Alle berichten (2935)
Dj Paul Elstak: ‘Ik heb geen wrok tegen Nederlanders omdat mijn voorouders slaven zijn geweest’ mijn opa heeft nog voor het KNIL gestreden.
Happy hardcore-dj Paul Elstak ( 53 ) ziet zichzelf gewoon als Nederlander. ‘Ik heb me nooit een kleurling gevoeld.’
Paul Elstak. Beeld Casper Kofi
Paul Elstak (53) waarschuwt dat het een ingewikkeld verhaal is. ‘Elstak is een oude slavennaam uit Suriname. Wijntak, Elstak, dat soort namen. Mijn opa was zwart als roet. Vanuit Suriname ging hij naar Indonesië om te strijden voor het KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch Leger - red.), tegen de Jappen. Daar leerde hij mijn oma kennen, die was half-Indonesisch en half-Chinees.
‘Mijn vader werd geboren in Jakarta. Na de onafhankelijkheid verhuisden ze naar Nederland, naar Den Haag. Ze hoorden bij de eerste immigranten. Mijn vader ging in een bandje spelen, hij zat in de Haagse rockscene, met Golden Earring en Shocking Blue. Op tournee in Duitsland ontmoette hij mijn moeder, die weer half Litouws is.’
Wat ben jij?
‘Vroeger ging ik wel naar een clubhuis met Indo’s die er trots op waren om Indo te zijn. Dat had ik niet. Wij woonden tussen de Nederlanders, ik heb me nooit een kleurling gevoeld. Ik werd er niet mee gepest. Sommige mensen krijgen op die manier een afkeer van Nederlanders, ik niet.
‘Ik zie mezelf gewoon als een Nederlander, wanneer ik niet in de spiegel kijk. Soms zien ze me aan voor Turks. In het buitenland denken ze: Israëlisch of Arabisch.’
En wat zijn je ouders?
‘Mijn moeder is heel snel Nederlands geworden. Die was bij het WK voetbal in 1974 al voor Nederland en niet voor Duitsland. Mijn vader werkte hard om zijn hoofd boven water te houden, hij had helemaal geen tijd om met zijn afkomst bezig te zijn. Eigenlijk zijn ze perfect geïntegreerde immigranten. Het gaat ook wel eens goed.’
Zien Indo’s of Nederlandse Surinamers jou als een van hen?
‘Geen idee. Ik heb in ieder geval geen wrok tegen Nederlanders omdat mijn voorouders slaven zijn geweest. Dat vind ik hetzelfde als mensen die nog steeds boos zijn op Duitsers. Niemand is verantwoordelijk voor zijn voorouders, nog niet eens voor wat zijn eigen vader heeft gedaan.
‘Ik hou niet van werkloze types die de slavernij erbij halen als excuus voor dat ze niet werken. Dat vind ik zwak. Get over it. Je moet gewoon zorgen dat je werk hebt, net als iedereen.
‘Surinamers kennen de naam Elstak, Nederlanders weten niet dat het Surinaams is. Die vragen: ben jij dé Elstak, de dj? De achternaam zegt ze niets, zij kennen alleen de Paul die ervoor staat. Het enige dat ik weet: het publiek van de happy hardcore ziet mij niet als een donkere, ze zien me als een van hen.’
Hoe begon je met happy hardcore?
‘Een donker publiek houdt niet zo van het hardere stampwerk, die trekken meer naar r&b en hiphop. Mij trok die harde muziek gelijk. Hoe dat kwam, dat moet je aan Onze-Lieve-Heer vragen.
‘Ik gaf mijn eigen draai aan housemuziek. Ik klooide maar wat aan, regels waren er niet. Later werd daar een label op geplakt. Van gabberhouse ging ik naar happy hardcore. Meer dj’s kwamen terecht in het hardere werk. Ik werd een promotor van die muziek omdat ik een eigen label had en veel uitbracht. De media probeerden gabberhouse zwart te maken, ik sprak me daartegen uit.’
Waren kaalgeschoren gabbers racistisch?
‘Hier wordt altijd naar gevraagd. Het is een overtrokken verhaal, ik heb nooit iets gemerkt van racisme – al betekent dit niet dat het niet bestaat.’
Ben je een echte Rotterdammer?
‘Ik kom natuurlijk uit Den Haag, ik verhuisde naar Rotterdam om in een discotheek te draaien. Een Hagenees ben ik niet, wel een Rotterdammer. Ik heb veel te danken aan deze stad, heb hem ook gepromoot. Mijn label heb ik Rotterdam Records genoemd.
‘In die tijd had Feyenoord als shirtsponsor Stad Rotterdam Verzekeringen. Bij shows in het buitenland droegen fans het Feyenoordshirt met die sponsortekst erop. In Spanje, Duitsland, Australië, overal zag je die shirts. Niet omdat ze voor Feyenoord waren, het ging ze om het woord Rotterdam. Jammer dat Feyenoord van sponsor is veranderd.’
Betekent pro-Rotterdam ook automatisch anti-Amsterdam?
‘Ik ben 53, daar ben ik niet meer mee bezig. Twee weken geleden was ik nog in Amsterdam, mijn dochter woont daar. Maar ik kan er niet meer optreden als dj, zo gaat dat helaas in Nederland. De laatste keer was misschien wel twintig jaar geleden.
‘Een tijdje terug was ik geboekt voor het festival Thunderdome in de Rai, die boeking hebben ze gecanceld. De organisatie kon niet instaan voor mijn veiligheid. Omdat ik toevallig uit Rotterdam kom en voor Feyenoord ben, wilden mensen mij in elkaar slaan. Het rare is: die fanatieke Ajax-aanhang komt niet eens uit Amsterdam, ze wonen in Almere of Purmerend.’
NEDERLANDS
‘Als ik in het buitenland uitleg wat voor muziek ik maak.’
SURINAAMS-INDISCH
‘Nooit.’
ETEN
‘Japans.’
PARTNER
‘Ze komt uit Zeeland en haar moeder is Duits, net als die van mij. Dat zorgde voor een soort klik.’
BLANK OF WIT
‘Blank is het woord waar ik mee ben opgevoed.’
Paul Elstak (Nederland, 1966) brak in 1991 door met de single James Brown Is Still Alive, gevolgd door hits als Rainbow in the Sky en The Promised Land. In 2010 maakte hij Turbo, de titelsong voor de film New Kids Turbo. En in 2017 scoorde hij met rapper Jebroer de hits Kind van de duivel en Engeltje.
Als editor / onderzoeker journalist van ICM, Indische Internetkrant ben ik even door de nieuwe website gereisd van het IHC. Met bizarre zaken desondanks de subsidie van ander half miljoen vraagt nog eens 25 euro aan donatie per persoon.
http://www.indischherinneringscentrum.nl/
Als eerste viel mijn oog op dat er heel wat van ICM Internetkrant is gekopieerd, het heeft nu ook een webshop. Alleen met producten die afkomstig zijn van hun partners, of moet ik zeggen lotgenoten die ook uit die ruif te eten krijgen (jaarlijkse subsidie van ander half miljoen).
Mijn oog viel op dat desondanks de subsidiestromen, het Sophia huis nog steeds is gesloten. 1 van de bestuursleden sprak reeds zijn bezorgdheid uit dat in de hoop eind juni open gaat. Wat opvallend is of was, er werden plannen geopperd met samenwerkingen, maar iedere behoeft nog een nadere concretisering.Allemaal vaag ......
Wordt vriend wordt een donatie gevraagd van 25 euro voor een jaar, bizar eigenlijk dat naast ontvang subsidie van ander half miljoen.
.
Opvallend is dat Het Indisch Platform wordt beloond na de Farce deal van de KNIL en ook een kantoor krijgt. Meest bizarre is dat hier wordt gesproken over de verbinding met de Indische Gemeenschap, en tegelijkertijd honderden bezoekers per week worden verwacht.
ICM als Indische Internetkrant waar o.a. de Pasars 1 van de speerpunten is, neemt nooit het woord Indische gemeenschap in de mond waar wel ruim 1 miljoen mensen worden verbonden met de Indische Culturele evenementen dag in dag uit het hele jaar door, want een FARCE!
INDISCH NICC MAGAZINE Editie 4 / 2019 is uit !
OM TE LEZEN KLIK H I E R
|
|
|
|
|
|
|
Tien leden van de Harderwijkse Kempo Kuntao sportvereniging hebben afgelopen zaterdag (30 maart) met groot succes deelgenomen aan de Open Europese Kampioenschappen Kempo te Mönchengladbach, Duitsland. Hoewel er een sterk deelnemersveld was, is de club erin geslaagd om maar liefst dertien prijzen binnen te slepen.
De wedstrijd werd georganiseerd door de World Martial Arts Association waarbij deelnemers uit zeven Europese landen meededen. Dat de intensieve voorbereidingen in de afgelopen maanden, onder leiding van hoofdleraar René Kraft van Ermel, zijn vruchten heeft afgeworpen is bewezen met het totaal aantal behaalde prijzen. Zo hebben Eddie Smeink, Deodaat Boer, Manon Arnold, Tomas van Slooten en Yenny Luu de eerste plaats, en Luuk van Asselt de derde plaats weten te bemachtigen in hun divisie binnen de categorie Hardstyle Kata. In de categorie Wapen kata zijn Yenny Luu en Peter Luu in hun eigen divisie eerste en Michel Luu tweede geworden. De eerste en tweede plekken in de categorie Self Defense Techniques gingen naar Roger Fremouw en Jan van Mondfrans. De familie Luu (Yenny, Michel en Peter) pakten tevens met hun Synchroon Kata goud. Ten slotte hebben vijf leden van de vereniging als team de eerste plaats behaald in de categorie Show Forms. Met een totaal aantal van dertien prijzen kan de Harderwijkse sportvereniging met veel trots terugkijken op een succesvolle EK.
Ondanks dat Kempo Kuntao in Harderwijk een relatief kleine school is, hebben ze zich door de jaren heen op de kaart weten te zetten door diverse nationale en internationale prijzen te winnen, demo’s op culturele (sport)evenementen te geven en hun deelname aan Hollands Got Talent 2017.
Meer informatie over Kempo Kuntao is beschikbaar via www.kempo-kuntao.nl
Verslag met vragen en opmerkingen m.b.t. het Rondetafelgesprek 31 januari 2019
Verslag met vragen en opmerkingen m.b.t. het Rondetafelgesprek 31 januari 2019
Publicatiedatum: 25 maart 2019, Door: Histori Bersama
Ter kennisgeving gestuurd aan zowel de Nederlandse als de Indonesische regering en pers
INHOUD:
Inleiding
1: Focus van het onderzoek
2: Soevereiniteit en restitutie
3: Apartheid
4. Alternatief schrijversteam synthese
Conclusie
Inleiding
Op donderdag 31 januari 2019 vond een rondetafelgesprek plaats tussen onderzoekers en programmaleiding van “Onafhankelijkheid, dekolonisatie, geweld en oorlog in Indonesië 1945-1950” en de initiatiefnemers en ondertekenaars van de open brief. De critici van het onderzoek werden voor deze gelegenheid ontvangen op het NIOD aan de Herengracht 380 in Amsterdam, in een pand dat door koloniale slavenarbeid bekostigd werd. De oprichter van de Deli-Maaschappij liet dit woonhuis in 1880 bouwen, dat is acht jaar nadat het Nederlands koloniale regime op Sumatra de zogenaamde “koelieordonnantie” instelde.
Namens de critici namen deel aan het gesprek:
2 Initiatiefnemers van de open brief:Francisca Pattipilohy, Jeffry Pondaag (Stichting K.U.K.B.)
10 van de 137 ondertekenaars:
Armando Ello, Patty Gomes, Arthur Graaff, Perez Jong Loy, Sasha Mahe, Ethan Mark, Rogier Meijerink, Lara Nuberg, Marjolein van Pagee, Michael van Zeijl
2 Indonesische (PhD) studenten: Yance Arizona, Hadi Purnama
Namens het onderzoeksprogramma namen deel aan het gesprek:
3 directeuren:Gert Oostindie (KITLV), Ben Schoenmaker (NIMH), Frank van Vree, (NIOD),
7 onderzoekers:Esther Captain (KITLV), Ireen Hoogenboom (KITLV) Rémy Limpach, (NIMH), Peter Romijn (NIOD), Fridus Steijlen (KITLV) Marjon van der Veen (NIOD), Mariëtte Wolf (NIOD)
1. Focus van het onderzoek
350 jaar koloniale onderdrukking
Waarom is 350 jaar koloniale uitbuiting niet het vertrekpunt van het onderzoek, zo vroeg Francisca Pattipilohy zich af. Het antwoord van Esther Captain daarop was: we besteden aandacht aan de periode voorafgaand aan 1945 d.m.v. literatuur te gebruiken. Dus eigenlijk: de focus is 1945-1950maar we nemen de koloniale periode in ons achterhoofd mee. Dat is niet voldoende, het gaat erom dat 350 jaar koloniale uitbuiting niet expliciet in de onderzoeksopzet wordt benoemd. In die zin is dit geen antwoord op een van de belangrijkste bezwaren van de open brief: namelijk het niet problematiseren van kolonialisme als hoofdthema van het onderzoek. Aangezien de diverse deelstudies dit kernprobleem helemaal niet (of slechts zijdelings) benoemen is het dus geen geruststelling te weten dat bestaande literatuur wordt geraadpleegd. Het gaat ons om de keuze voor deelstudies en de onderzoeksvragen die het thema kolonialisme niet als kernprobleem noemen. Dáár hadden wij op zijn minst een reactie op verwacht.
NIOD-directeur van Vree zei: “we focussen op 1945-1950 omdat die periode 60 jaar lang ontkend is,” maar ook dat is geen overtuigend argument aangezien ontkenning en collectief vergeten voor de hele koloniale periode geldt.
Wie fysiek geweld in de periode 1945-1950 wil begrijpen, zou 350 jaar kolonialisme als de kern moeten nemen. Zoals Francisca Pattipilohy in haar videoboodschapvan afgelopen 13 september zei: “Het kolonialisme wordt als een gegeven beschouwd. De illegaliteit van de Nederlandse bezetting (het kernprobleem) wordt niet onderzocht.”
Het is daarbij belangrijk om te benadrukken dat de belangrijkste drijfveer om te koloniseren economisch gewin is. In die zin is geweld slechts een middel om toegang tot waardevolle grondstoffen af te dwingen. Zoals Michael van Zeijl zijn presentatie begon: het Nederlandse credo luidde niet voor niets “Indië verloren, rampspoed geboren.” Van Zeijl’s onthulling dat Indonesië tussen 1950-1956 een groot deel van de 4,5 miljard heeft betaald en daarmee deels voor de kosten van de koloniale oorlog opdraaide, is niet zomaar een interessant nieuwsfeitje voor in een voetnoot. De betalingen van de onderdrukten aan de onderdrukkers illustreren het kernprobleem: De Nederlandse economische afhankelijkheid van de kolonie was de eigenlijke motivatie voor de toepassing van al het geweld, ook na 1945. In de oorspronkelijke onderzoeksopzet wordt het economische aspect van (de)kolonisatie niet als wezenlijk onderdeel benoemd. Pas nadat Van Zeijl dit onderwerp tijdens de bijeenkomst naar voren bracht, beaamde het onderzoeksteam dat de schuldenkwestie inderdaad een belangrijk onderwerp is en dat het toegevoegd zou worden aan het onderzoeksprogramma.
Al met al schept het geen vertrouwen in de competentie van de onderzoekers. Tijdens het rondetafelgesprek waren zij niet in staat om een concreet antwoord te geven op de eenvoudige vraag of Indonesië nu wel of niet betaald had. De Indonesische betalingen aan Nederland zijn geen ingewikkelde kwestie, dat is wat er van gemaakt wordt, o.a. door historici die de belangen van de staat helpen verdedigen. (Zie overheidsrapport uit 2004.) Michael van Zeijl, die geen professioneel historicus is, heeft nu het antwoord op de vraag gevonden. Hij ontdekte daarbij dat het nog veel erger is dan tot nu toe altijd is gedacht: namelijk, dat Indonesië (zonder dit te weten) een deel van de zogenaamde ‘politionele acties’ heeft betaald. De Indonesische regering kwam hier pas in 1956 achter waarna de betalingen werden stopgezet. De Nederlandse bron die Van Zeijl heeft gevonden, legt een verband tussen de nationalisatie van het Nederlandse bedrijfsleven in Indonesië én het te veel betaalde bedrag. Het is tekenend dat Nederlandse historici er al die jaren niet in geslaagd zijn om hier eens en voor altijd helderheid over te verschaffen. Dit is geen kwestie van tegenstrijdige meningen. Indonesië heeft wel óf niet betaald, in dit geval ligt de waarheid niet in het midden. Daarbij komt dat de Nederlandse staat er alle belang bij heeft dat er geen helderheid komt over de Indonesische betalingen uit de jaren vijftig.
De vraag blijft hangen: waarom is kolonialisme niet het overkoepelende thema dat terugkomt in alle sub-projecten en onderzoeksvragen. Meindert van der Kaaij gaat in een deelproject wel de maatschappelijke nasleep in Nederland onderzoeken, waarom is er dan geen apart onderzoeksproject ingericht naar de voorgeschiedenis van kolonialisme?
Tijdens het rondetafelgesprek werd eveneens niet duidelijk wat verstaan wordt onder de term kolonialisme en welke definitie gebruikt wordt. KITLV-directeur Gert Oostindie zei op een gegeven moment dat niemand van hen denkt dat Nederland het recht had om te koloniseren, echter, de notie dat Nederlands-Indië illegaal was komt nergens terug op de website of in de onderzoeksopzet. Volgens Oostindie is het onnodig om dat expliciet te vermelden omdat het zo evident zou zijn. Maar is dat wel zo? Wij stellen dat de Nederlandse samenleving als geheel nauwelijks een idee wat zich al die eeuwen in Azië en elders op de wereld heeft afgespeeld, laat staan dat er een besef leeft dat de basis van de Nederlandse rijkdom gebaseerd is op roof, slavernij en uitbuiting. Nog steeds spreken veel mensen (en ook historici) over de VOC alsof het handel betrof. De onderzoeksvragen en de focus van dit onderzoek gaan uit van de kolonie als gegeven. De onderzoekers praten alsof het enige dat Nederland te verwijten valt het geweld is dat werd gebruikt om te rekoloniseren. Men praat alsof er geen vuiltje aan de lucht zou zijn geweest als Nederland eerder had erkent dat de tijd van koloniseren voorbij was. Dit suggereert alsof het daarvoor wel toegestaan was. Het is dan ook geen oplossing als de onderzoekers naar aanleiding van onze kritiek een disclaimer op de website plaatsen waarin gesteld wordt dat de kolonie niet legitiem was. Het gaat om het algehele vertrekpunt, het benoemen van het kernprobleem. De huidige opzet wekt de indruk alsof de onderzoekers het alleen problematisch vinden dat Nederlandse militairen tussen 1945-1950 oorlogsmisdaden pleegden.
Kortom: ons grootste bezwaar is dat het onderzoeksprogramma nergens formuleert dat de hele koloniale periode een wezenlijk onderdeel van het theoretisch kader uitmaakt. Sterker nog, het is in zijn geheel volstrekt onduidelijk welk theoretisch kader gebruikt wordt. Het ontbreken hiervan is wetenschappelijk niet te verantwoorden. We verwachten dat het onderzoeksprogramma dit alsnog helder en transparant formuleert: Wat is de conceptuele structuur van het onderzoek waaruit de deelstudies vertrekken?
Bersiap als beginpunt
Dat wij 1945 als startpunt problematisch vinden heeft ook te maken met de manier waarop het Indonesische antikoloniale geweld gebruikt wordt om te ‘derailen’ in de trant van ‘waar twee vechten hebben twee schuld.’ Zo wilde de VVD het onderzoek alleen financieren op voorwaarde dat ook het Indonesische geweld belicht zou worden, duidelijk met als doel om de Nederlandse schuldvraag te verlichten. In deze context heeft KITLV-directeur Gert Oostindie het vaak over de ‘founding myth’ van de Republiek: de Bersiap als pijnlijk onderwerp waar de meeste Indonesiërs volgens hem niets over willen weten omdat dit het Indonesische nationale narratief zou ondergraven. Nog los van de vraag hoe Oostindie dit kan weten (aangezien hij zelf geen Indonesisch spreekt of leest) suggereert hij hiermee dat de verhoudingen van onderdrukkers versus onderdrukten vervagen, of zelfs verdwijnen, op het moment antikoloniaal geweld meegenomen wordt als onderwerp van studie. Op9 februari 2017 schreef Van Vree in een brief aan de Tweede Kamer dat het onderzoek naar de Bersiap dient om: “De psychologische gevolgen voor Nederlandse militairen en burgers beter in kaart te brengen en om de vraag te stellen naar de betekenis van de Bersiap als belangrijke factor in de latere oorlogvoering.”
Dit citaat illustreert exact het probleem van het weglaten van 350 jaar koloniale uitbuiting. Van Vree draait de zaken om en stelt hier dat er chronologisch gezien éérst Indonesisch geweld was dat vervolgens een psychologisch effect had op Nederlandse militairen. Op de vraag van mevr. Pattipilohy hoe de onderzoekers het Bersiap-geweld zien in verhouding tot de periode van daarvoor antwoordt Van Vree slechts: “omdat de Bersiap een van die periodes is om te begrijpen wat er is gebeurd.” Opnieuw een heel vaag, onduidelijk antwoord. Want wat denkt hij te kunnen begrijpen van de Bersiap als hij het Indonesisch geweld slechts presenteert als chronologische voorgeschiedenis van Nederlandse oorlogsmisdaden? Op de opmerking van Pattipilohy dat de Bersiap pas ontstond nadat Brits-koloniale troepen waren geland, komt helemaal geen reactie.
Daarnaast spreekt Van Vree over burgers, maar het is onduidelijk welke burgers hij hiermee bedoelt. Doelde hij uitsluitend op mensen met de Europese status of heeft hij het ook over de impact op de oorspronkelijke Indonesische bevolking? En wie zijn zij dan volgens hem? Nederlandse onderdanen of Indonesiërs?
Als het gaat om psychologische gevolgen op mensenlevens is het van belang dat de eeuwenlange repressie, uitbuiting, racisme, seksisme en de verdeel- en heerspolitiek van het Nederlandse koloniale regime op de lokale, oorspronkelijke bevolking in kaart wordt gebracht. Juist in het kader van het Bersiap-onderzoek kan de psychologische impact van 350 jaar koloniale overheersing niet zomaar als bijzaak dienen. Toen President Sukarno in 1945 de onafhankelijk uitriep was het bevorderen van onderlinge saamhorigheid een belangrijk doel van de nieuwe Republiek om de desastreuze impact van de koloniale verdeel- en heers tactiek het hoofd te bieden. De oorspronkelijke bevolkingsgroepen van Indonesië waren door het Nederlandse koloniale regime eeuwenlang tegen elkaar opgezet. Het merendeel van de lokale bevolking leefde gedwongen in een apartheidssysteem waarbij zij op grond van ras en klasse onderaan de racistische ladder waren ingedeeld. Als dit aspect niet expliciet bestudeerd en geanalyseerd wordt, zal het Nederlandse onderzoeksteam de Bersiap nooit kunnen begrijpen. Zeker niet als projectleider en NIOD-directeur van Vree het omdraait en schrijft dat het onderzoek naar de Bersiap met name dient om de psychologische effecten op Nederlandse militairen en (Europese?) burgers te onderzoeken.
Is het onderzoeksteam op de hoogte van de officiële verklaring uit 1945 waarin de Indonesische regering stelde dat zij geen enkele vijandigheid koesterden ten aanzien van Indo-Europeanen, Molukkers of Menadonezen, omdat zij net zo goed tot de Indonesische bevolking behoorden? Dit staat in schril contrast met de continuïteit van verdeel- en heers die Nederland ook na 1945 bleef toepassen. Tijdens de onafhankelijkheidsoorlog voerde Van Mook een actieve federalisatiepolitiek waarbij gebieden buiten Java onafhankelijkheid werd beloofd onder Nederlands gezag. Het moet duidelijk zijn dat Nederland alles in werking stelde om de eenheid van de Republiek te breken. Volgens Esther Captain is de Bersiap voor mensen met Indo-Europese afkomst een belangrijke focus. Maar is het Bersiap programmaonderdeel dan speciaal ontworpen om deze groep te faciliteren? Afgaand op de samenstelling van de Klankbordgroep lijkt dit wel het geval, aangezien deze nu alleen bestaat uit Indische- en veteranenorganisaties.
Het is ons eveneens niet duidelijk met welke reden Esther Captain het geweld tijdens de Japanse bezetting vergeleek met het Indonesische Bersiap-geweld dat volgens haar veel erger was. Waartoe dient deze vergelijking? Dat gewelduitbarstingen gruwelijk en onwenselijk zijn is evident, waar het om gaat is het traceren van de oorzaak.
Vanuit onze optiek draagt Nederland als koloniale bezetter hoe dan ook 100% verantwoordelijkheid voor het conflict, inclusief de Bersiap. De Bersiap-slachtoffers zijn net zo goed slachtoffers van het Nederlands kolonialisme. (Nog los van de vraag wie deze mensen zijn, Indonesiërs of Nederlandse onderdanen, aangezien de Nederlandse staat 17 augustus tot op heden niet erkent.) Wij stellen dat als antikoloniaal geweld onderzocht wordt het in de verklaring dient te gaan over minstens drie factoren:
1.) De invloed van de periode vóór 1945: 350 jaar koloniale uitbuiting en racisme, op basis van illegale aanwezigheid.
2.) De invloed van de ontwikkelingen die tijdens 1945 plaatshadden: de Nederlandse weigering om de proclamatie serieus te nemen, het feit dat het Bersiap-geweld pas losbarstte nadat duidelijk werd dat Nederland de Republiek niet erkende en nadat Brits-koloniale troepen geland waren. Ook dient rekening gehouden te worden met het gegeven dat de geweldspiraal niet eenzijdig was: bij het Britse bombardement op Surabaya op 10 november 1945 kwamen bijvoorbeeld tienduizenden Indonesische burgers om het leven.
3.) Tot slot ging de Bersiap niet alleen over wraakgevoelens, het ging ook over de realistische angst dat Nederland als kolonisator terug zou keren. Deze angst is gegrond gebleken. Dit betekent dat een studie die antikoloniaal geweld wil verklaren ook de factor ‘realistische dreiging’ mee moet nemen als reden voor geweldpleging. Nederland bleef de Indonesische soevereiniteit immers tot 1949 schenden.
2. Soevereiniteit en restitutie
Juridische erkenning 1945
Tijdens het rondetafelgesprek geven zowel Rémy Limpach als Peter Romijn aan dat ze 1945 als belangrijk ‘historisch feit’ zien. Maar daar gaat de discussie niet over, dit zegt de staat namelijk ook. Het is vanzelfsprekend een historisch feit dat Sukarno op 17 augustus de onafhankelijkheid uitriep. Dat kan niemand ontkennen. Het gaat ons specifiek om de weigering van de Nederlandse staat om 1945 juridisch te erkennen en de taak van historici om uit te leggen dat de wet uit 1949, ook ná de spijtbetuiging van Ben Bot in 2005, ongewijzigd is gebleven. In de rechtszaken die stichting K.U.K.B. namens Indonesische slachtoffers inbrengt spreekt de rechtbank in Den Haag namelijk ook over “Nederlandse onderdanen.” Kortom: een mondelinge erkenning van 1945 als historisch feit is oppervlakkig en negeert de realiteit, zoals Rogier Meijerink dit tijdens het rondetafelgesprek uitlegde. Zolang Nederlandse historici niet schrijven dat hun overheid nog steeds aan 1949 vasthoudt, kunnen zij niet zomaar uit politiek-correcte overwegingen de term ‘Indonesië’ gebruiken voor de periode 1945-1949. Als zij dat wel doen is het wat ons betreft geschiedvervalsing, een camouflage van de werkelijkheid. Indien de onderzoekers 17 augustus 1945 juridisch erkennen dan is het correct dat ze de term Indonesiërs bezigen. De consequentie hiervan is echter wel dat de komst van het Britse en later Nederlandse leger in Indonesië beschouwd moet worden als een aanval op een soevereine staat en dat is een oorlogsmisdaad. De juridische consequenties hiervan moeten dan bestudeerd worden.
Wat ons opvalt is dat de onderzoekers zich distantiëren van legale en/of politieke gevolgen van hun werk als geschiedschrijvers. Dat is een onhoudbaar standpunt. Het onderwerp en de resultaten van dit onderzoek zijn politiek en zullen als zodanig gebruikt worden. Nu al gebruikt de overheid het onderzoeksprogramma in haar correspondentie met K.U.K.B. om vragen te ontwijken. De staat wil graag de indruk wekken dat met de financiering van het onderzoek al voldoende verantwoordelijkheid wordt genomen en dat het pas na vier jaar duidelijk zal zijn wat ze met deze geschiedenis aan moeten. Onderwijl diverse claims afwijzend.
