Alle berichten (25)

Sorteer op

Nederlandse mariniers gaan in de aanval bij het plaatsje Krian bij Surabaya, Oost-Java.

30 oktober 2017 - 14:00   
Door Sandew Hira

Afgelopen week was ik in Brussel waar ik een inleiding hield over herstelbetalingen. Het onderwerp ligt gevoelig bij gekoloniseerde geesten. Voor de Holocaust hebben Joodse organisaties US$ 8 miljard gevraagd. Ze hebben US$ 70 miljard gekregen. Daarover is nooit een probleem gemaakt.

Ook is er nooit een probleem gemaakt toen gekoloniseerde landen herstelbetalingen hebben betaald aan de kolonisator.

De tot slaaf gemaakte bevolking van Haïti heeft in een bloedige revolutie tussen 1791 en 1804 haar vrijheid bevochten. In 1825 organiseerde Frankrijk een nieuwe aanval op Haïti met steun van andere Europese landen en Amerika. Ze legde een cordon van veertien oorlogsschepen met 528 kanonnen om het eiland en gaf het Haïtiaanse volk de keuze: of herstelbetalingen betalen of een economische blokkade riskeren met hongersnood, oorlog en uiteindelijk de herinvoering van slavernij. Haïti moest het bedrag van 150 miljoen Franse franc betalen (US$ 22 miljard in de huidige waarde) voor verloren bezittingen van Franse slavenmakers (inclusief de waarde van de tot slaaf gemaakte mensen). Haïti moest het geld lenen bij Franse banken tegen 6 procent rente. Elk jaar tussen 1825 en 1947, bijna 150 jaar lang, heeft Haïti een bedrag betaald als aflossing van deze schuld. In 1990 vroeg Jean Aristide, de eerste democratisch gekozen regering van Haïti US$ 22 miljard terug van Frankrijk. In 2004 werd hij afgezet door een coup die gesteund werd door Amerika en Frankrijk. Hij moest vluchten naar Zuid-Afrika.

Een ander voorbeeld waarbij een gekoloniseerd land herstelbetalingen moest doen aan de kolonisator is het geval van Indonesië en Nederland. In 1940 kwam het Nederlandse koloniale regime in Indonesië ten val door de Japanse inval. In 1945 riep Soekarno de onafhankelijkheid uit. Nederland, die zelf net bevrijd was van de Nazi-bezetting, stuurde zijn leger naar Indonesië om een vuile oorlog te voeren die 150.000 Indonesiërs het leven kostte.

Onder druk van de Amerikanen trok Nederland zich terug.

Bij de Ronde Tafel Conferentie van 1949 leidde de Amerikaanse druk op Indonesië tot een overeenkomst waarbij Nederland de onafhankelijkheid van Indonesië erkende, maar Indonesië Nf 4,5 miljard moest betalen aan herstelbetalingen. PvdA premier Drees eist een extra Nf 2 miljard voor de kosten die Nederland tijdens de vuile oorlog had gemaakt, maar de Amerikanen vonden dat te gortig. Tussen 1950 en 1956 heeft Indonesië Nf 4 miljard overgemaakt. In 1956 weigerde ze de rest te betalen.

In de Nederlandse geschiedenisboeken wordt gedaan alsof de wederopbouw van Nederland mogelijk gemaakt is door de Amerikaanse Marshallhulp. Die hulp bedroeg US$ 1,1 miljard en was gegeven in de vorm van een lening. De echte financiering van de wederopbouw kwam van Indonesië. Dat staat niet in hun geschiedenisboeken.

Het ergste komt nog. De Nederlandse bezetting van Indonesië was één van de wreedste bezettingen.

Marjolein van Pagee, een Nederlandse journaliste, geeft een voorbeeld van de Nederlandse wreedheid tijdens de vuile bezettingsoorlog op basis van gesprekken met nabestaanden van de Indonesische verzetsleider Andi Abubakar Lambogo op het eiland Sulawesi. In 1947 hadden ze Lambogo gevangengenomen bij Salu Wajo en zijn hoofd afgehakt. Ze spietsten het op een bajonet en hingen het later aan een paal op de markt in de plaats Enrekang zeven kilometer verderop. Het lichaam is op de weg bij Salu Wajo achtergebleven. De Nederlandse militairen dwongen andere krijgsgevangenen, die ze gemaakt hadden, één voor één om het afgehakte hoofd van hun leider, dat op een bajonet was gespietst, te kussen. Daarna hingen de Nederlandse soldaten het hoofd aan een paal. Het hoofd heeft daar twee dagen en een nacht gehangen als afschrikwekkend voorbeeld. De familie mocht uiteindelijk het hoofd meenemen en het samen met het lichaam in Enrekang begraven. Daar is er nu een ereplek voor Lambogo op de begraafplaats. Dit was het beschavingsniveau van de Nederlanders in Indonesië, die beduidend lager was dan die van de Nazi’s die al niet erg hoog was. De Nazi’s hebben nooit het hoofd van een Nederlandse verzetsleider afgehakt en andere Nederlanders gedwongen om dat hoofd te kussen.

En dit Nederlandse volk heeft dan herstelbetalingen geëist en gekregen van de mensen die ze driehonderd jaar lang hebben gekoloniseerd. Hoe schandalig kan geschiedvervalsing zijn

.

Sandew Hira

ICM Redactie.

 

In het kader van onderzoek door ACTW-66 team (actie comité traktaat van Wassenaar 1966) komen deze met verbijsterende ontwikkelingen. Om een einde te maken aan deze langslopende onderhandelingen in zake de nationalisatie - proces RTC, werd deze afgesloten door sluiten van het verdrag traktaat van Wassenaar, dat er over en weer niets meer van elkaar is te vorderen.  Bizarre dat de 341.000 Nederlandse Indische Burgers er buiten werden gehouden. Nota bene gingen de onderhandelingen over hun eigendommen, bezittingen en banktegoeden.  Met het gedrocht - Verdrag traktaat van Wassenaar - proberen beide regeringen om geen enkele bedragen te betalen voor bezittingen, eigendommen, en tegoeden.   De bekende constructie akkoorden bij een doorstart of een faillissement werden hier ingezet, en door instellen van commissies die de ambtenaren bedachten. Het ontwerp van alle verdragregels ademt dit uit, regels ontwerpen in het verdrag die nadrukkelijk wijst om feiten onder het tapijt te vegen, dan zeer cryptische berekening toepassen.

 

Verdrag Traktaat Wassernaar was bij uitstek het vaccin tegen de besmetting van deze burgers. Als bonus dienen ze eerst bij aankomst in Holland schuldverklaring van 16.000 te ondertekenen. Voorts de reis, verblijf en inrichting zelf te betalen. Leuker konden ze bij het DOA van Min. BuZa niet bedenken.

 

Harde conclusies dat voor de nationalisatie dus 4 miljard plus 689 miljoen werd betaald. Tevens door het sluiten van het verdrag nog eens 1,2 miljard Marshal hulp werd verkregen, plus het kredietplafond werd verhoogd.  Nederland moet zich schamen om over leed dat deze 341.000 Nederlandse Indische Burgers hebben moeten dragen, en hiervan een verdienmodel te maken. 

 

Velen weten niet dat voor aanvang van de oorlog de kas van toenmalige regering werd leeg geplunderd. Alle gelden werd doorgesluisd naar Amsterdam, en goudvoorraden naar New York getransporteerd, en nog moet Soekarno 4,5 miljard + 0,689 miljard betalen voor de nationalisatie dus de overname van de bezittingen / eigendommen / banktegoeden van Nederlandse Indische Burgers, en deze 341.000 burgers moeten nog de eerste euro zien, bah schaamteloos!

 

Mark, Thierry en Jesse,   

Dit is nu een voorbeeld uit onze huidige Nederlandse samenleven van 60 jaar geinstitutioneerde discriminatie tegen de Nederlandse Indische Gemeenschap.  Is geen toeval, geen incident als je spreekt over 341.000 Nederlandse Indische Burgers, en nu nog steeds actueel is.    Zijn wel de bezittingen van je ouders!

 

Lees verder…

10897379069?profile=original

 
OPROEP -  Aan de gehele Nederlands Indische Gemeenschap (NIG) het volgende :

Na de reeds 19 jaar 
van inzet tbv de ICM-stichting, de Internet krant, en de Claimstichting ACTW66, door Ferry Schwab en vrijwilligers, een Speciaal bericht aan de vele duizenden “Volgers van de ICM-Internet-krant en ondertekenaars van de Petitie" tav Het Traktaat van Wassenaar 1966, en de daarvoor opgerichte Claimstichting ACTW66, 
tbv de Slachtoffers van de Nederlandse  Indische burgers periode 1947-1962, en niet vergeten het ICM Video-Kanaal op Facebook met de uizendingen  waar velen veel plezier van hebben: 

Het totaal van de tot nu toe gedoneerde gelden (3 %) staat helaas genoeg, nog NIET in verhouding met het aantal ondertekenaars  van genoemde Petitie !

Dit ondanks de herhaalde verzoeken hiertoe, middels de ICM-Internetkrant, om alsnog Vrijwilig te doneren, en aan die, 
die nog niet als  betrokkenen van ICM -en Claimstichting ACTW66, de genoemde Petitie hebben ondertekent : 
"Laat de ICM-stichting met haar vrijwilligers niet in de steek !” , want ook deze ICM-Internetkrant is voor u van belang, naast de te verwachten resultaten uit een nog te starten Jurische Procedure tbv de Claimstichting ACTW66, richting de Nederlandse Staat. 
Doch ook belangrijk voor U, langs deze weg (ICM-internetkrant) u te kunnen ontvangen met Informatie , en ook het mogelijk maken van publicaties Van en Voor haar lezers met aanhang vanuit de NIG zelf, maar ook voor alle andere zaken rondom de Claimstichting ACTW66 , wat haar vorderingen zijn !!

De Claimstichting ACTW66, (binnen ICM) kan zonder Voldoende financiële middelen naast de ICM-internet-krant, Niet de noodzakelijke Juridische Procedure opstarten naar de Nederlandse Staat, om deze vervolgens te wijzen op haar verantwoordelijkheid, c.q. te dwingen, te handelen naar de Rechthebbende betrokken Slachtoffers, als gevolg van een "oud politiek conflikt” tussen Indonesië en Nederland, De Indische Kwestie, genoemd
 in  Het Traktaat van Wassenaar 1966,  om vervolgens nu eindelijk de Herstel-betalingen op te starten naar de Slachtoffers van deze langlopende tragedie, en dit uiteindelijk te kunnen afsluiten, 
want de tijd dringt voor de nog levende Slachtoffers -en Nabestaanden  . 
Dit alles volgens de procedures, eerder vastgelegd in het voor/door ICM inmiddels zo belangrijke Rapport Traktaat van Wassenaar, opgesteld door het Actiecomité Traktaat van Wassenaar 1966  Aan het onderzoek  hebben geholpen Rob Andreas, Ferry Schwab,  RIP  Marshal Manengkei,  Peggy Lesquiller (advocaat), Jan Enoch (Advocaat) ,  Kleiweg (advocaat en Marjolein (journaliste/historicus)
Het rapport is door Calbona uitgever in boekvorm uit ISBN  978-94-92575-18-0

Dit is waar de Stichting ICM staat voor vecht, en daarom afhankelijk van donaties is, dit alles in stand te kunnen houden.
Daarom alsnog met nadruk aan de ondertekenaars, die nog niet hebben gedoneerd, dit alsnog te doen, Als morele verplichting tbv van Slachtoffers en Nabestaanden, EN de jarenlange tomelose inzet van Voorzitter en Vrijwilligers, want ook Voorzitter 
Ferry Schwab en zijn gehele familie is Mede-slachtoffer van dit oude conflict !

Daarom : Waar is het wachten op, om alsnog een donatie te doen, want voor niks gaat deze “Zon” niet op,  de ICM-internet krant en Claimstichting ACTW66, en is Inzet van ALLE betrokkenen noodzakelijk, daar deze Stichting GEEN subsidie krijgt van de Ned. Staat !

Note: 
Van de Inzet van het IP (Indisch Platvorm) met haar jarenlange verkregen subsidies, is niks meer te verwachten. Dit door het jarenlange ontbreken van Inzet, Leiding, Controle  en Transparantie , tav de "Indische Kwestie” , mede door persoonlijke conlficten binnen dit  "voorbije bestuur” .

De gevraagde donaties door de NIG, zijn mede noodzakelijk nav de hoge procedure-kosten, de Claimstichting de mogelijkheden te geven te kunnen procederen, omdat alle voorgaande Regeringen GEEN UITVOERING willen GEVEN AAN DE OPDRACHT TOT UITVOERING VOOR ALLEN (de nog 60.000 overlevenden) uit de gedoneerde gelden aan Buitenlandse Zaken, met Herstelbetalingen te beginnen aan de NIG, na haar GEDWONGEN VERTREK UIT INDONESIË , met achterlating van Alles, 
inclusief haar Geboortegrond en Status!

