Soerabaja 1942 -’Eiland’ ontsnapte aan vijand,

’Soerabaja 1942, Eiland’ ontsnapte aan vijand

Laatste bemanningslid gecamoufleerde mijnenveger overleden

Met het overlijden van het laatste nog levende bemanningslid Fulco Bouwmeester (101) is een van de beroemdste episodes uit de geschiedenis van de Koninklijke Marine definitief historie geworden; dat van de Hr. Ms. Abraham Crijnssen. Deze mijnenveger wist gecamoufleerd als eiland vanuit de haven van Soerabaja te ontkomen aan de Japanse bezetter.

Soerabaja is in maart 1942 een stad in chaos en paniek. De Japanners rukken op en het wordt duidelijk dat ook Java onherroepelijk gaat vallen. De commandanten van wat na eerdere zeeslagen nog rest van de Koninklijke Marine krijgen te horen dat ze hun schip in veiligheid moeten brengen, dan wel vernietigen om het uit handen van de vijand te houden.

Het gaat met name om kleinere schepen zoals vier mijnenjagers in de Jan van Amstelklasse. Ze liggen alle in Soerabaja. Commandant Johannes Dekker van de Hr. Ms. Pieter de Bitter vindt het niet verantwoord zijn bemanning in levensgevaar te brengen en besluit zijn schip te vernietigen. Met twee tijdbommen wordt het schip tot zinken gebracht. Als de explosieven af gaan, bevindt schout-bij-nacht Pieter Koenraad zich aan boord van de onderzeeboot Hr. Ms. K XII. Hij hoort de bommen klappen en laat per telegram weten dat, als Dekker zonder geldige reden tegen de orders in heeft gehandeld, hij gefusilleerd zou moeten worden. Het komt er niet van.

Ketel kapot

De commandanten van de drie resterende mijnenjagers wagen wel een vluchtpoging. Voor twee van de drie mislukt die. De Hr. Ms. Eland Dubois heeft problemen met de ketel die zo ernstig blijken, dat onderweg wordt besloten het schip tot zinken te brengen. De bemanning stapt over op mijnenjager nummer drie: Hr. Ms. Jan van Amstel. Die wordt gespot door een Japanse torpedobootjager en 8 maart vlak voor middernacht in de Straat van Madoera tot zinken gebracht. 23 opvarenden komen om het leven.

Commandant Anthonie van Miert van de overgebleven Abraham Crijnssen heeft zijn zaken voor een vlucht als beste voor elkaar. Hij laat zijn schip anders dan de andere mijnenjagers minutieus camoufleren. Schilders geven het in allerijl de kleuren van tropische bomen en struiken en erna worden over de volle lengte takken op de mijnenjager aangebracht. Wie niet beter weet, ziet van een afstand een drijvend tropisch eiland waarbij de mast op een weelderige woudreus lijkt. Een eiland dat met twintig kilometer per uur onderweg is naar een veilige haven.

De Abraham Crijnssen stoomt 6 maart in de bescherming van het duister de haven uit. Tijdens de dagen die volgen, vaart de mijnenveger alleen in het donker. Overdag laat Van Miert de bemanning de camouflage vervangen zodat deze maximaal effect houdt. De Crijnssen hopt van eiland naar eiland zonder te worden gespot. Op 11 maart begint de mijnenveger aan de grote oversteek van de Indische Oceaan naar Australië.

Het continent komt 13 maart in zicht. Onderweg gooit de bemanning de camouflage overboord omdat deze midden op zee alleen nog ballast is. Op 15 maart meert de mijnenjager aan in Geraldton waar de vermoeide zeelui op krachten kunnen komen. Het schip heeft tegenwoordig een ereplek in het Marinemuseum in Den Helder.

Bij zijn honderdste verjaardag keek Fulco Bouwmeester met het marineblad Alle Hens terug op de reis die marinegeschiedenis zou worden. ,,Of ik de overtocht spannend vond? In mijn herinnering viel dat wel mee. Je was jong en daar piekerde je niet zo over”, vertelde Bouwmeester. ,,Eigenlijk was vooral het vertrek spannend, daarna werd het snel minder. Ik herinner me vooral dat ik in de machinekamer mijn werk deed. Later werd je bijgepraat door de mensen boven. Na negen dagen was het: land in zicht. Hiep-hiep-hoera! Natuurlijk was ik opgelucht.”

E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives