Alle berichten (2906)
Een van de belangrijkste gerechten die deel uitmaken van de Indische Rijsttafel, op basis van Rundvlees in een heerlijke saus van kokosmelk en sambal. Voor kids ook te vervangen door kipfiletblokjes en dan met minder sambal.
Ingrediënten:
1 kg. doorregen runderlappen. 8 sjalotten of 3 rode uien, 6 teentjes knoflook, 4 rode lomboks of 2 el. sambal oelek, 2 tl. djahé, 2 tl. laos. 1 tl koenjit, 1 serehstengel, 3 salamblaadjes, 6 kemirinoten, 1 liter dikke santen, 5 el. olie, 1/2 l. water, 1 tl. zout.
Bereiding:
Snijd het rundvlees in blokjes van ca. 3 cm. Maal de kemirinoten met de knoflooktenen fijn in het hakmolentje van de staafmixer, doe hier een klein drupje van het water bij en voeg de djahé, laos, koenjit en het zout toe. Maal
alles nog even door tot het goed gemengd is. Maal dan in een keukenmachine de sjalotten of uien fijn. Maak in een wok of braadpan de olie heet en fruit beide mengsel aan gedurende ca. 5 minuten (blijven omroeren). Kneus de sereh en doe dit samen met de salamblaadjes bij het mengsel en laat nog 10 minuten zachtjes doorbakken. Voeg dan het rundvlees toe en roer op hoog vuur alles om totdat de stukjes vlees rondom bruin zijn. Doe de rest van het water erbij en meng alles goed door. Laat alles op heel laag vuur (evt. sudderplaatje) minstens een uur sudderen. Doe dan de kokosmelk erbij en roer goed door. Laat alles opnieuw een uur heel laag op het vuur staan. Roer af en toe goed door.
scheepsongeval Indonesië
SULAWESI - Zeker 26 mensen zijn om het leven gekomen door een scheepsongeval in Indonesië. Een veerboot met zo’n 130 tot 140 opvarenden maakte voor de kust van Sulawesi water en liep aan de grond, zeggen de autoriteiten. Passagiers sprongen daarop in het water om zichzelf in veiligheid te brengen.
Ⓒ TWITTER /@ALAANSOR1934
Op televisiebeelden is te zien dat tientallen passagiers zich vastklampten aan het kantelende vaartuig of in zee lagen. Slachtoffers zijn volgens de autoriteiten met vissersschepen en kleine boten in veiligheid gebracht.
BEKIJK OOK:
Ruim 180 vermist na ongeluk ferry TobameerDe krant Jakarta Post bericht dat de veerboot volgens het scheepsmanifest ook achttien motoren, veertien auto’s, twee bussen en veertien vrachtwagens aan boord had. Reddingsdienst Basarnas meldt volgens de krant dat het incident vermoedelijk is veroorzaakt door een lek in de romp.
Indonesië wordt vaker opgeschrikt door bootrampen. Zo kwamen vorige maand naar schatting zo’n tweehonderd mensen om het leven toen een overvolle veerboot zonk op het Tobameer. De autoriteiten vonden het wrak van dat vaartuig uiteindelijk terug op zo’n 450 meter diepte.
Bent u in de buurt van Selayar of Bira en kunt u ons meer vertellen over dit ongeval, heeft u beeldmateriaal of tips? Mail ons dan via redactie-i@telegraaf.nl.
Oostindisch kampsyndroom van Kousbroek
Besproken door:Pjotr.X.Siccama
Aan het einde van het werk van Kousbroek Oostindisch kampsyndroom, komt wederom het stokpaardje van de schrijver op de proppen met zijn verdediging – of laten we zeggen: rechtvaardiging van zijn beweringen over diverse zaken: Hirohito en de algemene (Wereld) publieke opinie over de schuld en/of betrokkenheid bij de oorlogsmisdadigheid van het Japanse staatshoofd en Kousbroeks kruistocht tegen verschillende opinies van mensen in, die de WO in Azië (en in Europa) aan den lijve hebben ondervonden.
In vorige artikelen heb ik over dit onderwerp uitvoerig gewijd, waarbij ik het standpunt van de schrijver onbegrijpelijk en verdacht vond en overigens nog steeds vind.
Kousbroek wil coûte que coûte het gelijk aan zijn zijde krijgen. De vraag die bij een ieder opkomt in dit verband is: waarom eigenlijk? Hijzelf heeft dit op verschillende manieren duidelijk willen maken. We zetten de argumenten successievelijk op een rij.
Het eerste argument dat hij aanvoerde ter rechtvaardiging van Hirohito’s positie in de oorlog was, dat Hirohitozelfgevangene was van het Japanse de militaire elite en dus gezien moest worden als een geïnterneerde. (Kousbroek cursivering). Dit is zo goed als fictie, zeker omdat het bekend was dat onder het militaire stafcorps leden van Hirohito’s familie zitting hadden en een niet onaanzienlijke functie daarin hadden bekleed. Hiermee verdedigde Kousbroek met stelligheid Hirohito s positie. Een uiterst bedenkelijk standpunt..
Ten tweede voerde Kousbroek aan dat Hirohito in Machuko (China s provincie waar de laatste Keizer van China als marionet werd gehouden) hij zijn bevoegdheid (als het oppergezag nota bene – opmerkelijk genoeg beschamend vond) had overschreden door: “ ..als tegenstander van geweld en oorlog te gedragen..” (einde citaat Kousbroek) en de tweede maal op het eind van de oorlog (welke oorlog wordt door de schrijver hier overigens bedoeld.?
Wanneer Kousbroek de WO II bedoelde, heeft Kousbroek het helemaal mis, omdat de keizer in jaren niets van zich liet horen, behalve dan in de eerste week van augustus 1945, toen het al veel te laat was om zijn goede zijde van ‘geweldloosheid’ aan de Wereld te tonen. Maar dan spreekt Kousbroek zichzelf tegen door het volgende te schrijven: citaat”..Een woord van de Keizer en heel Japan en de bezette gebieden hadden zich doodgevochten. Wie Hirohito een oorlogsmisdadiger wil noemen, is niet op de hoogte van de feiten.” Einde citaat. Wij weten maar al te goed dat ze zich wel degelijk dood hadden gvochten, indien de VS de atoombommen niet hadden afgeworpen. Mogen we die feiten dan ook kennen? Maar de keizer was het oppergezag en had (indien hij dat zelf wilde of opdroeg) de keuze tussen leven en dood, om het cru te zeggen.
Ziedaar het enige feit en het bestaan dat iedereen wist van het gezag: Hirohito zelf in persoon. Wat is hier nog onduidelijks aan en het verwijt van de schrijver aan al die mensen, die net als de schrijver zelf geen enkel werkelijk bewijs in handen hebben?
Kousbroek draaft (tegen alle andere stromingen/beweringen in van andere deskundigen overigens) door als een hol geslagen paard en verliest onderweg heel wat (en niet alleen moreel support).
Was het niet duidelijk genoeg dat, zoals de schrijver had kunnen gelezen (uit de Memoires van Truman) dat de Amerikaanse president al bij voorbaat wist dat de keizer vrijuit zou gaan, maar niet zozeer omdat hij a priori onschuldig was. (zie mijn vorige artikelen), en dát tegen de Amerikaanse (liever gezegd de Wereld) opinie in? Aan de andere kant wilde het Amerikaanse publiek (en de Wereld) niet dat
Hirohito zou worden gespaard. Toch is dit tegen ieders verwachting gebeurd: de politieke druk van de VS was in die situatie en omstandigheid veel te groot en politieke belangen waren te sterk.
(later bleek dat er stricte geheime afspraken waren gemaakt door de Amerikaanse veiligheidsdienst(en) om een geheel andere weg te in te slaan, gezien de dreiging vanuit
Oost/China en Rusland.) Dat argument van de veiligheidsdiensten van Truman vond ten slotte de doorslag en zeker gezien het in hun opvatting nog groter gevaar van het oprukkende Communisme, met name vanuit Rusland.
Er is maar één gevolgtrekking uit de memoires van president Truman: Hirohito was verantwoordelijk en dus schuldig, maar kon de adviezen van zijn diensten niet zonder meer terzijde schuiven; daar waren immers veel grotere (politieke) wereldbelangen mee gemoeid.
De sympathie/emphatie (en wellicht grote genegenheid?) van de schrijver jegens amateur-bioloog Hirohito ten spijt. Er zal niet worden beweerd dat Hirohito bij voorbaat een (oorlogs)misdadiger is; daarvoor zijn er tot nog toe geen enkel bewijs gevonden. Tenminste wat we nu voor gegevens tot onze beschikking
hebben staan, zijn wel aanwijzingen en sporen die naar een bepaalde richting en analyses van tijdlijnen wijzen. Zelfs de schrijver kon niet met concrete bewijzen komen. Waar zijn de door hem genoemde (harde?) feiten?
De bezwaren van velen die in Zuid/Oost Azië de gruwelen lijfelijk hadden en hebben ondervonden tegen het door de schrijver verdedigd standpunt dat Hirohito niet schuldig was, waren dertig jaar na het eind van de 2e WO enigszins verklaarbaar, gezien de vele tegenstrijdigheden in het discours; maar begrijpen doe ik het niet. En kan de schrijver hier niet kwalijk genomen worden in het licht van die tijd. Maar de schrijver (die overigens zelf eveneens als oorlogsslachtoffer kan worden gezien) scheen in zijn leven geen enkel moeite te hebben (gehad?) om zichzelf niet als (oorlogs)slachtoffer te zien. De vraag is waarom dat zo is? Men hoeft zich niet (zoals hij zelf vele malen probeerde tot uitdrukking te brengen) ‘’zonder meer” de oorlog zien als het grote Kwaad dat een mensenleven phsychologisch (en ook fysiek) verruineerd heeft.