DAAR STAAT EN VECHT, FERRY SCHWAB EN ZIJN VRIJWILLIGERS VOOR.
Als zij noodgedwongen moeten stoppen, is Zijn/haar persoonlijke inzet en gelden voor niks geweest, behalve voor de Behoudende Nederlandse Staat, met 4,5 miljard staatssteun van Indonesië in haar zak, als "Bewaarder van deze Achterstallige betalingen aan de Nederlands Indische Gemeenschap : 
Voorkom dit en laat uw stem en hart spreken, Steun de ICM en haar VRIJWILLIGERS !!!
Uw inschrijving als deelnemer ACTW-66 Claimorganisatie via www.icm-online.nl ; en Rapport is te bestellen info@icm-online.nl

JCvV
 

 

Lees verder…

Kousbroeks “Het Oostindisch kampsyndroom”.

10897279098?profile=originalKousbroeks “Het Oostindisch kampsyndroom”.

Besproken door Pjotr.X. Siccama – deel 12

 Tijdens het bezoek van Hirohito  in 1971 aan een paar Europese landen, onder andere Nederland was Kousbroek de enige (zegt hij zelf) in dit land die hem welkom heette.

Veel Nederlanders, zeker de Indische Gemeenschap, die Nederlanders en andere Europeanen die in het voormalig Nederlands Indië zijn geboren gewerkt en geleefd hebben, waren uiterst verbaasd over deze uitspraak.

Vanzelfsprekend mag iedere burger in dit land mensen uit rrn ander land welkom heten, wel of niet besmet of controversieel: dit is een liberaal en democratisch land. Daar heb ik respect voor, maar waarderen is iets anders.

Kousbroek verdedigt zijn standpunt, legt uit waarom en doet dit vervolgens op een manier die bij mij onaangenaam is gevallen.  

In een schamper nostalgisch aandoend begin van een zin, herinnert de schrijver zich de verjaardag van de “oude koningin” (Wilhelmina wordt hiermee bedoeld), op 31 augustus. Citaat: “.. de eerste (31 augustus) staat onuitwisbaar in mijn geheugen gegrift. … de echte koninginnedag van het oude Nederlandse Imperium.)”. En hij gaat verder: “.. niet alleen koningin Wilhelmina maar ook Hirohito (zijn verjaardag was op dezelfde datum, PS) heeft een tijdlang over ruim zeventig miljoen Nederlandse onderdanen geregeerd en beide verjaardagen roepen bij mij bewogen herinneringen op.”

Deze persoonlijke onthullingen van de schrijver zijn zoals ze zijn: het geeft evenwel de sentimentele sfeer weer die betrokkene blijkbaar opnieuw ondergaat en hij voelt de noodzaak dit zijn lezerspubliek kond te doen, wellicht ter verdediging van zijn standpunt. Het rammelt aan vele kanten. Het doet ook afbreuk aan de eerdere door hem (beargumenteerde) ingenomen standpunten met betrekking tot de Nederlands-Indische geschiedenis. Ten eerste noem ik de verantwoordelijkheid van Hirohito in zijn geheel jegens de WO II, die hij op zich had moeten nemen en dat ook aan de Wereld had moeten uitleggen in een door hemzelf opgestelde verklaring, nog vóórdat de VS hem de volledige capitulatie had voorgelegd. Nogmaals: in zijn naam zijn de ernstigste oorlogsmisdaden begaan en onder de (oorlogs)documenten (o.a. oorlogsverklaring(en) staat zijn naam. Wat is er nog onduidelijks aan?

Een tijdlang had Hirohito (net als Wilhelmina) over meer dan 70 miljoen onderdanen geregeerd, memoreert de schrijver. Wat het eerste betreft kent Hirohito bij lange na niet hoeveel mensen er in het voormalig Nederlands Indië woonden en het doet er hier eigenlijk ook niet toe, maar om de 70 miljoen (in Nederl Indië) onderdanen te noemen vind ik echt ongepast. Nederlanders in Indië waren en zijn nimmer onderdanen geweest: trouwens van niemand.

We leven niet in Japan of in de Middeleeuwen.

Refererend aan uitspraken /standpunten en meningen van onder andere de president van het Tokyo tribunaal, Sir Webb, Brandt, Bergamini, Wim Kan en nog vele andere bekenden in de Wereld, verdedigt de schrijver Hirohito als volgt: “..Overigens  is een dergelijke houding meestal ook gebaseerd op een primitief begrip van macht en gezag.”

Dan bagatelliseert de schrijver deze charade met een infantiel voorbeeld; hoe een kind een keizer voorstelt. Het is om treurig van te worden, want, vervolgt hij “..dat de figuur ‘keizer’ bekleed is met absolute macht en over alles beslist...” Het antwoord heeft hij eigenlijk hierbij al gegeven.

 

De Japanner gehoorzaamt de keizer blindelings schrijft Kousbroek; deze bewering staat in het bekende werk van de schrijver van Bergamini: “The imperial conspiracy” en hij noemt Bergamini een fantast (paranoïde), hetgeen ik bestrijd. Bergamini was niet bepaald op

 

zijn achterhoofd gevallen en wist wel degelijk van de in en outs om dat te beweren; dat even voor de helderheid. Kousbroek had op zn minst mogen nagaan waar Bergamini zijn gegevens vandaan heeft gehaald.

“Hij (Hirohito) had dus ook de macht om de oorlog te kunnen ‘verbieden.’” Voor alle duidelijkheid heeft de schrijver het woord verbieden tussen aanhalingstekens geplaatst. Uit de algehele context van het artikel kan de lezer de uitleg vinden.

Vervolgens verwondert de schrijver zich over het feit dat ‘het verbieden’ (door Hirohito) van de oorlog niet mogelijk was.

Dan komt de  vervolgvraag: waarom niet?

Hierop komt de schrijver met een vergelijk met alle andere vorsten (in dit geval de Nederlandse) en vroeg zich af waarom dezelfde mensen (die zeggen dat Hirohito verantwoordelijk is) de redenering niet of minder op onze eigen vorsten toepassen.  Kousbroek vergeet dat Japan toen een constitutie noch een gekozen parlement had. De Japanse bevolking werd met ijzeren hand geregeerd door één persoon en dat was Hirohito, die in het geheel de absolute macht had. Zijn woord was wet, hoe bespottelijk het voor ons allen ook klinkt in de 20ste eeuw.

 

Heel infantiel komt het vergelijk over met het (woord) ’verbieden’ van een oorlog (WO II) waarbij de oorlog in Atjeh als contrast wordt opgeworpen en dat Wilhelmina dat kon verbieden! Een grote misser van Kousbroek, omdat er veel aan mankeert.

Een eenvoudige verklaring hiervoor is dat “andere vorsten”, zeker de onze, in Europa een positie hebben, die met een constitutie te maken hebben waar beslissingen en verantwoordelijkheden door het parlement en ministers worden genomen en gedragen.  Maar dat is de schrijver toch bekend als hij goed op de hoogte is van de Europese Staatsinrichting?

 

Maar dit is een bagatel vergeleken met zijn verdediging van Hirohito die hij enigszins op een academische wijze probeert te motiveren. Terzijde: ik denk ook waarom – in algemene zin, de Indische Gemeenschap – de schrijver vaak heeft verweten (aanvallen in de vorm van: woedende ingezonden stukken en boze brieven) juist óver dit onderwerp met alle implicaties van dien.

 Of Kousbroek dit hele gedoe met Hirohito heeft willen vergoeilijken en daarmee talloze mensen die  het onderwerp hebben aangesneden, heeft aangevallen, beledigd, en de grond ingetrapt, is mij niet helemaal helder.

Een van de vele voorbeelden is de aanval geweest op de arts de heer Bekkering (c.s.) op wiens mening over Hirohito door Kousbroek kritiek wordt geleverd. De voorstelling van zaken die Bekkering opwerpt, schrijft Kousbroek, is onwaar.

De schrijver werpt vervolgens naar aanleiding hiervan het volgende op: “..de keizer heeft namelijk wat in de oorlog gebeurd (..) wel degelijk erkend en betreurd.” Hij noemt bijvoorbeeld dat dit tijdens de bezoeken aan onder andere de Filipijnen is gebeurd.

Kousbroek noemt Bekkerings uitspraken over het onderwerp infaam (.) (publicaties  in NRC Handelsblad). De schrijver vergeet en passant dat hij zelf bij voortduring een tirade afsteekt over lieden die eens en voor altijd de waarheid willen weten. Daar is niets mis mee. In zijn tirade tegen al die mensen die tegen de (staats)bezoeken waren aan die landen en gebieden die onder de WO II hebben  geleden, zei de schrijver  - aangaande de spijtbetuigingen-“.. dat het onredelijk  is te vragen van een constitutionele vorst dit te doen.”

Nu begint Kousbroek naar mijn smaak misleidende taal uit te kramen en probeert hij ons nu gewoon zand in de ogen te strooien.

Hirohito was geen constitutionele vorst, maar toen had hij wel (de kans in zijn absolute positie) het een en andere te handelen en iets te kunnen betekenen voor de mensen, maar dát had hij juist niet gedaan en

 

dan komt de schrijver nu vergoeielijkend aan  draven dat het (NU) toch niet “redelijk is” om dat aan hem te vragen! In gewone omstandigheden juist, maar niet in zijn geval. Teleurstellend deze constatering.

Ter oriëntatie: we weten dat de schrijver dit groot werk in de 80-er jaren had gepubliceerd (en de bezoeken van Hirohito hadden in de 70-er en 80-er jaren plaatsgevonden) wat betekent dat Japan pas sinds 1947 een constitutionele monarchie is geworden, daarvoor was het een absolute monarchie.

 

Wat de schrijver eigenlijk had moeten doen is het onderzoeken (.) waar toch al die vreemde verhalen, “vermeende” onthullingen en mysterieuze achtergonden vandaan kunnen komen en niet  enkel met een dimensionale blik werpen in de richting van de liefhebberij van de man die zich blijkbaar dagelijks bezig hield (andere bezigheden had hij kennelijk niet) met het (wetenschappelijk?) bestuderen van zeeorganismen waarvan er vele nieuwe exemplaren door hem (persoonlijk?) waren ontdekt. Daarvoor werd hij lid van de Royal Society of Science. Alles is best mogelijk en ik sluit hierbij niets uit.

Het is opvallend dat het verdacht veel lijkt op de wetenschappelijke publicaties van een zekere mevrouw Caucescu van Roemenië, die eveneens gevierd en lid was geworden van de Royal Society (in Londen),

wat achteraf blijkt dat niet mevrouw Caucescu, maar haar (geniale) wetenschappelijke medewerkers(sters) de bewuste ontdekkingen hadden gedaan, maar zij alle loftuitingen in ontvangst mocht nemen.

 

Maar soi, de wetenschappelijke ontdekkingen van de keizer  heeft op de schrijver blijkbaar indruk gemaakt. Citaat: “tijdens de oorlog deelde ik uiteraard de toen voor hem gangbare aversie (mijn cursivering), maar naamate ik meer over hem te weten kwam is hij mij sympathieker geworden – alleen al zijn grote verlegenheid neemt mij voor hem in.” einde citaat. Voor mij betekent deze gangbare aversie niets anders dan “dat het toen zo hoorde”, een neutrale maar ook zwakke stellingname, meer niet.

Kousbroek gaat verder door hem zowat de hemel in te prijzen. Citaat: “Naar mijn beste weten is hem geen verwijt te maken en zonder hem zouden zowel de heer Hans Bekkering als ik niet meer in leven zijn.”einde citaat. Hier is de advocaat van de duivel die het woord heeft: wat bedoelt de schrijver met deze zin? Het kan niet anders betekenen dat de oorlogsmisdaden in WOII  hem dus wel degelijk aan te rekenen zijn, anders zeg je dat niet.

De verwarring omtrent de zogenoemde “nieuwe gegevens” wordt nog groter door een film die Edwar Behr heeft gemaakt getiteld: “Hirohito, behind the myth”.

Er zouden in die bewuste film “nieuwe gegevens” voorkomen over de Keizer in de oorlog. Schrijft Kousbroek dat “het niet theoretisch uitgesloten is dat de Keizer een dubbele rol zou hebben gespeeld (.) maar op grond van tot dusver bekend is, uiterst onwaarschijnlijk.” Natuurlijk, ja zeker, op grond van de thans bekende gegevens, maar waren er geen duistere krachten (zal ik het maar noemen) die gegevens indertijd hadden verdonkeremaand? Of beschikt de schrijver documenten die nog niet openbaar zijn? Ik proef dat bij de schrijver ook twijfel te zijn gerezen.

 

Op de filmer Edward Behr en zijn film geeft de schrijver eveneens hevige kritiek. De film zouden alleen maar oud nieuws zijn enzo meer. – Ik zou juist zeggen: waar rook is is vuur; maar naar die “mysterieuze” rook wil de schrijver maar niet zoeken.

