Alle berichten (17)

Sorteer op
Van Bon had engel op zijn schouder, maart ’42 hoe in Soerabaja de spanningen tot kookpunt oplopen
10897409869?profile=original

Opvarende vermomde jager

door 

DOORN Berend van Bon heeft geen beschermengeltje, maar een heel serieuze engel op zijn schouder. Als jonge zeeman overleefde hij in Nederlands-Indië Japanse bombardementen en ontsnapte als klap op de vuurpijl met de legendarisch geworden mijnenjager Hr. Ms. Abraham Crijnssen.

Vorige week nog leek die ontsnapping van het marineschip door zich als eiland te vermommen met het overlijden van marineman Fulko Vermeer definitief geschiedenis te zijn geworden. Maar Vermeer blijkt niet de laatste nog levende opvarende. Dat is Berend van Bon (101). De verwarring zit hem in het feit dat hij geen marineman was, maar bij de koopvaardij zat.

Bombardementen

De Schiermonnikoger merkt in maart ’42 hoe in Soerabaja de spanningen tot kookpunt oplopen. Regelmatig zijn er bombardementen. Tot twee keer toe ontsnapt Van Bon aan de dood. Toch wil hij niks liever dan vechten tegen de vijand. Hij probeert uit alle macht weg te komen uit de kolonie. Want één ding weet hij zeker: op land zal het gevecht kansloos zijn en in Japanse krijgsgevangenschap wil hij niet eindigen. „Ik had in Formosa (het huidige Taiwan red.) gezien hoe de Jappen met de Chinezen omgingen en dat was niet best.”

In Soerabaja hoort hij over mijnenjagers die mogelijk zullen uitwijken. Daar moet hij bij zijn. Van Bon meldt zich en komt aan boord van de Abraham Crijnssen. De bemanning is in mineur. „Er stonden nog geen tien man aan dek. Ik begreep dat er 45 zouden moeten zijn. Een groot deel van de bemanning was gevlucht. De commandant zei in een toespraak: ’We gaan de blokkade proberen te breken, maar de kans dat het lukt, is heel klein!’”

Hoe commandant Anthonie van Miert het doet, weet Berend van Bon niet maar een paar dagen later heeft hij zestig man paraat. Dat zijn er zoveel dat Van Bon niet meer mee mag. Het lukt hem met een flink pleidooi toch aan boord te blijven. In het diepste duister verlaat de Crijnssen op zes maart de haven.

De mijnenjager is in camouflagekleuren geschilderd en voorzien van bebladerde takken zodat het op een drijvend eiland lijkt. Het zal de sleutel vormen tot overleven. Het schip vaart alleen in het donker. Overdag wordt de camouflage steeds verbeterd en ververst. „Dat was spannend”, herinnert Van Bon zich. „Wat als de Jappen dat motorbootje waarmee ze die takken haalden, zagen? Gelukkig gebeurde dat niet. Pas toen we op open zee kwamen, werden de takken overboord gegooid.”

„Het was natuurlijk een opluchting toen we de Australische kust zagen. Alleen waren we toen nog niet veilig. Er waren vliegboten daar gebombardeerd. Echt opgelucht voelde ik me pas toen we in Geralton aankwamen. Ik heb de commandant gezegd dat ik in een hotel ging omdat daar slapen me comfortabeler leek dan op een bankje in de mess.”

Lees verder…

Jakarta is te vol en vervuild dus verhuist Indonesië zijn hoofdstad naar Borneo

1240?appId=93a17a8fd81db0de025c8abd1cca1279&quality=0.9
Dit moet het centrum worden van Indonesiës nieuwe hoofdstad. Beeld .

Indonesië verplaatst zijn hoofdstad definitief van Java naar de provincie Kalimantan op het eiland Borneo. De huidige hoofdstad Jakarta is overbevolkt en zakt langzamerhand weg. De bouw van de nieuwe stad gaat volgens president Joko Widodo bijna 30 miljard euro kosten.

Samboja, dat nu weinig meer is dan een paar huizen en veel tropisch regenwoud, is waarschijnlijk de plek waar de nieuwe Indonesische hoofdstad wordt gebouwd. Op dit moment kunnen liefhebbers de orang-oetan hier nog in zijn natuurlijke omgeving zien, maar in 2024 moeten de eerste ambtenaren deze kant op gaan verhuizen.

Toch is het volgens president Widodo de perfecte plek voor een nieuwe hoofdstad. Het dorpje ligt in de provincie Oost-Kalimantan, op het eiland Borneo, dat zich in het hart van het uitgestrekt eilandenrijk bevindt. ‘De locatie is uiterst strategisch’, aldus Widodo in een toespraak op televisie. ‘Dit is het centrum van Indonesië en nabij snel groeiende stedelijke centra’.

Als het parlement akkoord gaat, kan de bouw over een jaar beginnen. Dat gaat 29,5 miljard euro kosten, zo wordt nu geschat, en de Indonesische overheid is van plan voor 19 procent bij te dragen. De rest komt van private investeerders en samenwerkingsverbanden van overheid en bedrijfsleven. Van het totaalbedrag moeten alle overheidsgebouwen worden gebouwd, maar ook de huizen voor zo’n anderhalf miljoen ambtenaren. Met deze beslissing volgt Indonesië een lange trits landen, zoals Brazilië, Nigeria en Myanmar (zie inzet), die compleet nieuwe hoofdsteden bouwden.

763?appId=93a17a8fd81db0de025c8abd1cca1279&quality=0.8

Milieuzorgen

Milieuactivisten hebben hun zorgen geuit over de bouw van een nieuwe hoofdstad op Kalimantan. Ze zijn bang dat het leefgebied van de orang-oetan verdwijnt voor het nieuwe politieke centrum van Indonesië. Directeur Yohana Tiko van de Indonesische milieuorganisatie Walhi zei tegen de Australische nieuwszender ABC, dat ze vreest voor watervervuiling, die nu al ernstig is door kolenmijnen en palmolieplantages in het gebied.

Maar de regering moet wel een alternatief vinden voor Jakarta. De huidige hoofdstad is indertijd verrezen in moerasgebied, en veertig procent van de stad ligt onder de zeespiegel – die snel stijgt. Veel wijken van de ruim tien miljoen inwoners tellende stad zijn hierdoor een risicogebied geworden. Een ander probleem is dat die miljoenen inwoners bij gebrek aan waterleiding maar gewoon grondwater oppompen, Hierdoor daalt de bodem en dreigen hele gebieden op termijn in zee te verdwijnen; op sommige plekken zou Jakarta 10 centimeter per jaar wegzakken.

Door de bouw van een enorme dijk probeert Jakarta het gevaar te verkleinen op herhaling van de grote overstroming uit 2007 toen ongeveer 75 procent van de stad onderliep. Het duurt nog jaren voordat dit miljardenproject af is.

Al sinds de jaren vijftig werd gesproken over vervanging voor de stad. Toenmalig president Soekarno bouwde Palangkaraya, ook op Kalimantan, nu een onbelangrijke provincieplaats.

Lees verder…

Sponsoring Live registratie The IndoRock to New Generation

10897423071?profile=original

 


ICM (De Indische Krant )  is bezig met het organiseren van een bijzonder uniek  evenement.  Een uniek evenement over de geschiedenis van  The IndoRock muziek die Indonesie en Nederland verbindt van het verleden naar het heden toe.  Ter ere hiervan is / wordt het boek   uitgebracht  plus live registratie  op de 14 december aanstaande dan gaat het gebeuren

Van dit evenement wordt live registratie gemaakt op Dvd en uitzending van  korte fragmenten op ons ICM Video - kanaal. Deze live registratie vormt tevens de basis voor een documentaire "The IndoRock to New Generation. Ten grondslag hieraan ligt het boek dat door onze schrijver van 7 boeken Rudy Groenewald. Na drie jaren heeft Rudy bijna alle koempoelans en pasars bezocht en  dit in het nog uit te geven boek vastgelegd.

 Het is  U bekend dat The Tielman Brothers met hun IndoRock zijn benoemd tot de grondlegger van Nederpop. Op die avond vindt Live registratie plaats met als onderdeel uitreiking  van het boek druk I aan personen die veel hebben bijgedragen aan in het levend houden van The IndoRock.  Voor de Live registratie komt een dvd. Tevens vormt deze  een  onderdeel van Documentaire  Indo Rock to new generation.  Uiteraard worden delen van de live registratie op ICM Video-kanaal uitgezonden. De planning is dvd Live registratie begin februari wordt gelanceerd.  Hierdoor kent dit project diverse lange promotie trajecten; Tijdens de vooraankondigingen via de pasar malams, tijdens het event en daarna bij de verkoop van DVD + Boek o.a. in PM Ahoy, De Rai, BurgerZoo en uiteraard de ICM kanalen  o.a. op Het Facebook. 

Ik denk persoonlijk dat  dit een toegevoegde waarden leveren voor sponsors . Afhankelijk van het gekozen pakket kan worden mee gelift met de promotie van ICM als grootste Indische Internetkrant, alsmede de promotie op de pasar malams tw. bij de vooraankondiging  en  later bij de verkoop van het boek + Dvd mede op Pasar Malams o.a. Ahoy en de Rai.

Kortom blijvend blijft U het jaar 2019/2020 op Het ICM onder de aandacht bij het publiek. 

Bent U geïnteresseerd in een sponsorschap – pakket,  mail dan naar schwab@icm-online.nl .

Ook donaties zijn van harte welkom voor dit kostbare project.

Heeft U verdere vragen  06 37 28 24 33

Met vriendelijke groeten;

Ferry Schwab sr.
Namens ICM Project & Events

 www.icm-online.nl 

10897412482?profile=original

© ICM is onderdeel van ICM Project & Events    -    KVK - nummer 72173122 RABO NL41RABO 0397 7255 07

Lees verder…

Toen voormalig organisator Fred Lammers (Pasar Malam Bagus) en haleigenaar Libéma begin 2018 aan Istimewa Events hebben gevraagd om deze Pasar Malam in Assen te organiseren hebben zij deze kans uiteraard niet aan zich voorbij laten gaan en in september 2018 voor de eerste keer een Pasar Malam Istimewa in Assen georganiseerd.

 

Met bijna 6000 m2, 8 restaurants, ruim 100 kramen, 2 podia en 41 optredens in 3 dagen is de XL toevoeging dan ook meer dan terecht. Het enige wat niet XL is, is de prijs! Want in de online voorverkoop zijn de goedkoopste kaarten al voor maar € 5,- te koop via www.istimewa-events.nl en het parkeren kost maar € 3,-.