De onderzoekers erkennen de invloed van politieke belangen wel als het gaat om de Excessennota uit 1969, maar nu zij zelf uitvoerders zijn van een door de overheid gefinancierde studie doen ze ‘gewoon hun werk’ en hebben ze niks met de politiek te maken. Als reactie op de inbreng van Arthur Graaff zegt Oostindie letterlijk: “Wij gaan niet over Nederlandse rechtspraak.” Maar is dat wel zo? Als Nederlandse historici bij monde de datum van 17 augustus 1945 erkennen dan betekent dit dat zij vinden dat Nederland een autonoom land heeft aangevallen. Aan hen de taak om vervolgens toe te lichten dat zij hierin van mening verschillen met de Nederlandse staat en de rechtbank, aangezien laatstgenoemden wel uitgaan van ‘onderdanen’ die tot 1949 onder Nederlands gezag stonden. Door deze kwestie diffuus te houden en de discussie over juridische erkenning te negeren, faciliteren de onderzoekers in feite de staat die er alle belang bij heeft dat Ben Bot’s aanwezigheid bij de onafhankelijkheidsviering in 2005 gezien wordt als het einde van een discussie. Limpach en Romijn kunnen de proclamatie van 1945 dan wel als een belangrijk historisch feit zien, het blijft nog steeds onduidelijk vanuit welk perspectief zij de koloniale oorlog gaan beschrijven: was het een aanval van een buitenlandse mogendheid op een soevereine staat of was het een aanval van een koloniaal regime op mensen die Nederland als eigen onderdanen beschouwden? Bovendien had Nederland als koloniale bezetter al in maart 1942 gecapituleerd. Vanuit Indonesisch perspectief maakte de Japanse bezetting een einde aan de Nederlandse overheersing. Wij verwachten alsnog een helder antwoord op deze vraag.
Restituties
Tijdens het rondetafelgesprek toonde Jeffry Pondaag documenten van de rechtszaken waarin het NIMH twaalf keer wordt genoemd. Desgevraagd ontkende NIMH-directeur Ben Schoenmaker niet dat zijn instituut de Nederlandse overheid ondersteunt in de rechtszaken. Echter, hij ontkende wel dat zijn instituut in die zin de daders vertegenwoordigt, ook al valt het NIMH direct onder het Ministerie van Defensie. Schoenmaker claimde desalniettemin onafhankelijk te zijn. Zoals bekend worden de rechtszaken gevoerd door Indonesische nabestaanden van slachtoffers van Nederlandse gewelddadigheden die nu onderzocht worden. Waarbij het NIMH de staat assisteert in de historische verificatie van de claims. Overigens beperken zij zich door slechts de Nederlandse archieven te raadplegen, het NIMH doet geen onderzoek ter plaatse in Indonesië. Zie bijvoorbeeld de zaak van de onthoofding van de Indonesische verzetsleider Andi Abubakar Lambogo die nu speelt.
De kwestie van de dubbele rol van het NIMH sluit aan op de vraag die Hadi Purnama stelde maar die door Peter Romijn onjuist werd geïnterpreteerd. In het verlengde van wat Pondaag zei over de gevolgen van het niet erkennen van 1945, bracht Hadi Purnama in dat het internationaal recht om te beginnen nogal koloniaal georiënteerd is. Hij stelde dat de uitkomst van het onderzoek hoe dan ook juridische consequentie zal hebben als het gaat om compensaties. Zelfs als de onderzoekers 1949 aanhouden dan betekent dit dat Indonesiërs via een Nederlandse rechtbank hun gelijk kunnen halen. Peter Romijn daarentegen, dacht dat Purnama uitsluitend sprak over een veranderende wereldorde waar Nederland destijds geen oog voor had. Romijn gaf aan graag een keer met Hadi Purnama verder te praten. Onze vraag is of de onderzoekers in lijn van deze discussie zouden willen reageren op het onderwerp waar Purnama het werkelijk om ging: de mogelijkheid tot restituties en de betekenis van het onderzoek om daarin te faciliteren. NIMH-directeur Schoenmaker stelde immers dat zij niet per se de staat vertegenwoordigen maar dat zij als wetenschappers een onafhankelijke positie innemen.
Deze vraag sluit ook aan op het voorstel van Annemarie Toebosch die de onderzoekers in haar videoboodschap opriep om samen met Jeffry Pondaag en advocate Liesbeth Zegveld te gaan zitten en alle belangrijke documentatie rond de rechtszaken tegen de Nederlandse staat in het onderzoek te betrekken. De schriftelijke reactie daarop was: “Onze onderzoekers raadplegen alle mogelijke relevante archieven, inclusief deze rechtszaken en – nog belangrijker – de onderliggende documentatie. We zijn dan ook blij dat de Stichting Comité Nederlandse Ereschulden ons heeft toegezegd dat wij deze documenten mogen inzien.”
Dat K.U.K.B. bij deze het archief aan getuigenissen zou openstellen aan de onderzoekers is een misverstand. Toebosch riep op om met Pondaag en Zegveld te gaan zitten. Dat betekent communicatie, een gesprek. Daarvoor is vertrouwen nodig. Aangezien de open brief duidelijk maakt hoe weinig vertrouwen Pondaag heeft in de huidige onderzoeksopzet, is het vanzelfsprekend dat hij zijn archief niet zomaar gaat openstellen zolang er niets gedaan wordt met zijn serieuze bezwaren.
Dit is niet de eerste keer dat er een misverstand ontstaat over het archief van Jeffry Pondaag. De onderzoekers verwarren ‘samenwerking’ met het tonen van belangstelling voor zijn archief. Eerder in mei 2017 (dus nog voordat het project officieel van start ging) bracht Fridus Steijlen een bezoek aan Jeffry Pondaag thuis waarbij hij eveneens interesse toonde voor zijn archief. Steijlen schreef later in een post op de website van het onderzoeksproject: “dan had ik kunnen vertellen dat wij, de coördinatoren van het Getuigenproject, al in mei 2017, contact hadden opgenomen met de voorzitter van de K.U.K.B. om samen te werken.” Blijkbaar verstond hij onder samenwerking dat Pondaag zijn archief beschikbaar stelde aan een onderzoek dat hij bij voorbaat niet vertrouwde. Terwijl het woord ‘samenwerking’ volgens Pondaag nooit is gevallen.
Apartheid
‘Kleur-ontkennend’ racisme
We gaan ervan uit dat instituten, die zich gespecialiseerd hebben in kolonialisme en genocide studies, wetenschappelijk onderzoek verrichten naar ras en racisme. We verwachten ook dat de academici die daar werkzaam zijn een helder beeld hebben van de verschillende vormen van racisme, toen en nu. Het is voor ons om die reden onacceptabel dat het racisme (dat aan kolonialisme ten grondslag ligt) geen centrale plaats heeft als deelstudie of onderzoeksvraag. Wij stelden dit al in punt 9 van de bijlage van de open brief, waarop wij nog geen reactie hebben ontvangen.
Met betrekking tot het Nederlandse geweld in de periode 1945-1949 zegt Van Vree geïnteresseerd te zijn in de epistemologie van ontkenning. Wij zien een andere vorm van ontkenning als het gaat om racisme. Tijdens het gesprek kwam naar voren dat de betrokken onderzoekers zich totaal niet bewust zijn van hun eigen raciaal-sociale constructie. Van Vree en de andere onderzoekers toonden in ieder geval geen oog te hebben voor racistische situaties. Wij noemen dit fenomeen ‘kleur-ontkenning’ (vaak aangeduid met de validistische term ‘kleurenblindheid.’) Hieronder een aantal voorbeelden van het kleur-ontkennend racisme dat wij hebben ervaren en waarvan wij op 31 januari getuige waren.
Allereerst het gebrek aan bewustzijn (of het niet benoemen van) de expliciet koloniale plek waarin het NIOD huist. Ondanks de aanwezige kennis over de achtergrond van het pand werd op voorhand geen rekening gehouden dat de locatie mogelijk gevoelig zou kunnen liggen bij de ondertekenaars van de open brief. Pas nadat een niet-wit persoon hierover begon werd een opmerking geplaatst in de trant van ‘interessante discussie’. Echter, de geschiedenis van het NIOD-gebouw is niet zomaar ‘interessant’ voor de aanwezige niet-witte mensen: het is pijnlijk. Dit is kleur-ontkennend racisme.
Ten tweede was er de opmerking van Fia Hamid-Walker, een bruine vrouw, over de psychologische nasleep van koloniaal racisme in haar leven, door de onderzoekers volledig genegeerd. Vervolgens werd haar opmerking over het mogelijke machtsverschil tussen het Indonesische en Nederlandse onderzoeksteam van tafel geveegd. Zowel het nagenoeg negeren van haar bijdrage als het moreel veroordelen van haar standpunt, zijn voorbeelden van kleur-ontkennend racisme. Zij die opgeleid zijn in racisme begrijpen het onverbloemde racisme achter de reactie “wij zien geen kleur”, of “kleur is niet relevant”, of “van ras-dynamiek en ongelijkheid is geen sprake”.
Ten derde de opmerking van Mariëtte Wolf dat Pondaag’s organisatie K.U.K.B. niet bij de klankbordgroep hoort omdat deze alleen voor Nederlandse ‘umbrella-organisaties’ bedoeld is. Op zichzelf is deze opmerking al problematisch genoeg voor een studie die zegt een inclusieve werkwijze te hanteren. Het buitensluiten van een invloedrijke Indonesiër als
Jeffry Pondaag valt op geen enkele manier te rijmen met de bewering dat Indonesische perspectieven betrokken worden. Feit is en blijft dat een in Nederland gevestigde organisatie die als een van de weinigen Indonesische slachtoffers vertegenwoordigt, niet is uitgenodigd voor de Klankbordgroep. Dit is niet meer terug te draaien of te vergoelijken. Diverse onderzoekers kunnen dan wel in opiniestukken oproepen om naar ‘de Indonesiërs’ te luisteren, de programmaleiding kan dan wel zeggen dat zij de Indonesische historici als gelijkwaardige partners zien, het is allemaal betekenisloos zolang niemand inziet hoe racistisch het is dat Jeffry Pondaag vanaf het allereerste moment genegeerd werd. Het niet aanvoelen wat het buitensluiten van Pondaag betekent, is eveneens een voorbeeld van kleur-ontkennend racisme. Het betrekken van een aantal Indonesische onderzoekers in deelstudies (die zich niet openlijk kritisch opstellen) kan nooit als excuus dienen voor het buitensluiten van een kritische Indonesische stem als Pondaag. Nog los van het feit dat ook mevr. Pattipilohy steeds genegeerd wordt en in de correspondentie niet aangesproken wordt als mede-initiatiefnemer van de open brief. Dat Pondaag bij de tweede publieke bijeenkomst, na een lange, moeizame mailwisseling, wél tienminuten spreektijd kreeg kan al helemaal niet als excuus dienen voor het feit dat hij allereerst werd buitengesloten.
Ten slotte is het tekenend dat het de onderzoekers blijkbaar niet is opgevallen dat de belangrijkste critici die aan tafel zaten niet-witte mensen zijn, in tegenstelling tot hunzelf. Mevr. Pattipilohy was nota bene aanwezig als de enige Indonesische ooggetuige van het tijdperk dat wordt onderzocht. Gezien de scheve verhoudingen voor wat betreft representatie zou het ondenkbaar moeten zijn dat de schriftelijke beantwoording zich vooral richt op een video van 7 minuten van een witte academicus. Ook dit is een voorbeeld van het niet begrijpen, of niet aanvoelen, van kleur-ontkennend racisme. De uitgebreide aandacht voor de kritiek ingebracht door een wit persoon staat in schril contrast met de zeer korte schriftelijke reactie op de harde eisen die Michael van Zeijl (De Grauwe Eeuw) tijdens het gesprek deed. (Overigens heeft De Grauwe Eeuw naar aanleiding hiervan zelf een antwoord gestuurd.)
De onderzoekers stellen slechts dat Van Zeijl inderdaad belangrijke vragen inbracht “waarvan het merendeel in het onderzoek aan de orde komt.” Hiermee werden zijn concrete eisen niet alleen gereduceerd tot suggesties, het is ook nog eens onjuist. Het onderwerp dat hij aankaart komt namelijk op geen enkele manier terug in de onderzoeksopzet en vragen. In elk geval is het op deze manier afserveren van zijn inbreng als niet-wit persoon (in tegenstelling tot de uitgebreide beantwoording van de vragen van een wit persoon) een voorbeeld van kleur-ontkennend racisme. Hetzelfde geldt voor het negeren van de videoboodschap van Fia Hamid-Walker, als wel het onjuist interpreteren van de vragen van Hadi Purnama. Wij gaan ervan uit dat alle vragen ingebracht door niet-witte personen alsnog een gelijke behandeling krijgen qua beantwoording.
Seksisme
Het is ons opgevallen dat het aspect gender niet benoemd wordt in de onderzoeksopzet. (KNIL-) militairen waren dan wel mannen maar dat betekent natuurlijk niet dat vrouwen geen rol speelden als het gaat om oorlog en geweld. Racisme en seksisme zijn nauw verwant. Verkrachting is een geweldsvorm tegen vrouwen die regelmatig voorkomt in militaire acties. Verder komen aspecten als ‘troostmeisjes’ en ‘nyai’s’ veelvuldig voor in de koloniale samenleving. Ook hebben Indonesische vrouwen een belangrijke rol gespeeld in de onafhankelijkheidsstrijd van Indonesië. Als gezegd wordt dat het onderzoek inclusief is en ook het Indonesisch perspectief meeneemt, is het belangrijk om het lot en de rol van vrouwen expliciet te benoemen.
Helaas moeten wij op basis van bovengenoemde voorbeelden concluderen dat wij geen enkel vertrouwen hebben in de kennis en vaardigheid van dit onderzoeksteam als het gaat om ras, racisme en het daar aan verwante seksisme.
Indonesisch onderzoeksteam
Fia Hamid-Walker wees in haar videoboodschap op de continuïteit in koloniale verhoudingen en vroeg aandacht voor het feit dat Indonesiërs als gevolg van die lange kolonisatie nog steeds geneigd zijn tegen witte mensen op te kijken en met ze mee te praten. Ze noemde de betrokken Indonesische onderzoekers “de bruine gezichten met witte maskers,” verwijzend naar Frantz Fanon. Het was schrijnend om te zien dat Van Vree als witte man niet in staat was om enige vorm van zelfreflectie toe te passen, hij wist slechts te oordelen dat haar opmerking denigrerend was naar de Indonesische onderzoekers toe. Dit geeft aan dat Van Vree het probleem dat zij aankaartte óf niet begrijpt óf niet serieus neemt. Zijn reactie illustreert in feite hoe ‘verdeel en heers’ doorwerkt, of hij zich daar nu bewust van is of niet. Als witte man presenteert hij zich als het neutrale midden die in zijn oordeel meer waarde hecht aan mensen van kleur die aan zijn project verbonden zijn dan aan dezelfde mensen van kleur die de durf hebben om tegen de dominant witte visie in te gaan. Hij vergeet dat hij met een budget van 4,1 miljoen euro in een machtspositie zit. Met zijn reactie gebruikt hij de tweespalt onder Indonesiërs om daarmee het onderzoeksproject te rechtvaardigen.
