Alle berichten (16)

Sorteer op

Komt de niet opgeloste Indische vluchtelingen probleem na 70 jaren nu aan de orde?

10897315485?profile=originalKomt de niet 10897316665?profile=originalopgeloste Indischevluchtelingen probleem na 70 jaren nu aan de orde?

Uiteraard was het voorzitterschap van Nederland toen aan de orde van de dag. Met dit voorzitterschap kon Mark Rutte met zijn delegatie zaken aan sturen omdat Syrië, Irak, en Turkije aan de grens van Nederland staat. De gebeurtenis in Keulen hebben de zaken niet eenvoudiger op gemaakt.

Redenerend zijn al dit soorten ontwikkelingen toch de bemoeinnissen van de Nederlandse regeringen op een rij dat stamt al sinds het voormalige Indie,  die onnodig de Nederlanders voor een  onnodig voldongen feit brengt, niet 18.000 kilometer gescheiden door vele oceanen, maar de Middellandse Zee waar velen hun vakantie in de zomer vieren.  

Een regering die zijn eigen normen en waarden plegen op te dringen aan die regeringen die het in hun ogen niet goed doen. Neem Irak, iedereen was tegen deze coupe tegen Sadat gepleegd dat begon door de CIA die vaak op hun blauwe ogen onvoorwaardelijk worden geloofd, en infiltreren . Blair en Bush hebben ruimtelijk toegegeven dat ze het goed fout zaten, en Blair trad zelf af. Hoe zat dit ook al weer met Nederland, daar was een team van 20 man van commissie Davids nodig om Nederland te overtuigen dat ze nooit hiermee hadden bemoeien, wat deed Jan Peter Balkenende met 100.000 mensen die voor niets zijn overleden, het als een mening afgedaan, schaamteloos CDA!  100.000 mensen zijn onschuldig de dood ingejaagd. Bush en Blair konden dit niet verwerken, en de diensten als CIA zijn de veroorzaker, maar dan nog hebben ze bloed aan hun handen, dus ook NL - regering. Nooit is de rust in Irak teruggekeerd, maar verder als een olievlek verder gestaag uitgebreid.

 

Neem Syrië nu, Wat heeft de bemoeienis teweeggebracht?

Ruim 100.000 oorlogsslachtoffers, een land dat helemaal verwoest is. De massale bevolking die vlucht uit het land richten Nederland die denkt door een oorlog het op te lossen, als er nog sprake is van een land ….. Als een olievlek spreidt dit verder uit de bemoeienissen van Nederland onder het mom “Wij zijn in een handelsland”, dat bevestigd wordt door Spong gedachte goed, dat aan de oorlogen de wapen industrie willig tiert, niet waar?

Nederlandse regering heeft niets geleerd van uit verleden uit het voormalige Indie! Ruim 500.000 Indische Nederlanders  met een Nederlands paspoort moesten het voormalige Indie uitvluchten met gevaar voor eigen leven. Weer door de bemoeienissen van Nederland. NL regering die belust is op macht en geld onder de noemer” wij zijn een handelsland.” Alle normen en waarden op deze aardkloot hebben overtreden. NL regering deinst niet terug voor oorlogsmisdaden als het maar om handel gaat.

 

10897321256?profile=original10897238680?profile=originalHet Verdrag Traktaat van Wassenaar beschrijft de handel en wandel van die Nederlandse regering van toen. Om je te schamen als Nederlandse burger dit te moeten lezen uit het betreffende document! Hoe durf je nog geld aan de kers verse republiek te vragen terwijl je het de staatskas en het land hebt leeggeroofd, moet je toch heel ver zijn, bacchhhh schaamteloos, en dat nu voorzitter van de EU. Wat als de EU de Indische geschiedenis ter ore komt ?

 Vooraf de overdracht aan het nieuwe bestuur van Soekarno / Hatta had NL Regering de staatskas al leeggeplunderd werd uit de gegeneerde resultaten van die Binnenlandse Indische economie. Verwijs naar het rapport van Galen hoe het geld, goud, assets werden weggesluisd door de NL Staat, Banken, Verzekering en de multinationals ( allen houden angstvallig het nog uit te betalen Indisch Geld vast).

