is al de tweede handelspartner van Indonesië binnen de EU. De wederzijdse handel tussen de twee landen bedroeg in 2012 ongeveer 3,5 miljard euro.

Nederland en Indonesië willen de banden nog steviger aan halen. Rutte en Yudhoyono stelden een gezamenlijke verklaring vast voor de verdere versterking van de relaties op onder meer het terrein van politiek, handel, mensenrechten en defensie.

De premier kondigde aan dat hij over anderhalf jaar opnieuw met een uitgebreide handelsmissie naar Indonesië komt.

Rutte en Yudhoyono spraken ook over de nucleaire top die volgend jaar maart in Nederland wordt gehouden. Yudhoyono zegde toe te zullen komen.

Visproductie kleine vissers

Staatssecretaris Dijksma sprak woensdag met de Indonesische minister van Visserij af samen 9 miljoen euro bij te dragen om de visproductie voor Indonesische, kleine vissers te vergroten en te verduurzamen.

Zo’n 30 procent van de visvangst in de archipel gaat nu verloren door onvoldoende kennis van onder meer behandeling van vis, opslag en distributie. Een hogere productie en minder verlies van vis moet meer voedselzekerheid creëren en de problemen voor 30 miljoen ondervoede Indonesiërs verlichten.

Koloniaal verleden niet onderwerp van gesprek

Over het koloniaal verleden is tussen Rutte en Yudhoyono niet meer gesproken. Volgens Ruttes woordvoerder is daar met het bezoek aan Indonesië van toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Ben Bot in 2005 een streep onder gezet.

Daarnaast heeft Nederland onlangs nog regelingen getroffen met weduwen van mannen die in de jaren veertig door het Nederlands-Indisch leger standrechtelijk zijn geëxecuteerd. Volgens de woordvoerder van Rutte geldt voor zowel de premier als voor Yudhoyono dat het verleden is afgesloten en de blik op de toekomst is gericht.

Het bezoek van Rutte, Ploumen, Dijksma en de Nederlandse bedrijven aan Indonesië duurt nog tot en met vrijdag.

Minister-president Mark Rutte wordt ontvangen door de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono (Foto ANP).
ANP-25504317

Minister-president Mark Rutte slaat op een gong in het Erasmus Huis (Foto ANP). 
ANP-25502745

Mark Rutte aan het woord in het Erasmus Huis (Foto ANP).
ANP-25502759

Minister-president Mark Rutte bekijkt een schilderij van Rudolf Bonnet op een tentoonstelling van moderne Balinese kunst (Foto ANP).
ANP-25502765

Foto’s van premier Mark Rutte en zijn Indonesische ambtgenoot Susilo Bambang Yudhoyono in het straatbeeld van Jakarta (Foto ANP).
ANP-25492873

Minister-president Mark Rutte inspecteert de erewacht bij het presidentiële paleis (Foto ANP).
ANP-25505536

Lees verder…

Slotaflevering André op aarde - Jakarta en Bali

10897267300?profile=originalSlotaflevering André op aarde - Jakarta en Bali NED. 3, 20.25 UUR 

In de laatste aflevering van André op aarde bezoekt André Kuipers Indonesië. Jakarta is als een van de dichtstbevolkte metropolen ter wereld een voorbeeld van een stad die volledig is vastgelopen. Auto’s staan permanent in de file en elk jaar komen er honderdduizenden inwoners bij, die allemaal ergens moeten wonen en werken.

Op Bali lijkt de situatie minder ernstig, maar door de enorme toestroom van toeristen begint het afvalprobleem onbeheersbaar te worden. Dagelijks komen er plastic flesjes, zakjes en tasjes in het milieu terecht; een goede afvalverwerking ontbreekt op het eiland. Milieubewuste inwoners nemen het heft in eigen hand en André Kuipers gaat met hen mee. Ze protesteren, halen zelf afval op en recyclen het.

Ook gaat Kuipers naar het paradijselijke Komodo, waar weinig mensen mogen komen. Het eiland is bekend door de komodovaraan, de grootste hagedis ter wereld. André gaat diepzeeduiken in de oceaan, maar ontdekt dan dat ook bij dit eiland de natuur al is aangetast.

NED. 3, 20.25 UUR 
Lees verder…

10897272089?profile=originalWIENTJES: OPGEHEVEN VINGER KOST LAND GELD ’Nederland moet toontje lager zingen’

De Nederlandse politiek moet ophouden om de dominee te spelen in het buitenland. De koopman is de komende jaren hard nodig voor economisch herstel.

Dat zegt VNO-NCW-voorman Bernard Wientjes. „Nederland is nog steeds de dominee en de koopman. De oude dominee moet weg. Je mag idealen hebben, maar geen geheven vingertje”, aldus de werkgeversbaas in gesprek met De Telegraaf in Jakarta. 