 

Dit jaar is de Pasar Malam Istimewa XL Assen van 6 tot en met 8 september.

De openingstijden zijn:

Vrijdag                 13:00 – 23:00

Zaterdag             12:00 – 22:00

Zondag                12:00 – 20:00

 

Op de Oosterse markt met ruim 100 kramen kunt u naast shoppen ook terecht voor een reading bij 1 van de mediums, een Indonesischemassage (pitjit) krijgen en lekker eten en snoepen bij 1 van de restaurants. Daarnaast is er op de 2 podia 3 dagen lang een goed gevuld podiumprogramma, welke gepresenteerd wordt door de bekende Istimewa presentatrice Sylvia Elders.

10897422469?profile=original


Molukse dag

De keuze om één dag in het teken te zetten van de Molukken lijkt een logische keuze gezien de grote Molukse gemeenschap in Assen en omgeving. De Molukse dag, of in de Molukse taal: Hari Maluku zal plaats vinden op de eerste dag van de Pasar Malam; vrijdag 6september. Van 13:00 tot 23:00 uur zullen er optredens zijn van Bad Habit, Simeon & Friends, Alley & Maurice, DJ Triplets en Roy Tuhumury. Roy Tuhumury woont op de Molukken en is speciaal voor optredens in Nederland.

 

Pasar Malam programma op zaterdag en zondag

Op zaterdag 7 september gaan de deuren van de Pasar Malam Istimewa om 12:00 uur open en zullen de 1e bezoekers verwelkomd worden door de klanken van The StreetRollers en duo Free Line. De dansgroep ‘Nuansa Bali Art’ is een nieuwe naam en zal in Assen voor het eerst optreden. Deze groep is samengesteld door de bekende en veel geprezen danser Ketut EdiSugianto die zijn woonplaats op Bali onlangs verruilde voor Nederland.Later op de dag zal Ben Heart op beide podiums een keer het publiek vermaken en als klap op de vuurpijl is er om 14:15 ook nog eens optreden van Aïs Lawa-Lata, bekend van o.a. de Late Late Lien show.

Op zondag 8 september kunnen tijdens de 3 optredens van Buckle Up de voetjes van de vloer en zal Ester Latama originele Indonesische en Molukse nummers afwisselen met moderne muziek. De dansgroep Wahana Budaya laat op beide podia prachtige Indonesische dansen zien. Ook komt Danny Everett, een bekende zowel in het Indische als het Nederlandstalige circuit, 2 optredens verzorgen.Als primeur op de Pasar Malam Istimewa treedt JazzmasterMania op, een 5-koppige IndoRock band die met hun Jazzmaster gitaren de Indorock muziekstijl weer aan het grote publiek kenbaar gaan maken, zoals The Tielman Brothers dat in 1965 deden.

 

Op www.istimewa-events.nl kunnen alle tijden, tickets, praktische informatie en overige evenementen van Istimewa Events gevonden worden.

Koop hier tickets met korting

 

Programma

 

Vrijdag 6 september, Hari Maluku
Istimewa podium
14:15 – 15:00  Simeon & Friends
15:45 – 16:30  Simeon & Friends
17:15 – 17:45  Alley Usmany-Unitli & Maurice Matrutty
18:30 – 19:15  Simeon & Friends
19:45 – 20:15  Roy Tuhumury
21:00 – 21:45  Bad Habit
22:15 – 23:00  Bad Habit

Senang podium
13:30 – 14:00  Alley Usmany-Unitli & Maurice Matrutty
15:15 – 15:45  Alley Usmany-Unitli & Maurice Matrutty
16:30 – 17:15  DJ Triplets
17:45 – 18:30  DJ Triplets
19:15 – 19:45  Alley Usmany-Unitli & Maurice Matrutty
20:15 – 21:00  DJ Triplets
21:45 – 22:15  Roy Tuhumury

Zaterdag 7 september
Istimewa podium
13:00 – 13:45  The StreetRollers
14:15 – 15:15  Aïs Lawa-Lata
16:00 – 16:45  The StreetRollers
17:30 – 18:00  Nuansa Bali Art
18:45 – 19:30 The StreetRollers
20:00 – 20:30  Ben Heart
21:15 – 22:00 The Street Rollers

Senang podium
12:15 – 13:00  Free Line
13:45 – 14:15  Nuansa Bali Art
15:15 – 16:00  Free Line
16:45 – 17:15  Ben Heart
18:00 – 18:45  Free Line
19:30 – 20:00 Nuansa Bali Art
20:30 – 21:15 Free Line

Zondag 8 september
Istimewa podium
12:00 – 12:30  Buckle UP Countrymusic
13:00 – 13:30  Wahana Budaya Nusantara
14:15 – 14:45  Danny Everett
15:15 – 16:00  Buckle UP Countrymusic
16:45 – 17:15  Wahana Budaya Nusantara
17:45 – 18:30  Ester Latama
19:15 – 20:00  Buckle UP Countrymusic

Senang podium
12:30 – 13:00  Ester Latama
13:30 – 14:15  Ester Latama
14:45 – 15:15  Wahana Budaya Nusantara
16:00 – 16:45  JazzmasterMania
17:15 – 17:45  Danny Everett
18:30 – 19:15  JazzmasterMania

Facebook Evenement
https://www.facebook.com/events/2452871524941681/

Huisdieren
Honden en overige huisdieren zijn niet toegestaan op de Pasar Malam in Assen.
We maken alleen een uitzondering voor speciaal getrainde honden die ter begeleiding worden gebruikt van mindervaliden, zoals blindengeleidehonden en Stichting Hulphond-honden.

Bereikbaarheid

Auto
Expo / TT-Hall Assen ligt op een gunstige ligging direct aan de A28. Om bij de Pasar Malam te komen rijdt u richting Assen en neemt u de afslag 31A, Assen-Zuid. Onderaan de afrit volgt u de borden naar het TT Circuit. Expo / TT-Hall Assen bevindt zich aan uw rechterzijde.

Parkeren
Er is voldoende gelegenheid bij de hal.
Het parkeerterrein is in beheer van Expo Assen. Zei rekenen slechts €3,00 voor de hele dag.
Kaartjes kunnen gekocht worden bij de automaten bij de ingang/uitgang van de Pasar Malam.

Openbaar vervoer
Vanaf het station in Assen kunt u Stadsbus 1: Marsdijk naar TT-circuit nemen. Stap uit bij bushalte TT-Circuit Assen en u ziet Expo / TT-Hall Assen al aan uw rechterzijde liggen. Vanaf hier is het ca. 10 a 15 minuten lopen naar de hoofdingang. Steek de weg over naar het fietspad en sla rechts af. Blijf het fietspad volgen en u ziet vanzelf aan de rechterzijde de hoofdingang van de Pasar Malam.
De bussen rijden vrijdag en zaterdag om het half uur.
Op zondag rijden de bussen 1x per uur. Mogelijk wordt u dan vervoert met een 15 persoons bus.
Op www.9292.nl kunt u uw reis met het openbaar vervoer plannen.

Taxi
Indien u gebruik wilt maken van een taxi kunt u deze telefoonnummers gebruiken:
Taxi Dorenbos: 0592-615000
Taxivervoer Assen: 0592-331122
Stadstaxi Assen: 0592-888736

Locatie
Expo (TT Hall) Assen

Adres
De Haar 11, 9405 TE Assen

Datum
6 t/m 8 september 2019

Openingstijden
Vrijdag: 13:00 – 23:00 uur
Zaterdag: 12:00 – 22:00 uur
Zondag: 12:00 – 20:00 uur

Toegangsprijzen


Online voorverkoop
Vrijdag ticket: €5,00
Volwassenen (zaterdag / zondag): €7,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €5,00
3 dagen kaart volwassenen: €15,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €10,00

Tickets aan de kassa
Vrijdag ticket: €7,00
Volwassenen (zaterdag / zondag): €9,50
Senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €7,00
3 dagen kaart volwassenen: €19,00
3 dagen kaart senioren 65+ & kinderen 4 t/m 12 jaar: €14,00

Tickets  Online

Koop hier tickets met korting

 

Lees verder…

Soerabaja 1942 -’Eiland’ ontsnapte aan vijand,

’Soerabaja 1942, Eiland’ ontsnapte aan vijand

Laatste bemanningslid gecamoufleerde mijnenveger overleden

Met het overlijden van het laatste nog levende bemanningslid Fulco Bouwmeester (101) is een van de beroemdste episodes uit de geschiedenis van de Koninklijke Marine definitief historie geworden; dat van de Hr. Ms. Abraham Crijnssen. Deze mijnenveger wist gecamoufleerd als eiland vanuit de haven van Soerabaja te ontkomen aan de Japanse bezetter.

Soerabaja is in maart 1942 een stad in chaos en paniek. De Japanners rukken op en het wordt duidelijk dat ook Java onherroepelijk gaat vallen. De commandanten van wat na eerdere zeeslagen nog rest van de Koninklijke Marine krijgen te horen dat ze hun schip in veiligheid moeten brengen, dan wel vernietigen om het uit handen van de vijand te houden.

Het gaat met name om kleinere schepen zoals vier mijnenjagers in de Jan van Amstelklasse. Ze liggen alle in Soerabaja. Commandant Johannes Dekker van de Hr. Ms. Pieter de Bitter vindt het niet verantwoord zijn bemanning in levensgevaar te brengen en besluit zijn schip te vernietigen. Met twee tijdbommen wordt het schip tot zinken gebracht. Als de explosieven af gaan, bevindt schout-bij-nacht Pieter Koenraad zich aan boord van de onderzeeboot Hr. Ms. K XII. Hij hoort de bommen klappen en laat per telegram weten dat, als Dekker zonder geldige reden tegen de orders in heeft gehandeld, hij gefusilleerd zou moeten worden. Het komt er niet van.

Ketel kapot

De commandanten van de drie resterende mijnenjagers wagen wel een vluchtpoging. Voor twee van de drie mislukt die. De Hr. Ms. Eland Dubois heeft problemen met de ketel die zo ernstig blijken, dat onderweg wordt besloten het schip tot zinken te brengen. De bemanning stapt over op mijnenjager nummer drie: Hr. Ms. Jan van Amstel. Die wordt gespot door een Japanse torpedobootjager en 8 maart vlak voor middernacht in de Straat van Madoera tot zinken gebracht. 23 opvarenden komen om het leven.