Alles weggesluisd en de goudvoorraden getransporteerd naar o.a. New York. Soekarno en Hatta hadden een lege staatskas. Moet U voorstellen dat dit nu gebeurt; Binnenlandse economie van Nederland heeft een omzet van ongeveer 1100 miljard, daarvan vloeit 289 miljard naar de Nederlandse Staatskas aan Belastingen. Van deze orde werd leeggeroofd destijds in het Voormalige Indie zo niet meer dan  289 miljard.

Tegelijkertijd zaten Soekarno/ Hatta  beiden met de opbouw van het land, economie, met een lege staatskas. Maar het grootste probleem was dat 500.000 Indische Nederlanders -  die door de Indonesische bevolking niet meer geduld werden gezien als koloniaal bewind van onderdrukking, vernedering en verkrachtingen van de vrouwen in die 300 jaren. Soekarno / Hatta ontfermde, en beschermde deze groep zo goed als zij het konden. De Nederlandse regering keek dit weg en negeerde het,  wilde deze 500.000 Indische Nederlanders met Nederlands paspoort niet meer terug in Nederland die hebben geleden onder Japanse bezetting en bersiap; Niet te vergeten als veroorzaker van de oorlog met Japan, die hoogst in eigen persoon door de Koningin Wilhelmina  namens NL –regering van uit London werd verklaard om achter Amerika te staat. Van de ene op de andere dag veranderde het leven in het Voormalige Indie in een hel. Mensen uit hun huizen naar de kampen, een lange oorlog dat begon in 1942  tot 1949, hierna bersiap !

Beide regeringen gingen het Verdrag van Wassenaar aan in 1966. Deze hield in dat de NL regering de nieuwe kerst verse republiek hielp bij de opbouw - economisch, terwijl de NL regering Staatskas leegroofde- en compensatie voor de vluchtelingen in Nederland voor het verlies van alle eigendommen, bezittingen, banktegoeden. (Vluchtelingen = Indische Nederlanders uit voormalige Indie). Soekarno betaald aan het Ministerie van Bert Koenders 689 miljoen oude guldens met waarde nu van 2,4 miljard.

10897270694?profile=originalVan de 500.000 vluchtelingen werden 341.000 toegelaten, 159.000 de vergeten groep die hun documenten kwijt waren door die oorlogen werden niet toegelaten, en stateloos. Hoe heeft NL regeringen op een rij hier de vluchtelingen problematiek aangepakt?

 

 

Waarom is het geld dat op de rekening van Bert Koenders staat nu 2,4 miljard nog steeds niet uitgekeerd aan de Indische Gemeenschap?

Waarom hebben die 341.000 alles terug moeten betalen voor de reis, verblijf en herinrichting?

Waarom heeft de NL regering die 159.000 Indische Nederlanders laten barsten? Waarom is na 70 jaren nog steeds niet opgelost dit vluchtelingen probleem?

Waarom hebben die 341.000 oorlogslachtoffers nimmen gecompenseerd uit WMO zoals wel de andere groeperingen (Joodse Gemeenschap, Roma, Sinti"), terwijl Nederland Marshalhulp van ruim 7 miljard toen ontving, en uit het Verdrag met Japan ruim 3 miljard?

 

Mark Rutte zal U eerst niet uw eigen gecreëerde vluchtelingen probleem uit voormalige Indie eerst oplossen na 70 jaren met dit voorzitterschap?

 

Document uitgebracht door Minister van Buitenlandse Zaken;  “Nederland, Indonesie en de financiële overeenkomst van 1966” “To forget the past in favour of a promise for the future”

Bestellen bestel@icm-online.nl   (PDF bestand, 70 pagina’s, kosten € 3)

10897264495?profile=original

Weergaven: 11182

Lees verder…

10897393486?profile=original

De Indische kwestie door Albert van Prehn - Wiens belang is en was er gediend eigenlijk? Niet die van mijn ouders en hun nageslacht.