Lees verder op https://telegraaf-i.telegraaf.nl/telegraaf/_main_/2013/11/22/001/index.html

Lees verder…

10897267497?profile=originalHet besluit om onderzoek naar dekolonisatie van Nederlands-Indiē uit eigen zak te betalen is een diplomatieke beslissing
Terwijl het bezoek aan Indonesië ook op persoonlijk vlak een bijzondere gebeurtenis voor premier Mark Rutte is, omdat in deze voormalig Nederlandse kolonie een dramatische geschiedenis van zijn familie ligt, wil minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans dat instituten die onderzoek willen doen naar de dekolonisatie van het voormalig Nederlands-Indië, waarvan ook Ruttes familie de dramatische gevolgen moest ondervinden, dit uit eigen budget betalen.
Hiermee geeft Nederland wederom te kennen dat het de golf van etnisch geweld in voormalig Nederlands-Indië naar de achtergrond wil verdringen. Dit geweld richtte zich op de net uit Japanse interneringskampen bevrijdde Indische Nederlanders. Indonesische verzetsstrijders wilden kost wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld. Deze periode van geweld, die de geschiedenis inging als de ‘Bersiapperiode’, is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland. Desalniettemin is er geen land dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten, als Nederland. De toenmalige Nederlandse regering was de mening toegedaan dat de jonge nieuwe republiek Indonesië daarvoor verantwoordelijk was.
Ook de in 1951 aangenomen WMO, de Wet Materiële Oorlogsschade, was niet voor deze Indische Nederlanders weggelegd, omdat de wet alleen voorzag in oorlogsschade die door Nederlanders geleden werd als gevolg van de Duitse bezetting. Onder de WMO is aan Nederlandse particulieren in de loop der jaren een bedrag van 5,9 miljard gulden uitbetaald, maar de Nederlanders uit de voormalige kolonie ontvingen niets. Vergeleken met de diverse andere landen die in oorlog waren met Japan is dit zeer beschamend. De Verenigde Staten, Engeland en Frankrijk hebben hun landgenoten uit de Aziatische koloniën ruimhartig gecompenseerd, ook voor de geleden oorlogsschade.
Qua opvang en huisvesting deed Nederland het al even slecht. Indische Nederlanders die na de oorlog naar Nederland kwamen, omdat ze in Indië niet meer welkom waren, hadden het slechter dan asielzoekers. Ze werden in barakken geplaatst en moesten het doen met een heel klein voorschot dat ze bovendien tot de laatste cent moesten terugbetalen.
Dat minister Timmermans wil dat onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië uit eigen budget wordt betaald, moet dan ook niet worden gezien als een bezuinigingsmaatregel, maar als een diplomatiek besluit. Juist nu premier Rutte voet op Indonesische bodem heeft gezet, zal het immers niet ‘handig’ zijn als de Indonesische regering er lucht van krijgt dat Nederland onderzoek naar etnisch geweld door Indonesiërs financiert…
Max Rufi
Uitgever/Editor van Weekblad Hallo Online 
Lees verder…

Yudhoyono komt alsnog

10897283462?profile=original Yudhoyono komt alsnog

Nederland rolt nu opnieuw de rode loper uit in verband met de nucleaire top in Den Haag, in maart. Volgens premier Rutte heeft Yudhoyono toegezegd. Van een staatsbezoek, met officieel ontvangst door koning Willem-Alexander, is evenwel geen sprake. Die eer valt waarschijnlijk de opvolger van de Indonesische president ten deel. Lees veder https://telegraaf-i.telegraaf.nl/telegraaf/_main_/2013/11/21/001/index.html 

Lees verder…

'Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide'

'Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide' Bron Volkskrant 18/11-2013

Bewerkt door: redactie − 18/11/13, 08:31  − bron: ANP
media_xl_1952552.jpg
© afp. Sukarno, de eerste president van de Republiek Indonesië, in 1945.

De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Nederland altijd gelaten geaccepteerd, 'terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord'.

Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van 'post-koloniaal geheugenverlies' van de Nederlandse autoriteiten.

De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse wetenschappelijke blad Journal of Genocide Research.

'De Bersiapperiode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland', aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten. 'Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel niet-Indonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen.'

Hij noemt het 'zeer mager' dat minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vindt dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moeten betalen. 'De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein', zegt hij in Trouw. 'Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo'n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is.' 

Lees verder…

10897278263?profile=originalTelegraaf is het spoor bijster die in de ban is van het bezoek  Mark Rutte aan de drie daagse conferentie in Jakarta, en opent met:

 “De dramatische familiegeschiedenis voert langs het jappenkamp en de nationalisatie van Hollands bezit onder Soekarno. Het maakt de minister-president, die als nakomertje in Nederland werd geboren, tot wie hij is”.

In dit artikel ontpopt zich de journalist van achter zijn pc als historicus Indie geschiedenis met een volle pagina.. De hele geschiedenis passeert de revue die ook  de 341.000 Indische gerepatrieerde hebben moeten ondergaan de Oorlog, de bersiap, de overdracht en de koele Kille ontvangst in Nederland dat 67 jaren werd genegeerd. Kortom als wat in de NIOD Rapporten is vastgelegd, of heeft de verwarde journalist in plaats van de Indonesisch Economische master plannen abusievelijk in de NIOD rapporten ingekeken.

De vraag die bij vele lezers dat  naar bovenkomt is; leidt de journalist van dit artikel niet aan het syndroom van Tempo Doeloe die kennelijk verward en verdwaald bezig of  gezien de overige media over de toekomstmogelijkheden heeft of is het weer juist  de intentie om roet in deze handelsmissie te gooien.

Lees verder https://telegraaf-i.telegraaf.nl/telegraaf/_main_/2013/11/19/005/

Lees verder…

10897239901?profile=originalTelegraaf opent met speculatie over bezoek Mark Rutte aan Indonesië.

Vandaag opent de Telegraaf met het bezoek aan Indonesië, dit in navolging van Powned News, NRC en ICM Breaking News als volgt : "Premier Rutte brengt deze week een driedaags bezoek aan Indonesië. Het moet een nieuw begin markeren na een periode van spanningen.  Grote vraag is of de bilaterale betrekkingen rijp zijn voor een staatsbezoek ".