Daarbij komt dat geen enkele Indonesiër aanwezig was tijdens de kick-off van het onderzoek. Zelfs een deel van het aanwezige publiek liet merken het vreemd te vinden dat Jeffry Pondaag met zijn voortrekkersrol niet een van de sprekers was. Indonesiërs konden door de taalbarrière bij voorbaat al niet deelnemen aan de discussie aangezien de voertaal Nederlands was. Waarom wordt deze realiteit ontkent tijdens het rondetafelgesprek? Zo zei Oostindie dat het hem anderhalf jaar had gekost om ons aan tafel te krijgen. Hiermee draait hij de zaken om. Hij koos ervoor om Pondaag destijds te negeren. Het is een onomkeerbaar feit dat de onderzoeksopzet zonder Indonesische inbreng tot stand is gekomen, de Indonesische onderzoekers zijn pas in een later stadium benaderd en zijn momenteel slechts verbonden aan deelstudies. Toen wij een maand later de open brief presenteerden vond Oostindie dat onze bezwaren “te bizar voor woorden” waren. Hij heeft nadien nooit de moeite genomen om in gesprek te gaan. De enige reden dat wij op 31 januari aan tafel zaten was de lange, moeizame e-mailwisseling tussen Jeffry Pondaag en Fridus Steijlen. (Pas na commentaar van Pondaag dat Fridus Steijlen geen projectleider is, nam Van Vree contact op waarna projectcoördinator Mariëtte Wolf de communicatie overnam.)
Daarnaast bestaat er nog steeds onduidelijkheid over de precieze aard van het samenwerkingsverband tussen de Nederlandse en Indonesische onderzoekers. Tijdens de kick-off werd de indruk gewekt dat het contact en de samenwerking met het Indonesische team heel nauw is. Verschillende keren reisde een delegatie Nederlandse onderzoekers, waaronder ook Oostindie, naar Yogyakarta af om overleg te plegen. Echter, later werd duidelijk dat de Indonesische professor Bambang Purwanto in werkelijkheid een eigen, apart team had geëist. Dit is erg verwarrend, want betreft het nu een nauwe samenwerking of twee volledig aparte studies? Er zit hoe dan ook iets tegenstrijdigs in de manier waarop de samenwerking wordt gepresenteerd, enerzijds wordt gesteld dat het Indonesische team volledig onafhankelijk is, terwijl anderzijds gesproken wordt over een uitwisseling en het voornemen om een gezamenlijke artikelenbundel te publiceren. Ireen Hoogenboom kondigde tijdens het rondetafelgesprek aan dat de Indonesische onderzoekers binnenkort met een eigen website zullen komen, maar de schriftelijke reactie op de vraag van Lara Nuberg leest:
“Door gezamenlijk workshops te organiseren kunnen de projectteams elkaar informeren, hun bronnen, perspectieven en ideeën uitwisselen en discussiëren over het gebruik van deze bronnen, de historiografie en de terminologie. De projectgroep Regionale studies en het Indonesische project zullen een gezamenlijke artikelenbundel publiceren.”
Is het nu een samenwerking of niet? Wij willen graag weten hoe de resultaten van de Indonesische historici met de Nederlandse resultaten vergeleken zullen worden, aangezien hun perspectieven verschillend kunnen zijn.
Hebben de betrokken Nederlandse onderzoekers enig idee waaromBambang Purwanto zo graag een apart, onafhankelijk team wenste? Is het mogelijk dat hij zich niet helemaal kon vinden in de Nederlandse onderzoeksvragen? En als dat zo is, op welke punten verschilt hij van mening? Wat vindt hij wel of niet relevant om te onderzoeken? En wat zegt dit over het eurocentrische vertrekpunt van het onderzoek? Het geeft toch te denken dat beide Indonesische projectleiders er niet bij waren tijdens de kick-off van het onderzoek. Het is belangrijk om de aarzeling aan de kant van de Indonesische onderzoekers te duiden. Waar komt dit vandaan, wat zit erachter?
Tijdens het rondetafelgesprek vroeg Jeffry Pondaag hoeveel geld het Indonesische team van Nederland ontvangt. In de schriftelijke beantwoording staat slechts dat 4 gepromoveerde onderzoekers voor drie jaar naar Indonesische standaarden zullen worden betaald. Hoeveel euro is dat precies? Aangezien het om belastinggeld gaat is het belangrijk dat hierover helderheid bestaat. Nogmaals verzoeken we om de namen van de Indonesische historici en de universiteiten waaraan zij verbonden zijn, kenbaar te maken, alsmede het budget dat hen ter beschikking is gesteld.
Betrekken Indonesisch perspectief
Van Vree zegt dat hij het helemaal met Michael Van Zeijl eens is dat het Indonesische perspectief aandacht verdient en dat het al die tijd ondergesneeuwd is geweest. Als bewijs dat de onderzoekers dit heel belangrijk vinden verwijst hij naar de deelstudie ‘Regionale Studies.’ Wat ons opvalt is dat het argument ‘we moeten naar de Indonesiërs luisteren’ steeds terugkomt in opiniestukken van betrokken onderzoekers zoals Anne-Lot Hoek, Martijn Eijckhoff en Remco Raben. Het probleem is echter dat uit de onderzoeksopzet blijkt dat niet naar Indonesiërs geluisterd wordt. Het perspectief van de onderdrukten is niet leidend. Als er al over slachtoffers gesproken wordt dan gaat het steeds over Nederlands(-Indische) slachtoffers, terwijl de Indonesische slachtoffers slechts ‘getuigen’ worden genoemd. (Zie ook radio 1 interview Een Vandaag, gesprek met Fridus Steijlen en advocate Liesbeth Zegveld.) Nog los van het feit dat de omgang met kritische Indonesische stemmen als die van Pondaag en Pattipilohy erop duidt dat men niet openstaat voor een Indonesische visie in het geval deze lijnrecht tegenover de Nederlandse visie staat.
Het is onduidelijk wat de drie instituten met ‘het Indonesisch perspectief’ willen gaan doen. Wij stellen dat het slachtoffer-perspectief niet naast het perspectief van de dader kan bestaan alsof ze allebei evenveel recht van spreken hebben. Of zoals Esther Captain stelde dat de rollen wisselend en diffuus zijn, soms slachtoffer, soms dader.Het Nederlands koloniaal perspectief zal moeten wijken. Het Indonesisch perspectief als interessante aanvulling is onmogelijk. In de schriftelijke reactie op de vragen van Annemarie Toebosch valt te lezen dat het onderzoeksprogramma ontkent dat zij aan ‘nivelleren’ doen. De onderzoekers vinden dus niet dat hun streven naar ‘meerstemmigheid’ en ‘multi-perspectiviteit’ de indruk wekt dat zij alle perspectieven naast elkaar willen laten bestaan. In het punt over de Bersiap hebben wij al toegelicht op welke manier er volgens ons wel degelijk genivelleerd wordt. Het simpelweg ontkennen hiervan is geen overtuigend antwoord op de vraag welke waarde wordt gehecht aan de perspectieven van de onderdrukten. Esther Captain zei dat het allemaal niet zo zwart-wit ligt. Dit is een dooddoener. Nuanceren is een typisch koloniaal reflex. Er is namelijk altijd een overkoepelend narratief waarin dader/slachtoffer verhoudingen helder te benoemen zijn.
4. Alternatief schrijversteam synthese
Wij eisen dat Gert Oostindie vervangen wordt, wij achten hem ongeschikt om de synthese te schrijven. De redenen hiervoor zijn al uitgebreid behandeld in punt 3 van de bijlage van de open brief. Hieronder kort samengevat nog eens de meeste belangrijke redenen:
- Hij erkent de problematische opzet van het onderzoek niet, hij doet de bezwaren van de open brief slechts af als ‘te bizar voor woorden’;
- Hij spreekt geen Indonesisch;
- Hij is geen Indonesië-kenner;
- Hij ziet de koloniale geweldstraditie niet als iets dat bij Nederland hoort. In zijn boek ‘Soldaat in Indonesië’ schrijft hij dat Nederland geen sterke militaire cultuur kent en betoogt dat zijn land zich vanaf begin 20e eeuw als neutrale mogendheid profileerde;
- Hij doet (publiekelijk) onverantwoorde uitspraken zoals: ‘ik ben het onderwerp zomaar ingerold,’ ‘er zijn slechte maar ook goede kanten aan kolonialisme,’ ‘Nederlandse oorlogsmisdaden moeten worden begrepen in de context van toen: bescherming van de bevolking, herstel van orde en vrede’ ‘historici mogen niet moraliseren’, ‘gelukkig kent Nederland geen ontwikkelde traditie van postkoloniale-studies’.
- Hij heeft een verouderde, positivistische blik op geschiedschrijving en ontkent zijn eigen subjectiviteit;
Kortom: wij vinden dat iemand die niet begrijpt hoe racisme werkt, die kolonialisme en slavernij nivelleert en die niet weet wat voor verantwoordelijkheden zijn privileges met zich meebrengen, ongeschikt is om de samenvatting van een onderzoek over koloniaal geweld te schrijven. We stellen voor dat een onafhankelijk onderzoeksteam de synthese schrijft, bestaande uit Nederlandse maar vooral Indonesische onderzoekers die vanuit een dekoloniaal perspectief te werk gaan. We denken hierbij aan onderzoekers als Rushdy Hoesein, Fia Hamid-Walker, Ady Setyawan, Yongky Gigih Prasisko, Jan Breman, Ewald van Vugt, Sandew Hira. De exacte samenstelling van het schrijversteam staat nog niet vast, maar het moet duidelijk zijn dat degenen die de synthese schrijven niet deelnemen aan het onderzoek.
Conclusie
Tot slot de vraag wat er gedaan wordt met onze bezwaren. De open brief werd al in november 2017 verstuurd maar anderhalf jaar later vormt kolonialisme nog steeds geen overkoepelend thema in de opzet. Daarnaast zijn diverse punten uit de open brief nooit beantwoord, ook niet tijdens het rondetafelgesprek. Denk aan punt 10 van de bijlage over vergelijkend onderzoek, punt 12 over de wet van 1971, punt 13 dat gaat over Indonesië-weigeraars. En niet te vergeten onze serieuze bezwaren tegen de betrokkenheid van oud-generaal de Kruif als ‘expert’ in de wetenschappelijke adviescommissie. Wij zouden graag zien dat de opzet ook daadwerkelijk aangepast wordt. Daarom verwachten wij een duidelijk antwoord op de vraag: wordt onze kritiek ter harte genomen en krijgt 350 jaar koloniale uitbuiting vanaf nu wel een prominente plek in het onderzoek?
Bekijk hier de flyer!
Locatie
Rotterdam Ahoy
Hal 3 & Hal 5
Adres
Ahoyweg 10, 3084 BA Rotterdam
Datum
20 t/m 22 april (Paasweekend)
Openingstijden
Zaterdag 20 april: 12:00 – 23:00 uur
Zondag 21 april (1e Paasdag): 12:00 – 22:30 uur
Maandag 22 april (2e Paasdag): 12:00 – 20:00 uur
Toegangsprijzen
Online voorverkoop
Volwassenen: €7,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €5,00
3 dagen kaart volwassenen: €15,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €10,00
Tickets aan de kassa
Volwassenen: €9,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €7,00
3 dagen kaart volwassenen: €19,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €14,00
Programma
Zaterdag 20 april (12:00 – 23:00)
Hari Maluku
Istimewa Podium
12:30 – 13:15 Alex Pattipeiluhu & Friends
14:00 – 14:30 LimaDiti Zang en Dansgroep
15:15 – 16:00 Alex Pattipeiluhu & Friends
16:30 – 17:15 Ester Latama
17:45 – 18:30 Alex Pattipeiluhu & Friends
19:00 – 19:30 LimaDiti Zang en Dansgroep
20:15 – 21:15 RemmenLos
22:00 – 23:00 RemmenLos
Senang Podium
12:00 – 12:30 DJ Djoggèt
13:15 – 14:00 DJ Djoggèt
14:30 – 15:15 DJ Djoggèt
16:00 – 16:30 Gordon Smith
17:15 – 17:45 DJ Triplets
18:30 – 19:00 Gordon Smith
19:30 – 20:15 DJ Triplets
21:15 – 22:00 DJ Triplets
Zondag 21 april (12:00 – 22:30)
Istimewa Podium
12:30 – 13:15 Relight
13:15 – 13:45 Warna Semesta Dance Collaboration
14:30 – 15:15 Relight
16:00 – 16:30 Warna Semesta Dance Collaboration
17:15 – 18:00 Relight
18:30 – 19:15 Relight
19:45 – 20:15 Warna Semesta Dance Collaboration
21:00 – 22:30 Massada
Senang Podium
12:00 – 12:30 Diana & Ester
13:45 – 14:30 Diana Monoarfa
15:15 – 16:00 Ester Latama
16:30 – 17:15 Diana & Ester
18:00 – 18:30 Diana Monoarfa
19:15 – 19:45 Ester Latama
20:15 – 21:00 Diana & Ester
Maandag 22 april (12:00 – 20:00)
Istimewa Podium
13:00 – 13:45 3rd Generation Band
14:30 – 15:00 Bali Dance Art
15:30 – 16:15 3rd Generation Band
17:00 – 17:30 Bali Dance Art
18:00 – 18:45 Trespass ft. Sarah Jory (UK) and Amy Lee Bennett (BE)
19:15 – 20:00 Trespass ft. Sarah Jory (UK) and Amy Lee Bennett (BE)
Senang Podium
12:15 – 13:00 Edu Schalk
13:45 – 14:30 Edu Schalk
15:00 – 15:30 Danny Everett
16:15 – 17:00 Edu Schalk
17:30 – 18:00 Danny Everett
18:45 – 19:15 Bali Dance Art
Bereikbaarheid en parkeren
Rotterdam Ahoy is ideaal gelegen aan de snelweg, bij metro- en bushalte Zuidplein.
Ahoy hanteert een vast parkeertarief van €13,00 per dag.