Het kán wellicht voor een of twee individuen gelden (in restrictieve zin is dit zelfs twijfelachtig
), maar feit blijft dat er sprake was en is van een ernstig oorlogsverschijnsel, een wond (traumatisch voor een ieder met en door angst, foltering, doodsbedreiging,uithongering enz. enz.) die zo goed als nooit zal genezen. Het is zowaar bewezen. Daar kan niemand omheen en ook Kousbroek niet. Maar de schrijver heeft, naar ik heb begrepen, in het begin van zijn schrijverschap reeds geworsteld met de verwerking van zijn eigen oorlogservaringen, die naar het scheen ‘’gelukt’’ was en bagatelliseert het verschijnsel als iemand met een kennelijke overtuiging dat het zo is.
De wetenschap op cerebraal terrein heeft dit ‘’fenomeen’’blijkbaar niet herkend als iets uitzonderlijks, anders zou men haar visitekaartje wel hebben afgegeven en in de rij bij hem hebben gestaan voor een consult.
De schrijver, heeft helaas het zelf opgeroepen hetgeen hier te berde wordt gebracht.
In de jaren zeventig was de schrijver al van leer getrokken tegen alle Indiëgangers in het algemeen en al die mensen die de WOII hebben ervaren en gekend, deskundigen van diverse pluimage inbegrepen.
Het waarom, kunnen we de schrijver helaas niet meer vragen.
Hij wordt dan opeens sadistisch en schopt tegen alle phsychologische hulpverleners en deskundigen aan op ziele gebied, zoals o.a. tegen professor Bastiaans (Univ.Leiden). In zijn tirade tegen deskundigen werd nog meer gevoed door een uitspaak van Komrij en wist zich door hem moreel gesteund, wanneer Komrij die over het oorlogssyndroom de volgende controversiele uitspraak deed:, dat citaat: “wanneer professor Bastiaan er niet mee kwam, het verschijnsel ook niet had bestaan.’’ Een ieder is geheel vrij om onzin uit te kramen, ook Komrij. Dezehumbug van een uitspraak van de schrijver Komrij kan en mag geen reden zijn voor Kousbroek om snel te juichen. Met Komrij‘s uitspraak kun je alle kanten op en is dus multiinterpretabel.
(de phsychologische term was immers al heel lang bekend, maar dit terzijde) en op die manier moet men dat ook zien. – In het bewuste artikel uit zijn werk kreeg prof.Bastiaans van de schrijver ook nog zoveel kritiek te verduren aangaande diens wetenschappelijke experimenten die hij zou hebben ondernomen en er volgens de schrijver niets van klopte etc. Veel modder kreeg de professor over zich heen gestort van de schrijver; achteraf bekeken geheel oneerlijk beoordeeld (door de schrijver) maar ook onterecht, naar ik meen.
In elk geval vind ik de kritieken van de schrijver op alles wat met phsychische hulpverlening te maken heeft (gehad), onjuist, merkwaardig en ook bespottelijk; het geeft louter een modieus (want het was immers ‘en voque’ in die tijd) beeld van de schrijver om er ook bij de kriticasters te willen horen en liefst vooraan op de eerste rij.
Het verschijnsel dat ‘’men slachtoffer van iets was en/of is geworden’’, zegt de schrijver geeft financiele en phsychologische voordelen. Zo n uitspraak is hilarisch, bizar en leidt tot niets.
Wel en niet waar; zelfs dát is uiterst betrekkelijk. Het is muggezifterij van de schrijver en lijkt alsof een willekeurige slachtoffer nu zelf dient te verantwoorden waarom hij of zij slachtoffer is geworden. De absurditeit ten top: een ‘’post-traumatische belediging’’ zou je het ook kunnen noemen.
Bovendien lijkt alsof betrokkenen er om hadden gevraagd om hen alsjeblieft in de misere te willen storten. Ik durf er bijna mijn hand voor in het vuur te steken dat de schrijver datgene suggereert, (- waarvoor ik geen bijvoegelijke naamwoord meer kan bedenken - ) wat een ieder al vermoedt: ‘’het slachtofferschap in al zijn verschijningsvormen’’
Dat mag een ieder suggereren of verzinnen, zo men wil, maar van Kousbroek heb ik deze gevolgtrekking allerminst verwacht waarmee hij op deze manier een bevolkingsgroep, oorlogsslachtoffers – in welke hoedanigheid ook -Indiëgangers , maar ook wetenschappers een klap in het gezicht heeft gegeven.
Wordt vervolgd
Mijn levensverhaal - I door onze correspondent in Nieuw Zeeland, Adrian Lemmens
Zonder er iets dramatisch van te maken, heb ik een probleem, met veel, zo niet alles, dat mij in het harnas van mijn levensloop heeft gewrongen. Wringen vind ik een zeer goede omschrijving, omdat ik nooit aan wanhoop heb toegegeven, ondanks mijn geweldige eenzaamheid en de totale afwezigheid van een familie verband en nooit een tehuis heb gehad dat daartoe behoorde.
Na het vele, vele vallen ben ik altijd weer opgestaan. De levenskracht daartoe, dank ik aan mijn vader, aangaande de parabels die een beste vriend van mijn Vader, gedurende een te korte tijd, aan mij heeft doorgegeven en bovendien van wat ik te weten ben gekomen over zijn reputatie, samen ook met het geweldige niveau dat hij daarmede in de maatschappij en ook zijn eigen Maatschappij, de B.P.M.-Shell, heeft weten te bereiken. Nu op de leeftijd van 77 jaar, voel ik mij genoodzaakt de balans van mijn leven op te maken. Niet alleen voor mijzelf, maar ook eventueel voor mijn kinderen. Het is mijn gevoel dat, als ooit een van mijn kinderen een probleem heeft, dat de geschiedenis van het leven van hun vader, hen de kracht kan geven om door te zetten
Ik had en heb een uitzonderlijk leven, interessant zelfs, maar toch in mijn persoonlijk gevoel onmenselijk, gemeen, te zwaar en bovenal zeer eenzaam. Men kan zeggen dat ik redelijk succesvol met het overleven ben geweest, maar letterlijk met elke actie tot een verbetering van mijn leven, heb ik keer op keer ook altijd tegenstand moeten overwinnen. Het was met de handicaps van mijn verleden, altijd weer een strijd. Het is voor mij nooit vloeiend geweest, altijd en eeuwig waren er problemen, die ik heb moeten overwinnen, tot op dit moment toe.
Al verscheidene jaren ben ik van plan, om een boek over mijn leven te schrijven en daarin de ontdekkingen van de menselijke levensfactoren te beschrijven. Graag had ik de hulp ingeroepen van iemand als Adriaan van Dis of van andere schrijvers wiens namen ik tegen ben gekomen. Door het leven van mijn vader en dus met mijn eigen afkomst daardoor, had ik potentieel schatrijk moeten en kunnen zijn, maar door de oorlog is het totaal het tegenovergestelde geworden Armoede werd lange tijd mijn deel en ik voelde mij altijd opgejaagd en uitgebuit.
Maar vanwege en dankzij mijn beide ouders, heb ik kennelijk een geweldige veerkracht meegekregen, waarmede ik niet alleen al mijn tegenslagen heb weten te overwinnen, maar nu zelfs een staat van leven heb weten te bereiken, waar velen zeggen, nou waar heb jij nu nog zorgen voor nodig, Voor mij is het genoeg om nu te kunnen leven. Ik kan nu hopelijk van het aantal jaren die ik mogelijk nog heb, nog een beetje genieten. Maar wat is genieten, als je mogelijkerwijze niet meer weet hoe je dat kunt doen, als je moet oppassen om financieel rond te komen. Maar helaas, genieten, dat ken, of kan ik nu ook al niet meer, de strijd is voor mij te zwaar geweest, naast een vluchtige glimlach en terugkijkend het met een zekere
voldoening, is het meestal slechts een bittere voldoening die niet echt is. Het is toch ook niet echt, het kan gewoon niet echt zijn. En zo ben je aan het wachten op de volgende klap die moet komen, je hebt toch immers nooit anders meegemaakt. Zo gaat het met mij.
Adrian Lemmens, twee jaar oud.
Uit mijn historie zal toch zeker blijken dat mijn gedachtegang en mijn levensbeslissingen niet dom of ondoordacht zijn geweest. Waarom is het mij dan ook niet mogelijk om eens achterover te kunnen leunen en van enig succes, met enige voldoening kunnen te genieten? Ik geloof inderdaad dat er zo iets is dat de maat nu vol is; het is allemaal teveel geweest. Maar waarom heb ik in dat geval dan ook niet de moed verloren en ben ik in elkaar gezakt en tot niets meer in staat, dat is toch wel het wonder van het leven. Ik noem het de veerkracht in de mens en stel vast dat die enorm krachtig is.