Voor de Telegraaf wordt het misschien eens tijd op de vooravond van deze mega ontwikkelingen om voor goede bronnen te zorgen in Jakarta om de mensen in Nederland niet op het verkeerde been te zetten met speculaties, inclusief politiek Den Haag.  Iedere burger is bekend dat staatsbezoeken niet op het nivo van ambassadeurs wordt geregeld, en als dat is gebeurd weten de betrokkenen hoe van de Indonesische zijde hierover wordt gedacht. De Indonesische AID en delegatie rond president Yudhoyono (SBY) van rep. Indonesië met een bevolking van 240 miljoen meldt anders namelijk dat Mark komt voor de gehouden conferentie  waar onderen andere de Indonesische Economisch Masterplan (MP3EI) en Jakarta Baru Masterplan onderen andere worden gepresenteerd. SBY wil deze zaken begin 2014 afronden omdat zijn termijn in 2014 afloopt en als president de geschiedenis in wil gaan als vader van het MP3EI . Aan beide plannen is door Nederlandse Ing-Bureas en Public Private Investeerders sinds 2009 aangewerkt, deze hebben de weg naar Indonesië geasfalteerd voor Nederlandse bedrijven  en PPP - investeerders desondanks het Kabinet juist ervoor heeft gezorgd voor deze broze betrekkingen. Voor Mark Rutte zakelijk gezien is een kwestie van de bal goed inkoppen om te scoren en waarna intensief constructief aan het staatsbezoek kan worden gewerkt aan Staatsbezoek door Koning Willem Alexander en Koning Maxima 

Voorlopig programma missie Indonesië dat op agentschap nl werd gepubliceerd.

Aan de invulling van het programma wordt nog gewerkt. Het onderstaande kader is daarom nog onder voorbehoud van wijzigingen en verdere uitwerking.

Maandag 18 november

Vlucht Amsterdam / Jakarta

Dinsdag 19 november

Aankomst te Jakarta

Welkomstborrel / briefing

Woensdag 20 november, Jakarta

Programma bedrijven

Matchmaking, seminars en rondetafelbijeenkomsten

Programma officiële delegatie

Netwerkdiner met lokale gasten

Donderdag 21 november, Jakarta

Programma bedrijven

Matchmaking, seminars en rondetafelbijeenkomsten

Programma officiële delegatie

Vrijdag 22 november Jakarta + vlucht naar Amsterdam

Programma bedrijven

Matchmaking, seminars en rondetafelbijeenkomsten

Programma officiële delegatie

Vlucht Jakarta / Amsterdam

Zaterdag 23 november

Aankomst te Amsterdam

Lees verder…

“Indorock” – Indonesia’s Contribution To The Birth Of Rock’N’Roll

By: Dachlan Cartwright


In July 1960, Allan Williams, a Liverpool club owner on a trip to Hamburg, wandered into a club off the Reeperbahn, and saw, “an Indonesian group performing Elvis Presley songs in German.”

Williams was involved with rock’n’roll bands in Liverpool who had taken the music a stage further than Elvis, with the booming amplified bass percussion and bronchial vocals of what was becoming known as “Merseybeat”. One of these bands was originally known as the “Silver Beetles”, and in the months to come Williams factored his groups onto the Hamburg scene, where the Beatles cut their musical and performing teeth, emerging in the next few years as the world’s most famous rock’n’roll band.

But who were these “Indonesian” bands performing in the Hamburg clubs?

They were practitioners of what is still powerfully remembered, especially in continental Europe, as “Indorock.” The families of these young men from Ambon, Timor and Sumatra had been expatriated to the Netherlands as political fallout in the aftermath of the Indonesian Revolution. Stuck in the Dutch refugee camps, bored, they improvised instruments and drew on their own rich heritage of strong vocal harmonies and sophisticated rhythms, applying these to the new exciting sound of American rock’n’roll which was easily accessible on Radio Luxemburg and the American Forces Network radio.

Indorock bands went on to become star attractions in clubs and dancehalls in the Netherlands and Germany, including the US forces’ clubs, not so long after Sergeant Presley was driving a tank there. And far from being blown away by the Liverpool bands, Indorock musicians and singers continued to enjoy European success well into the late sixties.

Ironically, in Indonesia, rock’n’roll music was considered decadent by the Old Order regime, resulting in the notorious prison sentence handed out in 1965 to Koes Plus, the leading Indonesian Beatles-type band.

The keynote Indorock band were The Tielman Brothers, whose leader, Andy Tielman, is known as the “Godfather of Indorock.”  Andy and his five siblings were Indo-European, originating from Eastern Indonesia. They were already popular musicians at the time of Indonesia’s independence, even performing for President Sukarno, but as anti-Dutch feeling spread in Indonesia throughout the 1950s, in 1957 they joined the thousands of refugees relocating to the Netherlands.

In the above quote from Allan Williams, he sounds dismissive of the Indorockers, which is understandable considering he had access to a stable of bands in Liverpool with exciting new sounds which took the music a stage further on than Elvis. But the Indorockers, especially the Tielmans, were far from being copycat Elvis clones. Many, originating from Ambon or North Sumatra, which continues to provide a disproportionate number of Indonesian popular singers, were gifted with fine natural voices. Andy Tielman had a five-octave vocal range. And if you think Jimi Hendrix was the first rocker to play guitar behind his back, check out the Indorock Godfather on YouTube. Furthermore, Indonesians have been familiar with the guitar, the boss instrument of rock’n’roll, ever since the Portuguese introduced it in the 16th century.

The Tielman Brothers became the highest paid live act in Europe, but there were actually hundreds of Indorock outfits. It seemed that every town in the Netherlands had its Indorock band. Andy Tielman himself escaped to the jungles of Kalimantan to live as a hermit for a while, but came back to music. He was awarded a royal decoration, the Order of Orange-Nassau, by the Netherlands in 2005. He kept on performing until he died at the age of 75 last year.

While Indorock’s popularity remains high in the Netherlands, what about Indonesia? Enter Awan Garnida, Indonesia’s Paul McCartney, who plays left-handed bass guitar and is involved in three bands: Sore (contemporary eclectic rock); G-Pluck (Beatles tribute), and now the Time Travelers, whose mission is to revive and foster Indorock. The Time Travelers line-up spans the generations, as its includes Rio Dalimonthee, one of the original Indorockers, now re-domiciled in Indonesia, on lead guitar, and Pepeng, from the contemporary band Naif, on drums.

And so we come to the “reconciliation” potential of Indorock. There is no nation on earth which has not perpetrated crimes or atrocities against other peoples. Reconciliation – “forgive but don’t forget “– is taking place all over the world, and has to if we are to manage this earth in harmony. Having worked in Timor Lorosae just before independence, I was amazed at the Timorese, and the Indonesian, capacity for forgiveness. And the popularity of Indonesian artistes like Ebeit G. Ade and Sheila on 7 were a constant reminder that music heals where politicians and their corrupt cronies wound.

Music is a most potent force for reconciliation. And heaven knows, there are enough tragic incidents in the 400-year interface between Indonesia and the Netherlands to try and come to terms with. And here it would be inappropriate for a Brit like myself to even begin to be judgmental.

However, in the case of Indorock, we need to recognize that:
•    The Indorockers who fled to the Netherlands as refugees in the 1950s, were in the main innocents who were torn between their two heritages.
•    In Europe they found the freedom to play the music they loved, and won the love, respect and admiration of European audiences.
•    Meanwhile, in Indonesia, rock’n’roll was banned by an increasingly authoritarian regime.
The Indorockers never denied their Indonesian heritage; on      the contrary, this enhanced the quality of their music, and is still a factor in the enduring popularity of Indonesian culture in the Netherlands.

So let’s hope Indonesia can acknowledge its native sons and daughters, who produced this child, Indorock, born in Indonesia, fostered in the Netherlands, and given to the world as a unique contribution to the history of rock’n’roll, and, with its blending of western and eastern elements, world music.

References
MUYS, Piet, 1999, The Story of Indo-Rock,  http://indorock.pmouse.nl/story.htm, accessed May 17, 2012
NORMAN, Philip 1981, Shout: the True Story of the Beatles, Hamish Hamilton, London

- See more at: http://jakartaexpat.biz/arts-entertainment/indorock-indonesias-contribution-to-the-birth-of-rocknroll/#sthash.3yK4IQxK.lkCuZHer.dpuf

Lees verder…

Overige media - bezoek Mark aan Indonesie,

10897239901?profile=originalICM Meldt Het laatste nieuws bronnen uit Jakarta.

Op 21 en 22 november 2013 aanstaande wordt een conferentie gehouden in Jakarta.  Van de Indonesische zijde wordt beweerd dat om die reden Mark Rutten naar Indonesië komt. Op deze conferentie worden o.a. Indonesische Economisch Masterplan MPE3I en Jakarta Baru Masterplan (JBM) gepresenteerd. 

De plannen betreffen infrastructurele projecten op het gebied van; watermanagement, wastemanagement, metro, wegen, haven, bruggen, bouw van elektriciteitcentrales, dammen en renovatie. MPE3I omvat het bedrag van 1700 miljard en JBM 630 miljard  US Dollar. Met een looptijd 2014 tot 2027, dat werk biedt in Indonesië aan 640.000 arbeidsplaatsen. De plannen worden groten deels door private buitenlandse investeerders gerealiseerd. In beide plannen participeert Angela Merkel namens Duitsland. 

In beide masterplannen zijn Nederlandse Ing. Bureaus betrokken geweest bij het ontwerp, dat nu wacht op het groenlicht van Jakarta.  Met Jakarta Baru Masterplan werd in 2009 mee begonnen. Het model lijkt veel op Rotterdam.  President Susilo Bambang Yudhoyono (SBY) hoopt beide plannen af te kunnen ronden in januari voordat hij aftreedt in 2014 zodat met realisatie kan worden begonnen.

Inmiddels is ook een mantelovereenkomst getekend voor 30 Wastemanagement fabrieken voor Java, Borneo (Kalimantan) en Sumatra. Tussen MM Sustainables + Multimedia Ltd. de Holding van Lembaga Pesan Nusantara en PT. Dina Chahaya Gumilang  werd het eerste contract bekrachtigd.  

Powned nieuws medlt:    Premier Mark Rutte heeft een opmerkelijke route uitgekozen voor zijn Aziëreis. Na zijn trip naar China vliegt hij komende zaterdag eerst terug naar Nederland, om op maandag weer het vliegtuig naar Indonesië te pakken. De gekozen manier van reizen zorgt voor een omweg van ongeveer 24.000 kilometer. De makkelijke route, van China via Singapore naar Indonesië, zou volgens ingewijden gevoelig liggen bij de Indonesische regering. Die wil niet dat Indonesië slechts als tussenstop gezien wordt.  In totaal reist Rutte nu 38.000 kilometer. Het NRC schrijft dat de gekozen route aangeeft hoe broos de relatie tussen Indonesië en Nederland is.