Commandant Anthonie van Miert van de overgebleven Abraham Crijnssen heeft zijn zaken voor een vlucht als beste voor elkaar. Hij laat zijn schip anders dan de andere mijnenjagers minutieus camoufleren. Schilders geven het in allerijl de kleuren van tropische bomen en struiken en erna worden over de volle lengte takken op de mijnenjager aangebracht. Wie niet beter weet, ziet van een afstand een drijvend tropisch eiland waarbij de mast op een weelderige woudreus lijkt. Een eiland dat met twintig kilometer per uur onderweg is naar een veilige haven.

De Abraham Crijnssen stoomt 6 maart in de bescherming van het duister de haven uit. Tijdens de dagen die volgen, vaart de mijnenveger alleen in het donker. Overdag laat Van Miert de bemanning de camouflage vervangen zodat deze maximaal effect houdt. De Crijnssen hopt van eiland naar eiland zonder te worden gespot. Op 11 maart begint de mijnenveger aan de grote oversteek van de Indische Oceaan naar Australië.

Het continent komt 13 maart in zicht. Onderweg gooit de bemanning de camouflage overboord omdat deze midden op zee alleen nog ballast is. Op 15 maart meert de mijnenjager aan in Geraldton waar de vermoeide zeelui op krachten kunnen komen. Het schip heeft tegenwoordig een ereplek in het Marinemuseum in Den Helder.

Bij zijn honderdste verjaardag keek Fulco Bouwmeester met het marineblad Alle Hens terug op de reis die marinegeschiedenis zou worden. ,,Of ik de overtocht spannend vond? In mijn herinnering viel dat wel mee. Je was jong en daar piekerde je niet zo over”, vertelde Bouwmeester. ,,Eigenlijk was vooral het vertrek spannend, daarna werd het snel minder. Ik herinner me vooral dat ik in de machinekamer mijn werk deed. Later werd je bijgepraat door de mensen boven. Na negen dagen was het: land in zicht. Hiep-hiep-hoera! Natuurlijk was ik opgelucht.”

Lees verder…

Waar blijven de excuses van regering Indonesië?

Waar blijven de excuses van regering Indonesië?
De Telegraaf 22 augustus 2019
10897411098?profile=original

Lees verder…
Onvrede over de toespraak van burgemeester Sjoerd Potters.
Onvrede over de toespraak van burgemeester Sjoerd Potters. © Angeliek de Jonge

Burgemeester Potters betuigt spijt dat hij plank missloeg bij Indië-herdenking in De Bilt

Burgemeester Sjoerd Potters van De Bilt wil alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat de Indische gemeenschap zich volgend jaar bij de 75ste Indië-herdenking gehoord voelt.




Hij zegt dat na een gesprek dat hij vandaag had met enkele aanwezigen die na de 74ste herdenking vorige week op hem afstapten omdat zij het verhaal van hun ouders niet terug hoorden in de woorden van de burgemeester. Ze vonden zijn speech te algemeen en oppervlakkig. ,,De burgemeester haalde alle oorlogen er bij, van China tot aan De Bilt, maar negeerde het leed dat mensen in Nederlands-Indië is overkomen”, zei Buddy Grondhuis.

Lees ook


Potters zei toen meteen al dat hij de commotie betreurde en graag met de criticasters in gesprek wilde gaan. Dat gebeurde vandaag. Ook sprak hij met een afvaardiging van de Federatie Indische Nederlanders (FIN) die eveneens opheldering vroeg over de inhoud van Potters‘ speech.

Het spijt mij dat ik er niet in geslaagd ben bij iedereen de juiste snaar te raken.

Sjoerd Potters, Burgemeester De Bilt

Nu laat Potters in een verklaring weten: ,, Zojuist heb ik een waardevol en goed gesprek gehad met een aantal mensen die de herdenking van de Japanse capitulatie afgelopen donderdag 15 augustus in Bilthoven hebben bijgewoond. In het gesprek is ruimte geweest voor een ieder om zich uit te spreken en de gevoelens onder woorden te brengen.

,,Ik besef dat het lijden door velen nog steeds wordt gedragen, maar dat het nooit kan worden weggenomen. In het gesprek heb ik uitgesproken dat het mij raakt dat er mensen teleurgesteld zijn over de toespraak. Het spijt mij dat ik er niet in geslaagd ben bij iedereen de juiste snaar te raken.”

Aansluiting 

Volgend jaar is het 75 jaar geleden dat Japan heeft gecapituleerd. ,,Wij zullen dan opnieuw stilstaan bij de bezetting van Nederlands-Indië, waaronder zo velen hebben geleden. Ik heb met de aanwezigen afgesproken om in de voorbereiding samen met het comité er voor te zorgen, dat de Indische geschiedenis evenwichtig aan bod komt. Het is belangrijk dat iedereen aansluiting kan hebben bij de herdenking.”

✉ Elke ochtend up-to-date met het laatste nieuws uit Utrecht & omstreken? 

Lees verder…

‘Racistische’ arrestaties in Indonesië wakkeren protesten van onderdrukte Papoea’s aan

In de Indonesische autonome regio Papoea zijn maandag protesten opgelaaid tegen de vermeend racistische behandeling van Papoea’s in Indonesië. 

763?appId=93a17a8fd81db0de025c8abd1cca1279&quality=0.8
Duizenden mensen demonstreerden maandag in Jayapura tegen de arrestatie van Papoea-studenten in Surabaya. Beeld EPA

Demonstranten legden de stad Manokwari plat en staken het provinciale parlement in brand. Aanleiding was de arrestatie van 43 Papoease studenten in Soerabaja, die door politie voor ‘apen’ en ‘honden’ zouden zijn uitgemaakt.

De West-Papoease provinciehoofdstad Manokwari lag maandagochtend tijdelijk plat, nadat demonstranten het parlementsgebouw in brand hadden gestoken. Uit televisiebeelden blijkt dat de vernielingen werden aangericht door een groep van ongeveer honderdvijftig mensen die door de straten marcheerden. Behalve de brand in het parlementsgebouw versperden de demonstranten de straten met brandende autobanden en boomtakken. 

De betogers in Manokwari stonden niet alleen. Delen van het vliegveld van Sorong, een stad in het uiterste westen van Papoea, werden kort en klein hadden geslagen. Ook was er maandag in Jayapura, de hoofdstad van de aangrenzende provincie Papoea, een geweldloos protest waar duizenden mensen meeliepen. 

De protesten laaiden op nadat de Indonesische politie zaterdag op de nationale Onafhankelijkheidsdag 43 Papoease studenten had gearresteerd. De Papoea’s zouden in Soerabaja, hoofdstad van Oost-Java, een vlaggenmast met de Indonesische vlag hebben verbogen. Ze moesten vervolgens bescherming zoeken in hun slaapzaal toen boze burgers hen met stenen bekogelden, meldt de Indonesische krant The Jakarta Post. Volgens de politie werden de studenten enkele uren na hun arrestatie weer vrijgelaten bij gebrek aan bewijs.

De gouverneur van Papoea, Lukas Enembe, zei tegen televisiezender TVone dat de inwoners van Papoea de straat op zijn gegaan, omdat bij de arrestaties ‘extreem racistische woorden zijn gebruikt door omstanders, politie en militairen’.  De boosheid ontstond met name nadat de Papoea's een amateurfilmpje zagen, waarin te horen is dat de politie de studenten tijdens de arrestatie uitmaakte voor ‘apen’ en ‘honden’. 

763?appId=93a17a8fd81db0de025c8abd1cca1279&quality=0.8
Rellen tegen vermeend Indonesisch racisme legden maandag de stad Manokwari in West-Papoea plat. Beeld AFP

Achtergesteld

De provincies Papoea en West-Papoea vormen samen het Indonesische deel van het eiland Nieuw-Guinea. Het gebied in het uiterste oosten van Indonesië is bedekt met bergen en tropisch regenwoud. Voor Indonesië is Papoea vooral belangrijk omdat het rijk is aan grondstoffen. De inwoners van Papoea voelen zich al decennia achtergesteld door de Indonesische overheid en voeren een harde onafhankelijkheidsstrijd. 

De Indonesische president Joko Widodo probeerde afgelopen jaren de spanningen weg te nemen door de Trans Papoea-snelweg aan te leggen, die de welvaart van de eilandbewoners moest bevorderen. De president vroeg maandag om vergeving aan de ‘broeders en zusters in Papoea en West-Papoea’. ‘Jullie moeten geloven dat de overheid garant staat voor jullie eer en welvaart’, zei Widodo tijdens een persbijeenkomst.

Er is veel kritiek op de manier waarop Indonesië Papoea bestuurt. Zo stuurden acht Britse parlementariërs 22 juli nog een alarmerende brief naar hun minister van Buitenlandse Zaken Jeremy Hunt. Volgens de parlementariërs is het voor de pers, ngo’s en humanitaire organisaties onmogelijk toegang te krijgen tot West-Papoea. Ook op het Pacific Islands Forum, dat afgelopen week bij elkaar kwam op Tuvalu, waren de mensenrechtenschendingen op Papoea onderwerp van gesprek. Indonesië maakte bezwaar tegen de beschuldigingen. 

Papoea was tot 1962 een Nederlandse kolonie. De Papoea's wilden onafhankelijkheid, maar Indonesië eiste het gebied op omdat het meende recht te hebben op heel voormalig Nederlands-Indië. De Verenigde Naties en de Verenigde Staten steunden die claim omdat zij Indonesië nodig hadden in de strijd tegen het oprukkende communisme in Zuid-Oost Azië. Na een omstreden referendum, waarbij nauwelijks meer dan duizend Papoea's voorstemden, werd het gebied in 1969 ingelijfd door Indonesië. Papoea bezit nu een speciale autonome status.

MEER LEZEN OVER PAPOEA:

De Nederlandse politie pakte in 2014 tijdens Nationale Veteranendag de 25-jarige Iskandar Bwefa op nadat hij had gezwaaid met de vlag van Westelijk Nieuw-Guinea. Sinds het gebied in 1962 in Indonesische handen kwam, is de vlag, Morgenster, voor veel veteranen – zeker voor de honderden Papoea’s die aan Nederlandse kant vochten – een symbool geworden tegen de Indonesische overheersing. Voor Indonesië ligt dat anders.

De toenmalige Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono nodigde in 2009 de voormalige Papoealeider Nicolaas Jouwe uit om terug te keren naar Indonesië. Op 85-jarige leeftijd reisde (de inmiddels overleden) Jouwe na 47 jaar ballingschap in Nederland terug naar zijn geboorteland, strijdbaar als altijd.