Ja, ik ben getrouwd en ik heb drie kinderen, die allen uitstekend terecht zijn gekomen en mijn vrouw is ook mijn zeil kameraad op zee.! Ik stelde zeer hoge eisen aan mijzelf en zonder die eeuwige discipline, had ik het ook nooit overleefd. Het is immers je verstand en je wil tot leven, die een mens in leven houden. In mijn leven heb ik mijzelf altijd van alles ontzegd om uit mijn armoede omhoog te kunnen klimmen en iets te bereiken. Ik ben nooit gewend geweest op vakantie te gaan, een ijsje, een bioscoop, met vrienden een drankje drinken of sporten. Als je dat allemaal niet gewend bent, dan is het ook tamelijk gemakkelijk om frugaal en gedisciplineerd te zijn. Uiteindelijk heb ik redelijk wat bereikt. Maar het geeft geen geluk of genoegen, om er op terug te kunnen kijken, het was immers allemaal te hard en te onmenselijk.
Wat het voor mij nog erger maakte, is dat alles zo anders had gekund. Dat dankzij mijn vaders vooruitziende blik mijn mogelijkheden anders hadden gelopen. Dat mijn vader zijn grootste offer, zijn eigen leven, bracht in het vervullen van zijn vaderlijke plicht voor zijn nageslacht en na het voldoen van wat mijn vader als zijn plicht zag, hij slechts een trap na kreeg; van zijn eigen land.
Voor de mensen die de oorzaak van ons ongeluk werden, was er aanvankelijk veel succes en was dat ook voor een langere periode voor hen weg gelegd, maar tenslotte verdronk de een met zijn dikke pensioen in zijn eigen zwembad en was de ander ongelukkig met zijn kinderen en zijn ambitieuze vrouw. En het feit van het eeuwige mislukte pogingen om mijn persoon te elimineren, alsmede de vele schandalen met secretaresses op zijn kantoor. Met zijn geweldige macht en zijn onaantastbare positie, kon die man doen en laten wat hij wilde. Die man had geen geweten. Inderdaad zijn er in onze wereld mensen die op een gegeven moment zo hoog staan, dat ze zich door gegeven omstandigheden onaantastbaar wanen en zelfs met de duivel zelf heulen. Ik heb nu een pensioen van de WUV, met alle restricties dat voor het Nederland, dat wij nu kennen, gewoon is. Uiteindelijk was ik een kundige advertentiefotograaf, met ook mijn eigen uitstekend geoutilleerde studio. Het maken van ontwerpen voor advertentiewerk, was voor mijn aangeboren handigheid niet zo’n probleem en verdienden wij daarmede extra geld met minder uitgaven En dat had ook extra voordelen.
Door het in die tijd anti Nederlands heersende sentiment, in Nieuw Zeeland, (de Nederlanders hadden een reputatie voor hard werk en succes waardoor de gemiddelde en kalme steady-as-she-goes Nieuw Zeelander zich bedreigd voelde) en zo kreeg ik meestal alleen maar het werk, waar ik bekend om werd. Werk dat nu alleen met computers gedaan wordt, deed ik in die tijd reeds met het gebruik van meerdere camera’s voor de productie van één foto. Het brood-en-water werk ging weer naar mijn Nieuw Zeelandse collega’s die ook vrienden maakte met “wine and dine”, wijn en etentjes, ter bevordering voor hun werk en hun contacten, iets dat mij en mijn historisch nu zo ingewortelde mentaliteit niet lag, en waardoor wij nooit een geweldig inkomen konden bereiken. Echter op en met mijn vrije tijden en momenten, bouwde ik ons eigen huis en ook een nieuwe studio voor mijzelf, met mijn eigen handen en contractuele hulp.
Mijn studio werd ook bekend, voor het feit dat wij fotografisch bijna het onmogelijke konden doen, met behulp van lasers en met fluorescerende verven, dat zorgvuldig geheim werd gehouden door ons. Zo gebruikte ik mijn tijd om te verdienen wat ik kon, of mijn huis te bouwen, zoals ik dat voor ogen had. Op het einde kwam dat allemaal op zijn pootjes terecht, maar het was wel dubbel hard werk, terwijl mijn vrouw Paula mijn secretaresse was en de moeder van onze kinderen, die op oudere leeftijden vaak in alles meehielpen.
Nu met nieuwe wetten en regulaties kan zoiets ook niet meer, of alleen nog maar ten dele. Gemeten naar mijn inkomen dat in die tijd ook naar ons nieuwe huis ging, werd ik op het gemiddelde inkomen geschat door de WUV en mijn kwalificaties zonder de Nederlandse papieren, werden volgens Nederlandse maatstaven niet erkend. Een rechtszaak in Utrecht, bepaalde via een vinnige WUV advocaat, dat mijn kwalificaties gelijk stonden met een gewone verkoper in een fotowinkel en daarop werd mijn WUV pensioen berekend. We kunnen er van leven, maar dat is alles.
Adrian Lemmens met zijn ouders, 1939.
Dat is ook geen bevredigende situatie, na alles dat ik heb meegemaakt en verloren heb. Mede door de Nederlandse behandeling voor wat betreft de “Indische Kwestie”, met name door ons met hun acties uiteindelijk zwaar te bestelen, werd ons gezin behoorlijk getroffen. Ergo voor mijn Vader, die werkelijk het hoogste offer bracht voor de goede zaak en het met zijn leven betaalde. Ik ben en voel mij echter nog steeds een Indische jongen van “Tempo Doeloe”, met een Hollandse (Amsterdamse) vader en een Duitse moeder. Beiden krachtige, nee kolossale mensen. Helaas de omstandigheden hebben mij mijn vader ontnomen met de torpedering van de “JUNIO-MARU”, met de zo velen andere kostbare Nederlanders en de arme meedogenloos bedrogen ROMUSHA’S. Alle 5860 van onze mensen, van ons nu vroegere Nederlands-Indië kwamen daarbij om het leven.
Via het internet heb ik merkwaardige belevenissen en kennismakingen meegekregen, zowaar net ook weer van een naamgenoot, familie zelfs, een kampgenoot uit het Banyu-Biru kamp 10.
Toen wij op het laatste moment door de B.P.M.-Shell uit Borneo werden afgevoerd naar Java, op vrachtwagens door de jungle naar Banjermasin en op een boot van de K.P.M. werden geladen als deklading met onze bedienden en bagage. Ik heb dat schip als een toenmalig zesjarige altijd in mijn herinnering meegedragen, een drie eilanden schip van het type dat toen bekend stond, zwarte romp en wit bovendek.
Ik heb dat schip, waarvan mijn Moeder in die verwarring zelfs de naam niet meer wist, meer dan twintig jaar gezocht; ik weet, of wist, dat het klein was. Na de boeken van Bezemer (zowat 1500 pagina’s) te hebben doorgeworsteld, viel mijn oog op het K.P.M. schip de Janssens, onder gezag van een merkwaardige man en gezagvoerder G.N. Pras. Toevallig begon in dezelfde tijd ook de Australische schrijver “Doug Hurst” met een boek onder de titel “The Fourth Ally” staat daar merkwaardigerwijze de ms. of ss. Janssens op blz. 44 en de afbeelding van het schip (er zijn merkwaardig veel toevalligheden die in mijn leven voorkomen) is nagenoeg het evenbeeld van wat nog in mijn herinneringen staat. En dat is nog niet alles: op dat moment komt opeens ene Gerardus Lemmens uit Engeland via e-mail zich aandienen. Zijn vader blijkt op het moment van de inscheping in Banjermasin, de tweede boordwerktuigkundige te zijn geweest op dat schip. Terwijl zijn moeders naam Lemmens Guetjens G.C., als onze kampgenote van camp tien “Banyu-Biru” onder die van mijn Moeder Lemmens-Finger T.G. staat, in die kamplijst van “Camp 10 Banyu-Biru”. Allemaal ongelooflijk.
Gerard Lemmens, een van drie kinderen is pas na die oorlog geboren. Zijn vader overleefde de oorlog, zijn broer en zus zijn van voor de oorlog. Gerard Lemmens gehuwd met een Schotse vrouw woont nu in Sussex in Engeland.
Wat zo bijzonder is over dit schip, is dat wij buitengaats van Banjermasin en op weg naar Java, door twee Japanse Zero’s werden aangevallen, met onder elke vleugel een bom, dus vier bommen, ik zie ze nu nog hangen, als op mijn netvlies gegrift. Daar gaat de eerste bom, het schip vaart nu op volle kracht, de officieren volgen de baan van de bommen en maken uitwijkingsmanoeuvres. De dekken zitten vol met vrouwen en kinderen waaronder veel baby’s, vele bedienden, waaronder mijn baboe “Sumina” en de barang (bagage) Een beginnende bijna geluidloos geschreeuw gaat op. Het is angstwekkend, schreeuwden ze toch maar echt. De bom komt rakelings langs de bakboordzijde, vlak langs ons heen aan het achterdek. Een geweldige fontein schiet omhoog en stort zich op het dek. Wij spartelen allen schreeuwend op dek tussen de ronddrijvende bagage. Naar mijn herinneringen kwam het water tot mijn heupen. Dit gebeurd in totaal vier keren. Het schip gaat geheel schuin in de bochten, waardoor allen aan dek overal tegen aan en tegen elkaar botsten, een baby spoelt bijna overboord. Het was een verschrikkelijke nachtmerrie, waarvan de beelden mij mijn gehele leven achtervolgd hebben, vooral als ik in mijn tegenwoordige leven de een of ander haai tegen kom (wij zijn namelijk zeezeilers).
Mijn vader in het uniform van reserve sergeant bij het KNIL.