Kousbroek had de film gezien en zag beelden van een parade in Tokyo waar Hirohito had bijgewoond. Die bewuste parade was een traditie van het “jaarlijkse verschijnen van het Nieuwjaar”, volgens de schrijver. Het is alles best, maar het saillante van deze traditie was, dat de gehouden parade  toevallig (?)viel  op de dag dat Singapore was gevallen. Een coïncidentie?

 

 

 

De historicus Roger Buckley schreef aan Sir Georg Samsom (1946): “dat Hirohito zijn positie uitlegt en in zeer frappante bewoordingen zijn spijt betuigt over de oorlog – en heeft

 

 dat daarna nog meerdere malen gedaan” in 1986 tijdens zijn bezoek aan Aquino van de Filipijnen.

Ik heb me altijd al afgevraagd of je spijt moet betuigen wanneer je onschuldig bent?

Wanneer iemand ergens spijt betuigt, betekent dat bij voorbaat dát je schuldig bent of was.

Anders heeft een spijtbetuiging geen enkele zin, hoe men het ook bekijkt; en zeker over een overgevoelige periode waarin zowat de halve wereld onder heeft geleden.

De logica van de schrijver ontgaat me eerlijk gezegd volkomen en is naar mijn insziens een contradictie.

Om zijn standpunt en mening kracht bij te zetten haalt de schrijver een reeks voorbeelden aan van deskundigen  en voert ze op  ten tonele (als medestanders), zoals: E. Reischauer (Aziatische geschiedenis), die de film van Behr maar onzinnig vond; dan John Toland

(historicus/schrijver), had precies hezelfde als Reischauer gedacht; vervolgens Louis Allen (historicus/schrijver), die vond dat Hirohito net zo schuldig was als George VI (slag bij

Duinkerken, (een absurde en onzinnige

 vergelijking) en de een na laatste die Kousbroek ten tonele voert is Stephen Large (Japanse studies/Cambridge), die liefst geteld 22

onjuistheden had geteld in de film van Behr, (kennelijk louter geinteresseerd in statistieken) met nota bene weer de vraag hoe de Keizer zijn consitutionele positie zag! (de keizer wás geen constitutioneel vorst nogmaals voor de helderheid; over deskundigheid gesproken) en ten slotte C. Gluck (geschiedenis/Columbia/Universiteit) die het helemaal te bont maakt met uitspraken als: ‘’wrongheaded, irresponsible, highly selective in the way it ignores field of data.’

.

Het is zo makkelijk om vanuit hun positie deze ‘’one-liners’’ uit te kramen, zonder ook maar een positieve bijdrage te (willen en/of kunnen) leveren aan een zuiver (objectief) discours.

Kousbroek had dikwijls in dit werk over de (stille) neiging van hem om sommigen de nek te willen omdraaien. Op mijn beurt zou ik van de zogoemde opgetrommelde deskundigen die hij hier en daar uit een stoffige kast tevoorschijn heeft gehaald, hetzelfde doen met terugwerkende kracht hun onthullingen publiekelijk en toegankelijk te maken – op televisie bijvoorbeeld, maar dát durven ze natuurlijk niet omdat ze geen lef hebben en grote hypocriete lafaards blijven.

 

Het merkwaardige  in deze historische kwestie, is het, aan de andere kant, niet be(noemen) van de schrijver van sceptici die van het ernstig getordeerde onderwerp (want dat is het zeker) ondertussen de buik vol hebben in de overtuiging dat veel essentiele gegevens vernietigd zijn en/of  voor de eeuwigheid niet meer toegankelijk.

 

Ik vermoed hogelijk dat bij Kousbroek met het noemen van de namen van zijn deskundigen met betrekking tot het onderwerp  en de film van Edward Behr de vakidiotie danig is toegeslagen

.

De schrijver kon,  na de namen van deskundigen in zijn boek genoemd te hebben denkelijk eindelijk ademhalen of liever een frisse neus halen na zulk een onfrisse walm opgesnoven te hebben. – Ik herinner mij in vorige hoofdstukken waar de schrijver over de waarheid had en waarom deskundigen – met name historici– de waarheid verdraaien of leugens verkondigen.  En ziet, nu slaat het fenomeen toe bij hemzelf, gesecondeerd doorzijn deskundigen.

 

.

Ik zou die lieden die denken aan het rechte eind te hebben, willen verzoeken, naar de o, zo wonderlijke “verdwenen of verduisterde” gegevens op zoek te gaan en de waarheden na te vorsen, met verzoek dat  met open vizier te doen,  altijd op behoorlijk wetenschappelijk niveau en (dus) objectief meer het open veld op te zoeken, ( vooral niet alleen maar vanuit een ivoren toren te exclameren als duffe kamergeleerden) alvorens onbenullige uitspraken te doen waar wij allen (en historici) niets aan hebben.

Zo komen ze immers nooit tot de kern tot datgene waarover anderen zich heden ten dage  buigen en integer zeer wel inspannen.

  

Maar een groot verwijt blijft het aan de Amerikanen om Hirohito niet te horen (en te vervolgen) voor het Tokyo Tribunaal; men kan er van alles bij denken. In vorige artikelen heb ik het een en ander naar verwezen. Ik en met mij vele, vele anderen, vinden het verwijt aan de Amerikanen terecht van een historische gemiste kans .. Maar de VS dachten aan hun eigen negoties (ze hadden Japan inclusief Hirohito nodig tegen het opkomende Communisme –wat niet lang erna werkelijkheid werd) tot ergernis van de internationale rechters tijdens het Tokyo Tribunaal. Een onvergeeflijke daad van de VS was ook om de president van het Tokyo Tribunaal in zijn poging om Hirohito alsnog te ondervragen te dwarsbomen om louter hun eigen belang te laten prevaleren.

  

10897280063?profile=original

   Sir Webb – president Tokyo Tribuaal.

10897280291?profile=original

   Edward Behr – filmer

10897280683?profile=original

 

Wordt vervolgd

Lees verder…

10897364283?profile=originalOver deze Nederlandse slavernijgeschiedenis hebben we het nooit

Nederland staat meer stil bij de slavernij. Sinds enkele jaren maakt het eigen slavernijverleden deel uit van Lees hier hoe de geschiedenisboeken tot stand komen.het primair en voortgezet onderwijs. En als je tijdens de jaarlijkse herdenking van de afschaffing van de slavernij op 1 juli het nieuws kijkt, en politici invoelend acte de présence ziet geven, dan zou je bijna denken dat er in dit land sprake is van een diepgaand historisch besef als het gaat om het Nederlandse slavernijverleden. 

Niets is minder waar. Afgezien van het feit dat het onderwerp op de scholen veelal beschamend Lees hier meer over de behandeling van slavernij in de schoolboeken.oppervlakkig wordt behandeld (en niet zelden door docenten wordt vermeden), is dat wat wordt onderwezen en herdacht ook nog maar een deel van de Nederlandse slavernijgeschiedenis. Het deel namelijk dat zich afspeelde in onze voormalige koloniën in de West: Suriname en de Antillen.

Dat ons land ook een meerdere eeuwen omspannend slavernijverleden heeft in het vroegere Nederlands-Indië, dáár wordt tot op heden volledig aan voorbijgegaan. Dit deel van het Nederlandse slavernijverleden ontbreekt geheel in ons collectieve geheugen, in onze nationale geschiedenis, in ons onderwijs en bij onze nationale herdenking.

Hoe kan dat? En waarom mogen we dit deel van onze slavernijgeschiedenis nooit meer negeren?

Nederland deed óók aan slavenhandel in Indië

Het is opmerkelijk dat de roemruchte Vereenigde Oost-Indische Compagnie in ons land vooral wordt gezien als een toonbeeld van daadkracht en ondernemingszin. Dat de VOC-handel gepaard ging met genocide, uitbuiting, oplichting en roof wordt nog te weinig benadrukt. In nogal wat lesboeken geschiedenis wordt die kwalijke rol van de VOC bijvoorbeeld nog steeds niet of nauwelijks belicht.

Bronvermelding De Correspondent Reggy

Lees verder op https://decorrespondent.nl/7479/over-deze-nederlandse-slavernijgeschiedenis-hebben-we-het-nooit/2875454899416-c1a34e1a

10897364871?profile=originalI Loeh Sari, slavin van de radja van Boeleleng, 1865. Foto: I. van Kinsbergen / Leiden University Library  

Lees verder…

10897369683?profile=originalDE INDISCHE NEDERLANDERS,
EEN VERGETEN OF MISKEND VOLK?

Mark Rutte is onze eerste premier met een beetje Indische achtergrond, zo mag je hem classificeren. Ik heb ooit eens gelezen dat hij het enige Rutte gezinslid is dat geboren werd op Nederlandse bodem. 
In de wereldgeschiedenis neemt de band tussen Nederland en Indonesië een bijzondere plaats in. Drie en een halve eeuw lang zijn deze twee landen (metaforisch gezien David en Goliath) nauw aan elkaar verbonden. Zonder dat de beide culturen het beseffen is er een fundamentele verbondenheid met elkaar door de lange verbintenis die ze met elkaar hebben gehad. Je ziet verwevenheid in de taal, in de kookkunst, in de muziek, in het cultureel erfgoed enz. 
Nederland heeft haar eeuwenlange weelde te danken aan de rijkdommen van Indonesië, met name de natuurlijke grondstoffen. Multatuli omschreef het heel treffend: Nederland drijft op de Gordel van Smaragd.

Uit de lange verbintenis tussen deze twee landen is het Nederlands-Indisch/Indisch Nederlands volk ontstaan, ook wel (populair) genoemd de Indischen. Een volk dat ontstaan is uit de kruising tussen twee volkeren. De verhoudingen tussen de Indischen en de Nederlanders maar ook de Indischen en de Indonesiërs stonden een hele eeuw lang onder spanning. Toen Indonesië diens vrijheid proclameerde kwamen de Indischen tussen twee vuren te staan.

De Indonesiërs moesten de collaborateurs niet meer en de Nederlanders moesten de bastaards ook niet. In de ronde tafel conferentie van Linggarjati werden de Indischen uitverkocht aan Indonesie. Nederland heeft de rechten van het Indisch volk daar in die conferentie verkocht aan Indonesië. Men onderhandelde voor een uitverkoop plek en dat werd West-Irian (Ned.Neuw Guinea).

Irian Barat zou het nieuwe land worden van het Indisch-Nederlands volk. De grote volksverhuizing vond plaats en de Indischen emigreerden naar Irian Barat. Op die manier voorkwam Nederland de massale uitstroom van rechtmatige Nederlanders naar Nederland. Voor de Indischen was het een perfecte oplossing. De politiek ging er van uit dat zij Nederland niet kenden en dat men was geboren en getogen in de tropen en niet in dat koude kikkerlandje.

Hoe desillusionerend was het toen de grote stroom Indische Nederlanders toch koos voor Nederland, toen al merkbaar was dat aan het einde van de 50er jaren Indonesië de aanval begon op Nederland door Irian Barat te claimen als Indonesisch grondgebied. De grote uitstroom naar Nederland vond toch plaats en Nederland reageerde ongepast en ongegeneerd. Alle Indischen moesten hun overtochtkosten en verblijfskosten en eerste lijn voorzieningen zelf betalen. Het was toen heel anders gesteld met de Indischen, die nota bene gewoon wettelijk gezien Nederlanders waren ten opzichte van de vluchtelingen en Turken en Marokkanen in de jaren 70, 80 en 90.Kregen deze niet-Nederlanders alle faciliteiten gratis (alle informatie werd zelfs in de allochtone talen gegeven), de Indischen moesten tot op de laatste centen alles terugbetalen weliswaar renteloos, maar toch!

Wat verfoeilijk en mensonterend was dat de Indisch jongens naar de Ambachtsschool en de meisjes naar de Huishoudschool werden gedirigeerd, meer waren ze niet waard in de ogen van de Nederlanders. De vaders werden regelrecht geplaatst in de Rijkswerkplaatsen, de moderne koelie-inrichtingen, want intelligenter dan dat niveau waren ze niet volgens de BBMZ ambtenaren. De gezinnen werden in soms mensonterende pensions ondergebracht, waarvan de vochtige wanden van de kamers helemaal zwart waren geworden van de schimmels en de matrassen gevuld werden met stro waardoor al het kabaal bij elke beweging die je maakte je niet kon slapen.

De pensionhouders hadden toen flink geld verdiend aan die arme Indische Nederlanders. Uit ellende waren de financieel sterkere Indische gezinnen gevlucht naar de Verenigde Staten, Canada, Brazilië, Zuid-Afrika en Australië.Het leven van de Indische Nederlanders was in het begin heel erg zwaar. Men werd op alle fronten en op alle niveaus zwaar gediscrimineerd. Zelfs de hoger opgeleiden uit Indonesië kregen niet de erkenning die ze eigenlijk verdiend hadden. Ze zaten in Indonesië op Nederlandse scholen, dus ook hogescholen maar werden in Nederland gewoonweg gedegradeerd. Een jarenlang praktiserend huisarts kwam niet verder dan keuringsarts te worden bij de Koninklijke Landmacht. Een ervaren tandarts werd niet meer dan schooltandarts. Officieren van Justitie werden gewoon griffiers en Ingenieurs kwamen terecht achter de bankschroeven van allerlei werkplaatsen.