NRC  meldt:  Broze politieke verhoudingen tussen Nederland en Indonesië

Het omslachtige reisschema illustreert de broze politieke verhoudingen tussen Nederland en Indonesië. Het bezoek van Rutte werd uitgebreid voorbereid. De belangen om het bezoek aan Indonesië te laten slagen zijn ook groot: er gaat een delegatie van ruim honderd Nederlandse bedrijven, onder wie veertien ceo’s, mee.

In februari bezocht minister Timmermans (Buitenlandse Zaken, PvdA) Jakarta om de banden aan te halen. Vorige maand volgde minister Hennis-Plasschaert (Defensie, VVD) in Jakarta om haar “persoonlijke maar niet ministeriële excuses” aan te bieden voor het afblazen van de verkoop van Nederlandse tanks na verzet van de Tweede Kamer in 2012. Toen ketste een akkoord om overtollige Nederlandse Leopardtanks aan Indonesië te verkopen af omdat de Tweede Kamer weigerde toestemming te geven. Een Kamermeerderheid, inclusief toenmalig Kamerlid en huidige minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans (PvdA), was er niet gerust op dat Indonesië de tanks niet tegen de eigen bevolking zou gebruiken.

In 2010 werd een staatsbezoek van de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono afgeblazen. De beweging Republiek der Zuid-Molukken, die zichzelf ziet als de regering in ballingschap van de Molukken, had op de vooravond van het bezoek een rechtszaak aangespannen om Yudhoyono te arresteren wegens mensenrechtenschendingen.

Rutte bezoekt voor Indonesië China 

Zowel in China als in Indonesië claimt Nederland de tweede Europese handelspartner te zijn, na Duitsland. Met China was de wederzijdse handel volgens de Rijksvoorlichtingsdienst in 2012 39,5 miljard euro, met Indonesië 3,5 miljard. Bedrijven wereldwijd vinden Indonesië interessant wegens de omvang (met 246 miljoen inwoners het op drie na grootste land ter wereld) en het tempo waarmee de economie groeit (ruim 5 procent).    Rutte zei vrijdag in de wekelijkse persconferentie na de ministerraad dat hij in China ook de mensenrechten aan de orde zal stellen. Hij vindt dat “normaal” en “dat kan zulke landen ook helpen om investeringen aan te trekken”.    Het is de eerste keer sinds hij in 2010 aantrad als minister-president dat Rutte China en Indonesië bezoekt. 

Lees verder…

DVD-release van The Act of Killing op 19 november

10897271473?profile=originalDVD-release van The Act of Killing op 19 november

 Hierbij wil ik u graag wijzen op de DVD-release van The Act of Killing op 19 november. The Act of Killing is een reis door de herinneringen en fantasieën van de ergste criminelen uit de geschiedenis van Indonesië en geeft een inkijk in het hoofd van deze massamoordenaars. 

Deze documentaire heeft recentelijk de PUMA Impact Award gewonnen voor film met de beste sociale impact. Daarnaast werd The Act of Killing zeer goed ontvangen door verschillende media, waaronder ook door de HP/De Tijd: “Een schokkende, absurdistische, confronterende en verbazingwekkende film die geen mens onberoerd zal laten.”   

 

De DVD’s zullen worden verkocht in de betere CD/DVD-winkels en via www.filmfreaks.nl en www.bol.com.

 
Met vriendelijke groet, 

Judith Kadee
Cinema Delicatessen
 
Arie Biemondstraat 111
1054 PD Amsterdam
t: 020-4207123 | f: 020-4207124
 
New releases:
A Long Story (17/10)
69 (12/12)
Lees verder…

Indische cultuur

10897276495?profile=originalIndische cultuur

TROUW Saskia Bosch − 02/01/10, 00:00

Zestig jaar geleden droeg Nederland de soevereiniteit van Nederlands-Indië over aan Indonesië. De meeste Indo’s besloten dat er geen plaats meer voor hen was in het onafhankelijke Indonesië en vertrokken naar Nederland. Hoe is het ze sindsdien vergaan in ons land? En is de Indische cultuur aan het uitsterven? ’Je bent Indisch? O, je bedoelt Indonesisch!” De meeste Indo’s zal deze opmerking bekend voorkomen. Indo’s, mensen van gemengd Nederlands-Indonesische komaf, vormen een van de grootste etnische minderheidsgroepen van ons land (zie kader). Tussen 1945 en 1965 kwamen circa 200.000 Indo’s naar Nederland, omdat er geen plaats meer voor hen was in het postkoloniale Indonesië.

(Trouw)
  • media_l_341654.jpg
    Het is 1962. Op een kerkplein in Maastricht voeren repatrianten uit Indonesië de duiven. (FOTO W.L. STUIFBERGEN, SPAARNESTAD)

Toch blijken veel autochtone Nederlanders weinig te weten over Indo’s. „De gemiddelde Nederlander blijkt vaak niet op het idee te komen dat iemand Indisch is. En als ze horen dat dat het geval is, zeggen ze vaak: ’O, Indonesisch’. Ze weten vaak niet wat het verschil is tussen Indisch en Indonesisch”, vertelt dr. Marlene de Vries, die voor het Instituut voor Migratie- en Etnische Studies van de Universiteit van Amsterdam onderzoek deed naar jongere generatie Indo’s in Nederland. Niet voor niets verzucht een Indische vrouw in De Vries’ boek ’Indisch is een gevoel’: „Het lijkt wel of we niet bestaan.”