Lees verder…

Het verraad van Lombok

Het verraad van Lombok10897421053?profile=original

Expeditie tegen Balinezen

’Verraad!’ Groot was de verontwaardiging in Nederlands-Indië en Nederland over het bloedbad dat Balinese krijgers op 25 augustus 1894 aanrichtten in het bivak van Nederlands-Indische troepen bij de stad Tjakranegara op Lombok. 98 militairen vonden de dood.

’Een lafhartige overval”, klonk het 125 jaar geleden in de doorgaans nuchtere publieke opinie. Er waren immers vredesonderhandelingen bezig met de Balinese kroonprins Anak Agung Ketut. Het militaire conflict ging over de onderdrukking door de hindoeïstische Balinezen van de islamitische Sasaks op Lombok. Voor het gouvernement in Batavia was dit hét bewijs dat het Balinese vorstenhuis te machtig werd.

De moordpartij was georganiseerd door enkele Balinese punggawa’s. Deze regionale leiders waren ontevreden over de resultaten van de besprekingen, die de onafhankelijkheid van de Balinese enclaves op Lombok in gevaar brachten. Buiten medeweten van de kroonprins en zijn vader, de radja van Lombok, lieten zij ’s nachts de Nederlanders overvallen. Laf, maar de commandant, generaal-majoor J.A. Vetter, had wel waakzamer moet zijn, zo luidde de kritiek.

Tot de slachtoffers behoorde de plaatsvervangend commandant, generaal-majoor P.P.H van Ham, die ook meedeed aan de onderhandelingen. „Dit kunnen we niet accepteren”, klonk het in Batavia. Gouverneur-generaal jhr. Aart van der Wijck stuurde als versterking nog eens 1000 militairen, die Lombok dorp voor dorp begonnen te veroveren. Mataram werd compleet verwoest en toen de troepen de poeri, de nederzetting met het paleis van de kroonprins, naderden, pleegden zijn familieleden, zijn volgelingen en hij met krissen ritueel zelfmoord.

„Ik stuur je 1200 extra militairen”, riep de gouverneur-generaal nadat commandant Vetter had geklaagd dat hij niet genoeg troepen had voor een aanval op Tjakranegara, waar de oude radja zich in zijn paleis had verschanst.

Onder de militairen die meededen aan de aanval op de poeri was de 25-jarige officier Hendrik Colijn, die later minister en premier van vijf kabinetten zou worden. Uit een na zijn dood door historicus Herman Langeveld ontdekte brief aan zijn vrouw blijkt hoe wreed het eraan toeging bij de gevechten. Hieraan deden, naar Balinees gebruik, ook de vrouwen mee, soms met hun kind op de arm:

„Ik heb er een gezien die, met een kind van ongeveer 1/2 jaar op den linkerarm, en een lange lans in de rechterhand op ons aanstormde. Een kogel van ons doodde moeder en kind. We mochten toen geen genade meer geven. Ik heb 9 vrouwen en 3 kinderen, die genade vroegen, op een hoop moeten zetten, en zoo dood laten schieten. Het was onaangenaam werk, maar ’t kon niet anders. De soldaten regen ze met genot aan hun bajonetten. ’t Was een verschrikkelijk werk. Ik zal er maar over eindigen.” Colijn kreeg in 1895 de Militaire Willemsorde voor zijn optreden dat pas 100 jaar later op kritiek stuitte.

Na de inname van Tjakranegara, die 2000 Balinezen en 50 militairen van het Nederlands-Indische leger het leven kostte, werd de radja gevangen genomen en verbannen naar Batavia, waar hij een jaar later overleed. Zijn familieleden pleegden zelfmoord. Met de macht van de Balinese radja over Lombok was het daarna afgelopen. Het eiland werd onder direct gezag van het Nederlands-Indisch gouvernement geplaatst.

De expeditie naar Lombok leverde Nederland behalve macht ook lucratieve zaken op. Zo legaliseerde Den Haag opium, die tot dan toe op het eilaand verboden was, en stond de invoer toe. Hierdoor werd het verdovende middel voor ons land de belangrijkste inkomstenbron uit het eiland. Maar nog mooier was de ’Lombokschat, die soldaten buit maakten. Veel is in 1977 teruggeven maar het pronkstuk, de 75 karaats ’Lombokdiamant’, is nog steeds te bewonderen in Leiden.

Gaat u maar rustig slapen’
10897421076?profile=original

Hendrik Colijn ontbrak tijdens de overval op het bivak. Hij kwam pas later naar Lombok. Anders was hij wellicht ook afgeslacht, zoals generaal P.P.H van Ham, tweede van links op de groepsfoto tussen kroonprins Anak Agung Ketut en zijn commandant, P.A. Vetter. Colijn schopte het tot adjudant van (gouverneur)generaal Jo van Heutz, Kamerlid, oliebaron, minister en premier. Hij kreeg kritiek op zijn crisisbeleid en zijn oproep ‘Gaat u maar rustig slapen’ nadat Hitler in 1936 het Rijnland had bezet.

Bronvermelding Teelgraaf 20/8/19

Lees verder…

PERSBERICHT Den Haag, 17 augustus 2019

10897415491?profile=original

PERSBERICHT  Den Haag, 17 augustus 2019


Waar blijven excuses van Indonesië?


DEN HAAG (17 augustus 2018) – 74 jaar geleden werd de Republiek Indonesië uitgeroepen. Vanaf dat moment waren Nederlanders, Chinezen en andere etnische minderheden vogelvrij op het voorheen Nederlands overzeese grondgebied. Het weerzinwekkende geweld, gepleegd door Indonesische nationalisten tijdens de Bersiap, maakte duizenden slachtoffers en leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.


In tegenstelling tot Nederland heeft Indonesië nooit kritisch gereflecteerd op de door haar onderdanen gepleegde misdaden jegens weerloze Nederlandse burgers. In aanloop naar '75
jaar vrijheid' is het hoog tijd dat dit alsnog gebeurt. Voorzitter Hans Moll heeft de Indonesische ambassadeur in Nederland daarom opgeroepen om namens Indonesië alsnog erkenning en excuses aan te bieden aan Nederland.

========================

1 De Bersiap is Maleis voor “Wees paraat” of “Geef acht!” en was de uiterst gewelddadige periode, die
volgde op de Japanse bezetting van Nederlands-Indië tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gedurende de Bersiap
zijn tienduizenden Nederlanders op gruwelijke wijze gemarteld, verkracht en vermoord door Indonesiërs,
vanwege hun Nederlandse c.q. Europese etniciteit. Meer informatie bijvoorbeeld in het Algemeen Dagblad,
'Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide', gepubliceerd op 18 november 2013.
2 Zie voor de brief aan de Indonesische ambassadeur in Nederland pagina 2 en 3 van dit persbericht

10897415491?profile=original

Federatie Indische Nederlanders
Postbus 30
2501 CA DEN HAAG


Ambassade van de Republiek Indonesië
t.a.v. Zijne Excellentie dhr. G.A.W. Puja
Tobias Asserlaan 8
2517KC 's-Gravenhage


                                                                                                       PER E-MAIL EN AANGETEKENDE POST

Den Haag, 17 augustus 2019
Onderwerp: Erkenning & excuses Bersiap
Excellentie/Hooggeachte heer Puja,


Vandaag is een belangrijke dag. Op 17 augustus 1945 riepen Soekarno en Hatta de
Republiek Indonesië uit. Vanaf dat moment waren (Indische) Nederlanders, Chinezen en
andere etnische minderheden in de nieuwe republiek vogelvrij. Als reactie stuurde
Nederland militairen om de “orde en rust” te herstellen. Helaas ontaarde het Nederlandse
optreden soms ook in excessen.


Namens de Nederlandse regering heeft de Nederlandse ambassadeur in Indonesië op 12
september 2013 excuses aangeboden voor de standrechtelijke executies die zijn gepleegd
door Nederlandse militairen tijdens het militair optreden in de periode 1945-1949. Tijdens
een bezoek aan Indonesië op 15 augustus 2005 voegde toenmalig minister van Buitenlandse
Zaken Ben Bot daar aan toe dat Nederland “aan de verkeerde kant van de geschiedenis”
stond met zijn pogingen om de onafhankelijkheid van Indonesië met geweld te voorkomen.

Nu zijn de verkeerde of de goede kant van de geschiedenis altijd betwistbare standpunten,
maar de Nederlandse regering heeft wel hiermee haar deemoedigheid betoond. De
standrechtelijke executies zijn niet in opdracht van de Nederlandse regering uitgevoerd,
maar zijn wel door militairen die de Nederlandse regering dienden verricht. De Nederlandse
regering is dus niet schuldig aan deze executies, maar is wel verantwoordelijk voor de
daden van haar militairen. Het aanbieden van excuses door de Nederlandse regering is een
kenmerk dat een beschaafde regering betaamt.

Wij willen hier niet ingaan op de standrechtelijke executies van Indonesische burgers door
Pemuda’s en militairen van de TNI. Dat is een zaak van de Indonesische regering. Het
aanbieden van excuses voor standrechtelijke executies door Nederlandse militairen in de
periode 1945-1949 mag echter niet verhullen dat in de periode 1945-1946, ook wel bekend
als de Bersiap, Indonesische “vrijheidsstrijders” zich op de meest afschuwelijke wijze op

(Indische) Nederlanders - zowel zij die net uit de jappenkampen kwamen als de
Buitenkampers - hebben uitgeleefd. Op borden, gevels en treinstellen waren teksten als
“Sateh Belanda” opgenomen. Pemuda’s overvielen, hoofdzakelijk gewapend met machetes
en bamboesperen, Nederlandse gezinnen, die vooral uit vrouwen en kinderen bestonden,
omdat hun mannen dikwijls nog in jappenkampen verbleven.

Vrouwen werden verkracht, de borsten afgesneden en ten overstaan van hun
doodbloedende moeders werden huilende baby’s en kinderen de hals doorgesneden.
Lichamen werden in stukken gehakt. Deze slachtpartijen, met name op diverse plaatsen op
Java, Sumatra en Zuid Sulawesi, waren geen reactie op Nederlands militair optreden. Van
enige operationele Nederlandse militaire aanwezigheid was daar in die periode immers
geen sprake. Desalniettemin hebben de Pemuda’s naar schatting tussen de 15.000 en 30.000
weerloze Nederlandse staatsburgers vermoord. Het aantal vermisten bedraagt circa 15.000.