Beste mensen/ gemeenschap genoten.
Ik heb mijn stoute schoenen aangetrokken en heb, wetende dat ik geen kans zou maken, een aanvraag ingediend aangaande de back pay regeling.
Ik heb de formulieren keurig ingevuld, alle bewijzen van internering van mijn vader ingediend met Japanse documenten waaruit zijn internering blijkt etc.
Kort daarop kreeg ik zoals te verwachten een afwijzing zonder meer omdat mijn vader niet meer in leven was na de bepaalde datum in augustus 2015.
Ik kon hiertegen in beroep gaan en dat heb ik ook gedaan waarbij mijn argumenten waren dat ik de regeling niet kan accepteren in de hoedanigheid waarop hij tot stand is gekomen.
Aangaande de motivering werd ook van mij gevraagd om argumentatie en dat kon middels een bezoek aan het kantoor van de SVB of middels een telefonisch onderhoud.
Ik koos voor het laatste en ik kreeg een behandelaar aan de lijn waarmee ik een min of meer pittige discussie had.
In het kort de strekking van het verhaal en mijn interpretatie ervan.
Wat betreft de claim die is afgewezen blijft men bij het standpunt dat mijn aanspraak geen geldigheid had om redenen dat mijn vader niet meer in leven is en ook niet is overleden na de 15e augustus 2015. 


Mijn argumenten dat het een door mij nooit geaccepteerde overeenkomst kan zijn vanwege de smerige wijze die de overeenkomst tot stand heeft doen komen en het feit dat het I.P. niet de autoriteit is die de hele Indische gemeenschap vertegenwoordigd - dus totaal geen bevoegdheid heeft namen de Nederlandse Indische gemeenschap te handelen met een populatie van 2 miljoen, kan ook nog voor de rechter worden gesleept en wegens misbruik van de naam Indische Gemeenschap - maar slechts een in het leven geroepen instantie van stromannen, die de regering moest helpen om de Indische aanspraken voor vergoedingen krachtens de naleving van de verantwoordelijkheden van de Nederlandse staat jegens zijn burgers in de overzeese gebieden, werd beantwoord met een opmerking die voor mij dermate schokkend is dat ik mijn zelfbeheersing verloor en niet voldoende uit mijn woorden kon komen.
Het argument was dat de rechter middels een rechtszaak tussen het I.P en de staat der Nederlanden de overeenkomst in zijn hoedanigheid geldig heeft verklaard in zijn uitspraak en dat daarom geen kans voor mij was om het achterstallige soldij van wijlen mijn vader als erfgenaam nog op te eisen. Ik kon ook geen aanspraak maken op de back pay regeling, zo werd mij ook door de behandelende ambtenaar medegedeeld.


Daarbij werd mij verteld dat de staat de Nederlanden in principe niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de zaken die de toenmalige overzeese gebieden aangaan. Lees wat hier wordt gesteld, met andere woorden Nederland heeft niets te maken met de strijd van onze ouders om in naam van het Nederlandse gezag en onder plicht van hetzelfde gezag de kolonie te verdedigen tegen de japanners. In korte bewoordingen ze hadden helemaal geen oorlog hoeven te voeren en deden dat op eigen initiatief. Dus, mijn en uw voorouders of ouders, en ook de uwe beste lezer dezes, hebben op eigen initiatief gehandeld en alle voortkomende zaken die de oorlog heeft veroorzaakt is niet te verbinden met de Nederlandse Staat, de marine wel omdat dat onderdeel direct onder gezag van de staat der Nederlanden valt.
Hoe zo heeft NL Staat niets van met toenmalig Overzeese Gebieden? 