Ook in het huidige debat over de multiculturele samenleving worden Indo’s zelden genoemd, zoals ook grootschalig onderzoek naar de integratie van deze groep ontbreekt. Dat een dergelijk onderzoek nooit heeft plaatsgevonden, heeft ermee te maken dat de Indische integratie redelijk probleemloos is verlopen. Niet zelden wordt er gesproken van een geruisloze assimilatie. „Je hoort weinig over Indo’s omdat er nauwelijks problemen zijn geweest”, meent Roy Melger. De Indische socioloog deed met financiële steun van de stichting Het Gebaar onderzoek naar de sociaal-economische positie van de generatie Indo’s die op jonge leeftijd naar Nederland kwam. „Alles liep zoals het lopen moest. Dus er was geen reden om geld te steken in onderzoek naar oorzaken van eventuele problemen. Er waren geen onderwijsachterstanden. En beroepsmatig en cultureel waren ze onopvallend. Ze bouwden geen moskeeën, maar gingen op in de Nederlandse kerken.”

Met hun onderzoeken proberen De Vries en Melger de lacune in de kennis over Indo’s enigszins op te vullen, al moesten beide onderzoekers zich bij gebrek aan geld tevreden stellen met relatief kleinschalige onderzoeken. Terwijl De Vries zich vooral richtte op de Indische identiteit, keek Melger naar de sociale mobiliteit van Indo’s die op jonge leeftijd naar Nederland kwamen. „Mijn onderzoek is voortgekomen uit een gevoel van oernieuwsgierigheid: hoe is het de Indo’s vergaan nadat ze naar Nederland zijn gekomen?”, legt Melger uit. „Hebben ze doorgestudeerd, zijn ze snel aan de bak gekomen en zijn ze goed geïntegreerd in de Nederlandse samenleving?”

In zijn boek ’Vijftig jaar in het land van aankomst’ concludeert de gepensioneerde socioloog dat de oudere generatie zich stevig heeft geworteld in de Nederlandse samenleving. „Ze doen in alle geledingen van de samenleving goed mee. Ongeveer 80 procent van de mensen die ik heb ondervraagd stemt bij verkiezingen, 42 procent is lid van een sportvereniging en 41 procent heeft zich aangesloten bij een kerkgenootschap.”

Van doorstuderen in Nederland was daarentegen slechts in een enkel geval sprake. „Ze zijn in Nederland eigenlijk meteen aan het werk gegaan en hebben dus weinig vervolgstudies gedaan.”

Hoewel de meeste oudere Indo’s relatief makkelijk een baan vonden, bleek uit het onderzoek van De Vries dat het Indische erfgoed, waarbij bescheidenheid en beleefdheid naar leidinggevenden een grote rol speelt, wel een remmende factor was tijdens de professionele carrière. Zo constateert de Indische Irene Urich (69), die op jonge leeftijd naar Nederland kwam, dat haar gebrek aan assertiviteit haar loopbaan wel degelijk heeft gehinderd. „Ik heb alles gepikt wat ze met me deden. Steeds dacht ik: ’Als ze me langer kennen gaan ze me wel honoreren’. Maar dat gebeurde nooit. Nu zie ik dat ik dat anders had moeten aanpakken en dat ik door mijn opstelling bijvoorbeeld geen goed pensioen heb opgebouwd.”

Volgens dr. De Vries speelde de invloed van de koloniale erfenis dan ook een belangrijke rol bij de sociale mobiliteit van de Indo’s, ook bij de generatie die in Nederland werd geboren of op jonge leeftijd naar ons land kwam. „De invloed van ideeën en gedragingen die samenhingen met de koloniale verhoudingen, bleek tot mijn verrassing vaak heel groot te zijn. Ze zagen hoe hun ouders zich nederig opstelden jegens autochtone Nederlanders en dat hebben ze zich onbewust eigen gemaakt. Ze groeiden op met het idee dat Nederlanders intelligenter waren, dat je het als Indo nooit ver zal schoppen en dat een Nederlander hoger op de maatschappelijke ladder komt.”

Ook Irene Urich herinnert zich dat ze moest vechten tegen het idee dat Nederlanders per definitie succesvoller zijn. „Mijn ouders droegen uit dat blank beter was. Mijn moeder had het ook steeds over mijn blanke buurmeisje: ’Zij doet dit en dat’. Dan zei ik wel eens: ’Waarom neem je haar niet als dochter?’ En het feit dat ik in Indonesië een Indonesisch vriendje had, werd niet geaccepteerd.”

Voor de jongere generatie blijkt de koloniale erfenis echter nauwelijks meer een rol te spelen. Dat heeft er volgens dr. De Vries mee te maken dat ze een ander startpunt hadden dan de oudere Indo’s. „Om te beginnen hebben ze meestal maar één Indische ouder. Daardoor zien ze er lang niet allemaal Indisch uit en zijn ze van jongs af aan met autochtoon Nederlandse familieleden opgegroeid. Tevens werden ze groot in een andere tijd. Ze zaten op school met Turkse, Marokkaanse of Surinaamse kinderen en waren niet de enige kinderen die ’anders’ waren. Ze groeiden op in een Nederland dat gewend was geraakt aan mensen met een andere huidskleur, gewoonten of godsdienst.”

Door hun gunstige startpositie blijken de jongeren het goed te doen in hun beroepsleven. Melger: „De jongere generatie heeft uitzonderlijk vaak doorgestudeerd. Terwijl de oudere Indo’s beroepsmatig veelal op het middenniveau zijn blijven hangen, heeft de jonge garde wel leidinggevende posities bereikt.”