U kunt gratis parkeren op de Oldegaarde en omliggende straten. Vanaf hier loopt u in ca. 10 minuten door het Zuiderpark naar de Pasar Malam.
Andere opties zijn de parkeergarage van winkelcentrum Zuidplein (€1,00 per 22 minuten) of P+R Transferium Slinge, vanaf hier is het 1 halte met de metro. (€2,00 als u met uw OV-chipkaart verder reist met het openbaar vervoer, niet-OV-gebruikers betalen het normale tarief van €0,50 cent per 18 minuten)
Huisdieren
Honden en overige huisdieren zijn niet toegestaan op de Pasar Malam in Rotterdam Ahoy.
We maken alleen een uitzondering voor speciaal getrainde honden die ter begeleiding worden gebruikt van mindervaliden, zoals blindengeleidehonden en Stichting Hulphond-honden.
Traditiegetrouw is er in het Paasweekend weer een Pasar Malam in Rotterdam Ahoy.
Een gezellige en grote Pasar Malam in de havenstad.
Indische Nederlanders uit Indië hebben nog miljoenen tegoed van de Overheid, Bank en Verzekeringsmaatschappijen.
Dit meldt de Volkskrant van 18 maart jl.
De 381 duizend Indische Nederlanders die tussen 1950 en 1970 Indonesië moesten ontvluchten, hebben nog miljoenen euro's tegoed van de Nederlandse overheid, dit meldt de Volkskrant van 18 maart jl.
In de veronderstelling dat het om nieuwe feiten gaat. In eerste instantie betreft 341.000 mensen die dit noodlot zijn getroffen en niet 381 duizend. Wat de Volkskrant meldt gaat om drie afzonderlijke dossiers die reeds onder aandacht zijn van het Ministerie VWS. Sterker nog nu al lopen en zijn opgepakt. Vorig jaar 19 maart 2013 werd naar aanleiding van de gehouden Indische Petitie waar ruim 10.000 handtekeningen werden verzameld en met de Stille Tocht aan betreffende Ministerie van VWS werd overhandigd. Hier ontbrak de Volkskrant in alle velden, waar deze Stille Tocht op voet werd gevolgd door andere media o.a. Omroep Max.
Dit dossier (rapport van Gaalen) staat geheel los van de andere die al bekend zijn binnen VWS en verdienen daarom ook een andere benadering. Hier liggen de al opgestelde NIOD - Rapporten aan ten grondslag o.a . opgesteld door drs. Kleppy en Drs. Meier die de belastingbetaler ruim anderhalf miljoen heeft gekost. Dit dossier is nu in behandeling en onder beheer bij de staatssecretaris Martin van Rijn, die binnenkort met het antwoord komt richting voorzitter van het Nieuwe Indisch Platform Silfraire Delhay. Deze weer eerst zal terugkoppelen naar Dagelijks Bestuur van Het Indisch Platform of de voorgestelde compensaties als redelijk en fair mag worden gewogen voor die 70 geleden jaren. Waarna de Staatssecretaris deze aan het Kabinet voorlegt. Niet onthouden mag worden, dat diezelfde Ministerie "De Pensioenen van Indische - Nederlanders in Indonesie" een wetsvoorstel hebben ingediend om "deze pensioenen aan de levensstandaard van de Euro wordt geïndexeerd" met ingang van december 2012. Dit ligt nu voor ter goedkeuring bij Het Kabinet.
Voorts is de staatssecretaris diverse malen verzocht door het Kabinet om met oplossingen te komen in deze zaak. Als referentie wat betreft de compensatie ligt er al een kader namelijk; de Joodse Gemeenschap en Romano's . Deze hebben in 2001 wettelijk individueel tussen de 40 duizend tot 50 duizend gecompenseerd gekregen als gelijkgestemde. Veel geld voor de Overheid die aan De Indische Nederlanders verschuldigd is, en desondanks door de komende meevallers VWS zal de Staatssecretaris met creatieve oplossingen moeten komen. Want hoe je ook keert of draait de Overheid heeft een forse schuld openstaan dat al 70 jaren oud is.
Het andere dossier " onderzoekrapport naar tegoeden particuliere bank en - levensverzekering van Nederlanders in Indie 1940 -1958" beter bekend staat onder het rapport van Gaalen dat in 1998 in opdracht van het Ministerie van VWS werd opgesteld dat door een Team van 12 deskundigen werd verricht o.l.v. de commissie van Gaalen. Dit onderzoek gaat uit naar het Bankwezen - en Verzekeringswezen in het voormalige Indie. De essentie dat alle financiële geld stromingen met de assets /zekerheden (goudvoorraden, waarde papieren, en objecten) in kaart zijn gebracht. Waar de assets zoals de goudvoorraden, polissen en overige zijn verhuisd de periode voor - , tijdens en na de oorlog. Nu vergelijkbaar met Multinationals in welk land de belastingen worden belast.
Welke organisaties zoals de Banken - , Verzekeringsmaatschappijen, handelshuizen en Multinationals hadden daar een vestiging of waren aantoonbaar geheel zelfstandige ondernemingen. Waar werden de consolidatie gehouden en belast (In Indonesie, Nederland of overige) . Zo zijn de Amrobank en Meer & Piersen bekenden die hier uitspringen. In hoevere De Javaanse Bank een link heeft met de Nederlandse Bank. Niet te vergeten de Handelshuizen die wereldwijd zijn vertegenwoordigd maar toen in het bijzonder in het voormalige Indie als groot potentieel van de volume omzetten o.a. bijvoorbeeld Bursemij Werie die later o.a. via Holland Systema als 1 van haar dochters de grote huisleverancier werd van de Banken in Nederland; die o.a. heeft geprobeerd om het selfbanking Concept Dassault binnen het Nederlandse Bankwezen te introduceren. Hier sprake van duidelijke link naar het voormalige Indie, en in hoeverre deze kunnen worden aangesproken voor het Indisch kapitaal . Wie nu naar de AEX gaat ziet de vele maatschappijen op de lijst staan gedreven door het Indisch Geld. Betekent dat deze organisaties nu als nog via de AFM kunnen worden benaderd voor de openstaande claims.
Het rapport geeft conclusies, maar vreemd genoeg geen aanbevelingen met alternatieve oplossingen met de gevolgde stappen voor Het Vervolg. Dit zijn vragen die NU aan de opdrachtgever van het rapport kunnen worden gesteld , en aan de opstellers van het rapport. Het rapport is nu in een staat van een "huis dat casco opgeleverd sinds 2001".
Ja, als journalist heb je een boek kennelijk nodig! Zeker als je verre van materiedeskundige bent, of werkzaam bent geweest in deze sector; Ik weet niet of dit voor de onderzoekers geldt van dit rapport.
ICM Red. wordt vervolgd.
HET RAPPORT IS >>>>>>> HIER /> TE RAADPLEGEN.
In het kader van die miljoenen, en om precies te zijn 0,7 miljard, na actualisatie CPB 4,2 miljard, heeft ICM op verzoek van haar abonnees in 2015 het project ACTW-66 in het leven geroepen. Begonnen is met onderzoek, aan de hand van de onderzoek is een intensieve campagne gestart via o.a. alle pasar malams en het Internet om deze zaak wereldkundig te maken voor de burgers in het voormalige Indie die hiervoor in aanmerking komen.. Ruim 15.000 hebben de petitie getekend en toegezegd te doneren. Inmiddels aan de hand van onderzoek is het "rapport uitbetalen Trakaat van Wassenaar tot stand gekomen (WOB lopen nog) die in boekvorm is uitgebracht. Tot heden hebben slechts 300 gedoneerd. Tegelijkertijd staan wij in fase II met dit project.
Inmiddels werd vanaf de start ruim over de 80.000 geinvesteerd in de facilitaire kosten. Alle werkzaamheden zijn door een team van mensen op basis van vrijwilligheid gedaan. Is nu aan de Indische Gemeenschap om die 4,2 miljard van onze ouders naar ons toe te halen. Voor de alle duidelijkheid zoals Kleppy schets is geheel afzonderlijk dossier. Dit dossier valt onder familierecht dus kent erfgenamen. Ook dit vorm een probleem om uit zoeken wie het zijn. Nu al werd de petitie getekend via verschillende kanalen. Van slechts 2000 man/vrouw zijn de contactgegevens bekend. Ruim 400 hebben zich ingeschreven als deelnemer actw66. Van deze groep is alle gegevens bekend. Schatting is dat zeker naast de 15.000 nog ruim 25.000 geen weet hebben van het bestaan van traktaat Actw66 (actie comite traktaat van Wassenaar) is een burger initiatief. 400.000 is benodigd voor fase II . Voor Fase I werd ruim 80.000 uitgegeven en aan werkzaamheden door 9 man/vrouw van 2015 tot 2018, werkzaamheden die bij de Overheid thuishoort. Het ACTW66 - project staan nu op HOLD.
Schrijf U vandaag nog in
Steun ACTW66 !
Uw donatie kan U storten op Rabo rekening NL41 RABO 03977255 07 ten name van F.Schwab / ICM Online onder vermelding van donatie Traktaat van Wassenaar.
Advertenties
verankering (Martin van Rijn) in huidige samenleving.
Dit naar aanleiding op vragen en ingediende motie van Ijssink, Pia Dijkstra en in het grijze verleden Marion Dijke. De redactie van ICM dook in de archieven. Duidelijk hoe het niet moet, want deze Indische verankering is opgaan in het gunnen van de subsidies aan vriendjes (het Indisch Netwerk), en er is dus niets hiervan terechtgekomen. Duidelijk dat anders moet, en de mensen in die commissie moeten zich schamen om de verkeerde projecten – zonder visie – te
selecteren, nog erger om de eigenaren van het project slecht hebben - achtergronden niet nagegaan - gescreend. Dit leidde dat de Indische projecten als schande in de media verschenen. Weet U deze nog “Indisch Huis failliete, mismanagement”. De Indische wereld buiten Den Haag zoals de Indische evenementen, pasars, koempoelans, masuk Sadja's, muziekanten, schrijvers, producers , de Indische Media ICM en Maand NICC-magazine laten zien hoe ook de Indische verankering nu al al 20 jaren loopt zonder enige vorm van subsidie. Wordt tijd om deze initiatiefnemers met terugwerkende kracht te belonen., in de vorm van toekennen subsidies. Ruim 1 miljoen mensen genieten van dit Indische Welzijn zorg, dat is het toch ?
De herhaling doet zich nu weer voor, het Indisch Huis in Den Haag is gesloten wegens verbouwing, in het land lopen de Indische activiteiten gewoon door, dit is toch een grote afgang. Weer een subsidie van ander half miljoen per jaar dat naar het nieuwe Indisch huis gaat, verdwijnt weer in verkeerde zakken.
Terug naar projecten Gebaar, waar ruim 35 miljoen naar toe ging.
Als wij de lijst met 124 Indische culturele projecten Gebaar 2001 doorspitten, dan zijn er heel wat ongelukjes gebeurd door verkeerde selectie, en screenen. Hoe kan een cameraman van SBS 6 directeur worden, dan moet je als commissielid werkelijk blind zijn geweest:
- Het feestende Indische huis in den Haag voor de Haagsche Indo's, terwijl de hele Indische gemeenschap er na toe keek hoe het bestuur en management van uit Jakarta met hun pinpas de rekening leeg trok.
- De graan schuur om maar te noemen.
- Ten Toonstelling in TTF van 10 dagen NLG. 240.000
- Keuken Bronbeek NLG 280.000
- De Indische Zomer die nog lange nasleep kreeg met eindstation deurwaarders.
- NLG. 500.000 aan schrijfster
- Anderhalf miljoen naar een film
De redactie van ICM heeft ook zijn evaluatie gemaakt, dat waren het 124 mislukte projecten. ICM & NICC hebben in die 15 jaren en respectievelijk 8 jaren laten zien wat duurzaam ondernemend is. naast de pasars, koempoelans, masuk Sadja's, muzikanten, kan zo het hele rijtje afgaan. De drie moties zijn aangehouden. Je kunt hier de verschillende analyses aan verbinden. 1 ding zoals de Kamerleden het proces zien, Martin is in gesprek met IP - vertegenwoordigers; Welke zijn deze dan? Wie is hun achterban, die 4000 man; dit is toch geen representatief aantal van 1 miljoen ? De meesten van die vertegenwoordigers zijn alleen met hun belangen bezig geweest, dat ze vergaten om de Indische Geschiedenis door te geven. Wij zien ze niet op grote Indische evenement zoals pasar malams waar het Palet aan Indisch cultuur wordt uitgedragen. Tot slot wie zijn vertegenwoordigers, die 10.000 handtekeningen die Martin van Rijn ooit mocht ontvangen zijn van ICM en NICC. Deze staan midden in huidige Indische samenleving.
Laten AUB van het brevet van onvermogen van Stichting Het Gebaar 2001 hiervan leren hoe het juist niet moet als om de Indische verankering gaat.
Volgende keer zullen uit de archieven van ICM de lijst met 124 projecten publiceren met de namen van de projecteigenaren !
UIT DE ARCHIEVEN ICM.
Stichting Het Gebaar
De werkgroep-Van Heemskerck heeft de oprichting van een stichting die zich zou toeleggen op aanmelding, verificatie en uitbetaling van Het Gebaar voorbereid.
De Stichting Afwikkeling Het Gebaar, onder leiding van Wiete Mesman, draagt zorg voor de afronding van een aantal nog lopende projecten.
Stichting Het Gebaar is opgericht in opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het bestuur van de Stichting Het Gebaar is door minister dr. E. Borst van het ministerie van VWS geïnstalleerd.
De Nederlandse regering heeft in december 2000 'Het Gebaar' gemaakt 'als erkenning van achteraf geconstateerd teveel formalisme, bureaucratie en vermoedelijke tekortkomingen in het Indisch rechtsherstel in combinatie met de andere problemen waarmee de vervolgingsslachtoffers zich na de Japanse bezetting in Nederlands-Indië geconfronteerd zagen, met name de vijandige bejegening door Indonesiërs die naar onafhankelijkheid streefden en de grenzen die de ontwikkelingen in de periode tot aan de soevereiniteitsoverdracht hebben gesteld aan het rechtsherstel vanwege vermoedelijke tekortkomingen in het naoorlogse rechtsherstel'. De regering heeft 350 miljoen gulden (€ 158.823.075) voor individuele uitkeringen en 35 miljoen gulden (€ 15.882.308) voor collectieve doelen beschikbaar gesteld. In november 2001 werd, in opdracht van het ministerie van VWS, Stichting Het Gebaar opgericht. De stichting beheerde de gelden en verzorgde de aanmelding, verificatie en uitbetaling van de projectgelden bestemd voor collectieve doelen, zoals zij dat ook heeft gedaan voor de individuele tegemoetkomingen.