Wat het niet Koning Wilhelmina die Japan namens de Nederlandse regering vanuit London de oorlog verklaarde en geheel buiten de VN om, om haar bondgenoot Amerika te steunen? Deze oorlogsdaad van de Nederlandse Regering verandere het leven in het voormalige Indie´, Van de ene op de andere dag veranderde het leven van de Indische Onderdanen met een NL paspoort in een hel. Nog in geen twee dagen werd Het Voormalige Indie door het Japanse leger overlopen. De Indische burgers werden uit hun huizen gezet, afgevoerd naar de kampen( Binnen - en Buiten kampen). Bij de capitulatie van JAPAN, werden de Indische Burgers door de Indonesische bevolking nu als vijand beschouwt en Het Japanse leger deze in bescherming moest nemen, en later de bersiap.
Nederlandse Regering is de veroorzaker van de gevolgen en zal zijn verantwoordelijkheid moeten nemen, naast dat NL Regeringen voor de oorlogslachtoffers verschillende fondsen hiervoor heef gehad van : Marshalhulp 7 miljard, Verdrag Japan 5 miljard, en verdrag met Indonesie 0,7 miljard.
Daarbij, waarom komt men nu met de uitreiking van de medailles aan de nog overgebrleven molukse soldaten hier in dit land, nadat zij gewoon Jaren verzwegen waren, als de ned. staat niet aansprakelijk was, hoezo nu wel erkenning? Nu pas, terwijl de treinkaping toen werd afgedaan met een terroristen daad en uiteindelijk gewoon geliquideerd, zonder dat toen uitvoerig bij stilgestaan werd waarom deze kapers tot die actie zijn gekomen/ De hele nederlandse bevolking werd gewoon dom gehouden wat het voormalige Ned. Indie betreft.
Ik was even confuus en vroeg die behandelaar of het inderdaad zo is dat mijn en vele ouders voor nop hebben moeten lijden, in korte bewoordingen, Nederland is in principe niet verantwoordelijk voor wat daar in haar kolonie is gebeurd dus is niet aansprakelijk voor geleden schade, niet aansprakelijk voor achterstallige vergoedingen zoals soldij etc.
Waar was Nederland dan wel voor verantwoordelijk? Waarom werden na de capitulatie dan de politionele acties uitgevoerd? Immers het is toch niet iets wat Nederland aangaat zo denk ik dan met mijn eenvoudige brein.
Heeft mijn vader en ook mijn moeder voor niets de kolonie proberen te verdedigen en was het niet zo dat het toen wél een Nederlands over zeegebied is met aan het bewind ervan de koningin der Nederlanden en in wiens naam werd gestreden?
Waarom is er verdomme dan een oorlog gevoerd en waarom zijn de Indonesiërs dan 350 jaar onderdrukt en vernederd? Ja om de buit en meer niet blijkt nu.
Ik weet nu dat ik moet oppassen om niet anti blanda te worden zoals het bij sommige indo’s is, ik ben hier als Nederlands burger en wil ook al zodanig gerespecteerd worden en niet als nakomeling van mensen die alleen maar goed waren als gebruiksvoorwerp.
Uit het verhitte gesprek blijkt dus hoe men over ons denkt en ik ben van plan om de zaak van mijn vader en moeder in te dienen bij het Internationale hof voor de mensenrechten in den Haag.
Volgens mij kan eenieder een zaak aanhangig maken maar ik moet me wel gesteund voelen door inzage in feitelijkheden die ik niet ken omdat ik van de 2e generatie ben, dus als er personen zijn die mijn bericht lezen en juridisch op gebied van internationaal recht terzake kundig zijn dan zou ik graag de adviezen willen ontvangen.
Als ik een zaak indien op persoonlijke gronden moet ik beslagen ten ijs komen en mijn zaak zal tevens die van vele lotgenoten zijn.
Het I.P. en zijn leden die deze walgelijke overeenkomst hebben geaccepteerd op eigen initiatief en niet representatief zijn voor de hele Indische gemeenschap moeten zich schamen om hieraan meegewerkt te hebben. Van de 1100 gegadigden zijn inmiddels meer dan de helft voor die bepaalde datum in augustus 2015 overleden en van Rijn lacht weer in zijn vuistje, weer een kluitje in het riet een proces wat al JAREN aan de gang is. 


Wiens belang is en was er gediend eigenlijk? Niet die van mijn ouders en hun nageslacht.


Albert van Prehn
31 oktober 2017.

Lees verder…

‘Waar begint de vrede?  Die begint bij jou en bij mij!

10897393666?profile=original‘Waar begint de vrede? 
Die begint bij jou en bij mij!’

De jaarlijkse vredesweek is voorbij. Hoog tijd om stil te staan bij de betekenis van echte vrede. En waar die ook alweer begint.

Vorige week was op veel plaatsen in ons land de jaarlijkse vredesweek. En ik kreeg de vraag om dit jaar voor de vredesweek in Enschede als ambassadeur op te treden. Het verzoek kwam van de organisaties ‘Enschede voor Vrede’ en de ‘Wereldvredesvlam Twente’. Aan hun verzoek gaf ik graag gehoor. En zo viel mij de eer te beurt om de officiële opening van de vredesweek te verrichten tijdens een feestelijke bijeenkomst in de sfeervolle wintertuin, nu omgedoopt in de vredestuin, van leefgemeenschap De Wonne

Heftige oorlog

Van jongs af aan ben ik geen ‘vredeskind’. Ik werd namelijk midden in een heftige oorlog geboren. Voor mijn geboorte was een gewapende patrouille nodig die mijn moeder vervoerde naar een ziekenhuis. Dat was in Bandoeng, Indonesië, tijdens de strijd om de onafhankelijkheid van het land. Een oorlog die destijds door de regering eufemistisch werd aangeduid als ‘politionele acties’.  Het vredeskind in mij werd pas wakker in mijn studietijd. Als student en als muzikant nam ik deel aan diverse vredesdemonstraties, voettochten van Pax Christi, acties van het toenmalige IKV (Interkerkelijk Vredesberaad) tegen kernwapens, acties tegen de neutronenbom, tegen de komst van de kruisraketten, tegen de Russische inval in Tsjecho-Slowakije enz. Daardoor kreeg ik besef van de waanzin van oorlog en het grote belang van vrede, wereldwijd. Bij de opening van de vredesweek noemde ik dit ‘de grote vrede’.

Moedeloosheid

Mijn vroegere idealen zijn weliswaar niet verdwenen, maar worden wel vaak beproefd. Wie de grote vrede een warm hart toedraagt, maar nu ziet hoe in Syrië, Irak en Afghanistan iedereen met iedereen vecht, kan toch een gevoel van moedeloosheid en machteloosheid niet ontzegd worden. Die machteloosheid heeft alles te maken met de vraag: wat kan je aan al dat geweld zelf doen? Antwoord: helemaal niks. Moeten we dan onze ziel in lijdzaamheid bezitten? Dat dacht ik niet. En daarom vroeg ik de aanwezigen bij de opening van de vredesweek aandacht voor ‘de kleine vrede’. Dat is de vrede die begint bij onszelf, de vrede in ons hart en in ons dagelijks leven. Hoe wij omgaan met anderen, hoe wij naar hen willen luisteren in plaats van discussiëren. Hoe wij niet de tegenstelling zoeken, maar die juist willen overbruggen. Hoe wij niet gaan voor het debat, maar voor de dialoog.

Kleine vrede

Die kleine vrede begint bij onszelf met aandacht voor de ander. Dat is ook de vrede die belangrijk is in onze eigen omgeving. Bij onszelf in huis, in ons gezin, met onze dierbaren, met je buren, in je buurt. Die ‘kleine vrede’ is vooral vrede op lokaal niveau. Dus typte ik in Google ‘gemeentelijk vredesbeleid Enschede’. Niks te vinden. Dan maar een mailtje: ‘Heeft de gemeente Enschede een lokaal vredesbeleid?’ Dat leverde een telefoontje op, dat er op neer kwam dat Enschede dat niet echt heeft. Wel was de burgemeester aangesloten bij Majors for Peace (burgemeesters voor vrede), maar daar was hij niet echt actief in.

Lokale initiatieven

Nu hield diezelfde burgemeester op 15 augustus een prachtige toespraak tijdens de Indiëherdenking bij het Indiëmonument in Enschede. Daarin legde hij een mooi verband tussen ‘vrede’ en de stad. Er is dus alle aanleiding voor een gemeentelijk vredesbeleid dat lokale initiatieven van burgers faciliteert. Steden als Eindhoven en Deventer doen dat. Dus gemeente Enschede, waar wacht je nog op?

Lees verder…

Uitbetalen op basis van Traktaat van Wassenaar 1966

10897222082?profile=originalUitbetalen op basis van Traktaat van Wassenaar 1966

6.450 ondertekeningen Online via www.petitie.nl  en 9.783 via ICM, zijn U voorgegaan ! 

Het verdrag Traktaat van Wassenaar is in 1966 ondertekend door de regeringen van Nederland en Indonesië. Doel: De Indonesische regering betaalt aan Nederland het bedrag van 689 miljoen gulden ter genoegdoening aan de Nederlandse staatsburgers, die huis, have en goed in Indonesië moesten achterlaten ten tijde van de repatriëring tussen 1947 en 1962. De Nederlandse regering heeft dit echter nooit aan de rechthebbenden uitbetaald.