Naast het ontbreken van de koloniale erfenis als belemmerende factor, signaleert hij nog andere oorzaken voor het hoge scholings- en beroepsniveau van de jongeren. „Die is mede te danken aan het feit dat ze qua studiemogelijkheden in een gespreid bedje kwamen. Bovendien ligt het ambitieniveau bij Indo’s hoger dan bij autochtone Nederlanders. Indo’s hebben altijd geprobeerd zich zo goed mogelijk aan te passen, maar wilden tegelijkertijd zo goed mogelijk presteren. Dat idee zat helemaal vooraan in hun bewustzijn. Ze hebben dus flink de zweep over hun kinderen gelegd.”

Veel jongere Indo’s zijn zo geassimileerd dat hun (deels) Indische komaf lang niet altijd meer een rol speelt in hun leven. De Vries: „Voor de jongere generatie is het een eigen keuze of ze iets met de Indische achtergrond wil doen. Sommigen vinden het een raar idee om zichzelf als Indisch te bestempelen.” Zo noemt de Indische Dunja Landegent (30) het enige Indische in haar leven het Indische eten. „Verder doe ik weinig met mijn Indische komaf, zeker na het overlijden van mijn opa en oma die nog meest Indisch waren. Het is zelfs zo erg, dat ik niet weet wat ik als de Indische cultuur zou moeten benoemen of wat de tradities zijn.”

Toch zijn er ook Indische jongeren die zich wel verdiepen in hun afkomst. De Vries: „Sommige jongeren zijn er erg mee bezig. Vooral op sites van Indische jongeren vind je degenen die zich vrij fanatiek met hun Indische achtergrond bezighouden. Soms gaan ze zelfs Indonesische woorden gebruiken, terwijl ik zeker weet dat hun ouders dat niet deden. Door die sites kun je indruk krijgen dat de Indische identiteit bij de jongeren erg leeft, maar het gaat om een naar verhouding kleine groep.”

Hoewel de rol die de Indische roots in hun leven speelt verschilt, noemen oudere en jongere Indo’s wel vaak dezelfde elementen die de Indische cultuur vormen. De eetcultuur wordt vaak genoemd en ook het gevoel dat het er in Indische families gezelliger en minder opgeprikt aan toe gaat dan bij autochtoon Nederlandse families. Tevens vinden veel Indo’s dat hun omgangsvormen nog steeds verschillen van de Nederlandse etiquette. De Vries: „In Indische ogen kan de assertiviteit van autochtone Nederlanders doorschieten in botheid. De veelgeprezen ’eerlijkheid’ en ’alles moeten kunnen zeggen’-ideologie staan op gespannen voet met de Indische neiging iemands gevoelens te ontzien. Op zich hebben de meeste jongere Indo’s waardering voor de ’Nederlandse’ neiging om gevoelens en gedachten uit te spreken – iets wat in Indische kring minder gebruikelijk is. Maar soms, zo vinden ze, gaan ’de Hollanders’ daarin te ver.”

Ook het meedragen van een andere geschiedenis dan autochtone Nederlanders zagen veel deelnemers van het onderzoek van De Vries als onderdeel van hun identiteit. „De generatie Indo’s die in Nederlands-Indië is geboren en opgegroeid, is haar land uitgezet. De Indo’s zijn vaak familieleden, kennissen en bezittingen kwijtgeraakt. Tijdens de Bersiap zijn Nederlanders, inclusief Indo’s, en ook Chinezen door Indonesiërs opgejaagd en soms letterlijk in mootjes gehakt. Vanzelfsprekend blijft zoiets in je familie na-echoën.”

Voor Irene Urich geldt dat haar ervaringen in Nederlands-Indië gedurende de Tweede Wereldoorlog pas jaren later weer een rol gingen spelen. „Tijdens mijn huwelijk heb ik mijn Indische identiteit weggemoffeld. Wat ik in de oorlog en de gevaarlijke momenten daarna heb meegemaakt, heb ik zelfs aan mijn Nederlandse man nooit verteld. Rond mijn veertigste raakte ik in een identiteitscrisis en werd ik opeens geconfronteerd met de vraag: ’Wie ben ik eigenlijk?’ Ik ben me ervan bewust dat de ervaringen, vooral uit mijn kinderjaren, me gevormd hebben. Mijn leven was opgebouwd uit angstconfrontaties en bedreigingen tijdens de oorlog met Japan en de vrijheidsstrijd daarna.”

Door die andere geschiedenis voelen sommige Indo’s zich minder vanzelfsprekend Nederlander dan autochtone Nederlanders. „Ik ben niet echt een Nederlander, maar ook geen allochtoon”, meent Irene Urich. „Ik zit er ergens tussenin. Mijn gevoel is Oosters en mijn verstand Westers. Ik denk en praat vanuit het Westerse standpunt, maar voel me een wereldburger. Of ik nu in China ben of in Amerika, ik voel me overal thuis en kan me heel goed inleven in andere volken.”