Het past de Indonesische regering beschaving te tonen door voor de gepleegde misdaden
van haar onderdanen jegens weerloze Nederlandse burgers de Nederlandse regering haar
excuses aan te bieden. Als voorzitter van de Federatie Indische Nederlanders verzoek ik u
daarom ook dat nu te doen.

Hoogachtend,
namens Federatie Indische Nederlanders
H. Moll
voorzitter

Lees verder…

Federatie Indo heeft een link gedeeld.

10897410658?profile=original
Federatie Indo heeft een link gedeeld.

Waar blijven excuses van Indonesië?

DEN HAAG (17 augustus 2018) – 74 jaar geleden werd de Republiek Indonesië uitgeroepen. Vanaf dat moment waren Nederlanders, Chinezen en andere etnische minderheden vogelvrij op het voorheen Nederlands overzeese grondgebied. Het weerzinwekkende geweld, gepleegd door Indonesische nationalisten tijdens de Bersiap, maakte duizenden slachtoffers en leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.

In tegenstelling tot Nederland heeft Indonesië nooit kritisch gereflecteerd op de door haar onderdanen gepleegde misdaden jegens weerloze Nederlandse burgers. In aanloop naar '75 jaar vrijheid' is het hoog tijd dat dit alsnog gebeurt. Voorzitter Hans Moll heeft de Indonesische ambassadeur in Nederland daarom opgeroepen om namens Indonesië alsnog erkenning en excuses aan te bieden aan Nederland.

Federatie Indo heeft een link gedeeld.

FIN eist opheldering over Indiëherdenking De Bilt

DEN HAAG (17 augustus 2019) – Voor de tweede keer op rij liet burgemeester Sjoerd Potters (VVD) tijdens de Indiëherdenking in De Bilt het leed van Indisch Nederland grotendeels onbenoemd. Het leidde direct tot de nodige beroering bij een deel van de aanwezigen. Federatie Indische Nederlanders (FIN) eist nu opheldering over de speech die Potters hield.

Na afloop van de plechtigheden in De Bilt ontstond er een felle discussie tussen de burgemeester en toehoorders die verhaal kwamen halen. Potters wist tijdens de herdenking opnieuw het leed van Indisch Nederland grotendeels onbenoemd te laten. Dat was niet voor het eerst. Ook vorig jaar leidde zijn toespraak tot consternatie. Potters stelde toen dat gedurende de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië 6.000 Nederlandse doden zouden zijn gevallen. In werkelijkheid zijn dat er circa 20.000.

Vermoedelijk was Potters toen in de war met de 6.200 Nederlandse soldaten die sneuvelden tussen 1945-1950. Schattingen van het aantal Nederlandse burgerdoden in dezelfde periode variëren overigens tussen 15.000 en 30.000. Het is bijzonder dat de burgervader bij zo’n gevoelig moment als de Indiëherdenking twee jaar op rij zo weinig betrokken lijkt bij de oorlogsslachtoffers en hun nabestaanden. FIN heeft de burgemeester en gemeenteraad van de Bilt daarom officieel om opheldering verzocht.

Op 15 augustus herdenkt Nederland de capitulatie van Japan en het einde van de Tweede Wereldoorlog. Voor veel Nederlanders en andere etnische minderheden betekende dit geen einde aan oorlog. Gedurende de daaropvolgende Bersiap werden duizenden (Indische) Nederlanders door Indonesiërs op gruwelijke wijze afgeslacht, omdat zij Nederlanders waren. Het weerzinwekkende geweld leidde tot gedwongen repatriëring en wereldwijde diaspora van Indisch Nederland.

Lees verder…

’Nederland kijkt weg van situatie Papoea’s’

’Nederland kijkt weg van situatie Papoea’s’

10897410057?profile=original

Deze maand vijftig jaar geleden mocht het vroegere Nederlandse gebiedsdeel Papoea kiezen of het onafhankelijk van Indonesië verder wilde gaan. Maar Papoea had niets te kiezen en gaat sindsdien gebukt onder het Indonesische juk, stelt Nieuw Guinea-veteraan René Hoksbergen. „Schrijnend hoe Nederland hiermee omgaat.”

Papoea-kinderen op een tijdelijke opvangplek in Wamena, eerder dit jaar. Honderden mensen zijn op de vlucht vanwege het geweld in Papoea.

„Onder druk van de Verenigde Staten en de Verenigde Naties droeg ons land het toenmalige Nederlands-Nieuw-Guinea in 1962 over aan Indonesië. Daarbij werd afgesproken dat de Papoea’s in 1969 nog zelf konden kiezen of zij wel of niet onafhankelijk verder zouden gaan. Dat dit een farce zou worden wist iedereen wel, want die zogenaamde vrije keuze zou worden gedaan onder leiding van de Indonesiërs, die er alle belang bij hadden dit land te bezitten. Nederland stopte tot 1962 honderden miljoenen in het land; Indonesië profiteert alleen maar van zijn ’kolonie’ Papoea. De Grasberg in het Berggebied is de grootste goudmijn en de op twee na de grootste kopermijn ter wereld. Enkele belangrijke houtsoorten worden intensief geëxporteerd.

Rene Hoksbergen: ,,De economische relatie met Indonesië is belangrijker dan de rechten van het Papoea-volk.”

Uit angst dat Indonesië zou afglijden naar het communisme - het was de tijd van de koude oorlog - werden belangen en wensen van Papoea’s in 1962 volkomen genegeerd. De overgrote meerderheid wilde namelijk helemaal niet onder Indonesisch bestuur komen, wat zij bij de Soevereiniteitsoverdracht van Indonesië eind 1949 al duidelijk hadden laten horen. Niet voor niets werd Nieuw-Guinea toen niet aan Indonesië overgedragen.

Maar de 1025 Papoea-kiesmannen die door de Indonesische leiders werden uitgekozen, kozen in 1969 allemaal voor aansluiting bij Indonesië. Kozen zij? Ze stonden onder zware druk om hun jawoord te geven, anders konden zij en hun familie het verder wel vergeten. Ze werden regelrecht bedreigd.

Nederland had erop kunnen toezien dat de Papoea’s vrij konden kiezen voor hun toekomst, maar besloot in 1962 uit de South Pacific Commission te stappen. Deze internationale commissie was bedoeld om de belangen van volkeren in de Stille Oceaan te behartigen.

De Papoea’s hebben zich tot heden in woord en daad verzet tegen de overheersing door Indonesië. Naar schatting kostte dit al meer dan 100.000 Papoea’s het leven. Martelingen, standrechtelijke executies, bombardementen op kampongs in de bergen en elders zijn aan de orde van de dag. Dit jaar zijn alweer 180 burgers omgekomen volgens een coalitie van burgerorganisaties in Papoea.

Het land is voor Indonesië een goudmijn, maar niet voor de Papoea’s zelf. Zij mogen hooguit klagen over de vervuiling van hun leefgebied en de ontbossing van het regenwoud. Tientallen Nederlandse organisaties, met aansprekende namen als Papua Erfgoed, Duurzame Samenleving Papua Barat (West-Papoea) en Hati Bersatu – samen uit één hart - proberen de Papoea’s zo goed mogelijk te steunen. Regelmatig worden noodkreten over het leven van de Papoea’s naar de Tweede Kamer gestuurd. Er verandert weinig.

Rond 2000 was er even een periode van enige ontspanning. De Morgenster - naam van de Papoeavlag - mocht zelfs even worden gehesen. Het leger greep echter al spoedig weer in, want dit heeft van oudsher de macht in Indonesië, ook in Papoea. Journalisten worden niet toegelaten, mensenrechten worden genegeerd en de grove vernieling van het milieu gaat gewoon verder. De Papoea’s blijven het tweederangs volk met een grote achterstand in ontwikkeling. Precieze cijfers over geboorte en sterfte worden niet bekend gemaakt.

De Nederlandse regering kijkt zwijgend toe; de economische relatie met Indonesië is belangrijker dan de rechten van het Papoeavolk.”

10897410289?profile=original

René Hoksbergen is Nieuw Guinea-veteraan en emeritus hoogleraar

Bron Telegraaf van 15 /8-2019

Lees verder…

Indonesisch aanschuiven

Indonesisch aanschuiven
10897420855?profile=original

DEN HAAG De drukbezochte nationale herdenking van de Japanse capitulatie en daarmee het einde van de Tweede Wereldoorlog in het hele koninkrijk is elk jaar een indrukwekkende gebeurtenis. De plechtigheid bij het Indisch Monument in Den Haag wordt altijd rechtstreeks uitgezonden, maar minder bekend is het programma in de middag. Dan gaan honderden mensen met Indische wortels tafelen en herleven oude tijden.

De geur van gado-gado en saté is onvermijdelijk bij het betreden van de keukentent op de parkeerplaats van het hotel waar het middagprogramma is. Aan lange tafels praat iedereen met elkaar. Indische saamhorigheid.

„Schuif aan! Wilt u een satéstokje?”, vraagt Kitty Kommer. „Indische mensen hebben het altijd over eten. We eten het liefst de hele dag.”

De 77-jarige Haagse legt uit dat het tafelen een essentieel onderdeel is van de herdenking. Als haar gezondheid het toelaat, is ze er elk jaar bij. „Wie aansluiting wil hebben, schuift gewoon aan. Dat gaat heel makkelijk”, legt de op Celebes geboren dame uit. „We zijn echt samen aan het eten.”

Emotioneel

Zelf heeft ze aansluiting gevonden bij de 63-jarige Virginia. Ze is voor het eerst bij de herdenking in de hofstad. „Het was heel emotioneel. Normaal kijk ik het thuis, maar dit is toch wel anders”, zegt ze plechtig. „We hebben hier allemaal dezelfde gevoelens en gedachten.”

Virginia is in Nederland geboren, haar ouders komen uit Nederlands-Indië. „Bij ons thuis was er complete stilte over de oorlog”, zegt de Haarlemse tijdens het eten. „Mijn zoon Justin, de derde generatie, heeft mij aangestoken. Hij vroeg zich af: wie ben ik eigenlijk?”

Vijftien jaar lang heeft Virginia de verhalen van haar ouders proberen te ontrafelen. Zo kwam ze er bijvoorbeeld achter dat haar vader op 18-jarige leeftijd vrijwillig bij de KNIL ging.