Het Tracktaat is ondergebracht in een claim project ACTW66. Als U meent recht te hebben, schrijf u dan in als deelnemer via onze website www.icm-online.nl zodat ook namens U het proces wordt gevoerd. Ook kan U ACTW66 ondersteunen voor de advocaat - en gerechtskosten. Door te doneren op Rabo-rekening NL41 RABO 03977255 07 ten name van F. Schwab / ICM Online onder vermelding van donatie ACTW 66 - volg ons voor de updates op www.icm-online.nl.  

Petitie

Wij

De Nederlands-Indische gemeenschap en allen die zich hiermee verwant voelen of zijn,

 

constateren

Dat de Nederlandse Staat de afspraken, vastgelegd in het Traktaat van Wassenaar in 1966, al 50 jaar lang niet is nagekomen en de Nederlandse staatsburgers van Indische afkomst nimmer schadeloos heeft gesteld voor verlies van bezittingen, banktegoeden, enz. als gevolg van oorlogshandelingen tijdens de Japanse bezetting, de Bersiap en de politionele acties; en de gevolgen Linggadjati

 

en verzoeken

Dat de Nederlandse regering in navolging van de "Indische kwestie" de Nederlands-Indische gemeenschap recht doet door de afspraken volgens het Traktaat van Wassenaar ten uitvoer te leggen, dan wel onderhandelingen opent met het Advocaten Team in Jakarta en het Actie Comité TvW-66, welk team door laatstgenoemde in en buiten rechte wordt vertegenwoordigd, met de intentie over te gaan tot stappen die leiden tot een bevredigende oplossing voor alle rechthebbenden.

Ondertekenen

Ga naar onderteken petitie

Details

Ontvanger: minister 
Petitieloket:Nederland 
Einddatum 19-01 -2019 
Petitionaris: Ferry Schwab  namens Delegatie & Deelnemersraad ACTW -66
Lees verder…

Het boek "Rapport Traktaat van Wassenaar " Eerste druk is vanaf heden aan te schaffen.

10897370462?profile=original

ACTW-66 heeft  hiertoe besloten omdat Druk II in ontwikkelingen is, dit  in verband met de gehouden WOB’s  en verdere feiten die aan de orde zijn gekomen.  De eerste druk is deels achterhaald en via kanalen achter de schermen bekend geworden binnen de Overheid instanties, mede om onder andere de juridische mogelijkheden te onderzoeken om het Traktaat voor te laten financieren of het vinden van grote sponsors. In het Tweede druk staan juist die essentiële zaken die ACTW66 graag in bewaring wil houden voor het juiste moment dat het nodig is.

 

Het boek kost € 50. Donaties boven de € 75 ontvangen het rapport in boekvorm kosteloos + gratis jaar abonnement op ICM, de Indische Internetkrant.

 

Boek is te verkrijgen bij ICM stands op de pasar malam, of te bestellen via info@icm-online.nl

 

De opbrengst is om onze benodigde uitvoerende werkzaamheden voor fase II verdere te kunnen uitvoeren.

 

 Om een voorbeeld te noemen,  ruim 16.000 mensen hebben deze petitie getekend. Het tekenen vond plaats via verschillende kanalen en partners. Hierdoor is er een berg aan administratie ontstaan. Voorts mails, en brieven die binnen stromem die ook weer beantwoord dienen te worden. Dit zijn o.a. onze back office werkzaamheden,  tegelijkertijd zal de campagne verder moeten gaan om het Traktaat blijvend bekend te maken aan naar schatting nog 40.000.

Tussentijds werd op 19 mei jl. de ACTW-66 delegatie en ACTW-66 deelnemersraad geïnstalleerd. In de delegatie nemen zitting 3 advocaten, jurist Internationaal recht, historicus en mijn persoon. De deelnemersraad wordt bemand door 17 personen. Van 1 augustus worden inloop - en bijeenkomsten gegeven over de geschiedenis en de stand van zaken met betrekking tot het traktaat.

Op de achtergrond is het ACTW-66 druk bezig om middelen te werven, wat niet wil vlotten.

16.000 hebben getekend, hebben ook gelezen dat om juridische strijd gaat. Processen kosten veel voorbereidende werkzaamheden naast het geld, desondanks hebben er zich nog geen 400 gedoneerd van de 16.000. Door het boek aan te bieden waar onderzoeken aan ten grondslag liggen dat vervat is in een duur rapport (Indische NIOD Rapporten, hebben 1,8 miljoen guldens gekost) dat op deze wijze de 16.000 man alsnog over de brug komen.

 

Zoals U weet is voor fase I ruim € 340.000 uitgegeven in de vorm van gemaakte kosten en veel onbezoldigd werk door het team geleverd.

 

Fase II

Voortzetting campagnevoering om de beoogde doelgroep gerechtigden te bereiken. Thans zijn met zeer beperkte middelen 16.000 mensen die bekend zijn en hebben getekend van de 50.000 - 60.000, met een uitbreiding via omroepen en de kranten naast de pasar malams, het internet en kumpulans vanaf juli 2016; geraamde kosten € 600.000 inclusief. Stijging zit in de kosten via de media en kranten. 

Met de beschikbare kanalen via het ICM werden slechts 16.000 gerechtigden bereikt.

Het totaal aantal gerechtigden bedraagt 50.000-60.000

  1. Uitgave boek ‘Conceptrapport Verdrag Traktaat van Wassenaar 1966’ 60.000 stuks; € 490.000
  2. Griffiekosten 2,5% over het geclaimd te vorderen bedrag worden geraamd op een plafond van Max. € 400.000 (anders 2.5 % van 689 miljoen ofwel 17,25 miljoen)
  3. Overige kosten begroot met betrekking uitvoeringskosten voor front- en BackOffice om vragen van de op € 180.000 o.a. kosten ACTW66 - delegatie en ACTW66 - deelnemersraad, hierin zitten kosten van advocaten.

Fase II Totaal € 1.230.000

 

 

Boek is te verkrijgen bij ICM stands op de pasar malam, of te bestellen via info@icm-online.nl 

 

Hebt U verdere vragen mail naar schwab@icm-online.nl of mob. 06 37 28 24 33.

Lees verder…

Dekolonisatie was altijd het doel'

Dekolonisatie was altijd het doel'

Het Parool; 19/9 - 2018

President Soekarno aan het woord in Medan, januari 1950 President Soekarno aan het woord in Medan, januari 1950 © ANP

Is de term dekolonisatie achterhaald als het gaat om Indonesië? Volgens John Jansen van Galen niet: 'Spreken van rekolonisatie is geschiedvervalsing.'

In Pakhuis de Zwijger vindt morgen een eerste openbare tussentijdse ­rapportage plaats van het grote onderzoek naar de dekolonisatie van Indonesië dat vorig jaar van start ging.

Inmiddels blijken de onderzoekers zich de vraag te stellen of die term wel juist is: 'Omdat Indonesië al op 17 augustus 1945 de onafhankelijkheid uitriep, kan de daaropvolgende oorlog ook gezien worden als een poging het land te rekoloniseren.' Geen de- maar re­kolonisatie dus! Dat is in flagrante strijd met de feiten.

Al op 6 december 1942 verklaarde koningin Wilhelmina in een rede die in haar hele koninkrijk werd uitgezonden namens de regering dat Nederland na de bevrijding streefde naar een 'vrijwillig samengaan' op voet van gelijkheid met Indonesië, Suriname en de Antillen in een nieuw 'rijksverband', dat 'door een overgrote meerderheid van de bevolking' aanvaard zou worden.

Vrijwillig samengaan, op voet van gelijkheid, door de meerderheid aanvaard: het is waarlijk iets anders dan kolonialisme.

Nu kun je zeggen dat Wilhelmina die aankondiging deed om de geallieerden en met name de antikoloniale Amerikanen gunstig te stemmen voor Nederland, en dat is ook zeker het geval.

Maar the proof of the pudding is in the eating: na de oorlog hebben opeenvolgende regeringen zich steeds gehouden aan het door de koningin vertolkte doel.

Chaos en terreur

Om dit te bereiken moesten in Nederlands-­Indië natuurlijk eerst rust en orde worden hersteld, net als in het Europese deel van het koninkrijk. Zoals Nederland door de Duitsers was verwoest, werd Nederlands-Indië in 1945 door de Japanners in chaos en terreur achtergelaten.

Maar het vaste voornemen was om, wanneer die eenmaal beteugeld waren, in overleg te ­treden met de nationalisten over een nieuwe staatkundige toekomst van Indonesië. En dat is ook gebeurd, zij het met meer vallen dan ­opstaan.