De klap op de vuurpijl kwam later, de rechten van financiële vergoedingen werden en worden nog steeds niet gehonoreerd tot op de dag van vandaag. De Indische Nederlanders zijn een melaats volk geworden. De Indischen brachten levendige muziek mee uit het bruisende tropisch leven. Wat gebeurde er toen? De aanbeden TV-coryfeen Willem Duys en Mies Bouwman noemden de Indische muzikanten: apen die uit de rimboe kwamen, en daar horen ze thuis was hun oordeel. 
De Nederlandse jeugd echter ontving De Tielman Brothers, The Black Dynamites en The Crazy Rockers in hun armen. The Black Dynamites waren eigenlijk de grootsten omdat ze liefs 3 Spaanse internationale films met Spaanse wereldsterren van muziek voorzagen.

Maar de kasteleins weigerden de Indische artiesten werk te verschaffen. Uit ellende vluchten de Indische muzikanten (en dat zijn er heel veel, de Indischen zijn geboren met een gitaar) naar Duitsland. Daar werden ze met open armen (en benen) ontvangen. De Tielman Brothers werden zelfs gevraagd om Duitsland te vertegenwoordigen op het Eurovisie Songfestival. De grote TV-presentatoren van destijds Hans-Joachim Kulenkampff en Peter Frankenfeld haalden alle Indische artiesten naar hun Duitse shows. Na 10 jaren durende strijd kwam de erkenning dat de Tielman Brothers de Godfathers zijn van de Nederlandse Popmuziek. Een verdwaalde Indische artiest haalde echter de absolute wereldtop: Eddie van Halen!
Indonesië is nog steeds een van de rijkste landen ter wereld op het gebied van natuurlijke grondstoffen en human resources. Indonesië is ook het grootste democratische land ter wereld.

Waar de westerse wereld alleen blijft dromen van een fundamentele democratie heeft Indonesië na de periode Soeharto daaraan hard gewerkt en die ook bereikt. Er zijn meer dan 30 bijna even grote partijen )tegen de VS die maar 3 partijen heeft' die allemaal vrij gekozen worden in alle parlementaire bestuurslagen. Waar Nederland al eeuwen discussieert over de gekozen burgemeester wordt in Indonesië vanaf de laagste bestuurslaag diens leider gekozen door het volk. De lurah, de camat, de walikota, de bupati, de gouverneur en de president wordt door het volk gekozen.

Nederland kan dus ook veel leren van het jonge land Indonesië, die al veel verder is dan Nederland bij de ontwikkeling van de democratie, de kern waaruit de mensenrechten worden ontgonnen. De corruptie die in dit land heerst is een erfenis van het Nederlands/Indisch tijdperk. Velen vergeten de oorsprong van dit fenomeen, dat geïntroduceerd werd door de VOC/handelaren om de sultans en haar onderdanen om te kopen.

Dat Indonesie in het geval van Irian Barat behoorlijk in de fout is gegaan lijkt ook een grondhouding te zijn die in de koloniale tijd zijn basis vindt.

HET WORDT NU TIJD DAT HET INDISCH VOLK EEN EEUWIGE PLEK KRIJGT TOEBEDEELD IN DE WERELDGESCHIEDENIS. HET ZAL EN MAG NIET ZO ZIJN DAT DIT VOLK DAT ZICH EEN EIGEN IDENTITEIT EN CULTUUR HEEFT ONTWIKKELD OOIT IN DE TIJD ZAL VERDWIJNEN EN WAARIN ALLEEN DE NEDERLANDERS EN INDONESIERS ZULLEN OVERBLIJVEN.

Laat allereerst de Nederlandse overheid schoonschip maken en de gerechtvaardigde wensen van de Indische samenleving honoreren door allereerst de erkenning dat de Nederlandse politieke houding uit de 40er en 50-er jaren de oorzaak vormden van de exodus die plaats vond door het vertrek, zegt maar gerust de vlucht – naar Nederland. Het zogenaamde Vaderland dat zijn Indische landgenoten eigenlijk niet wilde ontvangen.
Hierbij werd aanvankelijk voorbijgegaan aan het feit dat zij allen nagenoeg berooid in Nederland arriveerden, absoluut geen geld, goud of goederen, en daar begint het punt waarop de politiek zich moet schamen. Alleen in dictatoriale landen worden eigen landgenoten vernederd, geknecht en bedrogen. Maar dat mag je zeker niet verwachten van een land dat zelf denkt de democratie praktisch te hebben uitgevonden.

Han Dehne

Lees verder…

 Exact 3 jaar geleden- TIJDENS PRIME TIME  Presentatie ICM Book “Toegang tot de Indische Wereld” op Pasar Malam Rijswijk. 

10897370287?profile=original

Onze Milly gaf de het startsein van de presentatie“Het ICM Book” van Ferry Schwab.

Ferry weer “het is een boek van ons allen, immers wij hebben geschiedschrijving gedaan van de Indische Gemeenschap in deze huidige samenleving gebasseerd op feiten die hebben plaatsgevonden, en dit anno 2014”.

Ferry vervolgde : “Deze pasar malam Rijswijk om maar te noemen, is een vaststaand feit van het bewijs van onze Indische cultuur waar het hele pallet wordt uitgedragen door meer dan 70 pasar malams per jaar”, Ferry vervolgde weer in 1 adem” Dat ooit in Batavia begon , en in 50 jaren naar Den Haag werd gebracht naar de Houtrust Hallen. De eerste zes pasar malams, niet door Tjali Robinson is opgezet, maar door Marie Bruckel-Beiten. Haar dochter in Canada tikte ICM redactie op vingers dat het anders een valse geschiedschrijving wordt in het ICM BOOK.

10897343698?profile=original

Niet alleen de pasar malam bevat maar ook de andere onderwerpen, maar o.a. de geschiedenis die door de Indische muzikanten naar Nederland zijn gebracht en nog steeds wordt gebezigd op alle evenementen, de koempoelan, literatuur, en de Indische kwestie etc.. etc…

Hierna volgde de uitreiken van de ICM Book exemplaren aan het ICM team en partners die zich langer als 10 jaren dag in en dag uit hebben ingezet om te bewijzen dat wel degelijk de Indische cultuur anno 2014 leeft en om het uit te dragen. Uiteraard onze Rolo Lapre die achter schermen wenst te blijven (Indonesische betrekkingen). Hans Vogelsang media – partner van ICM, en de andere Hans Vervoort konden deze presentatie niet bijwonen, en Marshal Manengkei (In Jakarta). Allen om privé – redenen, maar in de ICM gedachten zijn er bij!

Uiteraard de zeer bescheiden jongste Indische organisatrice van de pasar malams Rijswijk waarvan Ferry voeten en aarde heeft moeten bewegen dat ze ook het podium betrad samen met Beynard die haar steunt.

Weer een hard bewijs dat het Indisch cultuur door de jonge generatie Indo’s het stokje wordt opgenomen. Niet alleen Sabrina, maar James Ali en Thony Schwab behoren tot die doelgroep die naast pasars andere evenementen organiseren zonder de andere jongeren niet te kort te doen. Uiteraard onze Milly mag niet ontbreken in dit rijtje als presentatrice.

10897371252?profile=originalFerry was klaar met zijn donderende speech;

Milly zette de presentatie voort die net het ICMBOOK had ontvangen en las gelijk een stukje voor uit het ICM Book”

“Omroepen laten Wieteke van Dort in de kou staan” dat op 15 november 2010 door F.Schwab ICM editor www.icm-online.nl op de site werd gepubliceerd.

Van de stoel van de Editor nog bedankt dat de Pasar Malam Rijswijk ICM de gelegenheid heeft geboden voor deze ludieke presentatie die de geschiedenisboeken in gaat dat de Indische cultuur nog steeds leeft en zal voort blijven bestaan met een populatie van meer dan 2 miljoen.

11 & 12 november : ICM met haar Team op aanstaande Pasar Malam Rijswijk

11 & 12 november 2017 aanstaande : ICM met haar Team op aanstaande Pasar Malam Rijswijk

10897366273?profile=original

10897366295?profile=original

10897366672?profile=original

Zaterdag

12:00 - 12:15 uur    Opening…
Doorgaan

Lees verder…

EEN EENZAME INDISCHE MAN, door Han Dehne

10897377685?profile=originalEEN EENZAME INDISCHE MAN, door Han Dehne

Er kunnen in iemands leven in donkere dagen dingen passeren, die de dagen nog donkerder maken dan ze normaliter al zijn. Ik heb dat enkele jaren geleden ondervonden. U zult het wellicht niet aardig van mij vinden, dat ik deze trieste ervaring aan u vertel. Maar ik neem aan dat er nog genoeg prettige zaken op u afkomen in de komende tijd. Als u dit niet wilt weten, sluit dan uw ogen.

Een paar jaar geleden in 2012 heb ik een man ontmoet op het terras in de Spoorstraat waar ik bijna dagelijks een uurtje ben te vinden. Hij was gepensioneerd van de spoorwegen en was niet afkomstig uit Den Helder. Hij koesterde de hoop nog lang van zijn pensioen te mogen genieten.
Hij was een eenzame man. Gescheiden van zijn vrouw en zijn 2 kinderen waren al getrouwd en woonden in het buitenland. Toen ik hem ontmoette, was hij op zoek naar een kamer om te wonen. 
Hij was neergeslagen en ik bespeurde een zekere onrust in hem. Een kamer zoeken is geen prettig werk, redeneerde ik bij mijzelf en zo verklaarde ik zijn nare bui.

Kort daarna kwam één van mijn kennissen naar mij toe en zei: "jij ontvangt geregeld Indische tijdschriften, is het niet? Kun je er een paar missen". Natuurlijk zei ik en prompt ging ik een paar tijdschriften brengen aan de Binnenhaven, waar hij een kamer had gevonden. Ik stopte alles in de brievenbus. Mijn kennis liet ook weten dat het met hem "nogal" ging. Eigenlijk was hij een zielig geval. Zijn kinderen ver weg in het buitenland en van zijn vrouw gescheiden. Hier in Den Helder kende hij maar weinig mensen. Ik nam mij dan ook voor om hem eens te gaan bezoeken.

Een kleine week later kreeg ik een telefoontje met de mededeling dat ik geen tijdschriften meer hoefde te brengen. "Hoezo, is hij weer vertrokken? Nee, hij is zwaar ziek geworden; het is een dubbele longontsteking en hij wil niet opgenomen worden in het ziekenhuis. Eén dag later zat ik aan zijn bed, in een huurkamer zoals er duizenden bestaan en dus overbodig om het interieur te beschrijven. Op een kastje stond een foto van zijn kinderen. Hij ademde moeilijk en zijn toestand was in mijn ogen hopeloos. "Wil ik je kinderen een bericht sturen? vroeg ik. Nee, laat maar, zei hij mat" Heb je helemaal geen familie meer in Nederland? Het bleef even stil. "Wij zijn niet zo familieziek na de oorlog is alles uiteen gevallen" bracht hij er met moeite uit.

Je kan zeggen dat Ambarawa daarvoor heeft gezorgd. De rest van zijn verhaal liet hij weg, maar ik proefde de oorlog in hem. Even later kwam er een verpleegster van de thuiszorg en die vertelde dat hij nog een getrouwde zuster in Nijmegen had wonen, maar daar kwam hij nooit. Allerlei beelden kwamen bij mij op, maar wij zijn niet de regisseurs van ons eigen levensspel, maar in dit geval werd op het slot wel een heel zwaar accent gelegd. Het bleef verder stil in de kamer. Zijn ademhaling was moeilijk en zijn vingers trokken aan zijn dekbed en zijn ogen zochten de wanden af. In de nacht daarop is hij overleden. Er was een verpleegster of iemand van de thuiszorg bij. Een vreemde had zijn ogen gesloten en zijn handen op het dekbed gekruist.

De volgende ochtend hoorde ik de bijzonderheden. Zijn zuster was gewaarschuwd en was de vorige avond gekomen. Hij had haar niet herkend; gelukkig maar. Hij heeft niet hoeven zien dat zij volkomen onverschillig en zonder spoor van ontroering aan zijn sterfbed had gestaan. Het was vreselijk, vertelde de verpleegster. Ze verontschuldigde zich dat ze in jaren niets van hem had gezien of gehoord, maar.....het was toch haar bloedeigen broer? Heeft ze nog iets gevraagd, vroeg ik. "Of er geld was voor de begrafenis...........Nee hoor"......even later was ze weer vertrokken. Ze had een dagretour genomen. Op het kastje stond nog steeds het portret van zijn kinderen.

Ik had het gevoel dat zijn gezicht er naartoe gewend lag. In mijn gedachten leeft hij nu voort als een eenzame man. Ik hoop maar dat er niet zoveel anderen zijn die ook zo eenzaam zijn en dat er altijd mensen zijn die oog en aandacht hebben voor die mensen die maatschappelijk gezien uit de boot vallen.