Vier bommen overleven wij op die manier, daarna kwamen die Zero’s weer op ons af en wij wisten het instinctmatig: wij zouden nu mitrailleervuur moeten ondergaan. Maar plotseling braken zij hun aanval af en verdwenen. Oorzaak is een eenzame “Glenn-Martin” van een basis op Noord Java, die om welke reden dan ook, de Japanners op de vlucht deed slaan en wij hadden dit drama overleefd. De Glenn-Martin vloog drie rondjes om het schip, met haar vleugels wiegend als een groet en een gejuich van het schip ontlokte en wij bereikten tenslotte Java.
Na het lezen van veel beschrijvingen, over de verschillende acties, van de dappere “Janssens” uit het boek van de Australische auteur en die de gehele oorlog overleefde, ben ik er 99% zeker van, dat zij de “ms. Janssens” was, die ons naar Java bracht, maar die ene procent zou ik toch nog graag verzekerd zien.
Na mijn korte beschrijving, voor onze mensen, in het ICM-online van Ferry Schwab, met de “Indische Kwestie”, aangaande het incident met Marlies van Zanten Hyllner in 2012, ging ik op vakantie naar Europa Twee van mijn drie kinderen wonen overzees. Ik had mijn artikel aan ICM-online laten lezen, die het prompt publiceerde, eigenlijk zonder daar eerst mijn toestemming voor te vragen, maar “no matter”. Mijn artikel heb ik met de grootste moeite gedurende mijn reizen proberen te volgen.
Doordat ik constant onderweg was, kon ik zonder de medewerking van Ferry Schwab ook geen lid worden, ik ben niet zo’n computerheld en heb ik nooit ooit iets van het kennelijk regelmatige commentaar op mijn artikel kunnen volgen. Dit vond ik zeer spijtig en werd ik daar door ICM en Ferry zelf ook niet verder geholpen. Ik heb nu het contact met ICM en Ferry verloren; ook al omdat zij met hun activiteiten meer op de Nederlandse dan op de buitenlandse Indische bevolking zijn gericht. Pasar Malam dit en Pasar Malam dat, waar wij (van overzee), helaas niet naar toe kunnen gaan. Bovendien wil ik hem verder ook niet met mijn besognes lastigvallen. Mijn reden daarvoor is gewoon, omdat ik samen met mijn familie niet alles alleen maar heb verloren in en van het oude Nederlands-Indië, maar dat wij dankzij mijn vaders hoge functie (de nr. drie in de top bij de B.P.M.-Shell, op Balikpapan Borneo en daarbij Tarakan), ondanks de oorlog nog geweldige investeringen hadden in Engeland en de U.S.A. Tegoeden van de B.P.M. die onder grote woede van de toenmalige Nederlandse Regering, wel al haar mensen het achterstallige salaris en pensioen uitbetaalde. Maar onze investeringen, bezittingen en gelden, zijn ons in Nederland allemaal door toedoen van de Nederlandse Staat ontnomen. De Nederlandse autoriteiten zijn er ook de schuld van geweest, dat ook ons eigen huis of eigenlijk dat van mijn (voogd) grootvader, waar wij notabene in opgegroeid waren, ons ontnomen is. Ons huis is gewoon geconfisceerd en dat 24 uur voor we in Amsterdam als repatrianten aan wal kwamen.
Komt daarbij ook nog eens de Wet tot de HANDELINGSONBEKWAAMHEID VAN DE VROUW (die pas in 1956 gewijzigd werd) EN DAAR OOK NOG EENS BOVEN OP, MIJN MOEDER EN HAAR DUITSE ACHTERGROND, kregen we de zoveelste schop onder ons achterwerk. Daar kwam nog bij dat wij bij de, door Nederland en haar bevolking, ongewilde Indische Nederlanders behoorden. Hoe is dat mogelijk, wat kon er nog meer tegen ons worden ondernomen. Hoe meer konden wij nog vernederd worden. Helaas, alsof dit allemaal nog niet genoeg was, dit was in feiten nog maar het begin van onze ellende, zoals men in deze artikelenserie die ik speciaal voor de NICC Nieuwsbrief heb beschreven, zal ontdekken.
Buitengaats van IJmuiden, kregen wij op de “ms. Slooterdijk van de HAL”, waarmede wij uit Indië arriveerden een telegram van de Amsterdamse Autoriteiten. Ons huis in Amsterdam Centrum werd nu opgeëist voor Nederlanders en wij moesten nu zelf maar voor onze accommodatie zorgen. Er werd ons door deze autoriteiten geen verdere hulp verleend voor het vinden van een andere behuizing.
Ons huis, het ouderlijk huis van mijn Vader, was gedurende de depressie, door mijn Vader, van mijn grootvader gekocht, om hem met zijn kunst schilders zaak, beneden in zijn souterrain te redden van bankroet. Dat was dus vanaf dan ook ons huis, Cornelis Anthoniszstraat nr. 8 in Amsterdam Centrum.
Mijn grootvader, tevens mijn voogd, en de wet handelingsonbekwame vrouwen, toen ook nog benodigd als haar mannelijke familie lid, woonde nog steeds in het souterrain. Het bovenhuis had hij helemaal opgeknapt met parketvloeren en nieuw behang, zodat het voor ons prettig wonen zou zijn. Ook had hij in de buurt naar scholen voor mij geïnformeerd, ik was nog niet naar school geweest en kon nog steeds niet lezen of schrijven, of zelfs tellen. Dat was in oktober 1946 en ik was dus tien jaar oud.
Nogmaals mijn ouders in ons huis in Pladjoe aan de Moesi rivier.
NU KOMT VOOR ONS, ONS DUBBELE ONGELUK.!!!
A.) Van Indië komende waren wij in Nederland niet welkom.
B.) Vanwege de confiscatie van ons huis, verloor ik mijn voogd (groot-vader ) die al in zijn tachtiger jaren was en hij was nog steeds herstellende van de laatste en vreselijke hongerwinter in Amsterdam.
C.) Mijn Moeder was een Duitse en sprak dus met een Duits accent en in Nederland heerste een grote anti Duitse gezindheid en haat. Haar Nederlandse paspoort, was van geen consequentie.
D.) Mijn Moeder was door de wet van de “HANDELINGSONBEKWAAMHEID VAN DE VROUW,” onbevoegd en onmachtig, om voor haar eigen belangen te zorgen, zonder een mannelijke bijstand of familielid. Mijn grootvader niet alleen mij als voogd, was maar ook mijn Moeder ontnomen als inwonend mannelijk familielid, door die actie tegen ons.
E.) Mijn Grootvader was vanwege zijn gezondheid ook behoeftig aan mijn moeders hulp en bijstand; een wederzijds drama.
F.) Mijn moeders familie zag een kans in Duitsland, in de Britse bezettings-zone, mar de mogelijkheid voor ons, om daarheen te vluchten was nihil en er werd niet bemiddeld.
G.) Mijn alarmerende tekort aan educatie werd door deze situatie verzwaard. Er was voor mij geen oplossing en was ik vaak opgesloten en alleen, terwijl mijn Moeder noodgedwongen op stap was.
H.) Mijn moeders, of liever mijn vaders reputatie, was mijn Moeder voorgegaan. Bij de B.P.M.-Shell, was mijn moeder bekend als de “Gouden weduwe Lemmens” Later ook de weduwe van de “JUNIO-MARU”.
I.) Mijn Moeder ging voor hulp naar de B.P.M.-Shell, gesteund voor het voor-oorlogse advies van haar man en mijn Vader, om nooit iemand te vertrouwen en zich alleen bij de B.P.M.-Shell te vervoegen. Ik was daar bij en hoorde die waarschuwing van mijn vader ook In Bandoeng, na de capitulatie.
J.) Mijn Moeder werd naar de B.P.M.-Shell weduwen en wezen afdeling verwezen, waar een een zekere J. den Besten zich onmiddellijk over haar ontfermde en haar omringde, met alle zo welkome attentie, die zij van de Nederlandse autoriteiten moest ontberen. Deze man had in zijn functie natuurlijk inzage in onze papieren, hij liet mijn moeder na die tijd niet meer los en ging de begeleidde haar, totdat hij mijn Moeder binnen het jaar te pakken had, met hemelse beloften, ook jegens mij en met grote vooruitzichten en alle mogelijke attenties. Het was de Heer of liever de “bandiet”, Jannes den Besten gelukt om ons in te palmen. Zijn broer NICOLAAS den Besten, zou in de latere vijftiger en zestiger jaren de Amsterdamsche Bank oplichten voor 60 miljoen gulden met de zogenaamde “SOCRATES AFFAIRE”.
Waar was de verantwoording van de B.P.M.-Shell, in deze situatie voor een gewezen en eens “zeer” belangrijke top-employé’, zijn weduwe en zijn weeskind (hierop geef ik ook een antwoord, verderop in mijn relaas). Helaas, voor mijn Vader, in zijn hoge positie, waren er ook vijanden en die waren nu zelfs machtiger na die oorlog, die door die ons beiden individuen was overleefd. Een was de zoon van een zittend directie lid van de B.P.M.-Shell in het hoofdkantoor, nu zat hij zelf in die directie, ir. Jan Brouwer en de andere, een verrader en collaborateur met de Japanners, die daarmee zijn familie had gered, een dr.ir. in de Archeologie, H.H. Brons, Ab in de omgang. Hij was later in Nederland, de oprichter en directeur van de R.R.P., de Rotterdam Rijn Pijpleiding Maatschappij, een dochteronderneming van de Shell, voor het transport van olieproducten naar Duitsland, die dat werd dankzij zijn vriendje de eerder genoemde directeurszoon, ir. Jan Brouwer. Beide “heren” werden door mijn Vader gecorrigeerd, uit naam en in opdracht van de B.P.M.-Shell, vanwege hun slechte openbare gedragingen en hun onbetaalde rekeningen van voor de oorlog. Voor welke redenen ook hun
aanvraag tot een salarisverhoging was geweigerd.