Hoewel de Indische cultuur voor sommige Indo’s nog springlevend is, constateert De Vries in haar boek toch dat de invloed van de Indisch-culturele erfenis voor alle generaties aan kracht en invloed inboet. „Ik denk dat de Indische cultuur aan het verwateren is, alleen al door het feit dat een groot deel van de jongere generatie maar één Indische ouder heeft. En er is geen voeding vanuit het herkomstland zoals bij Turken of Marokkanen. Het ziet ernaar uit dat de Indische afkomst in de toekomst meer een soort voetnoot in iemands levensverhaal zal zijn dan een substantieel onderdeel ervan”, meent De Vries. Dunja Landegent betreurt het uitsterven van de Indische cultuur. „Het is jammer dat onze cultuur verdwijnt, want het is toch een stukje van je identiteit. Ik heb het mijn ouders wel verweten dat ze me geen Indonesisch hebben geleerd. Ik was eens aan het werk in een winkel toen een Nederlandse man op me af kwam en Indonesisch begon te spreken. Maar ik kon niks terugzeggen. Dat vond ik wel erg: hij wel en ik niet!” Maar Roy Melger ziet het verwateren van de Indische cultuur als een onvermijdelijkheid, die geen reden tot verdriet is. „Ja, ik ben ervan overtuigd dat we een uitstervend ras zijn. En nee, dat is niet erg. Want voor alle migrantengroepen geldt dat ze op de lange termijn alleen nog in eigen kring iets aan de eigen identiteit doen.”

Lees verder…

Column van Ellen Hauwert

10897237678?profile=originalEen maanachtig zonnetje schuilt achter zilveren wolken wanneer ik voorzichtig met toegeknepen ogen door de gordijnen kijk.

De zoveelste wakkere nacht. Dit keer niet vanwege ziek Milootje
Zij is na een lange ziekteperiode vredig te ruste gegaan.
Koortsig als in dubbele betekenis ben ik het huis aan het schonen gegaan . En ik vond in de buitenlucht rust en verfrissing.
Het extraatje van dat onverantwoord gedrag krijg ik nu dus opgeschoteld.
Lab onderzoeken en dokters controle.
Even kwam virtueel Silfraire om het hoekje kijken om te informeren hoe het me ging.
Even later belde Barb en als altijd babbelen we uren over ditjes en datjes , waarin de lach, de traan, maar ook het wijsvingertje over en weer gedeeld wordt.
Net wanneer ik “een bakkie “wil halen uit de keuken zie ik Facebook postings binnen vallen.
Ferry heeft mijn boek weer in de schijnwerpers gezet naast andere actuele en belangrijke zaken in ICM Online Nieuwskrant.
Ik lach de glimlach van herkenning
Hoe diep het innerlijk leed; hoe intens een ervaring beleving in prive sfeer.
Werk, zaak en algemeen welzijn gaat voor en boven .
Ik herken dus het “to do” in Ferry’s Nieuws bericht en herken het “love to”erin verweven.
Gevoelswaarden van ongekende hoogte en breedte.
Dat weer doet me dus besluiten tot deze reactie.

Betreffende het boek:
Begin deze week is in alle stilte mijn boek persoonlijk overhandigd aan dhr M van Rijn.( Martin).
Aangezien mijn boek en de film Buitenkampers elkaar completeren , aanvullen en bijna tegelijkertijd uit kwamen loosde Ferry de gedachte om met de filmmakers in zee te gaan.
Ik opperde in een Facebook posting van Tony , die op haar beurt het weer doorzond aan Hetty. 
Idee was samen te werken en het als geschiedenis langs de scholen bekendheid te geven. Nationaal verspreid over alle scholen.
Want het betreft hier wel de zo doodgezwegen Indische Geschiedenis.

Gisteren, dd.13 novemeber 2013 mocht ik een e-mail ontvangen van Hetty met de uitnodiging naar de film Buitenkampers te Plaza Futura Natlab te Eindhoven te komen. En na de film elkaar voor een gesprek te ontmoeten.
Bij deze voor u allen beschikbaar:
21 november avond film in Plaza Futura Natlab te Eindhoven.
Mogelijkheid tot vragen stellen aan Hetty die er aanwezig zal zijn.
Zoals Hetty zegt: Hoort zegt t voort.

Nogmaals het boek Door de ogen van het kind Elly Hauwert

Het moge jullie vreemd klinken , maar de baby periode waarin ik switch tussen lichaam en licht heeft aan velen een opgeluchte verzuchting ontlokt.
:”Ik was dus als kind niet gek. Heb hetzelfde meegemaakt. Niemand maakt me meer wat wijs.” Was de algemene opluchting uit jullie monden

Weer anderen zagen zich als kind terug in het Jappenkamp met gelijke ervaringen . Weliswaar niet dat bizarre in het massagraf.
Wel waren ze oog en oorgetuige bij evenzo erge voorvallen die hen nog op het netvlies brandt.

Dan weer zijn er die zich herkennen in de gezin situatie waarin de oudste het voor het zeggen heeft over de jongeren , de hegemonie die tot absurditeiten kon leiden
De buiten echtelijke kinderen die verloederd en verstoten werden.
Dat de liefde tussen broers en zusters eerder een competitiestrijd was van: ik was de lieveling , jij niet. En jalousie hoogtij vierde ongezien door ouders.

Er is dus niets nieuws onder de zon. In menig gezin heert en heerst het nog.

Ik hoop van ganser harte dat de Film Buitenkampers wel of niet in samenwerking met mijn boek de ogen van de wereld zullen openen.
Dat is de Indische Geschiedenis die angstvallig is verzwegen.

Het was daar en toen wel aan de orde. Man vrouw kinderen stierven de vele doden van angst, honger, mishandeling, onthoofding, verkrachting.
Zullen we het daar bij voorlopig houden die lijst van mis en wan daden?
Dat de wereld erop toeziet dat het nooit meer mag voor vallen.
Zie alom het is er nog aan de gang. 
Lees in de ogen van elk kind die men tegenkomt
Leest men er vrede en veiligheid, vertrouwen en voorspoed?
Aan ons dus er iets aan te doen.

Ellen Hauwert

Lees verder…

Blog Topics by Tags

Monthly Archives