Lees verder…

Oostindisch Kampsyndroom van Kousbroek

10897249257?profile=original

Oostindisch Kampsyndroom van Kousbroek

Besproken door Pjotr.X.Siccama – deel 13

 

‘’Azië voor de Aziaten”” schreef Bart van Poelgeest in het NRC Handelsblad ( 01.1989)

Kousbroek schrijft dat van Poelgeest bedoelde:’”Azié voor Japan’’. In dat artikel citeerde van Poelgeet de uitspraken van de ex Japanse-minister Okunó., waarin deze Okuno zich ‘’poogde voor te stellen of de Japaners tijdens de oorlog in Azië nooit iets hadden misdaan en in feite alleen maar werden gedreven door idealistische motieven’’

En vervolgt van Poelgeest dat’’ deze uispraken niet verschillen van de Japanse propaganda voor de’’Groot Aziatische Welvaartsfeer’’.

Beroepen op die uitspraken zijn door het Tokyo Tribunaal nooit geaccepteerd als rechtvaardiging van de Japanse agressie.

Zoals we weten had een van de leden van het Tokyo Tribunaal te weten de Indiase rechter Pal (ongetwijfeld tot onsteltenis van de leden van het Tribunaal), vijspraak verzocht voor de betrokken Japanse misdadigers. – Dan citeert Kousbroek van Poelgeest over deze rechter Pal: citaat’’..moest een ongeloofwaardige poging doen de Japanse oorlogsmisdaden te bagatelliseren om niet in de knoop te raken met zijn onwrikbare overtuiging dat Japan he beste had voorgehad met de onderworpen volken’’ (in Azië) einde citaaat.

 

Dat vond Kousbroek niet eerlijk tegenover de rechter Pal en vroeg zich in de eerste plaats af wat van Poelgeest ermee wil bewijzen. En zegt hierover dat Pal niet altijd uitmuntte (wat de Fransen noemen: de la suite dans les idees ( letterlijk: het verloop/gevolg in de gedachtengang- of de puntjes op de ‘’I’’ zetten in de motiveringen van discours)

Maar dat hij de Japanse misdaden niet had gebagatelliseerd. gelukkig maar... Pal s argumenten tijdens het proces ging namelijk niet minder dan bewijzen

of op zn minst aanwijzingen te vinden die Hirohito konden belasten (dus  opdracht van hogerhand). Een vergelijkende verwijzing naar Nazi Duitsland was het niet en was ook geen onderdeel van een stelselmatig systeem en kan die hogerhand daarom ook niet worden veroordeeld.

Van Poelgeest wil in zijn artikel aantonen dat Japan uit eigen belang de helft van Azië wil annexeren onder het voorwendsel van een’’Groot Aziatische Welvaartsfeer’’. Een grote leugen natuurlijk en daar heeft van Poelgeest een serieus punt : Japan had zonder twijfel een dubbele agenda. Welk Aziatisch land had toen het idee (of vermoeden) van de dubbele bedoeling van de Japanners? Geen een; de buurlanden waren immers beschaafde naties en te goeder trouw!

Nog een argument van rechter Pal over de uitspraak dat hij overtuigd was dat Japan ‘’de beste bedoelingen had met de onderworpen volken in Azië’’. Nogmaals een leugen van de Japanners en wel om de volgende redenen:

.Wanneer Japan toch zo zeer begaan was met het lot van haar Aziatische buren, val je de buren niet aan en al helemaal niet zonder (oorlogs(verklaring); (overigens het Westen: de VS werd zonder oorlogsverklaring ook aangevallen- in Japans ogen waren de VS dé grootste vijandelijke mogendheid) en de buren successievelijk horig maakt. Waar zijn de goede bedoelingen? Japan kon toch ook op andere manieren toenadering zoeken met haar buren, (economisch/cultureel en politiek)  Maar die weg is een te lange.- daar had Japan geen tijd voor blijkbaar.

10897282252?profile=originalfoto / Prof.Röling – rechter Tokyo Tribunaal

De aanval van Japan op Pearl Harbour was een zekere wraak (aanleiding tot de WOII) op de wapen en olie embargo van de VS voor Japan, nadat de slachting door Japan bekend werd van Chinese burgers in Nanking en Shanghai in 1937/38 die er had plaatsgevonden, en de VS haar visie op de Japanse politiek totaal had gewijzigd.

De argumenten van rechter Pal waren, dient te worden begrepen dat het ook niet geheel vrij van – weliswaar zeer begrijpelijk - (formuleer ik voorzichtig) vooringenomenheid  en ressentiment (hij was per slot een Indiër en 

 10897282089?profile=original

 

 ‘’onderdaan’’ van het Britse Rijk) en vond, dat wanneer Japan schuldig is aan een veroveringsoorlog(mijn

cursivering) in Azië, dan waren de westerse koloniale mogendheden dat ook. In die positie sloot hij zich zelfs aan bij het argument van de verdediging. Een hele consternatie bij de overige internationale rechters tijdens het Tokyo proces. Ziedaar Pal s dissenting10897282675?profile=original 

Opinion. De in het proces genoemde ‘’the supreme crime’ (in de formulering: misdrijf tegen de vrede en de strafbaarstelling van aggressieve oorlog.) komt derhalve neer op het bevriezen van de status quo van de koloniale status.

Het is begrijpelijk van Pal, niet alleen als lid en rechter van het tribunaal maar ook als burger van een land als India  dat in die tijd nog door een westerse mogendheid werd bestuurd.(gekoloniseerd en dus bezet)

Immers hij zal dagelijks zijn geconfronteerd met onafhankelijkheidsideeen en verlangens en niet alleen in India.

De Nederlandse rechter bij het tribunaal Mr.Röling had de rechter Pal goed begrepen en had zelfs  enige begrip voor zijn opinion. In een interview (NRC Handelsblad 8-1980) vertelde Röling Citaat ‘’..dat de Aziatische bevolking voor het merendeel het de Japanners niet kwalijk nam dat ze een oorlog begonnen om de Europeanen uit Azië te verdrijven.

En de leus Azié voor de Aziaten was voor de Aziaten een heel begrijpelijke leuze’’einde citaat.

 Maar natuurlijk is de gemeenschappelijke ‘’vijand’’ wederom ‘’het westen of de Europeanen’’ en dat werd door Japan de buurlanden constant voorgehouden en in hun propaganda s uitgemolken. Dat gaf Japan alle instrumenten in de hand om als Aziatische superstaat te opereren. De massa volgt dit soort propagandaleuzen gewillig en zeker als het om een collectief ideaal gaat. De gevolgen van de goede trouw van de Japanse buurlanden werd beloond met het grote bedrog in hun leven.


Citaat:’’Met de jaren zijn wij er toe gekomen instinctief (!) de superioriteit van de blanken te erkennen, en de Chinesen en andere volken uit het Zuiden te minachten. Als we dat doen kunnen we onszelf net zo goed weggooien.’’ Einde citaat.

Diepte de schrijver op uit een Japans instructieboekje.

 

Er dan volgen nog meerdere van dergelijke onzinnige versen, waaruit kan worden afgeleid dat het met de Aziatische Welvaartsfeer die Japan haar Aziatische buurlanden met die leuze lokt met een grote pot zout dient te worden genomen.

De door rechter Pal vededigde Japanse human ideal is met deze vastselling geheel aan gort geslagen.

Of de Indiase rechter Pal en trouwens de overige rechters van het Tribunaal dergelijke geschriften c.q. instructies/convocaties in handen hadden gehad is maar de vraag.

 

Indien Pal wel op de hoogte was van het bestaan van deze instructies, dan was het buitengewoon naïf van de man en onderstreept  bovendien zijn precoccupaties jegens de (de huidige status (quo) van de kolonieën die niet eeuwig konden voortduren) koloniale mogendheden sterk.

Waar blijven dan toch de zo goed bedoelingen die Japan met Azië (e.a.) voor had?

De grootste leugen en groot verraad van Japan aan zijn directe buren en aan de Wereld.

 

Maar Pal s bevooroordeeldheid ligt nog fundamenteel gevoeliger dan we dachten. Was het niet de Indiase groep waar hij ook toe behoorde die Japan zo bewonderde, omdat dat het enige land is dat tegen ‘’het westen’’ durfde op te nemen?

 

Het deed me denken aan een herdenking die de schrijver in Utrecht had bijgewoond en er tot in de bijzonderheden over schrijft over een herdenkingsrede door Professor N. Beets.

Deze spreker, ( Kousbroek);’’.. hield zijn toehoorders voor..’’ citaat Beets:’’ ..moesten verwerken dat ze geconfronteerd werden met een niet-westerse agressor’’ (einde citaat)

Kousbroek vroeg zich, zeer begrijpelijk, of dat erger is dan een westerse aggressor. In andere toespraken sprak hij over  ‘’oosterse-agressors’’.

Wanneer in dit land tijdens de (IIWO) oorlogsherdenkingen toespraken worden gehouden, dan spreekt men bijvoorbeeld wel van ‘’onze ooster buren’’, maar voor de Japanners geldt dat opeens niet. – Inderdaad een merkwaardig vergelijk. Een niet-westerse aggressor wordt hiermee ‘’niet blank’’ bedoeld en moet worden begrepen in een raciale context.

 

Zowel Pal als de anti koloniale (verwoed lid van de uiterst linker vleugel van de Socialistische Partij in India vóor de 2e WOII) Indiase Bose, worden tot op heden in sommige kringen in Japan bewonderd voor hun moed en uitspraken (Pal-tijdens he Tokyo Tribunaal)

Er bestaat zelfs een klein herdenkingsmonument voor R.Pal in Japan. Kousbroeks constatering van de diepgewortelde wrok van rechter Pal en zijn geestelijke medestander Bose jegens de Britse overheersing in India en elders in de Wereld, heeft het beginsel van universeel Recht (en rechtvaardigheid in juist deze gevallen) terecht haar aandacht gevraagd op het Wereldpodium. Het is begrijpelijk van Pal om de internationale rechters op te wijzen dat er geen superieure (koloniale) of andere mogendheden bestaan en dat er om die reden (daarom ook) de (koloniale) status quo diende te worden bevroren en het tribunaal tot herbezinning moest komen om het evenwicht te vinden voor een zuiver oordeel.

 

Pjotr.X.Siccama

10897282496?profile=original

1

Sundra Ch.Bose -

 

Wordt vervolgd

Lees verder…

HET VERHAAL VAN EEN JAPANS-INDISCH KIND

 

HET VERHAAL VAN EEN JAPANS-INDISCH KIND

10897372652?profile=originalHET VERHAAL VAN EEN JAPANS-INDISCH KIND

door Han Dehne op woensdag 22 juni 2011

Zoals in iedere oorlog tussen landen ontstaan er ook relaties tussen vertegenwoordigers van de bezettende macht met vrouwen en meisjes uit het bezette land. Zo ook tijdens de Japanse bezetting van het voormalig Ned.Indie. Veel van deze relaties kwamen onder dwang tot stand, maar soms ook op basis van vrijwilligheid. Immers waar mensen elkaar ontmoeten ontstaan ook verliefdheden die uiteindelijk tot een liefdesrelatie leiden. Er leven enkele honderden kinderen die uit een dergelijke relaties zijn geboren in Nederland en nog een veelvoud daarvan elders in Azie.

De moeders waar het hier om gaat zijn allen van Indische afkomst en waren in die tijd nog erg jong, veelal van 16 tot 21 jaar oud.

Het merendeel van de uit dit soort relaties geboren kinderen werd aanvankelijk nooit iets verteld over hun afkomst. Er werd in de familie angstvallig over gezwegen. Het werd een groot taboe. Pas op latere leeftijd kregen de meeste nakomelingen te horen dat zij een deels Jaoanse afkomst hebben. En daar begonnen dan ook de problemen. Maar dat was in vele gevallen ook het enige dat zij te horen kregen. Voor de rest werd het stilzwijgen bewaard. Door de houding van de omgeving, de ondergane vernederingen met de daarbij behorende angst, waren vele moeders inmiddels sterk getrauimatiseerd en velen schaamden zich voor het door hen voortgebrachte kind en met heet feit dat zij in een zogenaamde verboden relatie hadden gezeten. Een overgroot deel van deze moeders werden nadien met hun kind of kinderen opgesloten in één van de Nataionalistische kampen van de Indonesische vrijheidsstrijders.

Voor andere Nederlanders waren de Japans-Idische kinderen en hun familie hooguit iets exotisch, maar binnen de Indische omgeving werden zij gediscrimineerd, mede als gevolg van de vaak extreme wreedheden begaan door de Japanners en het feit dat deze kinderen hun uiterlijk niet konden verbergen. Zij zien er vaak erg Japans uit.

In die gevallen waarin dat niet gebeurde was het 't gezin zelf die het grote taboe in stand hield. Het kind te zijn van de vijand werd vaak een geestelijk drama. Zeer veel van deze kinderen raakten, vooral op latere leeftijd, in ernstige psychische problemen en hadden dringend hulp nodig om hun leven opnieuw in te richten en klaar te komen met het feit dat zij deels Japans zijn.