Kamp

Kitty groeide op in een kamp en herinnert zich Indië nog goed. De toespraak van dichter en schrijfster Ellen Deckwitz tijdens de nationale herdenking bracht haar bijna in tranen: „Ik heb nog altijd heimwee. Het was allemaal zo herkenbaar. De oorlog was verdrietig, maar soms weer vrolijk. We dansten en zongen om de ellende te vergeten. De toespraak haalde heel veel dingen naar boven. ”

Lees verder…

Onze Rudy, schrijver van 7 boeken, brengt het boek IndoRock uit.

.

10897412482?profile=original10897412698?profile=original

Lang hebben wij lopen denken hoe kunnen wij dit regiseren! Toen werd het idee geboren, wij proberen op die dag The Story of The IndoRock te doen herbeleven.Dus met muziekstromingen Indo Rock, Country .......... Beteken o.a. dat The Tielman Brothers moeten worden geimmiteerd met al hun acties op het podium; dus drumstel in de lucht, springen, liggend op het podium, ook op de tafels van het publiek ............ Dus er moeten ook acts worden uitgevoerd. Ook het publiek moet zijn/haar partner de lucht in gooien, en niet vergeten weer op te vangen

De muzikale reis begint dus van de begin jaren 50 /60 en eindigt nu anno 2019 met sound " New Generation Indo Rock".

Het boek wordt op deze avond overhandigd aan personen die grote bijdrage hebben geleverd wat deze muziekstroming betreft onder het publiek blijven levend werd gehouden. De DVD registratie wordt door ICM Video Productions geregistreerd en geproduceerd. Met dank aan onze partners die aan deze registratie gaan meewerken, en sponsors. Naar verwachting komt de DVd - registratie begin februari 2020 beschikbaar. Thans is niet bekend of het boek te samen met DVD - registratie ter beschikking komt.

Dvd zal via ICM kanalen, pasar malams en overige ICM partners beschikbaar komen en wellicht misschien ook via onze partner Sam Sam Music platen Maatschappij die groot breed netwerk heeft.

Ter promotie staat ICM stands op de pasar malams Assen en Den Bosch van Pasar Malam Istimewa in het teken van dit uniek evenement, dus is ICM stand omarmt met banners, flyers en inschrijvingen van IndoRock Party.

Op de Pasar Malam Rijswijk wordt concept - boek gepresenteerd als aankondiging. Mensen kunnen reserveren bij ICM stand de inschrijfformulieren staan klaar. Zet in de agenda 14 december dan gaat het gebeuren de historie/geschiedenis van The IndoRock

Lees verder…

10897416900?profile=original

’Kampoverlevers vertelden échte verhaal niet’, bevrijding van Nederlands-Indië bracht geen vrede, maar de uiterst gewelddadige Bersiap-periode, de zogenaamde politionel e acties.

Meerdere generaties in ons land zijn opgegroeid in vrede, maar de verhalen van ouders, grootouders of zelfs overgrootouders leven voort. Drie generaties van de familie Klemann, onder wie de bekende zussen Suzanne en Monique van de popgroep Loïs Lane, leggen donderdag vanuit die gedachte samen een krans bij het Indisch Monument in Den Haag.

Monique en Hedwig Klemann.

De tijd tikt door. Hoewel de donkerste periode uit onze geschiedenis steeds verder achter ons ligt, lijkt de belangstelling voor de herdenking van alle slachtoffers van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië elk jaar groter te worden. Iedereen heeft wel een persoonlijk verhaal over de Tweede Wereldoorlog of de capitulatie die geen vrede bracht.

Het verhaal van de 83-jarige Hedwig Klemann-Bekker, geboren op Surabaya, gaat bijvoorbeeld deels over haar vader. Ze moest gedwongen afscheid van hem nemen tijdens de oorlog. De militair werd als krijgsgevangene ingezet voor de aanleg van de Birma Spoorlijn, waar door erbarmelijke omstandigheden gemiddeld 75 arbeiders per dag stierven. Het vaderloos Indische gezin bleef buiten de beruchte Jappenkampen achter in angst en armoede.

Bloedige strijd

De bevrijding van Nederlands-Indië bracht geen vrede, maar de uiterst gewelddadige Bersiap-periode. De bloedige strijd naar onafhankelijkheid. Oom Lex verbleef vanaf oktober 1945 maandenlang onder verschrikkelijke omstandigheden in de Werfstraat-gevangenis. Zijn zoon neemt deel aan de plechtigheid.

Alleen de muzikale zussen Suzanne en Monique Klemann groeien op in vrede, waar ze nu vele jaren later steeds meer zicht krijgen op hun familiegeschiedenis in oorlogstijd. Met z’n vieren leggen ze donderdag de drie-generatieskrans bij de officiële herdenking van 15 augustus 1945, het moment van het officiële einde van de Tweede Wereldoorlog binnen het Koninkrijk der Nederlanden.

„Naarmate ik zelf ouder begin te worden, dringt het tot mij door wat ze hebben meegemaakt”, zegt Monique. „Er werd thuis bijna niet over gesproken. Het bleef een beetje bij verhalen zoals bij zo veel Nederlandse gezinnen. Bijvoorbeeld over dat er geen eten was. Maar niet de échte verhalen zoals in het boek De tolk van Java. Toen ik dat las, zag ik het: dit heeft mijn familie allemaal meegemaakt.”

De bekende zangeres noemt het ’typisch Indisch’ dat er niet zo veel wordt gesproken over het heftige oorlogsverleden. „Maar zoals dat gaat bij oma’s: die vertellen graag! Mijn dochter is heel erg geïnteresseerd en krijgt soms meer verhalen te horen dan wij als kind hebben meegekregen.”

Astma

Monique hoorde veel minder van haar opa. Over zijn verschrikkelijke ervaringen als dwangarbeider sprak hij niet. „Bij zijn overlijden was ik tien jaar. Hij had zware astma en hartproblemen overgehouden aan die periode, maar voor mij was het altijd een vrolijke, leuke man.”

Vorig jaar nam Monique haar moeder voor het eerst mee naar de indrukwekkende plechtigheid. „Het deed echt iets meer haar. Het is aan de ene kant een zoete herinnering en aan de andere kant bitter en verdrietig”, schetst Monique deze emotionele ervaring. „Er heerst een saamhorigheidsgevoel. Je knikt een beetje naar andere aanwezigen: het is mooi.”

"Als vee werden we vooruit gedreven."

Voor moeder Hedwig Klemann zijn de herinneringen aan de oorlog en de daaropvolgende periode nog altijd springlevend. „Ik voel nog de brandende huizen waar wij langs moesten lopen om te vluchten. Als vee werden we vooruit gedreven. Ik voel het nog, het was loeiheet”, zegt ze in een eerder gehouden interview ter gelegenheid van de nationale herdenking.

Pas in de jaren tachtig, op aandringen van haar man en ter gelegenheid van hun zilveren huwelijk, ging mevrouw Klemann terug naar Indonesië. „Ik stapte uit het vliegtuig en rook de grond. De geur van de aarde bracht mij weer terug”, zegt ze vol liefde. „Het was geweldig, ik zag de schoonheid van het land.” Voor haar is ’Indië’ donderdag dichter bij huis. Samen met neef Lex en dochters Suzanne en Monique staat de tijd even stil.

Lees verder…

Herdenking Indië: brandend vredesverlangen

10897420500?profile=original

DEN HAAG - 'Brandend verlangen' is donderdag het thema van de nationale herdenking van alle slachtoffers van de Japanse bezetting van voormalig Nederlands-Indië.

Archieffoto herdenking bij het Nationaal Indie-monument in Roermond

Want terwijl op 15 augustus 1944 voor delen van Nederland de bevrijding voor de deur stond, was die in Nederlands-Indië nog ver weg. Het zou nog precies een jaar duren voordat het in het hele Koninkrijk der Nederlanden vrede was.

"De ellende nam 74 jaar geleden alleen maar toe, zowel binnen als buiten de kampen. Het verlangen naar vrede en veiligheid werd steeds vuriger", aldus de Stichting Nationale Herdenking 15 Augustus 1945. "Het was een eindeloze ellende. Die periode moet uitzichtloos zijn geweest", zegt stichtingsvoorzitter Erry Stoové.

Bij het Indisch Monument in Den Haag hebben jongere generaties ditmaal een hoofdrol. Dichter en schrijver Ellen Deckwitz (37) spreekt over de rol die het kampverleden speelde in het leven van haar moeder en grootmoeder. De Haagse scholier Jésaja Gunawan (18) vertelt over zijn familiegeschiedenis.

Na de kransleggingen bij het monument is er een defilé en aansluitend een programma voor oud-Indische gasten. De NOS zendt de herdenking rechtstreeks uit op NPO 1 vanaf 12.15 uur.

Lees verder…
?appId=21791a8992982cd8da851550a453bd7f&quality=0.9
PREMIUM
© Johan Nebbeling

Indische cultuur sterft langzaam uit: ‘Ik voel me een beetje een stiekeme Indo’

Zeventig jaar nadat Nederlands-Indië verderging als onafhankelijk Indonesië, staat de Indische cultuur in Nederland op het punt van verdwijnen. Journalist Johan Nebbeling trouwde 33 jaar geleden in een Indische familie. Hij vroeg de derde generatie Indo’s naar hun band met hun erfgoed.

Ze had lang donker haar, een huid waarover een zijdeachtige glans lag en ondeugende ogen. Ik had nooit durven denken dat dit meisje ooit iets met mij zou willen. Toen ze dat wel wilde, was ik tegelijkertijd te onnozel om haar keuze voor mij echt op waarde te schatten. Hoe dan ook: we kregen wat. Later werd ze mijn vrouw en de moeder van mijn kinderen.

Samen op de Scheveningse Pier, in 1976.
Samen op de Scheveningse Pier, in 1976. © Prive Johan Nebbeling

Achter haar ranke verschijning bleek een verrassend krachtig karakter te schuilen. En behalve dat ze mooi en slim was, was ze Indisch. Dat had ik natuurlijk wel gezien, maar wat dat inhield, daarvan had ik geen idee. Ze was in haar doen en laten immers net zo Nederlands als ik, behalve dat ze misschien minder graag op de voorgrond trad.

Van het ene op het andere moment maakte ik deel uit van een grote Indische familie met een strenge vader aan het hoofd en een dienstbare moeder aan zijn zijde en daaronder een eindeloze reeks broers en zusters, zwagers en schoonzussen, ooms en tantes, neven, nichten, kinderen en aanhang. De aandacht en zorg die haar zusters mij gaven, compenseerde ruimschoots de nogal intimiderende blikken die haar oudere broers - ze was de jongste thuis - me toewierpen. Een groter contrast met mijn stijve, afstandelijke familie was niet mogelijk.