Het was niet mijn vaders keuze maar het was wel in zijn functie, deze mensen daarvoor te berispen. Wat een ongelukkige omstandigheid, dat ook in dit geval, het wederom de B.P.M.-Shell was, die ons daarmede dupeerde, vooral met de toekomst- mogelijkheden, die deze twee individuen later zouden of konden hebben.
Wij, mijn moeder en ook ik, moesten daar na die oorlog een dubbele prijs voor betalen, was dat nodig, was dat fair. Onze familie was door deze ongelooflijke samenloop van omstandigheden ernstig gedupeerd.
(tot zover het eerste deel van het levensverhaal van Adrian Lemmens, dat hij voor deze NICC Nieuwsbrief schreef).
Reactie Jan De Keten Webmaster ICM.
In het artikel werd Ferry Schwab (ICM) in het negatief daglicht gesteld. Ferry kennende staat voor iedereen klaar van "hoog" tot "laag"; Ik ken hem al lang van uit zijn projecten van zijn bedrijf. Een manager waar velen een voorbeeld aan kunnen nemen - desondanks de grote druk en spanningen, stond hij altijd klaar, en al bel je hem om 2 uur s'nachts uit zijn bed. Ik kan mij niet vinden in het verhaal van Adrian Lemmens, wie publiceert kosteloos een verhaal, en waarom hebben de andere leden uit New Zeeland zoals een Ivo geen problemen gehad! Adrian had drukker met zijn rijzen en moet zich afvragen of hij ook dat over heeft voor andere Indo's, behalve dat zijn eigen verhaal centraal wil plaatsen.
Deze vraag zal Adrian zich zelf moeten stellen het feit dat dit ook bij NICC is gepubiceerd zegt genoeg, lijkt mij een excuusjes wel op zijn plaats. Welke Indo runt 14 jaren een toko als ICM, met ondankbare mensen, sorry het moet er even uit!. Zonder ICM was dit verhaal niet wereldwijd verspreid. Waarom heeft Ivo geen problemen met ICM, is nu al 2 jaren abonnee van ICM, woont ook in New Zeeland.
Jan De Keten Webmaster ICM
8 juli 2013.
Een echt traditioneel Indonesisch groentegerecht; zeer scherp, dus voor de liefhebbers van pittig eten.
Ingrediënten:
1 blok tofu (tahu) in grote dobbelstenen, 1/2 blok tempeh, 1 kleine witte kool (grof gesneden), 150 gram sperziebonen, 100 gram worteltjes in schuine schijven van 1 cm. gesneden, 2 grote uien grof gesneden, kleine maïskolfjes, 6 tenen knoflook gecrushed en fijngehakt, 1/2 blok trassi verkruimeld en in 4 eetlepels heet water opgelost, 2 eetl. sambal oelek, 4 rode pepers in ringen gesneden, 2 theel. laos, 1 stengel sereh (gekneusd met bodem van een steelpannetje of een keukenhamer), 1/3 blok santen, 3 blaadjes salam (Indonesisch laurier) 250 ml. water, olie, 1 theel. zout, 1 eetl. suiker.
Bereiding: Snijd de tempeh een keer door en de helften dan in plakken van 1 cm. Bak dan in een wok in ruim olie de tofu en de tempeh lichtbruin en laat daarna uitlekken. Doe dan de salamblaadjes met de laos in een pan met ruim water en voeg vervolgens de gesneden witte kool, sperziebonen, worteltjes en maïskolfjes toe. Kook de groenten halfgaar. Fruit de ui met de knoflook in 2 eetl. olie. Doe dit samen met het trassiwater, sambal, rode peper, sereh, santen, zout en suiker bij de groenten (de groente moet 1 cm. onder water staan). Laat alles op heel laag vuur sudderen onder af en toe roeren, tot de olie boven komt drijven. Lekker met witte rijst en bijvoorbeeld smoorvlees.
Selamat makan
Sambal Goreng Telor Hans Vogelsang
Een eenvoudig, maar zo ontzettend lekker bijgerecht, dat bij vrijwel iedere Indische maaltijd past.
Ingrediënten: 6 hardgekookte eieren, in de lengte gehalveerd. 2 à 3 tenen knoflook, gecrushed en fijngehakt, 1 grote fijngehakte rode ui, 4 tomaten in stukjes zonder vocht en zaad, 2 lomboks in dunne ringetjes, 2 blaadjes Salam (of laurier), 1 theelepel laospoeder, 1 theelepel djahé, afgestreken eetlepel palmsuiker of donkerbruine suiker, 1 dl. Ketjap manis, 1 dl. dikke santen, klein stukje trassi, snufje zout, scheut olie.
Bereiding: Fijngehakte ui in een scheutje olie in de wok glazig fruiten, dan knoflook en alle andere ingrediënten erbij doen (behalve de tomatenstukjes). Roeren tot een mooie gladde saus en dan de tomatenstukjes erbij en nog even 2 minuten zacht laten doorpruttelen. Dan de gehalveerde eieren met de bolle kant naar onder in een ovenschaal doen (ze moeten er nagenoeg precies in passen). Dan alle eieren rustig overgieten met de saus (salamblaadjes eruit halen), schaal afdekken met aluminiumfolie (een paar gaatjes prikken voor de stoom) en in een voorverwarmde oven op 150 graden ongeveer 20 minuten laten doorwarmen. Warm serveren.
Selamat makan.
Boekbespreking 27 juni 2018
Het zevende Kamp – René Ofsen. De opa van de Reno ging op 16-jarige leeftijd met een zeilschip als KNIL soldaat naar Nederlands-Indië. In de loop van zijn diensttijd klom hij op tot vakofficier.. Voor zijn moed en trouw ontving hij de Militaire Willemsorde. Eén van zijn zonen werd kapitein bij de Artillerie. Ze woonden in een klein dorp in Noord-Sumatra, vlakbij de Oceaan. In 1942 vielen de Jappen hun dorp binnen en werd iedereen gevangen genomen. Zijn moeder, hij van 2,5 jaar oud en zijn 4 maanden oude zusje Anne maakten 6 uiterst wrede Japanse concentratiekampen mee. Uitgehongerd, getraumatiseerd en met oplopende ziekten zoals malaria, bronchitis, oedeem, droge pleuris, eczeem en zweren, werden zij als een van de laatsten in september 1945 uit Kamp Aek Pamingke bevrijdt. Zijn moeder was totaal getraumatiseerd en zijn vader, veel-vuldig gemarteld door de Jappen, kwam eveneens kapot uit de oorlog. Eenmaal in Nederland zwierven ze van de ene plaats naar de andere en kwamen de kinderen in een kindertehuis terecht. Het huwelijk van de ouders strandde. Hun moeder deed afstand van de kinderen en vanaf dat moment kwamen die in het “7e kamp” terecht. Het kamp van hun vader. Zijn zusje stierf veel te jong aan de gevolgen van de kampervaringen en Reno moest de rest van zijn leven vechten om te overleven. Adviesprijs: € 24,95.
Het Oostindisch Kampsyndroom – Rudy Kousbroek. Dit boek is het magnum opus van Rudy Kousbroek. Aan de hand van eigen herinneringen en bestaande literatuur beschrijft Kousbroek over Nederlanders in Indië vóór, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Trots en schaamte, verdriet en verlangen spreken uit de bladzijden. Hierin worden niet alleen veel vergeten zaken, maar ook dingen die nog steeds worden verzwegen met dezelfde openhartigheid onderzocht. Adviesprijs: € 17,50.
Branie, het kleven van Mina Kruseman (1839-1922) – Annet Mooij Als strijdster voor internationale vrouwenrechten was Mina Kruseman in de jaren zeventig van de negentiende eeuw een meer dan opvallende verschijning. Ze keerde zich
tegen oorlogen en militarisme; ze schreef romans en toneelstukken, declameerde en acteerde en beproefde haar geluk als concertzangeres in Amerika. Het is aan Mina te danken dat het stuk “Vorstenschool” van Multatuli voor het eerst (met haarzelf in de hoofdrol) op de planken werd gebracht, alhoewel de vriendschap tussen beide egomane en zeer lichtgeraakte persoonlijkheden deze clash niet zou overleven. Na de breuk met Multatuli keerde ze terug naar Nederlands-Indië, waar ze met haar uitspraken en optredens voor de nodige tumult zou zorgen. Later keerde ze door omstandigheden terug naar Europa, waar ze in armoede stierf. Ze raakte ten onrechte in de vergetelheid, maar komt door deze onderhoudende en heldere biografie in al haar kracht en talenten opnieuw tot leven. Adviesprijs: € 27,50.
Terug naar Bandung – Femmy Fijten. Een boek over oorlog, bloedige strijd, over verlies en vriendschap, maar bovenal over een liefdesverhaal, gebaseerd op een ware geschiedenis van een zeventien-jarige jongen die naar Indië ging en daar tegen beter weten in een Indisch meisje koos. Toch is Terug naar Bandung geen somber boek geworden, maar veeleer een “meeslepende roadmovie”, met in de hoofdrollen een oudere man, die met zijn kleindochter Jill onder leiding van een weerbarstige gids en een pientere chauffeur op zoek gaat naar zijn verleden. Een boek waar je dicht met de neus op de verschrikkingen van de politionele acties wordt gedrukt.