Stichting Afwikkeling Het Gebaar
Stichting
Bestuur:
- Mr. J.G.C. Wiebenga, voorzitter (lid van de Raad van State)
- Mr. P.J. Biesheuvel, vice-voorzitter (voorzitter Raad voor Werk en Inkomen en voormalig lid van de Tweede Kamer)
- P. Neeb, secretaris (voormalig waarnemend burgemeester van Moordrecht en voormalig burgemeester van Zundert en Oudenbosch)
- F.P.J. de Ruyter de Wildt, penningmeester (voormalig lid directie Credit Lyonnaisbank Nederland)
- H.A. de Boer (voormalig voorzitter College Bouw Ziekenhuisvoorzieningen, voormalig staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM) in het kabinet Van Agt II en voormalig minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk in het kabinet Van Agt III)
Raad van Advies:
- Mevrouw S. van Heemskerck Pillis-Duvekot, voorzitter (voormalig lid van de Tweede Kamer)
- A.A. Lutter, secretaris (Centrale van Samenwerkende Indische Organisaties)
- Dr. ir. H.Th. Bussemaker (Vereniging Kinderen Japanse Bezetting en Bersiap)
- E.J.E. Herni (Bond van Ex-Geïnterneerden en Gerepatrieerden van Overzee) (tot 26-05-2008)
- Mevrouw dr. A.M. de Pijper (Stichting Japanse Ereschulden)
Raadkamer Projecten:
- H.A. de Boer, voorzitter (voormalig voorzitter College Bouw Ziekenhuisvoorzieningen, voormalig staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM) in het kabinet Van Agt II en voormalig minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk in het kabinet Van Agt III)
- B.P. Agerbeek (directeur Rabobank Leerdam en Omstreken)
- Mr. J.M. Alma (voormalig burgemeester van Borculo en Doniawerstal)
- Ir. J.G.C. Kiemeneij (Kolonel van de Technische Staf b.d.)
- Mw. H. Verburg-Wormer (docent NT2/voormalig groepsleerkracht)
Stichting Het Gebaar viel als semi-overheidsinstelling onder politieke verantwoordelijkheid van de staatssecretaris van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Stichting Het Gebaar is verantwoordelijk voor het behandelen van de aanvragen, het verifiëren daarvan en het doen van de uitbetalingen van Het Gebaar.
Het bestuur van de stichting nam besluiten over de ingediende projectaanvragen. De beslissingen nam het bestuur na advisering door de Raadkamer Projecten. Het bestuur kon de Raad van Advies benaderen als extra informatie over ingediende projectaanvragen nodig bleek.
Stichting Het Gebaar is in november 2001 opgericht voor het beheer en de verdeling van 350 miljoen gulden (€ 158.823.075) voor individuele uitkeringen en 35 miljoen gulden (€ 15.882.308) voor collectieve doelen.
Individuele uitkeringen:
In juni 2001 stelde de Nederlandse regering de doelgroepafbakening vast en garandeerde een individuele uitbetaling van Het Gebaar van in ieder geval 3.000 gulden (€ 1.361,34) belastingvrij. Eind december 2001 heeft de Stichting Het Gebaar de eerste uitbetalingen verricht aan belanghebbenden die in aanmerking kwamen voor Het Gebaar. In april 2003 is de hoogte van Het Gebaar definitief vastgesteld op € 1.822,00. Dat betekende dat belanghebbenden die een positieve beschikking en een voorschot hadden ontvangen, een slotuitkering kregen van € 460,66. In dezelfde maand zijn de laatste uitbetalingen aan belanghebbenden gedaan.
Collectieve doelen:
In juni 2002 startte de Klankbordgroep Collectieve Projecten in opdracht van het bestuur van Stichting Het Gebaar met het ontwikkelen van een voorstel waarin de kaders voor het op te stellen uitkeringsreglement werden beschreven. In de periode januari – april 2004 was de regeling collectieve doelen geopend. In oktober 2004 zijn de gehonoreerde projecten bekendgemaakt. Van de 137 door natuurlijke personen ingediende projectvoorstellen zijn 43 projecten gehonoreerd. Van de 272 door rechtspersonen ingediende projectvoorstellen zijn 105 projecten gehonoreerd. De projectaanvragen die Stichting Het Gebaar heeft ontvangen, zijn beoordeeld door de Raadkamer Projecten. De leden van de Raadkamer zijn, op voordracht van de Raad van Advies van Stichting Het Gebaar, benoemd door de staatssecretaris van het ministerie van VWS. Allen hadden binding of bekendheid met de Indische gemeenschap. De taak van de Raadkamer Projecten was het uitbrengen van een advies over de toepassing van de beoordelingscriteria aan het bestuur van Stichting Het Gebaar.
Stichting Het Gebaar was gevestigd in Den Haag.
- Beets, G.C.N., C.C. Huisman en E. van Imhoff, Indische Nederlanders: een demografische reconstructie ten behoeve van Het Gebaar (Den Haag 2001).
- Ridder, I.M. de, Eindelijk erkenning? Het Gebaar: de tegemoetkoming aan de Indische gemeenschap (Den Haag 2007).
Archief van Stichting Het Gebaar
Het archief van Stichting Het Gebaar is tot eind 2009 in het bezit van Stichting Afwikkeling Het Gebaar. Het archief is momenteel niet toegankelijk. Eind 2009 zal het archief zijn overgedragen aan het Nationaal Archief en is de openbaarheid van de bescheiden vastgesteld.
- Website Het Gebaar, geraadpleegd 03-09-2009.
- Schriftelijke informatie van de bestuurder Stichting Afwikkeling Het Gebaar, dhr. Wiete Mesman, d.d. 07-09-2009.
Een zeer grote markt met meer dan 80 kramen met bijzondere artikelen uit heel Azië.
Heerlijke verrassende sambals, bijzondere vruchten, sponscake, spekkoek, saté, pisang goreng en natuurlijk volledige maaltijden zoals Ikan Bali en een complete Nasi Goreng op authentieke wijze bereidt zijn er om u trek in iets lekkers te stillen.
En zin in een heerlijke Tjendol, een echt Bintang biertje of een tropische cocktail? Ook daarvoor komt u naar de Pasar Malam van Stellar.
Vele non-food kramen met (zilveren en gouden) sieraden, edelstenen, bijzondere leren tassen, kleding, houtsnijwerk, bijzondere lampen, T-shirts met uw opdruk, kookboeken met originele Indische recepten, speelgoed, decoratie voor uw huis, medicinale lotions, tijgerbalsem, wierook, kunst en nog veel, veel meer! U kijkt uw ogen uit.
Gezellig dwalen over de markt is een belevenis op zich.
Een uitgebreid entertainment programma op een sfeervol podium met daarvoor genoeg zitplaatsen. Met een drankje in uw hand wordt het heerlijk relaxen, meezingen en de dansvloer ligt er uitnodigend bij!
Kom genieten van de tropische feestzanger van Trafassie: Edgar (Bugru) Burgos! Die natuurlijk de het hele Beursgebouw zal omtoveren in een deinende feestzaal. Drie dagen bijna non-stop entertainment.
Maar ook van de andere artiesten zoals de bekende formatie XANUR, René le Blanc als de Nederlandse Engelbert Humperdinck die een speciale Jack Jersey Show zal verzorgen, Diana Monoarfa, de dansgroep Bunga Melati, the Swinging Sound Machine, Johnny Valentino en Of Course, Madaloka Dance Studio met modeshow, dansgroep Wahana Budaya Nusantara, de geweldige soulshow van the Philly Sound met Justine Pelmelay. Meer dan 80 artiesten treden op!
Kortom het Beursgebouw biedt u drie dagen tropisch vermaak, shoppen en culinair genieten.
Openingstijden:
Vrijdag 29 maart 13.00 – 22.00 uur
Zaterdag 30 maart 13.00 – 22.00 uur
Zondag 31 maart 12.00 - 19.00 uur
Tarieven:
• Volwassenen € 7,50
• 65 + vrijdag tot 17.00 uur € 5,00
• Kinderen tot 12 jaar onder begeleiding gratis
Kaarten via Ticket - online
Programma:
Vrijdag 29 maart
13.00 - 13.45 uur CD Ind. Muziek
13.45 - 14.30 uur Of Course
15.00 - 15.30 uur Diana Monoarfa
16.00 - 16.30 uur Wahana Budaya Nusantara
17.00 - 17.45 uur Off Course & Johnny Valentino
18.15 - 18.45 uur Wahana Budaya Nusantara
19.15 - 19.45 uur Diana Monoarfa
20.15 - 21.30 uur Of Course & Johnny Valentino
22.00 uur Einde
Zaterdag 30 maart
13.00 - 13.30 uur CD. Ind.muziek
13.30 - 14.15 uur Swinging Sound Machine
14.45 – 15.15 uur Madaloka Dance Studio
15.45 - 16.15 uur René Le Blanc
16.45 - 17.30 uur Swinging Sound Machine
18.00 - 18.30 uur Madaloka Dance Studio
19.00 - 19.30 uur René Le Blanc, Celebration Show
20.00 - 20.45 uur Edgar 'Bugru' Burgos Trafassi Show
21.00 - 21.45 uur Swinging Sound Machine
22.00 uur Einde
Zondag 31 maart
12.00 - 12.30 uur CD muziek
12.30 - 13.00 uur Xanur
13.20 - 13.50 uur Bunga Melati
14.10 - 14.40 uur Philly Motown Sound
15.00 – 15.30 uur Xanur
16.00 - 16.30 uur Bunga Melati
17.00 - 17.30 uur Philly Motown Sound
18.00 - 18.45 uur Xanur
19.00 uur Einde 3e dag
Overige informatie:
• Op de website van de Stichting Stellar (www.pasarstellar.nl) kunt u het volledige programma binnenkort bekijken.
• Geschikt voor het hele gezin
• Slechts 5 minuten lopen van het station
• Scootmobiel toegankelijk
• Huisdieren niet toegestaan uitgezonderd hulphonden.
Op zaterdag en zondag is er een speciaal kinderprogramma voor kinderen van 5 tot 12 jaar. En voor hen is de toegang gratis onder begeleiding.
Datum En Tijd
vr, 29 mrt. 2019, 13:00 –
zo, 31 mrt. 2019, 18:00 CET
Locatie
R.I.P. Ed Brodie 2 (22) nov 1945 - 14 maart 2019
OP Facebook Ando Siegers 14 maart om 11:15
Ed Brodie rust zacht mijn vriend.....wij gaan je missen.....ik zeker.....Ed ..... waarom nu al mijn vriend.....hoe moet ik het aan iedereen vertellen dat je er niet meer bent ......ik doe het voor jou....met heel veel verdriet en pijn in mijn hart.......Rust zacht Ed.......
Met ontsteltenis vernam ik via mijn Facebook pagina het verlies mijn sobat Ed Brodie. Ik heb gelijk contact opgenomen met Frank Ong voorzitter St.Adinda. Ed is zijn nabijheid in vakantie huis in Zeeland aan een hartstilstand heen gegaan. Weer typisch Ed, hij vierde zijn verjaardag altijd op de 22 ste november en niet op de 2. Velen weten niet beter, dus ook Frank gaf de geboorte datum op voor de akte van overlijden, later op zijn paspoort constateerde Frank dat de verkeerde datum is. Frank vertelde dat juist deze dagen Ed veel over het verleden had wat de sobats betreft, en ook si Ferry daar had Ed veel over.
ED heeft veel betekent en bijgedragen voor de huidige Indische samenleving o.a. zat in bestuur van St. Adinda die frequent koempoelans organiseert in Zoetermeer voor de oudjes. Halin hielp, en maakte vele cd 's over Indie, die vele Indo’s naar hun Indie brachten.
Niet onbelangrijk de productie Stamboel. De Indische geschiedenis in notendop het verblijf in het voormalige mooie Indie, het vertrek naar Holland, de aankomst in Nederland, het leven in de contractpensions, het ontstaan van de koempoelans, en tot slot de Indorock. De Stamboel productie nu op DVD werd ook door de presidenten van Indonesie bekeken. Zij wisten niets af van deze Indische geschiedenis, maar hebben wel lopen brullen van het lachen zo als Ed het bracht. . Ook is Ed de man geweest voor Het Welzijn van de Indische Gemeenschap o.a. die Tantowi Yahya in Nederland introduceerde, Tantowi Country zanger met ruim 2 miljoen verkopen en eigen TV programma in Indonesie, nu zit Tanto in het parlement. Niet onbelangrijk samen met Inge zijn echtgenote figureerde in de Sfeer Pasar Malam Online (productie van ICM) .
Dit slechts een greep uit het leven van Ed, op de website www.stichtingadinda.nl vindt nog meer over het leven van Ed.
Ed wordt donderdag aanstaande naar zijn laatste rustplaats gebracht, en begraven.
Voor verdere info bij Frank Ong info@stichtingadina.nl
Ed selamat jalan sobat si Ferry sr,
Ed zo zullen de meesten jou blijven herinneren !
U ziet van Stamboel "Onze eigen geschiedenis" fragment 4.Stamboel geschiedenis I . Jan valt op indah ( Ester Latama) theeplukster. Op de achtergrond woedt na de overdracht de bersiap, een ieder moest het land uit en Nederland wilde die indo´s niet. U ziet een stuk Indie, vertrek, en het leven in de pension, het ontstaan van de koempoelans, en de IndoRock.
De hele serie is te zien op www.icm-online.nl of op de DVD van Stamboel.
Min. VWS Indische verankering - ICM stelt zich op het standpunt om ook subsidies toe te kennen aan Indische organisaties in het land
Onlangs getoonde filmpje het debat van Martin van Rijn met PP Denk, D66, en PVV heeft veel stof doen opwaaien. Al eerder wilde Editor van ICM aan de bel trekken bij Min. VWS. Net als in 2001 viel de jackpot in Den Haag met resultaat 124 mislukte projecten, is het failliete Indisch Huis slechts topje van de ijsberg. Gemeenschappelijk constatering; overval werden de zakken gevuld voor de dure hobby’s en Min. VWS had er geen enkele invloed op leek het. Ook toen rookte de schoorsteen van ICM flink, er werd met een oor meer gehangen naar het Indisch Platform die elkaar de bal toe spelen. In Den Haag was het feest op zijn hoogst met Zomerfeest, en in het land hadden die twee miljoen Indo’s het nakijken Het kon niet op voor een boek dat nog geschreven moest worden werd ruim 500.000 gulden toegekend, een film ander half miljoen. Totaal ging er 35 miljoen over de Indische tafels.