HOE IS HET MET MIJN VROUW MARY VERLOPEN?

Met een zwaar woord kan ik zeggen dat zij behoort tot de lotgenoten. Wij zijn nu - anno 2011 - zo'n 47 jaar getrouwd. Toen ik haar leerde kennen was zij 18 jaaren had ongeveer een jaar daarvoor formeel gehoord dat DE MAN WAARVAN ZIJ DACHT DAT HET HAAR VADER WAS, DAT HELEMAAL NIET WAS EN DAT ZIJ HET KIND WAS VAN EEN JAPANNER.

U begrijpt dat zij daar behoorlijk ondersteboven van was, mede omdat haar opvoedvader, voor haar, een hele goede vader was, alhoewel ze al vroeg in de gaten had dat zij in geen enkel opzicht iets van hem in haarzelf kon ontdekken. Nadat wij enkele weken met elkaar omginmgen en onze relatie, zeker van mijn kant, serieus dreigde te worden, wilde zij de relatie beeindigen met de woorden; "dat zij niet was wat ik dacht dat ze was". Ik begreep van die opmerking natuurlijk geen moer. Nee, vertelde ze, ik ben anders een kind van ded vijand. Het resultaat is dat wij nu nog steeds samen zijn, mede omdat het voor mij toen, en nu nog steeds, veel belangrijker was en is van "wie je bent en niet wat je bent".  Vele jaren ging ons leven normaal zijn gang. 3 zoons werden ons deel en de een na de ander ging de deur uit om zijn eigen leven verder op te bouwen.

Totdat........

de eerste tekenen dat het niet goed zat zichtbaar werden. Bij  sommige gelegenheden waar gesproken werd over de Jappentijd, vooral in Indische kringen waar wij veel in verkeren, ging Mary zich steeds ongemakkelijker voelen. Immers als men het had over "die rot Jappen"dan deed dat ergens goed pijn, terwijl ze de reacties en opmerkingen wel kon begrijpen, zeker vin het licht van de vaak wrede geschiedenis. Allerlei gelegenheden ging ze ontlopen en vluchtte als het ware weg.

Onze kinderen werden vooralsnog niet ingelicht over hun afkomst en de afspraak was dat dit pas zou gebeuren zodra Mary hier zelf aan toe was. Nou lieve mensen, dat heeft jaren geduurd.

Ik bespaar u alle momenten die uiteindelijk tot psychische problemen leidde, die haar hebben gevoerd naar een diepgravende therapeutische behandeling bij het Sinai Centrum in Amsterdam van méér dan 2 jaar.

Nadat Mary haar kinderen, op haar eigen manier in 1995, inlichtte over hun deels Japans zijn en dat, tot haar greote verbazing, fantastisch door hen werd opgenomen, evenals door hun echtgenotes, gingen wij voor een kleine twee jaar naar Curacao. Bij onze terugkeer in Nederland gingen wij tijdelijk inwonen bij mijn schoonmoeder en vonden bij haar op tafel   een boekje van de Stichting Sakura. Wij kenden die club niet en vroegen haar wat of dat was. Ach, zei ze, ik heb hun geschreven omdat ik voor jou je vader wilde laten zoeken. Maar je moet het maar afschrijven want nu moet ik geld betalen en dat kan ik niet. Onmiddellijk gaven wij aan dat wij wel contact zouden opnemen met die Stichting en het laten overschrijven naar ons toe, omdat het uiteindelijk onze zaak was. Het ging immers om de vader van Mary. Vanaf dat moment heeft haar moeder nooit meer iets over dit onderwerp prijsgegeven. Op uitdrukkewlijke vragen volgde huilbuien en opmerkingen als; "ik weet niets meer, laat maar zitten en ik ben alles vergeten".

Nadat wij met de Stichting Sakura in contact waren gekomen hebben wij ook een begin gemaakt met het op zoek gaan naar vde biologische vader van Mary.

In 2002 kreeg zij de kans om mee te gaan met een reis naar Japan van 12 dagen. Het doel van deze reis was om een beter inzicht te krijgen in het Japan van nu en te verzoenen met het Japan van toen. Het was voor haar een indrukwekkende, confronterende en emotioneel zware reis, maar wel één die ze niet had willen missen. Daar in Japan ontdekte Mary heel goed dat ze deels Japans is. Velen leken op haar, zij kon door haar lichaamslengte iedereen recht in de ogen kijken en de kinderen die ze daar ontmoette waren vaak copieen van onze eigen kinderen. Kortom ze werd heel erg geconfronteerd met zichzelf, niet alleen door herkenning, maar het versterkte ook een psychisch proces dat de "unheimische" gevoelens die al langere tijd een rol speelde, verhevigde. Een korte tijd na deze reis moest ze zich dan ook onder behandeling stellen om orde te brengen in de grote warboel die in haar hoofd was ontstaan.

De zoektocht naar haar vader met de Stichting liep op niets uit en derhalve besloot  ik om het zelf te gaan proberen. Echter wie we ook aanschreven, overal kregen wij nul op het rekest. Natuurlijk allereerst omdat wij alleen beschikten over een achternaam zonder verdere gegevens  en een spaarzame omschrijving als zou hij een hoge functionaris zijn geweest in het gebied rondom de beroemde Vorstenstad Solo (Soerakarta). Ook de persoonlijke contacten met de Minister of Foreign Affairs of Japan leverde niets op, mede omdat zij alleen wat konden doen als wij beschikten over een legernummer, geboortedatum en plaats. Nou, dat zijn nou juist de zaken die wij - en al onze lotgenoten - niet weten. Bovendien werd het al snel duidelijk dat de privacy voorschriften in Japan nog veel verder gaan als hier in Nederland en doorwerken tot enkele generaties terug. Een ander belangrijk facet dat een rol speelt is dat, zodra er sprake is van wat zij noemen "een aanzienlijke familie", dus een voorname familie dan wordt men helemaal huiverig omdat zij niet lastig gevallen mogen worden met de zoinden van de voorouderen.

Zo hebben wij ruim 6 jaar aangemodderd, ruim 3600 boeken en manuscripten doorgewerkt om maar een klein draadje te vinden die ons verder op de weg kon helpen. Totdat wij op het punt kwamen van opgeven,wij kwamen niet verder........en dan opeens zat ik de memoires te lezen van Sukarno. In één voetnoot kwam ik een verwijzing tegen naar ene Dr. Shigeru Sato die een proefschrift had geschreven over het Japans bestuur op Java gedurende deze oorlog. Ook vond ik een privé mailadres van hem. Binnen 36 uur had ik al enkele ,mailtjes met hem gewisseld en besloot Shigeru, die in Australie woonde en doceerde aan The University oof New Castlle, naar Nederland zou komen om met ons kennis te maken, ons verhaal te horen en te bezien wat hij voor ons kon betekenen. Twee maanden later kwam hij inderdaad naar ons toe en hebben uitvoerig over alles gesproken. Bij zijn vertrek beloofde hij om samen met enkele Universitaire vrienden voor ons aan de slag te gaan.

Na weer enkele maanden kregen wij opnieuw bericht maar nu uit Japan van Prof.Oba. Zij hadden met Hr.Uchiyama de gegevens waar wij zo naarstig naar zochten gevonden. U begrijpt dat dit voor Mary een emotioneel hoogtepunt werd in haar leven. "IK BESTA ECHT", "IK MAG ER ZIJN". Het moment werd nogal aangrijpend omdat zij het bericht ontving toen haar moeder in het ziekenhuis lag, die daar op dat moment in kritieke toestand verbleef.

Ook daarna zijn wij enorm geholpen door een andere vriendin van ons Yoko Watanuki die in alle perioden zeer veel zaken voor ons heeft gedaan. Al deze mensen zijn wij natuurlijk de rest van ons leven buitengewoon dankbaar.

Sindsdien weten wij dat haar biologische vader Touki Okada heet, in 1894 is geboren en afgestudeerd is in de Engelse letteren aan de Universiteit van Tokyo in 1918. Hij is in 1986 overleden op 92 jarige leeftijd en gedurende de oorlog was hij als Attaché de hoogste bestuurder beast met cultuur en onderwijs op Midden Java en gelijkgesteld met de rang van Kolonel.

Er zijn nog 4 dochters van hem in Japan woonachtig, dus halfzusters van Mary.Het contact met hun verloopt uiterst stroef. Men wil de familie hierbuiten houden, maar wij mogen wel alles vragen.

 

 

Lees verder…

Indische Pedalsteelguitar- players …

10897375094?profile=originalIndische Pedalsteelguitar- players …

Voor de mensen die het misschien nog niet weten … country and western-muziek was jaren
geleden door de Indische repatrianten in Nederland binnen gehaald.
Kon ook niet anders onze ouders waren beïnvloed door Amerikaansmuziek in de jaren 1945 na de Tweede Wereld Oorlog en werd overspoeld met “cowboyliedjes” als van Tennesey Ernie Ford, Jim Reeves, Hank Williams, Lefty Fritzel, Les Paul and Mary Ford, Grady Martin …

Toen de eerste golf Indische repatrianten Nederland binnentraden namen ze hun geliefde ebonieten grammofoonplaten mee, en werd volop gedraaid op huisfuifjes en kleine Indische kumpulans.
Sterker nog de Ambonezejongens namen hun hawaiian-gitaar mee oftewel een steelguitar.
Er werden hawaiian liedjes gezongen afgewisseld met country liedjes …In Den Haag, Amsterdam en Rotterdam werden toen Hawaiian-bandjes opgericht. Rudy Wairata en later George de Fretes waren de hawaiiangitaar giganten. George (Tjok) de Fretes ging later naar Hawaï en won tijdens een Internationale Hawaiian-guitar convention de beker als Werelds beste Hawaiiangitaar speler!. Handige Indische jongens bouwden zelf hun steel-guitar, en als eerste country and western steelguitar speelster in Europa was de Indische Elly Baron.


Druppelsgewijs werden er “country and western” bandjes opgericht naast de populaire Indische rock and rollbandjes. Als ik me niet vergis was “The Road Runners” uit Tilburg één van de eerste Indische countrybandjes dat optrad met een echte pedalsteel-guitar, en de pedalsteelist was de Indische Ully Berkeley (+) …Jaren daarna werd de country and westernband “The Tumble Weeds” opgericht door Ton Masseurs uit Waalwijk. Ton Masseurs een bekende pedalsteelguitar-player uit Holland, en zijn band kregen een uitnodiging om in de USA op te treden. Overigens “The Tumble Weeds” was een Hollandse band….

Kort daarna veroverde ”Hans Sommer and The Sommerset” de harten van vele Nederlandse country liefhebbers, en ook deze band kreeg een uitnodiging om naar Amerika te gaan. Hun pedalsteel speler was André Sommer …en bekend als een moderne pedalsteelist die een aparte sound creëerde! Hans en André Sommer waren de twee Nederlandse broers in de band, de andere leden waren Indische jongens.


“The Intruders” in de jaren 1980, toen onderleiding van Wout Kneefel (+) was een veel gevraagde Indische country and western-band, met als pedalsteelspeler Ted Tönjes een Indo uit Amersfoort.

Toen al begeleide Ted en zijn band, Patsy Montana …Claire Courtney en nog wat Amerikaanse artiesten, en dan praten we nog niet over zijn optredens in de voorprogramma’s van Freddy Fender … Emmylou Harris … Lynn Anderson en Bobby Bare, kortom Ted een man met ervaring achter zijn pedaalsteelguitar werd al snel een begrip onder de Nederlandse pedalsteelguitar spelers en … bekend om zijn jazzy tonen op zijn pedalsteel!


Later werd de sologitarist van The Intruders vervangen door Marcel Parijs, een country gitarist die met z’n gitaar vaak pedalsteel-sounds maakte, kon ook niet anders, Marcel was gek op de pedalsteel en speelde thuis stiekem al op de pedal! Marcel Parijs ontplooide zich snel tot een verwoede pedalsteel-player. Jaren later werd hij gevraagd door Albert Rumengan, leadgitarist van countrygroup “The MRP Band” en tegenwoordig uitgeroepen als één van de beste country and western band in Nederland! Marcel Parijs kreeg in 2009 een uitnodiging uit the USA om mee te doen aan …The International Steel Guitar Convention in St.Louis. Uiteraard heeft hij laten zien aan de Amerikanen wat een Indo in zijn mars heeft!!

In de jaren 1980 raasde de bus van de “Midnight Special Band” ieder weekend kris kras door Nederland, om haar contracten af te werken met optredens. Midnight Special Band was een veelgevraagde country and westernband uit Bergen op Zoom olv. Ed Brodie, die later verhuisde naar Zoetermeer. Bijna 24 jaar heeft deze band bestaan met veel succes! (2 Lp’s en 1 CD.)
De pedalsteel-player was toen de jongste pedalsteel speler van Nederland, Danny Berkeley
de zoon van de al eerder boven genoemde Ully Berkeley uit Oosterhout. Danny volgde zijn vader op en werd een gerenommeerde pedalsteel-player en speelt tegenwoordig in de band ”Dixy Aces”,. Zelfs in Duitsland, België en Luxemburg is Danny een bekende pedalsteelist en een veel gevraagde muzikant in studio’s …
Danny, een rustige jongeman die bekend staat om zijn gevoelige en melancholieke fills en bloedzuivere tonen gebruikt in zijn solo’s. Nog af en toe komt Danny bij zijn muziekvriend Ed Brodie op visite en van gelegenheid gebruik maakt om nog even in de studio van Ed samen een paar nummers op te nemen op de digitale12 sporige BOSS BR1200 recorder! Danny blijft zoeken
naar nieuwe speeltechnieken op zijn zeldzame DEVIS-pedalsteel made in Holland en bewonderd in de USA!

Zo zien jullie maar beste lezers, de Indische jongens begonnen met de Hawaiian-gitaren en eindigen op de Pedalsteel-guitar, en dat is nog niet alles … zelfs de Amerikanen worden nu nog steeds verrast door de INDISCHE PEDALSTEEL-GUITAR PLAYERS ….Chapeau voor deze Indo pedalsteel-gitaristen!

Ed Brodie
Zoetermeer
(zie bijlage foto’s met commentaar)
Met dank aan: Ted Tonjes / Marcel Parijs / Danny Berkeley
Lees verder…

Het verhaal van Chris Bouman

Het verhaal van Chris Bouman

10897276056?profile=originalHet verhaal van Chris Bouman

De ouders van Chris waren allebei Indische Nederlanders. Zijn vader was al gepensioneerd, hij was assistent-resident geweest op Borneo. Uit zijn eerste huwelijk had hij vier kinderen. Het huwelijk met de moeder van Chris, die zelf al een dochter had, was zijn tweede huwelijk. Samen kregen ze twee kinderen: Chris en Boudewijn.

foto - Chris Bouman

Chris zijn vader werd in december 1941 gemobiliseerd en overleed in oktober 1944 in krijgsgevangenschap. Chris bleef als baby met zijn moeder   en de andere kinderen achter. Zij hoefden niet in een Japans gevangenenkamp, zoals de blanke Nederlanders. Al gauw vertrokken de kinderen uit het eerste huwelijk van zijn vader naar familie in Bandoeng, zodat zijn moeder het minder zwaar kreeg. Halfzus Roos, Boudewijn, Chris en hun moeder bleven gedurende de oorlog bij elkaar. Zij hadden het geluk om al die tijd in hetzelfde huisje in Malang te blijven wonen. In het najaar van 1944 kreeg zijn moeder van de Japanners het officiële hoofddeksel van zijn vader, dat hij als assistent-resident gekregen had. Dit was het teken dat hij overleden was.

Chris herinnert zich weinig uit die tijd. Wel weet hij nog hoe het eindigde. In oktober 1945 reed er een vrachtauto voor het huis en moesten zij instappen met achterlating van alle bezittingen.  

10897276085?profile=originalfoto - Boudewijn en Chris met hun moeder

Zijn moeder griste nog gauw wat foto’s van het dressoir en pakte de koffers die al klaar stonden. Ze vertrokken naar het grootste gevangenenkamp dat de Indonesiërs voor Indo’s en blanken ingericht hadden. Elk gezin kreeg slechts één kamer.

Na ongeveer een half jaar moesten ze ook daar weer weg. Het eerste deel van de reis ging per trein. Geruchten gingen dat de passagiers van de eerste treinreizen vermoord waren. Iedereen was doodsbang. Het tweede deel van de reis ging met een bommen werper. Omdat er weinig plaats was, werd Chris als kleinste bij zijn moeder op schoot vastgebonden. Nog vaak 

droomt Chris van deze nare vlucht naar Batavia. Ze wilden bij familie gaan wonen, maar ook de familie van zijn moeder bleek op de vlucht. Daarom reisden ze door naar Bandoeng, waar ze bij een oom konden logeren. Chris kreeg tyfus en dysenterie en moest twee maanden in het ziekenhuis blijven.

10897276658?profile=originalVeilingbrief, waaruit blijkt dat de moeder van Chris toch nog aardig wat bezittingen heeft kunnen terugkopen

In 1947 kregen ze de keuze om naar Nederland te vertrekken of terug te gaan naar Malang. Het laatste gebeurde, maar bij aankomst bleek het huis compleet leeggeroofd. Via  het plaatselijke veilinghuis konden ze uiteindelijk een behoorlijk deel van hun bezittingen terugkopen.

In augustus 1950 vertrokken Roos, Boudewijn en Chris en hun moeder naar Nederland. Voor hun vertrek verkochten zij hun inboedel, met uitzondering van een kamferkist, het huwelijksgeschenk van zijn vader aan zijn moeder. De kist is een belangrijke herinnering aan zijn kindertijd en aan zijn moeder en is daarom heel erg dierbaar.

Deze kamferkist en het verhaal erachter is nu te zien in de tentoonstelling in het Museon. Het Museon is een educatief museum voor een breed publiek, dat de mens en zijn rol in de samenleving centraal stelt. Het wisselt informatie uit over allerlei actuele onderwerpen uit de wereld van natuur, cultuur, wetenschap en techniek, legt dwarsverbanden en biedt inzichten.

 De tentoonstelling Buitenkampers, de kleur van overleven is een expositie over Indo-Europeanen (Nederlanders met een Indonesische vader of moeder) die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Indonesië buiten     de kampen verbleven.

10897276863?profile=originalTijdens de Japanse bezetting verdween de blanke bevolking van Nederlands-Indië in honderden interneringskampen, die volledig afgesloten waren van de buitenwereld.  De   mannen   werden

gescheiden van de vrouwen en kinderen, waarbij bovendien de jongens vanaf 10 ook nog eens apart werden opgesloten in Jongenskampen.  Voor de meeste mensen duurde deze internering bijna drie jaar of langer.

In totaal werden 140.000 burgers en militairen geïnterneerd. Ruim 120.000 Indo-Europeanen, Nederlanders met een Indonesische ouder of voorouder, bleven buiten het kamp. Nog te zien t/m 5 januari 2014 in het Museon, Stadhouderslaan 37, 2517 HV Den Haag. Voor meer informatie, zie: http://museondenhaag.tumblr.com/#sthash.R9qzYvWF.dpuf

 

Lees verder…

ERKENNING KOMT ECHTER VOOR VELEN TE LAAT KNIL-militairen na jaren geëerd

door Olof van Joolen

10897373460?profile=original

Molukse veteranen van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) moesten bijna een mensenleven wachten op erkenning. Gisteren werd er een voorzichtig begin mee gemaakt toen defensie een delegatie van de laatste nog levende oud-strijders officieel ontving.

Voor Benjamin Tahelele (86) is het een dag van dubbele emoties. Wekenlang keek hij uit naar het moment dat hij met zijn echtgenote Doortje en dochter Lisa naar de ontvangst bij Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht Hans van Griensven mag. ,,Is het vandaag al”, vroeg hij dagelijks aan zijn dames. Ze stelden hem gerust. Ze zouden pa echt waarschuwen als het zover was. Voor de gelegenheid stak hij zich in het nieuw. Tot een paar kraakverse schoenen aan toe.

Toch zit de oud-officier wat weemoedig bij de ontmoeting die vooraf gaat aan het officiële moment op het landgoed de Zwaluwenberg. Hij denkt aan al die makkers die het niet meer mee hebben mogen maken. ,,Met 11.000 waren we. Velen zijn al overleden”, vertelt de Ambonees. ,,We kwamen hier op dienstbevel. Niet omdat we dat zelf wilden. Ik was veel liever in Indonesië gebleven.”

Tahelele doet zijn verhaal in een zaaltje diep weggestopt in de Hilversumse Van Oudheusdenkazerne. Oorspronkelijk zouden de KNIL-Ambonezen, zoals ze zichzelf noemen, een kopje koffie doen bij Van der Valk. Maar hoewel het allemaal mannen van minimaal dik in de tachtig zijn, blijft hun verleden de gemoederen verhitten. Antifascisten zien ze als oorlogsmisdadigers en vonden de ontvangst door de generaal niet op zijn plek. Ze kondigden een demonstratie aan. Hierop bereidden pro-Molukse groepen weer een tegenactie voor.

Door die ketenreactie vindt wat een mooi moment moet zijn, plaats onder politiebegeleiding die bij een risicowedstrijd niet zou misstaan. Wegen worden afgezet, politie patrouilleert te paard en de ME staat paraat. ,,We hopen dat de baba’s en mama’s er niet te veel van merken”, zegt de drijvende kracht achter het eerbetoon, Leo Reawaruw van actiegroep Maluku4Maluku.

Het officiële moment heeft plaats achter gesloten deuren. Generaal Van Griensven ontvangt ontspannen de delegatie van negen veteranen. Hij spreekt namens de minister van Defensie en het voltallige kabinet zijn dank uit voor het werk dat de KNIL-militairen hebben gedaan in voormalig Nederlands-Indië. Bovendien kondigt hij aan dat de KNIL-Ambonezen een eigen tent krijgen tijdens Veteranendag. Een lang gekoesterde wens. ,,We zitten op de goede weg”, concludeert Reawaruw namens ’de baba’s en mama’s.’

Lees verder…

De smaak van verlangen 3.0 door: Kirsten Vos

De smaak van verlangen 3.0   

door:   Kirsten Vos 

De website Indisch 3.0 heeft deze zomer de eerste editie van een wedstrijd voor innovatieve Indische gerechten uitgeschreven. Iedereen kon hier aan meedoen. Het aantal inschrijvingen viel voor de eerste keer eigenlijk een beetje tegen, maar de 7 deelnemers lieten zich werkelijk van hun beste kant zien. Het doel was, op oude tradities innovatief nieuwe gerechten te bereiden, want zowel de mensen van Indisch 3.0 als ook de juryleden zijn van mening dat de Indische keuken best wel aan een vernieuwende fase toe is.

Winnaar Tim Sprangers aan het koken.

Op maandag 4 november werd uiteindelijk de kokende journalist Tim Sprangers (29) uitgeroepen als winnar van de SAYAH Gouden Rijstkom. Met zijn lemper van gerookte schar op een bedje van Gado-Gado overtuigde hij de jury, bestaande uit chef Pascal Jalhaij, chef en zanger Lonny  Gerungan en topkok Jeff Keasberry (ja, u leest het goed: de kleinzoon van de beroemde Oma Keasberry) van zijn kwaliteiten.

10897272054?profile=originalfoto -juryleden vlnr Lonny Gerungan, Pascal Jalhaij en Jeff Keasberry, geflankeerd door twee redactieleden van Indisch 3.0

Jury voorzitter Jalhaij zei hierover: “Dit gerecht heeft alle elementen waar het nieuwe Indische koken voor staat. Authentieke pure smaken, goede bereiding, juiste keuze van ingrediënten en dat alles komt tot uiting in de smaak van verlangen 3.0”. Met dit jury-oordeel heeft de Amsterdammer behalve de Gouden Rijstkom ook een bedrag van € 300 gewonnen. Bovendien mag hij zijn gerecht aanbieden aan de Indonesische ambassadeur en opdienen op de komende vakbeurs voor meester-chefs.

Tim Sprangers over zijn gerecht: “Mijn opa maakte vroeger altijd de lempers. Dat was dan een dag feest, maar ook een dag van crime. De keuken was voor ons dan verboden terrein en als je het lef had om opa in de weg te

lopen, kon hij behoorlijk chagrijnig worden. Ik kan het me nog vaag herinneren. Hij overleed ruim tien jaar geleden; mijn oma vorig jaar. Met haar kon ik uren praten over eten. Toen stuitte ik op een verbazing: oma wist namelijk niet hoe je lemper moest maken. Want dat deed opa altijd. Ook haar eigen receptenboek bleef het antwoord schuldig. We kwamen echter tot de conclusie dat de kruiden van haar soto waarschijnlijk overeen kwamen met die in de lemper van opa. Ik houd heel veel van de Indische keuken; ben ermee opgegroeid en kook nu al meer dan twee jaar voor een redelijk traditioneel Indisch eetcafé. Maar ik heb mij de afgelopen tien jaar behoorlijk ontwikkeld als kok en houd van het doorbreken van stigma’s. Het kruidenmengsel verdient een monument, maar waarom de

10897272275?profile=originalfoto-Het winnende gerecht: Lemper van gerookte schar op een bedje van Gado-Gado.

combinatie met vlees. Waarom niet met lekkere vis uit de Noordzee? Ik heb gekozen voor schar; voer voor de kat werd vroeger gezegd, maar niets is  

minder waar. Het is een ondergewaar-deerde heerlijkheid. Gado-Gado is misschien wel mijn favoriete Indische gerecht, vooral door de verse groenten en de eenvoud in contrast met het vaak heftige kruiden-amalgaam. Maar ook hierbij vroeg ik mij af, waarom toch altijd dezelfde groenten. Ik kies voor typische seizoensgroenten van oktober en november. De kleurencombinatie is mooi. De pindasaus maak ik lekker fris en neutraal, zodat de lemper niet verzuipt in het sausgeweld en de sprekende djeroek poeroet  in de lemper weer mooi terugkomt in de Gado-Gado”.