In het huis van mijn schoonouders hingen foto’s uit Indië en op de schoorsteen stond Indisch houtsnijwerk. In het toilet stond een fles water, waarvan ik aanvankelijk geen idee had waarvoor die diende tot mijn meisje me uitlachte - zoals ze me nog steeds uitlacht - en vertelde dat dit nou een botol tjebok was, ‘je weet wel, joh, om je billen mee schoon te spoelen’. Net zoals iedereen wist dat het huis ook werd bewoond door geesten en overledenen, want die kon je soms op de trap horen lopen.

Chaotisch

De veelvuldige familiebijeenkomsten verliepen altijd chaotisch; iedereen liep, zat en sprak door elkaar heen terwijl baby’s en peuters over de hoofden werden doorgegeven. Ondertussen werd ik volgestopt met goddelijk eten. We zaten niet aan een keurig gedekte tafel maar met het bord op schoot, daar waar toevallig een plekje was, ergens in die volle huiskamer. Voortdurend werd ik door haar moeder en zusters aangespoord om nog een keer op te scheppen. Er was altijd eten en altijd veel.

‘Mijn Indische schoonfami­lie bleek een familie vol geheimen, waarvan ik soms een vlaag opving’

Familieportret in Bandung.
Familieportret in Bandung. © Johan Nebbeling

Ik vond het bevrijdend dat het er in deze familie niet om ging wat je was, maar wie je was. Het maakte niet uit wat voor werk je had, wat voor opleiding je deed en hoeveel je verdiende. Vroegen mijn eigen ouders steevast ‘wat doet je vader’ als ik iemand mee naar huis nam, hier golden andere waarden: was je ad rem, kon je tegen een geintje, hield je van kinderen, was je gul en behulpzaam, en liet je anderen voorgaan als het eten werd opgeschept? Waarden waarvan ik pas later begreep dat ze ‘typisch Indisch’ waren en die me zo goed bevielen dat ik ze me in de loop der jaren, met meer en minder succes, heb eigengemaakt.

Het was natuurlijk ook in deze familie niet allemaal halleluja. Zo bleven die snelle, vrolijke gesprekken bijvoorbeeld altijd zorgvuldig aan de oppervlakte. Over lastige of ongemakkelijke onderwerpen sprak je niet en als het al gebeurde, dan fluisterend. Mijn Indische schoonfamilie bleek een familie vol geheimen, waarvan ik soms een vlaag opving, als een fluistering of een losse opmerking die ik niet kon plaatsen.

Mijn schoonouders vertelden graag over daar en toen, in Nederlands-Indië, maar bespraken alleen de mooie en grappige dingen: de natuur, de uitjes, de feestjes, hun kindertijd. Over wat ze hadden meegemaakt in en vlak na de oorlog, zwegen ze. Mijn ongenaakbare, oersterke schoonvader - hij had een keer een lastige, dronken schoonzoon van zeker 100 kilo bij wijze van terechtwijzing aan de kapstok gehangen - was een oud-KNIL militair die in het Jappenkamp had gezeten en na de oorlog had gevochten tegen Indonesische guerrilla’s. Tegen zijn kinderen zweeg hij daarover, maar mij nam hij soms in vertrouwen: ‘Die Ambonees pakte zijn klewang en sloeg in één keer, tjop, de kop van die jongen af.’

Zwijgen

Mijn zorgzame, zichzelf wegcijferende schoonmoeder had ook het nodige voor haar kiezen gekregen, maar verborg haar ervaringen en gevoelens behendig achter een lieve glimlach of een berustend schouderophalen: ‘Soedah, laat maar.’ En dan verdween ze snel weer de keuken in om iets lekkers te maken.

Koloniale geschiedenis
In het voormalig Nederlands-Indië woonden na drie eeuwen Nederlandse bezetting honderdduizenden nazaten van meestal blanke Europese mannen en inlandse vrouwen. Zij werden Indo’s genoemd.

Na de onafhankelijkheidsoorlog (in 1949 erkende Nederland de republiek Indonesië) waren de Indo’s vanwege de afkomst van hun vader niet meer welkom in eigen land. Tot 1965 werden 300.000 mensen gerepatrieerd naar wat ‘het vaderland’ werd genoemd. Ogenschijnlijk pasten zij zich moeiteloos aan. De prijs die ze ervoor betaalden, was dat ze hun identiteit deels moesten opgeven. Binnenshuis bleef die vaak behouden.

Met de jaren groeit de interesse van de derde generatie in de Indische cultuur. De Nationale Indiëherdenking op 15 augustus in Den Haag heeft meer toeloop en op internetfora discussiëren Indo’s over de vraag: wat is dat dan, Indisch zijn in 2019?

Mijn Indische familie heeft zich dat zwijgen eigen gemaakt. Geroddeld wordt er gretig over elkaars rare fratsen en hilarische tekortkomingen, maar wat iemand voelt, wil of juist niet wil kun je vaak alleen ‘lezen’: een wegdraaiende blik, een bijna onmerkbaar schouderophalen, een vaag antwoord.

Dat ‘lezen’ is een vaardigheid die ik me in de loop der jaren redelijk heb eigengemaakt, maar het blijft lastig. Mijn aangetrouwde (Hollandse) schoonzusters en zwagers kijken elkaar geregeld veelbetekenend aan: daar gaan we weer! Rekening houden met elkaars gevoelens is een eigenschap waarmee de hedendaagse Nederlandse samenleving zeker haar voordeel zou kunnen doen. Toch blijven er ook dingen onbesproken waarvan het goed zou zijn als ze wel worden gezegd. Om misverstanden weg te nemen, de lucht te klaren.

Overigens zijn mijn Indische schoonzussen en zwagers in de loop van de tijd opener geworden. Zo vertellen ze nu bijvoorbeeld af en toe over die strenge vader die zijn gezin met (letterlijk) harde hand leidde. En ja, ze hebben allemaal te maken gehad met subtiele of openlijke discriminatie en uitsluiting. Daardoor bezie ik sommigen van hen na al die jaren met andere ogen en begrijp ik beter waarom ze zijn zoals ze zijn.

Het besef dat ik, jongen van de gestampte pot, deel uitmaak van dat geheel en dat ik, als het er op aankomt, nooit alleen zal staan, is voor mij onbetaalbaar. En dus neem ik de mindere kanten van mijn Indische familie (‘Wil hij nou wel of niet?’) en de soms wat knellende familiebanden (‘Wat?! Zien we ze morgen nou alweer?!’) graag op de koop toe.

En voor de rest: soedah, laat maar.

‘Ik voel heimwee die ik niet wil voelen’

Lara Nuberg
Lara Nuberg

Lara Nuberg (29), uit Amsterdam. Nederlandse vader, Indische moeder. Schrijft over Indische identiteit op haar blog gewooneenindischmeisje.nl.

,,Mijn Indische oma vertelde vaak mooie verhalen over Indië en gebruikte Maleise woorden, maar met mijn Indische familieachtergrond was ik amper bezig. In de multiculturele wijk waar ik opgroeide was ik gewoon een van de vele gekleurde kinderen. Tot ik na de middelbare school met een vriendin door Indonesië reisde. Ik voelde heel sterk dat mijn inmiddels overleden oma hier vandaan kwam. De geuren, de plantjes bij haar voordeur, de bloemen die ze mooi vond: het kwam allemaal weer tot leven. Het was heel raar en emotioneel voor me om op zoveel kilometer van huis aan mijn oma te worden herinnerd. Het voelde alsof ik een puzzelstukje vond waarvan ik nooit had geweten dat ik het kwijt was.

Pas in mijn eerste baan begon ik me voor het eerst van mijn leven anders te voelen. Waar heb je dat exotische tintje vandaan, vroegen collega’s. Ze hielden me een spiegel voor, ook omdat ze tot mijn verbazing niets bleken te weten over mijn achtergrond, en hun koloniale geschiedenis. Doorslaggevend was een discussie die ik een paar jaar later had met een zwarte vrouw. Het liep nogal hoog op en op zeker moment zei ze: ‘Ach, jij bent wit, jij snapt dat niet.’ Toen dacht ik: wacht eens even, ben ik nu opeens wit? Dat dwong me om over mijzelf na te denken: wie was ik eigenlijk, wie wílde ik zijn?

Ik besefte dat ik niet in een hokje pas, ik ben Indisch én Hollands. Daardoor heb ik het privilege om de identiteit te kiezen die ik zelf belangrijk vind. Concreet betekent dit dat ik alert ben op discriminatie en uitsluiting. Onrecht zoals mijn voorouders dat hebben ervaren in Indië, maar ook in Nederland. In de jaren 50 stond op de muren: Indo’s ga weg. Nu protesteert men tegen de komst van vluchtelingen. Ik weiger bang te zijn voor mensen omdat ze niet op mij lijken.

De geschiedenis werkt door, heel subtiel, ook in mij. Indo’s die toen naar Nederland kwamen, moesten zich aanpassen en vooral geen aanstoot geven. Ik vind buiten de lijntjes kleuren ook lastig. En net als mijn moeder en grootmoeder ben ik lief en zorgzaam, sta ik voor anderen klaar en ben ik gastvrij. Daar maken mensen weleens misbruik van. Tegenwoordig probeer ik bewust minder te pleasen.

Weet je wat gek is? Dat ik elke keer moet huilen als ik krontjongmuziek hoor. Die muziek roept een onbestemd gevoel bij mij op, een soort heimwee die ik niet eens wíl voelen. Mijn moeder heeft het ook. Zitten we met z’n tweeën een potje te huilen. Terwijl we niet weten waarom.’’

‘Die paar woorden Maleis ken ik van een Teleac-cursus’

Zoë Vermaes
Zoë Vermaes

Zoë Vermaes (25), uit Utrecht. Vader (half) Indisch, moeder Nederlands. Volgt een master Cognitive Science & Artificial Intelligence aan Tilburg University.

,,Mijn vader is half Indisch, en toch zijn we een heel Nederlands gezin. Soms zeggen we tegen elkaar: dat is nou typisch Indisch! Typisch Indisch vinden we bijvoorbeeld dat bijna iedereen een instrument bespeelt en dat we, als we met de hele familie bij elkaar zijn, zingen en muziek maken. Typisch Indisch is natuurlijk ook al dat eten tijdens familiebijeenkomsten; iedereen zoekt met zijn bord op schoot een zitplaats en tantes met een Indisch accent willen je het liefst volproppen.

Voor mij persoonlijk speelt het Indische altijd mee op de achtergrond. Als ik op de lagere school een werkstuk moest maken, ging het over Indonesië of Nederlands-Indië. Ik besef dat, als mijn familie destijds niet was gevlucht, ik hier niet had geleefd. Daardoor stel ik me, denk ik, meer open voor mensen die in Nederland hun toevlucht zoeken.

In hoeverre ik Indisch ben, weet ik niet. Ja, ik ben ingetogen en afwachtend en altijd bezig iedereen tevreden te houden. Net als mijn vader. Maar is dat Indisch? Er zijn meer mensen die zo zijn, dus het kunnen ook gewoon karaktereigenschappen zijn. En ik ken Indo’s die juist heel extravert zijn. Dus wat is dan dat Indische?

Je ziet het niet aan mij. Daardoor voel ik me een beetje een stiekeme Indo. Vooral in de interactie met ander Indische mensen - en met name bij degenen die uiterlijk wel herkenbaar zijn als Indo - komt dat naar boven. Dan heb ik vaak de neiging te zeggen: ‘ik hoor erbij, hoor! Het is ook míjn cultuur en geschiedenis’.

Toch vraag ik me vaak af: hoe Indowaardig ben ik eigenlijk? Ik ken maar een paar Maleise woorden en die heb ik geleerd uit een oude Teleac-cursus. En Indisch koken heb ik niet van huis uit meekregen, dat doe ik uit een kookboek. Daardoor voel ik me soms een tekortschietende Indo. En dat schrijnt.

Als ik zelf kinderen krijg, zal het verleden voor hen niet meer zo tastbaar zijn en dus minder betekenis voor ze hebben

Zoë Vermaes

Toen ik voor het eerst in Indonesië was, voelde ik me juist heel Nederlands. Een beetje ongemakkelijk ook, want ik ben een product van de geschiedenis van Indonesië en Nederland en die geschiedenis is niet altijd om trots op te zijn. Ik vond het leuk het land te zien waar mijn familie vandaan komt, maar ik voelde er geen band mee, zoals ik had verwacht. Indonesië is een ander land dan Nederlands-Indië en dat bestaat niet meer.

Ik heb als Indo van de derde generatie via mijn opa nog een fysieke connectie met dat verdwenen verleden. Die band verdwijnt als hij overlijdt. Als ik zelf kinderen krijg, zal het verleden voor hen niet meer zo tastbaar zijn en dus minder betekenis voor ze hebben. Maar ik zal proberen hen zoveel mogelijk mee te geven van de achtergrond van mijn familie.

Onlangs is de oom van mijn vader onverwacht overleden. Hij was de enige die zich had verdiept in onze familiegeschiedenis en hij vertelde er graag over. Hij heeft een stamboom gemaakt, met daarin twee njai - inlandse bijvrouwen - met alleen hun voornamen. Ik had hem daar naar willen vragen, maar durfde het niet, omdat ik bang was dat het te gevoelig zou liggen. Daar heb ik spijt van, want nu zal ik het nooit weten.”

‘Ik was altijd ‘die donkere jongen’ of ‘die neger’’

Dion Braun
Dion Braun

Dion Braun (33), uit Utrecht. Indische vader, Hollandse moeder. Is manager bij Railcatering.

,,Op de basisschool was ik een van de weinige gekleurde kinderen in de klas. Dus was ik altijd ‘die donkere jongen’ of ‘die neger’. Ik zat er niet mee. Dacht ik. Want toen ik in mijn middelbareschooltijd in aanraking kwam met jongens uit andere culturen - Turken, Marokkanen, Egyptenaren - dacht ik ‘hé, jullie zijn ook anders’ en sloot me bij hen aan.

Een van die jongens was Indo. Hij zag er ongeveer hetzelfde uit als ik en had ongeveer dezelfde achtergrond. We hadden aan één blik genoeg om elkaar te begrijpen. Hij bracht me dichter bij mijn Indisch zijn, hij leerde me dat ik daar trots op kon zijn. Bij hem thuis voelde ik me meteen op mijn gemak. Ik hoefde geen moeite te doen om erbij te horen, zoals bij mijn Hollandse vrienden thuis, want ik hoorde er al bij.

Dat was een ontdekking. Nadien werd ik een fanatieke Indo. Ik las alles over de Indische geschiedenis, ging naar Pasar Malams en luisterde alleen nog naar Indische muziek. Krontjong, Rudi van Dalm. Maar vooral bij de liedjes van Wieteke van Dort als Tante Lien voelde ik een heimwee waarvan ik niet eens wist dat ik die had. Heimwee naar een plek waar ik nooit was geweest. Ik kon het niet verklaren, maar het was er wel.

Alles viel op zijn plek toen mijn vriendin en ik - haar oma is ook in Indië geboren - naar Indonesië gingen. Het moment dat we de vliegtuigtrap afdaalden: een warme vochtige walm van etensgeuren, zweet en kreteksigaretten. Het was een soort thuiskomen en voor ons beiden heel bijzonder om te lopen waar ooit haar oma en mijn voorouders hadden gelopen. Ik dacht: dit is ook van mij, dit is ook míjn geschiedenis.

Als kind wist ik niet beter dan dat wij elke zondagmiddag met de hele familie bij opa en oma op bezoek gingen, lekker eten. Pas later begreep ik dat die hechte familieband iets typisch Indisch was. Ik wist wel dat opa en oma uit Indië kwamen, maar het hield me niet bezig. En toen ik me er wel voor interesseerde, was het te laat. Mijn opa was al overleden, mijn oma dementeerde. Daar baal ik van. Maar dan nog: ze vertelden nooit iets over de verschrikkingen in de jaren dat Indonesië zich wilde losmaken van Nederland, het ging altijd weer over dat aapje dat ze als huisdier hadden.

Mijn broer en ik zijn Nederlands opgevoed. Maar onbewust heb ik toch ook veel van mijn vader meegekregen. Respect voor ouderen, altijd netjes ‘u’ zeggen, beleefd zijn. Mijn vader is een lieve, bescheiden man. Die bescheidenheid siert hem, maar het heeft hem ook zijn hele leven in de weg gezeten. Ik heb dat ook, in mindere mate. Kijk, ik ben trots op wie ik ben en ik vind dat ik er mag zijn. Ik kan mijn woordje doen en sta altijd vooraan. Als het om anderen gaat. Als ik voor mezelf moet opkomen vind ik dat moeilijk en van complimenten word ik zenuwachtig. Ik begrijp het niet van mezelf, want hoe moeilijk kan het zijn? Fucking irritant. Gelukkig geeft mijn vriendin me af en toe een schop onder mijn kont: ‘kom op joh, niet twijfelen, gewoon doen’.’’

‘Misschien blijft alleen de rijsttafel over van onze cultuur’

Niek Spangenberg
Niek Spangenberg

Niek Spangenberg (35), uit Utrecht. Vader en moeder Indisch. Is Senior Manager Personalization bij Adidas.

,,Ik was 7 of 8 en van de juf moesten we onze opa’s en oma’s vragen naar verhalen over de oorlog. In de klas vertelde ik vervolgens hoe mijn oma had meegemaakt dat haar dorp door de Japanners was aangevallen. ‘Daar hebben we het nu niet over’, zei de juf. ‘Dit gaat over de Tweede Wereldoorlog.’ Kennelijk telde mijn Indische geschiedenis niet. Voor mij was dat een belangrijk moment, omdat ik voor het eerst besefte dat anderen mij als ‘anders’ zagen. Thuis had ik juist meegekregen dat ik niet anders was en zeker niet minder.

De buitenwereld wijst mij er voortdurend op dat ik anders ben. Ik moet altijd uitleggen waar ik vandaan kom, wat best vermoeiend is. Tenminste, in Nederland. Want ik heb ook een paar jaar in Duitsland gewerkt en als iemand daar vroeg waar ik mijn kleur van had, volstond een korte uitleg: Nederland had koloniën. ‘Ach so’. Een verademing. In Duitsland kwam ik er trouwens achter dat ik veel Nederlandser ben dan ik zelf dacht. De directheid waar Nederlanders om bekendstaan, heb ik me kennelijk eigengemaakt.

Het lastige aan Indisch-zijn is dat je geen land meer hebt waar je naar terug kunt, zoals andere immigranten dat hebben. Ik kan nooit terug naar mijn roots. Het beste alternatief is Indonesië, maar Indonesië is Nederlands-Indië niet. Toch, toen ik er acht jaar geleden voor het eerst was, werden er hiaten opgevuld waarvan ik niet wist dat ik ze had. Die geuren, die warmte. Ik dacht: ik kén dit. Heel raar, maar ik had opeens de behoefte om met mijn handen te gaan eten.

Ik weet zeker dat ik Indisch ben en voel me daar senang bij. Maar ik vind het lastig te omschrijven wat dat dan is, Indisch zijn. Het is vooral een gevoel en dat is voor iedereen anders. Elke Indo geeft er zijn eigen draai aan en daarover is binnen de Indische gemeenschap dan weer strijd. Voor de een is het dat je moet houden van countrymuziek, voor de ander dat je een botol tjebok op je toilet hebt om je met water schoon te spoelen. Onbewust heb ik ook van alles meegekregen wat mijn ouders en grootouders op hun beurt hebben meegekregen uit Indië. Het belang van hygiëne bijvoorbeeld. Jezelf elke dag wassen, schoon zijn, goed voor jezelf zorgen. In de tropen was dat belangrijk, omdat je kon doodgaan aan een infectie als je niet schoon was.

Voor mij is Indisch-zijn ook heel erg verbonden met eten en drinken. Indisch-zijn is met andere Indo’s lekker eten en praten over gerechten die ook lekker zijn.

Wij, Indo’s van de derde generatie, zitten in een soort overgangsfase. Het verleden is bekend en wat de toekomst brengt staat onderhand ook wel vast: uiteindelijk zal het de Indische cultuur waarschijnlijk net zo vergaan als die van de Italiaanse Amerikanen. Daarvan resteert de pizza. Zo blijft van de Indische cultuur straks misschien alleen de rijsttafel over. De Indische identiteit van vandaag is een grijs gebied, vrijwel ongrijpbaar. Ja, wij zijn Indisch. Maar wat dat dan is? Die vraag moet elke Indo van mijn generatie voor zichzelf beantwoorden.”

Lees verder…

Blog Topics by Tags

Monthly Archives