Het filmpje dat op Facebook werd geplaatst op 14 maart ijl, riep vele reacties op dat het ander half miljoen weer naar de Haagsche hobbyclubs gaan, wegens grote verbouwing dicht, en in het land gaat de dagelijkse Indische verankering gewoon verder; de krant blijft publiceren, de pasars blijven draaien, de muzikanten blijven musiceren; De pasar Colors net achter de rug met 100.000 man; presentatie ICM Jaar Overzicht 2018, in eind maart de pasar malam Eindhoven, naast de andere Indische zaken. Kortom in het land met ruim 1 miljoen van de 2 miljoen genieten van Indisch Welzijn die ruim 50 jaar worden geleverd door private initiatieven.
Als krant heeft ICM de plicht om gehoor te geven aan dit lang slepende Indische Huis, niet in geslaagd is om voor de Indische verankering te zorgen, laat staan die verbinding te leggen met die 2 miljoen Indo’s. Deze rol wordt nadrukkelijk reeds vervuld door de Pasar Malams, artiesten, kunstenaars, muzikanten, producenten, song / tekstwriters, de masuk Sadja;s. Dit allemaal met eigen gelden, en dat dag in dag uit.
ICM, de Indische Internetkrant opgericht in 1999, stelt zich op standpunt de Indische verankering van Martin van Rijn breder dient in te zetten in het hele land voor alle organisaties en initiatieven die ruim 50 jaren draaien voor Het Indisch welzijn, en het uitdragen hiervan, en de verankering van de toenmalige- en de huidige geschiedenis via de digitaliseringen op de Indische webportaals, bladen en boeken, is dagelijkse gebeuren.
ICM is van mening dat de Indische verankering al ruim 50 jaar wordt gerealiseerd door stichtingen, organisatie en onderneming buiten het gebeuren van Den Haag, het mislukte project Het Indisch Huis, dat nu weer leven wordt ingeblazen met anderhalf miljoen Euro, is trekken aan dood Indisch paard. Nu nog heeft ICM last van de sporen van het failliete Indisch huis; o.a. openstaande rekeningen, naast producten die ICM heeft opgenomen in zijn assortiment, is die continuïteit niet meer gewaarborgd en van de daders ontbreekt iedere spoor.
ICM staat op het standpunt dat Min. VWS de jaarlijkse subsidie hiervoor in ander afzonderlijk fonds te stoppen voor een bredere groep die dag in dag uit 50 jaar voor deze verankering zorgde in Nederlandse Indische gemeenschap met een populatie van 2 miljoen voor : De Indische muzikanten, artiesten, kunstenaars, schrijvers, docu makers, Indische Internetkrant, Indische maandbladen, evenementen zoals de pasar malams, koempoelans, en masuk sadja's vervullen reeds deze rol waar nu ruim 1 miljoen van genieten. De volgende stap is om die twee miljoen te benaderen, maar daar zijn andere innovatie instrumenten voor nodig zoals Indische Omroep.
De constatering is dat in de 50 jaar bewezen operationeel te zijn voor het Indisch Welzijn voor meer dan 1 miljoen mensen. Moet niet zo zijn net als Het Gebaar weer zich alleen beperkt tot die organisatie die totaal geen binding hebben met Nederlandse Indische samenleving en voorbehouden is aan de Hagenaars en wederom met een mislukte missie, is deze verspilling van het belastinggeld.
De verbouwing nu van Het Indisch Huis in Den Haag, roepen wederom die vervelende herinneringen op; naar het Indische monument in Scheveningen dat altijd in de steigers bleef, zelfs de ingehuurde krachten door Min. VWS later lukte het niet om het boegbeeld van het Indisch Huis in te richten, fout op fout stapelde zich op, zelf nu anno 2019 zit ICM met voorraad Weduwe van Indie, wie zorgt voor de continuïteit van dit product, dit slecht 1 voorbeeld uit de vele mislukkingen.
Terugblik op presentatie ICM Boek "Jaar Overzicht 2019" op de pasar Malam Rijswijk.
(C) Foto reportage werd verzorgd door William Da Limalatumeten Tuaselasatumalay
Het boek " ICM Jaaroverzicht 2018" is uit en nu te verkrijgen op alle pasar malams waar ICM, De Indisch Internetkrant staat. Op 2 maart jl. werd deze bij de pasar Malam Rijswijk gepresenteerd.
Is A4-formaat, en in full color met prachtige foto's , prijs 21,95.
De opvolger van ICM Book 2009-2010; Deze bevat geen 312 pagina's maar iets beknopter, geeft een heel ander kijkje in de Indische media van de Indische Internetkrant met haar diepte - en haar hoogtepunten. Dit keer door de ogen van Rudy Groenewald bekend als de auteur van het boek de 7 WWW, naast dat hij andere 6 tittels op zijn naam heeft staan. Rudy is een fan van de koempoelan en dit straalt dan het ook uit in dit Jaar Overzicht, en niet onbelangrijk hij legt nadrukkelijke op de Indo generaties, 1 ste de ............ , die de oorlog hebben meegemaakt 2e De Katjangs (bersiap kinderen) , 3 e de twijfel Indo's, die hier zijn geboren, en alles van oren zeggen, en tenslotte de 4 e de aardappel Indo. Geheel verrast vroeg Rudy mij of mijn foto mocht gebruiken voor het voorblad waar ik met mijn zoon Thony en kleinzoon Anthony op stond. Heb eerst mijn zoon Thony en kleinzoon Anthony gevraagd. Mijn zonen zijn ondernemers, zeer begrijpelijk willen ze absoluut niet met hun foto op Facebook; gelukkig kreeg toestemming.
Overigens;
Dit beeld duidt aan dat van mijn generatie dus de zeg maar de bersiapkinderen , thuis al steun en toeverlaat waren van onze ouders (de oorlogslachtoffers, en later de verbinding is met de huidige Indische samenleving die heel veel voor de Welzijn van de Indische gemeenschap bijdragen. Neem de artiesten, de auteurs, kunstenaars, organisatoren van de Indische events zoals de 60 pasars in het land, de masoek sadja 's voor de ouderen in het hele land, de redacteuren van de kranten en bladen. Ruim 50 jaar doen ze het die bersiapkinderen. Ruim 1 miljoen Indo's genieten van dit Indisch Welzijn in het hele land dat geheel uit eigen zakken moet betalen, het wordt tijd dat in Den Haag een keer de echte film wordt getoond, en niet vanuit de bekende Indische organisaties zoals onder het consortium van Het Indisch Platform De ouders de zogenaamde oorlogslachtoffers hadden geen tijd om voor de welzijn van hun eigen kinderen te zorgen, de bersiapkinderen. Wel kreeg deze ruim 60 jaar een podium van Den Haag en vanuit het IP de verkeerde film voorgeschoteld, wordt tijd dat Den ruimhartig Het Gebaar maakt van de Bersiapkinderen die voor alle hun verrichtingen voor welzijn van de Indisch Gemeenscgap een keer worden beloond wat de subsidies betreft die nu worden gediscrinineerd t.o.v. de andere groeperingen, en te beginnen bij de eigen de groep oorlogslachtoffers die ruimschoots werden gecompenseerd met Indisch Pensioen. PUR, WUF en WUBO.
Zie hier het bewijs een pasar Malam Rijswijk waar het hele palet van Indisch Cultuur erfgoed uit ademt ; een groots evenement, een media, krant en blad, die volgende stappen wil maken opdat de "Twijfel - en aardappel Indo" nog meer te betrekken.
Dit even terzijde
Presentatrice Milly
Organisatrice Denise JAnsen en Ferry schwab sr
De presentatie vond zaterdag rond 20:45 uur plaats.
Het boek werd overhandigd namens het ICM Team aan de organisatie van Broodjes Fabriek Denise, Banyard, Melly en van het licht & Geluid Leen van TLP Productions. Ferry nam nadrukkelijk hiervoor de tijd om het ICM team voor te stellen die dagelijks bezig zijn met nieuws, beeld en woord zoals Melly het pleegt te noemen op webportaal www.icm-online.nl en de vele ICM, Indische en Indo groepen. Om juist te zorgen dat de goede beelden op deze inmens grote groepen met een bereik van meer dan 400.000 goed gecontroleerd komt als beheerders / webmasters; het is nimmer mogelijk om als 1 persoon deze taak te realiseren, maar alleen met een heel team te bewaken en te controleren dat het Indisch beeld via media, beeld en geluid goed bij de mensen terecht komt. Tegelijkertijd merkte Ferry op dat deze pasar Malam Rijswijk even oud is als ICM, de Indische Internetkrant, namelijk 20 jaar. Melly had zeer lovende woorden op het hetgeen Rudy Groenewald als media uit heeft geselecteerd en heeft vastgelegd voor het beeld van de huidige Indische samenleving. Wegens omstandigheden waren niet aanwezig Rolo Lapre, Pegy Lesquiler en Rolo Lapre. Omdat de presentatie naar later tijdstip werd veplaatst om technische redenen heeft ons jurist Jan Enoh moet afhaken voor andere verplichten, dit geldt ook voor onze jurist Peggy Lesquiler. Ben Vink zou de opnamen meken, gelukkig was er voor vervanging gezorgd, Britt Bartelds kleindochter van Ferry heeft de camera bediend, en William Da Limalatumeten Tuaselasatumalay heeft voor de foto-reportage verzorgd. Monica Schwab heeft via haar I-Pone beelden geschoten die nu op Facebook massaal worden bekeken. Later zullen beelden en reportage volgen op ICM en al ICM Facebookgroepen.
Rita Kopetzky Banyard Cornelia Stuiver
Programma
Programma Pasar Malam Istimewa XL Zwolle
Vrijdag 8 maart (13:00 – 23:00)
Hari Maluku
Istimewa podium
13:30 – 14:15 SoulFuzion
14:45 – 15:15 The Brothers Timisela
15:45 – 16:30 SoulFuzion
17:00 – 17:30 Dansgroep Maeva
18:00 – 18:45 SoulFuzion
19:30 – 20:00 Dansgroep Maeva
20:45 – 21:30 Bad Habit
22:15 – 23:00 Bad Habit
Senang podium
14:15 – 14:45 Robin Yerah
15:15 – 15:35 Dansgroep Maeva
16:30 – 17:00 Robin Yerah
17:30 – 18:00 The Brothers Timisela
18:45 – 19:30 NoyaLohyNoya
20:00 – 20:30 The Brothers Timisela
21:30 – 22:15 NoyaLohyNoya
Zaterdag 9 maart (12:00 – 22:00)
Istimewa podium
12:30 – 13:15 The StreetRollers
14:00 – 14:30 Warna Semesta Dance Collaboration
15:00 – 15:30 Ray Smith
16:15 – 17:00 The StreetRollers
17:30 – 18:00 Ray Smith
18:45 – 19:30 The StreetRollers
20:00 – 20:30 Warna Semesta Dance Collaboration
21:15 – 22:00 The StreetRollers
Senang podium
13:15 – 14:00 Free Line
14:30 – 15:00 The Brothers Timisela
15:30 – 16:15 Free Line
17:00 – 17:30 Warna Semesta Dance Collaboration
18:00 – 18:45 Free Line
19:30 – 20:00 The Brothers Timisela
20:30 – 21:15 Free Line
Zondag 10 maart (12:00 – 20:00)
Istimewa podium
12:45 – 13:15 Abadi Krontjong Ensemble
13:45 – 14:15 Madaloka Dans Studio
15:00 – 15:30 Abadi Krontjong Ensemble
16:00 – 16:45 Ester Latama
17:15 – 17:45 Danny Everett
18:15 – 18:45 Madaloka Dans Studio
19:15 – 20:00 Ester Latama
Senang podium
12:00 – 12:45 Ester Latama
13:15 – 13:45 The Brothers Timisela
14:15 – 15:00 Ester Latama
15:30 – 16:00 Danny Everett
16:45 – 17:15 The Brothers Timisela
17:45 – 18:15 Abadi Krontjong Ensemble
18:45 – 19:15 The Brothers Timisela
Beschrijving
De Pasar Malam Zwolle is weer terug in de grote IJsselhal waar deze Pasar vroeger ook gehouden werd.
Bereikbaarheid
Het treinstation van Zwolle is op ca. 10 minuten loopafstand.
Er is voldoende parkeergelegenheid op de Parkeerplaats van de IJsselhallen
Huisdieren
Honden en overige huisdieren zijn niet toegestaan op de Pasar Malam in Zwolle.
We maken alleen een uitzondering voor speciaal getrainde honden die ter begeleiding worden gebruikt van mindervaliden, zoals blindengeleidehonden en Stichting Hulphond-honden.
Locatie
IJsselhallen Zwolle
Adres
Rieteweg 4, 8011 AB Zwolle
Datum
8 t/m 10 maart 2019
Openingstijden
Vrijdag 8 maart: 13:00 – 23:00 uur
Zaterdag 9 maart: 12:00 – 22:00 uur
Zondag 10 maart: 12:00 – 20:00 uur
Toegangsprijzen:
Kinderen van 0 t/m 3 jaar en veteranen* mogen gratis naar de Pasar Malam in Zwolle.
Online voorverkoop
Vrijdag ticket: €5,00
Volwassenen (zaterdag / zondag): €7,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €5,00
3 dagen kaart volwassenen: €15,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €10,00
Tickets aan de kassa
Vrijdag ticket: €7,00
Volwassenen (zaterdag / zondag): €9,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €7,00
3 dagen kaart volwassenen: €19,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €14,00
*Veteranen: Op vertoon van veteranenpas. 1 persoon per pas.
‘Hoaxen en smaad’ verzuren de verkiezingscampagne van president Jokowi
Waarover hebben de media in Indonesië het? Over nepberichten en hoe de president die te lijf gaat, constateert onze correspondent Michel Maas.
Michel Maas
Beeld RV
‘Hoax’ spreken ze in Indonesië uit als ‘ho-waks’. Dat kun je elke dag horen want elke dag gaat het er wel ergens over. ‘Howaksen’ verzuren de verkiezingscampagnes van president Joko ‘Jokowi’ Widodo en zijn tegenspeler Prabowo Subianto. ‘Hoaxen en smaad’ gaan volgens Jokowi ‘van deur tot deur en van huis tot huis’, en ze vinden altijd ook wel hun weg naar internet. En daar kunnen ze ongebreideld hun heilloze gang gaan, want hou ze dan nog maar eens tegen.
Hoaxen houden liefst huis op gevoelig terrein. De godsdienst is er zo een. In tal van hoaxen wordt Jokowi al jaren afgeschilderd als een ‘verkapte chinees’ (hij is een 100 procent Javaan), een stiekem christen of op zijn minst ‘geen echte moslim’. Om gemor onder moslims te temperen, en hun stemmen te winnen, heeft hij daarom de homohatende moslimgeleerde Ma’ruf Amin als running mate gekozen.