Niettemin ben je – in tegenstelling tot veel andere boeken over deze beschamende periode in onze vaderlandse geschiedenis – niet geneigd om af te haken vanwege de beschreven verschrikkingen. Het komt door de ontwapende argeloosheid waarmee Femmy dit boek geschreven heeft, die ervoor zorgt dat je “Terug naar Bandung” bijna in één adem uitleest. Adviesprijs: € 19,95.
Opnieuw staat dit beroemde boek vol in de aandacht. Alweer de 15e druk is verschenen, met lovende recensies, 50.000 exemplaren verkocht, plus een filmcontract met Fu Works laten het boek de status van bestseller bereiken
Deze druk is op veler verzoek uitgebreid met een stamboom en een register. Hierdoor kunnen de veruit belangrijkste ontwikkelingen in ruim negentig jaar Nederlands-Indische geschiedenis gemakkelijk worden opgezocht. In Asta’s ogen herkennen veel Indische Nederlanders hun eigen verhaal. Met dit boek bewijst Eveline Stoel eens te meer dat de geschiedenis van Nederlands-Indië Nederlandse geschiedenis is. Adviesprijs: € 19,95.
Het lied en de waarheid – Helga Ruebsamen.
Louise Benda woont tot haar vijfde jaar op Java. Overdag speelt ze buiten en ’s nachts leeft ze in een eigen geheimzinnige wereld.
Hierin zijn fantasie en werkelijkheid maar moeilijk van elkaar te onderscheiden. In 1939 vertrekt het gezin naar Europa. Maar Louise wil terug naar Java. Vanwege de oorlogechter, moet ze samen met haar vader onderduiken. Later waagt ze zich aan een reconstructie van het verleden. Voor dit boek ontving Helga de Anna Bijns Prijs. Adviesprijs: € 15,00.
Een zeer intrigerende roman, waarin de geschiedenis van het beroemde passagiersschip “Willem Ruys” verweven raakt met het levensverhaal van een jonge vrouw, die samen met haar moeder geïnterneerd werd in een Jappenkamp.
De historische feiten maken dit boek voor veel mensen herkenbaar. Een aantal verhaallijnen lopen in en door elkaar, waarbij de hoofdrolspelers een speciale band krijgen met de “Willem Ruys”, dat de enige plek blijkt te zijn waar ze zich senang voelen. Adviesprijs: € 19,95.
Voor overige boekbesprekingen http://icmonline.ning.com/profiles/blogs/boekbespreking-e-books-cd-en-dvd-december-2011
.
|
Lovende reacties in de Telegraaf Docu film "Klanken - van Oorsprong"- De Indo 's gaven ons de Rock -'n-Roll
Lovende reacties in de Telegraaf Docu film "Klanken - van Oorsorong"- De Indo 's gaven ons de Rock -'n-Roll. T
Dat de Indo's ofwel de Indonesische Nederlanders via de bands als The Blue Diamonds , en The Tielman Brothers enorm belangrijk zijn geweest voor de opkomst van de Rock and Roll weten wel. AL eerder werden de Tielman Brothers uitgeroepen als de grondleggers van de Nederpop, unaniem door Oor, Buma Stemra etc..
In en rondom sporthal Dijnselburg kan men weer 3 dagen genieten van alles wat met Indonesië en haar rijke cultuur te maken heeft.
Op vrijdag 29 juni zal er een bijzonder optreden zijn van Tante Lien.
Samen met Aïs Lawa-Lata, waar ze al 40 jaar mee op de bühne staat, neemt Wieteke van Dort u mee op reis naar de Gordel van Smaragd met al die bekende liedjes van vroeger uit o.a. De Late Late Lien Show zoals “Geef mij maar nasi goreng”, “Arm Den Haag” en “Ajoen Ajoen”.
Naast Tante Lien zijn er op vrijdag, op de maar liefst 3 podia, optredens te zien van de band Simply Friends, zanger en entertainer Edu Schalk en zangeres Ester Latama. Dansgroep Wahana Budaya zal gedurende de dag 3 dans demonstraties geven met traditionele dansen van de verschillende eilanden uit Indonesië.
Op zaterdag zal een ook spectaculair hoogtepunt zijn. Dan zal er demonstratie gegeven worden door het team van Kempo Kuntao Nederland. Tijdens deze martial arts show worden wapens, zelfverdedigingstechnieken en breektesten gedemonstreerd. Deze groep kunt u kennen van Holland’s Got Talent waar ze met deze demo de finale wisten te behalen! Verder deze dag optredens van Wipe Out Selection, Ben Heart, Diana Monoarfa & Ester Latama en Shanelle de Lannoy. Deze dag is er tot middernacht een speciale Rock&Roll avond met DJ Henny en Blue Moon Trio die veel Elvis Presley nummers zullen spelen.
Zondag 1 juli zijn er zeker 2 hoogte punten. Zo zal er voor het eerst in Zeist een traditionele Indische modeshow zijn en zal Danny Everett exclusief op de Pasar Malam Istimewa in Zeist zijn nieuwste single "Als zij eens wist" komen presenteren. Men kan lekker dansen met de allround band Hot News en het duo Free Line die John Russell Jr. als speciale gast mee nemen naar Zeist. Bij Eddy King kan men genieten van lekkere Indo-rock en de dansgroep Aniadi Art verzorgt prachtige dans demonstraties in traditionele kostuums.
Maar de Pasar Malam Istimewa is meer dan muziek en dans. Op dit evenement staan meer dan 50 kramen met uiteenlopende Oosterse specialiteiten. Daarnaast staan er zowel in de sporthal als buiten op het plein verschillende eetstandjes en restaurants waar Indonesische maaltijden en snacks aangeboden worden. Elke stand heeft zijn eigen specialiteiten.
Kaarten voor dit gezellige festival in Zeist zijn al vanaf €5,- te koop op www.istimewa-events.nl waar ook meer informatie over het evenement en het programma te vinden is.
Verdeling Indonesische schadeloosstelling: Nederlandse Staat handelt onredelijk en onbehoorlijk door Ch. J. I. M. WELTER
Belegd
Duister
Merkwaardig
Buiten opzet
Verplichting
Wenst U toegang tot ICM Indische Internetkrant - de Indische wereld - of de ontvangst van ICM Overzicht op uw persoonlijk mail?
Wordt daarom vandaag nog abonnee van ICM voor € 4 in de maand.
Hoe wordt U abonnee?
Heel simpel u gaat naar www.icm-onine.nl en daar klikt U op <INSCHRIJVEN>. De rest wijst zichzelf. De registratieprocedure is net als die op Facebook. Uw aanvraag wordt geverifieerd, daar ontvangt U van onze beheerders een akkoord. Onze registratie is aan strenge privacy-regels gebonden, daarom duurt de verificatie enkele minuten.
De content ontstaat uit de overige media, naast de bronnen van organisaties door bekende Indische schrijvers, columnisten, respondenten in Nederland & Indonesie zodat U uptodate informatie ontvangt. Naast het exclusieve netwerk ICM B2B die U waardevolle contacten biedt met een brede scope aan diversiteit van script, communicatie plan, plan van aanpak tot een Mega Master Plannen, en een link naar de Nederlandse - en Indonesische politiek dankzij het deskundig ervarend forum achter de ICM schermen.
ICM biedt naast de Indische dagelijkse actualiteiten, weekkrant en als bijlage de maandelijkse NICC-Magazine met boordevolle Indische informatie.
Tevens Uw EIGEN PAGINA mogelijkheden om U via ICM EIGEN Blog te kunnen presenteren. Uw eigen pagina voor posting van Uw foto album, video, blogs, discussie en muziek. Volledig uit te bouwen tot uw eigen webpagina met de functie DELEN met uw vrienden op Facebook en contacten op ICM en ICM Facebook groepen.
Niet onbelangrijk een eigen ICM video-kanaal, de enige met Indische reportages in Nederland.
Tevens mogen wij U als nieuwe abonnee een gratis dvd of cd aanbieden of een boek uit ICM Webshop.
U dient onderstaand uw keuze aan tegeven in deze mail en deze mail te beantwoorden of reply, en wij zorgen dat U binnen 8 dagen thuis ontvangt.
O DVD & CD "Melati in de Sneeuw"
O DVD & CD "Stamboel voorstelling "Onze eigen geschiedenis"
O DVD "Van Indie tot Indonesie " Over het leven en werk van dichter Sitor Situmorang"
O DVD "Pasar Malam Online" 3 uren lang over de Pasar Malam (Prod. van ICM) zie flyer.
Reportages van ICM ( let op ! De opnamen en fragmenten die bij onze rubriek video's zijn gebruikt voor journalistieke verslaglegging dus korte samenvattingen en van mindere kwaliteit zijn en vallen onder ICM Abonnementrecht en zijn beschermd).
Deze kostbare opnamen en kostbare bewerkingen in de studio zijn tot stand gekomen dankzij onze hoofdsponsor gemaakt.
O 50 jaren Crazy Rockers
O Pasar Malam Bagus April 2008
O Afscheid van The Valiants.
O Overige allen te bekijken op ICM Video - kanaal, het enige Indische kanaal !!.....
Van alle fragmenten van onze video reportages is een complete ICM reportage DVD gemaakt, met dank aan onze Sponsor die deze kostbare producties tot stand hebben gebracht.
Op te sturen naar bestel@icm-online.nl
Nota nummer : ___________
Naam : __________________________________
Adres : __________________________________
Plaats : _______________________ Postcode ______________
Telefoon : ________________________ Email : _______________
Let op! Voor het buitenland geldt dat de verzendkosten voor Uw rekening komen.