Indisch 3.0 heeft deze kookwedstrijd georganiseerd om de Indische keuken – die al sinds de jaren ’50 van de vorige eeuw onveranderd is – te vernieuwen, sexy en spannend te maken, met name voor Indische jongeren die professioneel of hobby-matig in de keuken staan. De Gouden Rijstkom 2013 is mogelijk gemaakt door SAYAH drinks (o.a. producent van de spekkoeklikeur), de Indonesische Ambassade, Restaurant Blauw, HANOS en Keizer Culinair.

Volgend jaar zelf meedingen naar de Gouden Rijstkom? Houd dan de website www.indisch3.nl in de gaten.

Lees verder…

10897375897?profile=original10897375493?profile=originalUitreiking het boek-album ICM Boulevard "Collect Item "ter ere van het 15 jarige bestaan Ajo Dansa Senang.

Een prachtig initiatief van onze ICM - er Rudy Groenewald om een dergelijk boek te ontwikkelen dat als herinnering collect item dient bij het bereiken van het 15 jarig bestaan van een koempoelan,  om zo de organisatoren in het zonnetje te zetten, die toch iedere keer hun nek uitsteken. Het boek, ik zou dit liefst een boek vol prachtige foto's, collect items willen noemen die over die jaren terugblikt.

 

Het terugblikken gaat om alle bands & artiesten met het publiek dat op deze koempoelan optraden. Om zo ICM, die voornamelijk op de pasar malams is te vinden, zo die bekendheid te geven onder het publiek van de koempoelans door het hele land. Op zich niet vreemd dat de naam ICM Boulevard werd gekozen, want het gaat om een stuk Indisch entertainment, en de herinneringen te laten refereren aan "Collect items".

10897376065?profile=original10897376078?profile=original

 

Drie exemplaren van het albumboek zijn geproduceerd; een exemplaar aan AJO dansa  overhandigd,  een exemplaar aan Nederland bibliotheek en  een exemplaar bij ICM stand ter in zage op de pasar malams.

 

Zo'n boek vol collect items mag thuis niet worden gemist in de boeken kast.

 

Het boek is te bestellen bij de organisor AJO dansa senang.

Lees verder…

10897268094?profile=originalVeel Nederlanders en onze Mark Rutte hebben een persoonlijke band met Indonesië

bronvermelding: rlogsgravenstichting

Na de Tweede Wereldoorlog kwamen vele Nederlanders en Indische Nederlanders vanuit Indonesië naar Nederland. In Nederland was toen totaal geen oog voor het hetgeen zij in Indië hadden meegemaakt. Hier kregen zij het verwijt dat zij de oorlog hadden doorgebracht in een warm land waar het eten voor het grijpen lag, terwijl de mensen in Nederland vreselijk hadden geleden onder foto- Minister-president Mark Rutte legt een krans ter nagedachtenis van de gevallenen op het Nederlands ereveld Menteng Pulo in Jakartade

Duitsers, de koude winters en het gebrek aan voedsel. Hierdoor hielden mensen uit Indië uiteindelijk hun mond en vertelden zij buiten het gezin niet meer over hun ervaringen in de Japanse kampen. Velen zochten hun heil zelfs buiten Nederland en emigreerden naar Amerika, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Soms spraken zij wel met hun kinderen over hun tijd in Indië. Dat deed bijvoorbeeld ook de vader van onze minister-president Mark Rutte.

10897268475?profile=original

 foto -  Minister-president Rutte alleen met zijn gedachten tussen de graven op het ereveld

De vader van Mark Rutte was in Nederlands-Indië directeur van de handelsonderneming Jacobson Van den Berg & Co. Samen met zijn vrouw en hun drie kinderen woonde hij aan de Tosariweg in Batavia. Door de oorlogsdreiging met Japan werd vader Rutte onder de wapenen geroepen. Hij diende als reserve tweede luitenant infanterie bij het KNIL. Na de Nederlandse capitulatie verdween vader Rutte in een krijgsgevangenenkamp. Moeder Rutte kwam met haar drie kinderen in het kamp Tjideng in Batavia terecht.

10897268672?profile=original

Daar overleed zij vlak voor de bevrijding op 20 juli 1945. Na de oorlog is zij herbegraven op het Nederlands ereveld Pandu in Bandung. Daar rust zij nu nog.Vader Rutte keerde met hun drie kinderen terug naar Nederland en hertrouwde met een zuster van zijn overleden vrouw.

Uit dit huwelijk werd Mark Rutte geboren in 1967.

"Mijn vader zette mij op zijn knie en vertelde spannende verhalen. Ik heb daar veel van geleerd. Zijn verhalen behoren nu tot mijn bagage" aldus Mark Rutte.

Op deze wijze leerde hij de Indische familiegeschiedenis van zijn vader kennen. Een geschiedenis die hij voor altijd met zich meedraagt.

Vanwege het drukke programma was er geen gelegenheid om het graf van de eerste vrouw van zijn vader in Bandung te bezoeken. De Oorlogsgravenstichting heeft er daarom voor gezorgd dat er tijdens zijn bezoek aan Indonesië een bloemetje op graf werd geplaatst. Hiervan zijn foto's gemaakt die Mark Rutte bij het bezoek aan het ereveld Menteng Pulo zijn aangeboden door Peter Steenmeijer.

Lees verder…

Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide' Bron Volkskrant 18/11-2013

Bewerkt door: redactie − 18/11/13, 08:31  − bron: ANP
10897375071?profile=original
media_xl_1952552.jpg
© afp. Sukarno, de eerste president van de Republiek Indonesië, in 1945.

De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Nederland altijd gelaten geaccepteerd, 'terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord'.

Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van 'post-koloniaal geheugenverlies' van de Nederlandse autoriteiten.

De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse wetenschappelijke blad Journal of Genocide Research.

'De Bersiapperiode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland', aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten. 'Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel niet-Indonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen.'

Hij noemt het 'zeer mager' dat minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vindt dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moeten betalen. 'De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein', zegt hij in Trouw. 'Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo'n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is.' 

 

Ferry Schwab
Niet te vergelijken met de vele oorlogmisdaden / acties waar ruim 1 mijloen Indonesiers opkwamen die vanuit Den Haag geregisseerd werden toch?  die nu worden onderzocht ! Daar hoor je de Volkskrant niet over, want dan wordt gelijk de subsidiekraan voor deze krant dichtgedraaid door Den Haag door niet meer te adverteren in deze krnt ! Dit geldt voor de omroepen met programma Pauw, De Wereld Draait Door, en OmroepMax. Er was slechts 1 gastspreker die dit onderwerp aanroerde namelijk Gerard Spong, en uiteindelijk is men begonnen met onderzoek van oorlogsmisaden in de republiek Indonesie toch ?????
 
 Hoe zit met die 159.000 Nederlandse Indisch onderdanen in voormalige Indie, waar omroep MAX denkt dat het slechts om 80 man in Bandoeng gaat, of 70 man in Jakarta of 80 man in Soerabaya, nee Jan Slagter,  het gaat om naar schatting ruim 50.000 man/vrouw die de Nederlandse Staat bewust Statenloos heeft gemaakt. Dus een strafbaar feit heeft geepleegd! 
 
 Met het programma de "de vergeten indische Groep in Indonesie', zoals je ze indo 's noemt" ben je het dak van enkelen aan het repareren terwijl voor die 50.000 anderen de moesson begint, ik hoop dat je bgrijpt wat dit betekent. Het programma is goed voor de kijkcijfers, maar lost structureel en grootschalig niets op . Met veel respect voor diegenen die dit nu op hun manier doen om toch die groep te hulp schieten, en in het akkoord van dit Kabinet geen 1 letter er over in staat. Nota bene is deze Indische gschiedenis door de vader van Mark Rutte met de pap in gegoten, bizar voor een Mark die zich nog historicus durft te noemen, en de tante van Mark in Bandoeng ligt begraven.
 
Stelselmatig worden mensen uit men (ICM respondenten / correspondente)  netwerk geweigerd om hun zegje te doen in je programma van Omroep Max. Ik geloofde hen niet, en heb nu zelf die poging ondernomen, wetende wat er op de achtergrond meespeelt.  Inmiddels vijf  pogingen gedaan voor een gesprek, wel staat Max op de pasar malams, het domein van ICM, met de promotie van zijn programma, is weer de fobie voor de subsidiekraan als dit gevoelige politieke onderwerp wordt aangesneden dat overigens ook geld voor programma PAUW en de Wereld Draait Door,  
 
Voor Jan en zijn redactie geldt verdiep je in de geschiedenis van het traktaat, op ICM is deze reeds in 12 delen gepubliceeerd. 15.000 man staan hierachter dus achter mij, en alles met prive gelden om dit project ACT66 op de kaart te zetten . Die vergeten Indo's moeten gewoon terug naar Nederland, of een AOW ontvangen met terugwerkende kracht. Dan ben je goed bezig, en hoef je geen daken te repareren voor enkelen terwijl voor die overige 50.000 gedupeerde de MoessOn begint.
 
Jan de Nederlandse Staat heeft ze bewust Statenloos gemaakt, laat je redactie verdiepen in deze materie alles staat opgetekend in evaluatie brochure van Min. Bu Za, en door ons opgestel 'Rapport traktaat van wassenaar" dat in boek onder ISBN:978-94-92575-18-0, de  onderzoeken voor dit  rapport heeft slecht een fractie gekost (bkostigd uit prive)  dan de Indische NIOD rapporten van ander half miljoen die Jetje Bussemaker onder de la heeft weggestopt onder het Kabinet Balkenende.
 

Lees verder…

10897349296?profile=original10897376701?profile=original
Halbe Zijllstra van de VVD  door Ab klink op een dwaal spoor gezet, vraagt zich af "waar is die 689 miljoen gebleven uit tracktaat van Wassenaar.

veel geld voor die tijd" dat de republiek Indonesia aan Nederland betaalde die weer aan de Nederlandse Indische Gemeenschap (NIG) betaald diende te worden, die uit het land moesten vluchten met het verlies van al hun bezittingen, spaar - en banktegoeden. Rutte en Geert wordt wakker ! Gaat nu om ruim 3 miljard, betaal een keer de Indische schulden aan de 60.000 Indiegangers en gebruik die meevaller eens om je oude Indische schulden te betalen, grote wanbetaler!

BIJLAGE BRIEF AB KLINK  

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA DEN HAAG

Datum 24 maart 2010

 

Betreft Kamervragen

Lees verder Geschiedenis : 

op  http://icmonline.ning.com/…/geschiedenis-trakaat-van-wassen…

Lees verder…

INDIËGANGERS KOTSMISSELIJK VAN INDONESISCHE SCHADECLAIMS

10897281292?profile=original10897293462?profile=originalINDIËGANGERS KOTSMISSELIJK VAN INDONESISCHE SCHADECLAIMS

Klopjacht op de staatskas

Lees verder…

Jakarta meest intolerante stadvan Indonesië

Jakarta meest intolerante stad van Indonesië

Jakarta meest intolerante stadvan Indonesië

17-11-2017 | NIEUWS

Jakarta is de meest intolerante stad in Indonesië. Dat heeft onder meer te maken met de religieuze spanningen tijdens de gouverneursverkiezingen eerder dit jaar, zegt mensenrechtenorganisatie Setara Institute. Setara Institute deed onderzoek in 94 steden in Indonesië in de periode november 2016 tot oktober 2017. Daarbij keek de mensenrechtenorganisatie onder meer hoe steden tolerantie promoten en in de praktijk brengen. Elke stad kreeg een score van 1 tot 7. Hoe hoger de score, hoe toleranter de stad. 

Jakarta kreeg een score van 2.30 en staat daarmee onderaan de lijst. In 2015 stond Jakarta nog op een 65ste plaats in de lijst. Dat Jakarta in 2017 onderaan de lijst bungelt, is onder andere het gevolg van religieuze spanningen in de Indonesische hoofdstad in de aanloop naar, tijdens en na de gouverneursverkiezingen van 2017, zegt Setara Institute. Dat de lokale autoriteiten niet adequaat reageren op schendingen van religieuze vrijheid heeft volgens de organisatie ook een rol gespeeld bij de daling van Jakarta op de lijst. 

Andere steden die slecht scoren zijn Banda Aceh in Aceh (2,90), Bogor in West-Java (3,05), Cilegon in (3,20), Depok in West Java (3,30) and Yogyakarta (3,40).

De meest tolerante steden in Indonesië zijn Manado (Noord-Sulawesi), Pematang Siantar (Noord-Sumatra), Salatiga (Midden-Java), Singkawang (West-Kalimantan) en Tual (Molukken). Deze vijf steden behaalden elk een score van 5.90.

Foto: Indonesiënu.nl

Lees verder…

Blog Topics by Tags

Monthly Archives