Desondanks houdt het maar niet op. Nu is er weer een filmpje op YouTube verschenen waarop drie jonge vrouwen een oude vrouw in het Soendanees vertellen welke rampspoed Jokowi over het land zal uitroepen als hij herkozen wordt. In liberale Nederlandse oren klinkt het niet eens zo erg, of zelfs als muziek: ‘Als Jokowi de presidentsverkiezingen wint zal hij de azan (de luidspreker-oproep tot gebed) verbieden. Vrouwen zullen geen hoofddoek meer dragen, vrouwen kunnen met vrouwen en mannen met mannen trouwen.’
Hoax! President Jokowi voelt meteen aan dat hij hiermee in het huidige, steeds religieuzere Indonesië geen stemmen zal winnen. Er is dus meteen actie ondernomen. De politie is erop gezet, en die meldt deze week triomfantelijk dat de drie vrouwen zijn gearresteerd. Ze kunnen tien jaar gevangenis krijgen op basis van de ITE-wet die het verspreiden van ‘negatieve berichten en smaad’ op internet verbiedt.
Beeld RV
Jokowi heeft de hulp ingeroepen van Nahdlatul Ulama (NU), de grootste islam-beweging in het land, om hoaxes zoals deze tegen te gaan. NU moet haar 40 miljoen volgelingen laten weten wat waar is en wat niet, vindt de president. En wat die drie vrouwen vertellen is duidelijk niet waar: ‘Slaat het ergens op? Nee, maar volgens ons onderzoek zijn er desondanks
negen miljoen mensen die dit geloven.’ Er is een tegenoffensief nodig. ‘Als we niet reageren op dit soort zaken, als we stil blijven, gaan mensen het geloven.’
De overheid heeft de ITE-wet (en een handvol andere wetten) in stelling gebracht om ongewenste berichten te smoren. Bijna niemand laat de gewraakte video zien. De meeste reguliere media zorgen wel dat ze hun vingers niet branden. Een bericht is al gauw ‘negatief’, en daarmee strafbaar. Een faux pas van een van de presidentskandidaten wordt daarom voorzichtigheidshalve ook niet al te zeer uitgemolken. Bijvoorbeeld het moment waarop Jokowi in een kandidatendebat Prabowo vraagt wat hij voor de ‘unicorns’ wil gaan doen. Prabowo kijkt glazig voor zich uit, en antwoordt ten slotte: ‘Je bedoelt die internetdingen?’
Internetters hebben de dag van hun leven. Memes en fotomontages met my little ponies and pluizige eenhoorns, en hashtags met ‘unicorn’ erin schieten in het rond. Maar dat is internet. De meeste Indonesische kranten en televisieprogramma’s mijden Prabowo’s pijnlijke moment van onwetendheid. In plaats daarvan putten ze zich uit in stukken en video’s waarin ze uitleggen dat unicorns geen eenhoorns zijn, maar start-ups die in een mum van tijd meer dan een miljard dollar waard zijn geworden. Die uitleg is nodig, want TVOne meldt dat 70 procent van de Indonesiërs geen idee heeft wat een unicorn is. Het wijdt er een korte info-video aan, zodat nu iedereen kan weten dat Indonesië er vier heeft. Unicorns zijn een thema. Ze zijn iets om als natie trots op te zijn. En Prabowo’s moment? Dat is alweer vergeten.
Michel Maas is correspondent in Jakarta.
Het boek " ICM Jaaroverzicht 2018";
is de opvolger van ICM Book 2009-2010; Deze bevat geen 312 pagina's maar iets beknopter, geeft een heel ander kijkje in de Indische media van de Indische Internetkrant met haar diepte - en haar hoogtepunten. Dit keer door de ogen van Rudy Groenewald bekend als de auteur van het boek de 7 WWW, naast dat hij andere 6 tittels op zijn naam heeft staan. Rudy is een fan van de koempoelans en dit straalt dan het ook uit in dit Jaar Overzicht, en niet onbelangrijk hij legt nadrukkelijke op de Indo generatie.
Is A4-formaat, en in full color met prachtige foto's , prijsindicatie 21,95.
De presentatie zal zaterdag rond 19:00 uur plaatsvinden. Het boek zal worden overhandigd namens het ICM Team aan de organisatie van Broodjes Fabriek Denise, Banyard, Melly en van het licht & Geluid Leen van TLP Productions. Tegelijkertijd zullen de ICM leden worden voorgesteld die dag in dag uit actief zijn op ICM krant en op de vele Facebook groepen ; Ben Vink, Cornelia Stuiver, Rita Kopetzky, Rudy Groenewald, Johanna Muth en Rolo Lapre.
Van deze presentatie zal een reportage worden gemaakt door Ben Vink, die wordt uitgezonden op ICM Video-kanaal, Youtube en ICM / Indische Facebookgroepen.
Voor deze speciale gelegenheid heeft ICM een tal van beursaanbiedingen o.a.
- Pasar Malam Online DVD van 29,95 voor 14,95
- De Weduwe van Indie van 23,95 voor € 13,95,
- Stamboel Dvd € 13,95,
- en Dvd Riem Live in Concert € 13,95
ICM Stands 151 en 152
ICM PLANNING PASAR AGENDA 2019
ICM PLANNING PASAR AGENDA 2019
3, 4: Rijswijk (ZH) www.pasarmalamrijswijk.nl
9, 10, 11: Zwolle http://www.istimewa-events.nl
23, 24, 25: Eindhoven www.stellarevents.nl
31, Rotterdam http://www.istimewa-events.nl
20, 21, 22: Nieuwegein www.stellarevents.nl
April
1, 2: Rotterdam http://www.istimewa-events.nlJuni
22, 23, 24: Leeuwarden www.stellarevents.nl
29, 30: Zeist http://www.istimewa-events.nl- Juli
1: Zeist http://www.istimewa-events.nl
21, 22: Emmeloord www.stellarevents.nl
25 t/m 29: Steenwijk http://www.istimewa-events.nl. - Augustus
12 t/m 15: Dordrecht http://www.istimewa-events.nl - September
7, 8, 9: Assen www.pasarfestival.nl ???????? Istimewa
- Oktober
27, 28: Leek www.stichtingstellar.nl - November
3, 4: Rijswijk www.pasarmalamrijswijk.nl
Geert Wilders als ‘toekan kroepoek’ , Raar maar waar:
Na afloop van een optreden in het stadhuis van Nijmegen stond ik buiten met twee Indische dames. Twee jongens van Marokkaanse afkomst fietsten voorbij. ‘Kijk, daar heb je weer dat tuig van de riggel’, zei een van de dames. ‘Kent u die jongens?, vroeg ik. Het antwoord was nee. ‘Hebben ze u wat gedaan?’ Opnieuw nee en een integratiedebat op de stoep van het stadhuis was het gevolg. Volgens de dames zijn Marokkaanse jongens onbeschoft, omdat ze niet fatsoenlijk opgevoed worden door hun ouders. Ze vergeleken dat met hun eigen opvoeding toen ze hier in Nederland kwamen in de jaren ’50.
Dat herkende ik. Ook mijn ouders en familie hielden ons voor hoe we ons hier moesten gedragen. Netjes, beleefd, fatsoenlijk. Zo waren ze het in Indië gewend en zo moest het ook hier, want hier moest je je vooral aanpassen. Altijd groeten, met twee woorden spreken, opstaan in de bus voor oudere mensen. En hoe vaak kreeg ik niet te horen ‘éérst je huiswerk, dán de meisjes’. Mijn familie dreigde ook met wat er kon gebeuren als we niet ons best deden. Dan wachtte ons een slechte toekomst als straatschoffie in de kampong of als ‘toekan kroepoek’ (Indische kroepoekbakker).
In de Indische gemeenschap ontstond vorig jaar wat deining vanwege het gerucht dat Geert Wilders een Indo zou zijn. Het werd met ongeloof ontvangen. Zou Geert met zijn onverholen afschuw van de multiculturele samenleving en zijn felle anti-islamhouding afkomstig zijn uit het grootste islamitische land ter wereld? Dat kon niet waar zijn.
Toch wel! In de biografie ‘Veel gekker kan het niet worden’ (2008) bevestigt Wilders wat ongemakkelijk zijn Indische afkomst. Daarin zegt hij o.a. ‘bij de oudste zus van mijn moeder gingen we wel eens in het weekend kroepoek bakken’. Geert Wilders als Indische kroepoekbakker; het moet inderdaad niet gekker worden.
In mijn jeugd was kroepoek bakken mijn favoriete kookactiviteit. Je doet die kleine kroepoekjes in de hete olie en dan worden ze heel snel heel groot in allerlei kronkelige vormen. Je moet wel erg opletten: niet te veel, anders rijzen de pan uit en niet te lang in de olie, anders branden ze aan. Maar als het goed gaat tover je iets oneetbaars tot een knapperige lekkernij.
De afgelopen tijd is de geblondeerde Indische kroepoekbakker al weer wekenlang de lieveling van alle media. Gedurende het gehele formatieproces bakte hij er weer lustig op los. Met zijn politieke kroepoek voorziet hij anderhalf miljoen voorstanders van knapperige hapklare brokken. Tegelijkertijd geeft de kroepoekbakker al zijn tegenstanders een onverteerbaar gevoel. Zo onverteerbaar dat er een proces tegen hem werd aangespannen. Dat vind ík weer onverteerbaar. De strijd om zijn opvattingen hoort niet thuis in de rechtzaal, maar in het parlement en het maatschappelijke debat. Dáar moeten voor en tegenstanders met elkaar de pollepels kruisen over zijn smaak en zijn recepten. Nu kan de kroepoekbakker zich uitleven als dé topkok van de vrije meningsuiting en zich tegelijkertijd op zijn zwijgrecht in de rechtzaal beroepen.
Kroepoek bakken is als toveren, maar Wilders is een slechte tovenaar. Hij gooit teveel giftige stukjes in de oververhitte olie van de Nederlandse samenleving, waardoor ze de pan uitrijzen. Hij houdt ze ook te lang in de pan, zodat ze alleen door aangebrande mensen te vreten zijn. Nee, ik gun Wilders van harte vrijspraak in zijn proces. Hij mag wel veroordeeld worden, maar dan door de Keuringsdienst van Waren. Voor zijn niet te vreten kroepoek.
Wouter Muller, auteur is actief als muzikant, tekstschrijver en componist en tevens werkzaam voor de Stichting Welzijn en Cultuur Twente
(bron: Twentse Courant Tubantia, 23-10-2010)
Locatie
Hal 10 van de Huishoudbeurs in de RAI Amsterdam
Entree
Gebruik entree C om direct bij het Pasar Colours Festival te komen.
Als u met de trein reist is dit de 1e ingang vanaf het station.
Als u met de auto reist kunt u parkeren in de onder gelegen garages. Let op, de garages zullen snel vol zijn.
Adres
Europaplein 2-22, 1078 GZ Amsterdam
Datum
16 februari t/m 24 februari 2019
Openingstijden
zaterdag 16 februari: 11:00 – 19:00 uur
zondag 17 februari: 11:00 – 19:00 uur
maandag 8 februari: 11:00 – 19:00 uur
dinsdag 29 februari: 11:00 – 19:00 uur
woensdag 20 februari: 11:00 – 19:00 uur
donderdag 21 februari: 11:00 – 22:00 uur
vrijdag 22 februari: 11:00 – 22:00 uur
zaterdag 23 februari: 11:00 – 19:00 uur
zondag 24 februari: 11:00 – 18:00 uur
Toegangsprijs & tickets
Pasar Malam middag/avond kaart voor €5,-
Geeft van zaterdag 16 t/m woensdag 20 februari en zaterdag 23 februari 2019 vanaf 15.30 uur, op een dag naar keuze, direct toegang tot de Pasar Malam, de Huishoudbeurs en de Negenmaandenbeurs (20 en 23 februari).
Dit ticket is niet geldig op 21, 22 en 24 februari 2019.
Dagkaart Pasar Colours Festival & Huishoudbeurs: Tijdelijk van €19,50 voor €15,95
Met deze toegangskaart krijg je van 16 t/m 24 februari op één dag naar keuze toegang tot zowel het Pasar Colours Festival als de Huishoudbeurs en de Negenmaandenbeurs (20 t/m 24 februari).
Kinderkaarten
Kinderen van 0 t/m 4 jaar mogen gratis naar binnen. Ze moeten echter wel een kaartje hebben. Die bestel je voor €0,00
Een dagkaart voor kinderen van 5 t/m 16 jaar kost €5,50.
Met de trein voordelig naar RAI Amsterdam
NS 2e klas dagretour (exclusief toegangskaart HHB): €19,00
NS 1e klas dagretour (exclusief toegangskaart HHB): €23,00
Klik hier om je toegangskaarten te kopen
Programma
zaterdag 16 februari (Surinaamse dag)
Trafassi
Young Cosje
Master Stu
Surinaamse Dansgroep Dependency
Surinaamse Kookdemonstratie
zondag 17 februari
Thomas Berge
Hot News
Ray Smith
Wahana Budaya Nusantara
Indische kookdemonstratie door Pisang Susu
maandag 18 februari
Justine Pelmelay
Harold Verwoert
Affinity Allround Band
Peduli Seni Indonesia
Indische kookdemonstratie door Rumah Rasa
dinsdag 19 februari
Just Like Robbie Williams
Bram Boender (winnaar van House of Talent)
Wipe Out Selection
Ester Latama Show
Dansgroep Orchidee
Indische kookdemonstratie door Rumah Rasa
woensdag 20 februari
Perry Zuidam
Jack Jersey Show (door Danny Everett & Simply Friends)
Simply Friends
Danny Everett
Aniadi Art (met Alex Chung Martial Arts Show)
Indische kookdemonstratie door Rumah Rasa
donderdag 21 februari
Helemaal Top
Ray Smith
Kempo Kuntao Show
The StreetRollers
Hawaiian Treasure
Indische kookdemonstratie door Rumah Rasa
vrijdag 22 februari
Indische Toppers: Diana Monoarfa, Edu Schalk & Ester Latama
Relight
Warna Semesta Dance Collaboration
Indische kookdemonstratie door Rumah Rasa
zaterdag 23 februari (Surinaamse dag)
Trafassi
Young Cosje
Master Stu
Surinaamse Dansgroep Dependency
Surinaamse kookdemonstratie
zondag 24 februari
Peter Strykes (LA The Voices)
Foreverly Brothers
Harold Verwoert
Challenge XL
Pentjak Silat Manyang
Indische kookdemonstratie door Pisang Susu
download programma pasar colours festival 2019
Facebook Event