Verder wens ik U een prettige dag en geniet van het mooie weer.
Tot bij de pasar malam bij ICM stands!

Huiseigenaren of hun nabestaanden die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië in een Jappenkamp zaten, kunnen zich sinds deze maand melden bij de gemeente Den Haag. Zij hebben mogelijk recht op 'moreel rechtsherstel': compensatie voor erfpacht en andere belastingen die tijdens de oorlogsjaren (tussen 1942 en 1945) op hun woningen zijn geheven.
"Het Haagse gemeentebestuur was in de naoorlogse jaren gericht op wederopbouw en een gezonde begroting. Nu vindt de gemeente dit een te eenzijdige houding. De gemeente vindt het belangrijk het handelen uit die tijd recht te zetten", meldt de stad.
De gemeente heeft voor de compensatieregeling 150.000 euro gereserveerd. Mensen die denken aanspraak te maken op de regeling, kunnen tot 31 mei 2019 een aanvraag indienen.
Een speciale commissie, voorgezeten door Silfraire Delhaye van het Indisch Platform, beoordeelt het verzoek. Als de aanvraag wordt toegewezen, wordt het betaalde bedrag in guldens verrekend naar de huidige waarde.
Joodse huiseigenaren
Eind vorig jaar stelde Den Haag al een soortgelijke regeling in voor Joodse huiseigenaren die tijdens de oorlog hun woning kwijtraakten aan de Duitsers. Na de oorlog kregen ze naheffingen voor niet-betaalde belastingen tijdens de bezetting. Zij, of hun nabestaanden, kunnen zich tot 31 december van dit jaar melden bij de gemeente.
Daar maakte de gemeente 2,6 miljoen euro voor vrij. Voor het rechtsherstel voor Nederlanders die vastzaten in Jappenkampen is minder geld uitgetrokken, omdat de gemeente ervan uitgaat dat het minder getroffen personen betreft.
Bizar wat de Groningers moet overkomen, met respect. Nog bizarrer wordt het wat de Indiegangers is overkomen.
Onze Indiegangers met een Nederlands paspoort kwam na de overdracht van Indie op een glijbaan terecht. Deze 500.000 man/vrouw wisten niet wat hun overkwam, dat als speelbal werd gebruikt door Den Haag. In tegen stelling tot de Groningers werden de huizen, eigendommen en banktegoeden onteigend, dus berooid op een schoen en een slof kwamen ze in Nederland aan. Er viel niets meer te repareren aan hun huizen .
Nu komt het, wat de onbetrouwbare overheid in petto had. Sloot met de republiek een deal, een discutabele deal, waar de Overheid akkoord ging dat 85 % werd kwijtgescholden. Deze Overheid had vervolgens de plicht om de gelden uit te delen aan de 341.000 die hun huizen en boedel zijn kwijt geraakt. Over deze deal vraagt de Overheid een bedrag van ruim 229 miljoen. Met welk recht had de Overheid om de bedragen kwijt te schelden?
|
ICM met stand aanwezig op de aanstaande 22, 23 en 24 juni op de Pasar Malam Leeuwarden van Stellar Events
ICM op Pasar Malam Leeuwarden 22, 23 en 24 juni.
Vergeet niet lans ICM stand te gaan. Zeker als U meer wilt weten hoe het nu er voor staat met het Traktaat van Wassenaar, voorts kan U nu het boek rapport uitbetalen traktaat van Wassenaar DRUK II bij ICM stand aanschaffen, U wordt dan tegelijk als deelnemer van ACTW66 ingeschreven.
Graag begroeten wij U op deze pasar malam.
Pasar Leeuwarden
Datum: 22, 23 en 24 juni 2018
Plaats: W.T.C. Expo
Heliconweg 52
8914 AT Leeuwarden
Openingstijden:
Vrijdag 22 juni 13 – 22.00 uur
Zaterdag 23 juni 13.00 – 22.00 uur
Zondag 24 juni 12.00 uur – 19.00 uur
Organisatie: Stichting Stellar
Email: info@stichtingstellar.nl
Website: www.stichtingstellar.nl
Stellar Events opnieuw in Leeuwarden!
Op 22 t/m 24 juni organiseert Stichting Stellar Events de Pasar Malam Stellar in Leeuwarden. Vorig jaar 2017 werd deze Pasar na drie jaar weer georganiseerd en met succes! Enthousiast publiek maakte er toen drie dagen een feestje van. Dit jaar komen we weer terug met een mooi programma. Informatie volgt.
. Hoe in te schrijven? In de bijlage vindt U het Inschrijfformulier in Word, deze kan U invullen met de beantwoording van de vragen. Let op of u alle vragen met een “ja” kan beantwoorden. als U meent recht te hebben o. Na invulling kan U per omgaande per mail terugsturen naar info@icm-online.nl Ook U kunt ook direct op de www.icm-online.nl bij de rubriek “Inschrijven”. U ontvangt dan van de beheerders een bevestiging dat U ingeschreven bent en geregistreerd. Betaling. U bent eenmalig het bedrag van € 50 verschuldigd. De bijdrage is voor de benodige uitvoeringswerkzaamheden, die thuis bij de Overheid behoren en deze 51 jaar hebben nagelaten, en uiteraard om het juridische proces te bekostigen. Met Uw bijdrage steunt U ons om de uitvoerende werkzaamheden voor Fase II verder te continueren. Overboeking Op Raborekening NL41 RABO 0397 7255 07 ten name F.Schwab / ICM onder vermelding inschrijving ACTW66. U ontvangt; 1 jaar gratis abonnement op www.icm-online.nl de Indische Internetkrant, en U ontvangt het boek "Rapport uitbetalen traktaat Wassenaar", nadat deze is overhandigd aan het Kabinet gezamelijk met de 15.000 handtekeningen die de petitie hebben getekend. |
Indische Nederlanders

Indonesisch of Indisch ⟩ Indo
Indo Indisch Indonesisch Indische Nederlanders
"Je bent Indisch? O, je bedoelt Indonesisch!" De meeste Indo’s zal deze opmerking bekend voorkomen. Indo’s, mensen van gemengd Nederlands-Indonesische komaf, vormen een van de grootste etnische minderheidsgroepen van ons land. Tussen 1945 en 1965 kwamen circa 200.000 Indo’s naar Nederland, omdat er geen plaats meer voor hen was in het postkoloniale Indonesië.
Toch blijken veel autochtone Nederlanders weinig te weten over Indo’s. In Nederland komen mensen vaak niet op het idee, dat iemand Indisch is. En als ze horen dat dat het geval is, zeggen ze vaak: "O, Indonesisch". Men weet vaak niet wat het verschil is tussen Indisch en Indonesisch.
Indische Nederlanders, ook wel afgekort tot "Indisch" of "Indische", zijn Nederlanders afkomstig uit de voormalige Nederlandse kolonie: Nederlands-Indië, het huidige Indonesië. Nogal wat mensen vragen zich af wat eigenlijk het verschil is tussen Indischen en Indonesiërs. 'Halve' Indo's bestaan niet, je bent Indo of je bent het niet. Met een paar druppels Indisch bloed, is men al 'Indo' dat weer kort is voor Indo-Europeaan.
Het woord Indo-Europeaan werd vanaf de negentiende eeuw gebruikt. Het voorste deel Indo, is afgeleid van het Griekse Indoi dat Indië betekent en op zijn beurt weer afgeleid is van Indus. Indo-Europeanen zijn nazaten van Europeanen die in Indië woonden. Indo is dus niet afgeleid van Indonesië, deze term werd in 1850 door James Richardson verzonnen en vanaf 1900 in academische kringen buiten Nederland en door Indonesische nationalistische groeperingen gebruikt, voor die tijd komt het begrip Indo-Europeaan al voor in de literatuur. Voordat het begrip Indo-Europeaan zijn intrede deed werden ze, onder andere door de VOC, mestiezen genoemd. Dat was een verbastering van het Portugese begrip mestiço.
Betekenis ' Indonesisch '
¹ In⋅do⋅ne⋅sisch (bijvoeglijk naamwoord)
van, in, uit Indonesië
² In⋅do⋅ne⋅sisch (het; o)
in Indonesië gesproken taal
Betekenis ' Indisch '
Indische Nederlanders. Nederlanders afkomstig uit Nederlands-Indië (het huidige Indonesië) zowel Indo-Europeanen (Nederlanders van gemengde afkomst, afgekort tot Indo's) en Totok's (volbloed Nederlanders), en hun nazaten.
In⋅disch (bijvoeglijk naamwoord)
(Nederland) van, in, uit voormalig Nederlands-Indië
Indo
Indo (halfbloed): in het koloniaal verleden werd dit beschouwd als een ietwat aanstotelijke en te vermijden afkorting van Indo-Europeaan. Eigenlijk is een indo iemand van gemengd Europees en Aziatisch (maar ook Afrikaans) bloed. Thans allang geen scheldwoord meer. Jonge Indische Nederlanders gebruiken de term de laatste tijd zelfs meer en meer als geuzennaam, als uiting van trots over hun Indische identiteit. Indo werd al opgetekend in 1898.
"Bij de behandeling der Europeesche praktijk werd deze weer onderverdeeld in die bij de rasechte Hollanders, de vreemdelingen en de Indo’s, en elk dezer groepen nader besproken." (Nieuwe Rotterdamsche Courant, 29/04/1918)
"Maar bovendien – en dit is de tweede oorzaak – de inlander ziet in den Indo slechts den bastaard; de Indo is voor hem ‘anak soendal’, het voor den Indo meest grievende, want zijn moeder beleedigend, scheldwoord." (De Groene Amsterdammer, 07/01/1922)
"We praatten over de meest uiteenlopende onderwerpen, zonder omwegen, vaak snel en hard als een rechtse directe bij het boksen. Over God en geloof, over mensen, over opvoedkunde, over verschil en overeenkomst tussen Blanda’s en Indo’s, over onszelf en over onze opvattingen van zedelijkheid." (Vincent Mahieu, Tjies, 1958)
Indonesisch

We spreken over Indonesiërs als we het hebben over de oorspronkelijke bevolking, bijvoorbeeld Javanen, Sumatranen, Balinezen.
Indisch

Indische Nederlanders zijn Nederlanders van Nederlands-Indische afkomst.
Tot de Indische Nederlanders behoren niet alleen de 'mengelingen' oftewel de Indo-Europeanen, maar ook de volbloed Europeanen/Nederlanders (totoks) die in Nederlands-Indië zijn geboren of opgegroeid zijn in de Nederlands-Indische cultuur.
"Graag laten we u het echte Indonesië proeven. Reis mee en proef het zelf..."
Indo-Europeaan
De termen Indo, afkorting van Indo-Europeaan maar ook Indisch of Indische, voor Indische Nederlander worden gebruikt om mensen van Indo-Europese afkomst aan te duiden.
Ten tijde van het Nederlandse koloniale bewind in het huidige Indonesië werd de term Indo-Europeanen gebruikt om de nakomelingen uit relaties tussen blanke (Nederlandse/Europese) mannen en inlandse (Indonesische) en andere Aziatische vrouwen aan te duiden die deel uitmaakten van de Europese maatschappelijke laag van de Nederlands-Indische samenleving.
Omstreeks 1940 leefden naar schatting 170.000 tot 200.000 Indo-Europeanen in Nederlands-Indië. De huidige Indische Nederlanders (Indo-Europeanen) zijn hier grotendeels de nakomelingen van.
Een nog grotere groep met gemengd bloed is het aantal Indonesiërs met een Europese voorvader die in 1940 al was opgegaan in de Indonesische bevolking. Indonesische wetenschappers schatten dat een miljoen mensen in hun land ook Europese voorouders hebben.
Andere termen
• Blauwe: Indo-Europeaan, de oorsprong is een punt van twist. Werd en wordt gebruikt als scheldwoord en geuzennaam.
• Petjoe(k): Indo-Europeaan, scheldwoord, oorspronkelijk Javaans voor Aalscholver.
• Kleine Boeng: minder bedeelde Indo-Europeaan die aan de rand van de kampong woonde.
• Belanda Hitam: Zwarte Hollander, De term werd door de Javanen gegeven aan de Afrikaanse soldaten die op Java in met name Purworejo, Semarang en Surakarta gingen wonen met hun Inlandse vrouwen en hun gemengde nakomelingen. De eerste 44 Afrikaanse soldaten die voor het KNIL in Ghana werden geronseld, waren voornamelijk afkomstig uit Afro-Nederlandse (gemengdbloedige) families. De meeste Belanda Hitam's hebben zich vermengd met Indo-Europeanen.
• Mesties: Indo-Europeaan, afkomstig van het Portugese mestiço, dat 'van goed ras' betekent wat relatief gebruikt werd om onderscheid te maken tussen de 'wittere' Indo's en de Inlanders.
Een mesties is een persoon geboren uit een Europese, vaak Spaanse of Portugese, vader. In bredere zin wordt iedereen van gemengde etnische afkomst wel mesties genoemd. Het woord is afgeleid van mixtus, van het Latijnse miscere (mengen).
• Kasties: Indo-Europeaan,afkomstig van het Spaanse castizo, dat 'van goed, zuiver ras' betekent wat relatief gebruikt werd om onderscheid te maken tussen de 'wittere' Indo's en de Inlanders.
• Mixstice: Indo-Europeaan, van het Latijnse miscre dat mengen betekent.
• Testies: Indo-Europeaan met een Hollandse vader en een Indo-Europese moeder.
• Toegoenees: mengbloeden uit de wijk Toegoe (Tugu) bij Batavia (Jakarta). Toegoenezen stammen af van Mardijkers vermengd met Indo-Europeanen.
• Mardijker: van oorsprong de naam voor vrijgemaakte slaven en krijgsgevangenen maar waren meestal mengbloeden van verschillende herkomst. Hun voorouders kwamen uit India, Makasar, Bali, Ambon, Banda, Portugal, Afrika.
• Blasteran: een Indo-Europeaan, afgeleid van bastaard. Wordt in het huidige Indonesië gebruikt waar de oorsprong niet altijd bekend is.
Subsidieregeling Collectieve erkenning van Indisch en Moluks Nederland
Op dit moment is een subsidieregeling in voorbereiding op basis waarvan verenigingen en stichtingen tussen 2 juli 2018 en 31 augustus 2018 projectaanvragen kunnen indienen voor activiteiten die bijdragen aan de collectieve erkenning van Indisch en Moluks Nederland. Deze collectieve erkenning is bedoeld voor investeren in cultuur historisch erfgoed en het welzijn van genoemde gemeenschap in Nederland. De collectieve erkenning krijgt vorm in een zogenoemd structureel en een flexibel deel. Hieronder treft u informatie over het flexibele deel.
Collectieve erkenning Indisch en Moluks Nederland
Nederlands-Indië werd op 8 maart 1942 bezet door de Japanners. Zowel de inheemse bevolking als de Nederlandse burgers en militairen ondergingen een zware oorlogstijd. Na de Japanse overgave en tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd zijn vanaf 1945 ongeveer 300.000 personen naar Nederland getrokken. Het bestaan in Nederland viel deze mensen vaak niet gemakkelijk. Vanuit de Indische en Molukse gemeenschap in Nederland bleek er brede steun om te zoeken naar een passende wijze van een brede collectieve erkenning van hetgeen in voormalig Nederlands-Indië heeft plaatsgevonden, en wat de gemeenschap daar en na aankomst in Nederland heeft moeten ondergaan.
Zelf bepalen wat nodig is voor collectieve erkenning
Er is een subsidieregeling in voorbereiding voor activiteiten die bijdragen aan de collectieve erkenning van Indisch en Moluks Nederland. De Indische en Molukse gemeenschap heeft zelf de inhoudelijke onderdelen benoemd die centraal staan in de collectieve erkenning.
Deze subsidieregeling richt zich op de onderdelen: scholing en educatie, culturele activiteiten en museale- en kennisfunctie. Niet in aanmerking voor subsidie komen activiteiten op het gebied van herdenken, contextgebonden zorg of gebouwbeheer van de Sophiahof. Contextgebonden zorg is zorg die uitgaat van een cultuursensitieve benadering en waarbij rekening gehouden wordt met persoonlijke oorlogs- en geweldservaringen. Dergelijke activiteiten van de collectieve erkenning worden op een andere wijze gefinancierd.
Uitgangspunt van deze regeling is dat het aan de Indische en Molukse gemeenschap zelf is om te bepalen wat daarvoor nodig is. Niet de overheid beslist wat nodig is voor erkenning, maar de gemeenschap zelf.
Projectaanvraag indienen tussen 2 juli 2018 en 31 augustus 2018
Verenigingen of stichtingen kunnen tussen 2 juli 2018 en 31 augustus 2018 projectaanvragen indienen. De overheid beoordeelt of de aanvragen compleet zijn. In de aanvraag moet worden omschreven op welke wijze het project bijdraagt aan de collectieve erkenning van Indisch en Moluks Nederland. Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen. Subsidies worden toegekend tot het plafond van € 500.000 per jaar is bereikt.
Voorwaarden subsidieregeling
Voor de subsidieregeling Collectieve erkenning gelden onder meer de volgende voorwaarden:
- Alleen een rechtspersoon (vereniging of stichting) kan een aanvraag indienen.
- Een rechtspersoon mag 1 aanvraag indienen. Na afloop van het project is het mogelijk om een nieuwe aanvraag in te dienen
- Alleen rechtspersonen die niet meer dan € 200.000 aan overheidssubsidie tijdens een periode van 3 kalenderjaren hebben ontvangen, komen in aanmerking voor subsidie. Dat is inclusief de aangevraagde subsidie.
- Voor het project mag tussen de € 5.000 en € 25.000 per jaar worden aangevraagd.
- Het project mag maximaal 3 jaar duren
- De start van de activiteiten van het project moet liggen na de datum van het indienen van de complete aanvraag.
Overige voorwaarden zijn te vinden in de kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS.
Publicatie definitieve subsidieregeling
Uiterlijk medio juni 2018 wordt de definitieve regeling gepubliceerd op de website van Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I). Daar vindt u ook de voorwaarden die gesteld worden aan een complete aanvraag en begroting.
In juni zal er een e-mailadres voor vragen worden opengesteld.
Een aanvraag indienen kan van 2 juli tot en met 31 augustus 2018. Begin 2019 volgt een nieuwe aanvraagronde.
Voorlichtingsbijeenkomst
Op 14 juni van 1400-1600u is er een voorlichtingsbijeenkomst in de Sophiahof te Den Haag.
Documenten
Kamerbrief over collectieve erkenning Nederlands-Indische gemeenschap
Kamerstuk: Kamerbrief | 11-08-2017