Gert Oostindie

Vrijwillig samengaan, op voet van gelijkheid: het is waarlijk iets anders dan kolonialisme

Een complicerende factor daarbij was dat veel Indonesische nationalistische leiders hadden geheuld met de Japanners. Ik snap nooit waarom Nederlanders, doorgaans fel op lui die 'fout in de oorlog' waren, de collaboratie van Soekarno vergoelijken omdat hij nu eenmaal partij koos voor mede-Aziaten.

Dat zou NSB'ers die partij kozen voor mede-ariërs ook vrijpleiten. Premier Willem Drees nam het, naar hij zei, Soekarno niet kwalijk dat hij de kans te baat had genomen om 'Nederland te bevechten', maar: "Dat hij duizenden van zijn landgenoten heeft aangemoedigd naar Japanse werkkampen te gaan, waarvan hij wist dat velen niet zouden terugkeren, neem ik hem hoogst kwalijk."

Niettemin werd er gepraat, ook met Soekarno en onder druk van de Amerikanen. Dat veel, ook invloedrijke Nederlanders zich grimmig verzetten tegen een afscheid van de kolonie en desnoods met geweld 'door de eeuwen trouw' wilden blijven aan 'Insulinde', is waar. Het regeringsbeleid bleef echter vooropstellen dat Indonesië eerlang op eigen benen zou staan.

John Jansen van Galen. Journalist en publicist. John Jansen van Galen. Journalist en publicist.© Door: ANP

Ja, er is gevochten, en niet weinig ook. Het was een hard gevecht tegen een van de eerste grote guerrillabewegingen, met veel dodelijke slachtoffers. Maar onder auspiciën van de Amerikanen werden daarna, op een oorlogsschip, de onderhandelingen over dekolonisatie hervat en het eind van liedje was, in 1949, dat de Indonesische nationalisten daarvoor de vorm aanvaardden die Nederland bepleitte: een federatief Indonesië, met Nederland verbonden in een gelijkwaardige Nederlands-Indonesische Unie, met nota bene aan het hoofd daarvan de Oranjevorst!

Dat die constructie nog geen jaar standhield, neemt niet weg dat het Nederlandse beleid vanaf 1945 gericht was geweest op dekolonisatie, niet op rekolonisatie. Dat te beweren is een vorm van geschiedvervalsing waarvan ik hoop dat de voor het onderzoek verantwoordelijke hoogleraar, de historicus Gert Oostindie, er een stokje voor zal steken.

Lees verder…
10897390273?profile=originalGoedemorgen Ferry,
 
Zag gisteravond op het ONS TV-net het laatste deel Afl. 6, van de documentaire 'Oorlogsverhalen Nederlands-Indië'. Je zag de Japanse interneringskampen 'Makassar' met de Indische Ietje van Leeuwen met een verhaal over haar vader en moeder, daarna kwam de Bersiap met Leo Tho Nijenhuijs die over de verschrikkelijke tijd vertelde. Als laatste gaf hij aan: "Wij kwamen berooid aan, hadden helemaal niets, zomerkleding althans wat daarvan over was en in Ataka bij Port Saïd, kregen we winterkleding, dwz trainingspakken e.d. Die kleding was tot stand gekomen van de opbrengst van donaties van diverse landen, o.a. Canada, Nederland en zelfs Nederlands-Indië en benificiare instellingen. Toen wij in Nederland kwamen, moesten wij zelfs deze kleding aan de Nederlandse Staat terugbetalen".
 
Dit is uiteraard niet de letterlijke tekst, maar tekst in die strekking van zijn verhaal. Interessant om te zien en hij was ooggetuige, net zoals iedere Indische Nederlander die naar Nederland repatriëerde. De hele serie is interessant. Mss dat je dit eventueel op jouw site kunt plaatsen, wanneer je tijd hiervoor hebt uiteraard. Ik weet natuurlijk niet of dat mag en hoe dat met de 'rechten' zit. Maar zo niet, dan kun je de website plaatsen. Ik zie dat vanmiddag om 13.30u de herhaling komt. 
 
 
Geniet ondanks alles, van de zonnige dag, nu kan het nog, over een maand zitten we weer in winterkleding te kleumen.
 
Anke.
Lees verder…
10897238680?profile=original

Bijdrage aan wederopbouw Nederland

De Indonesische injectie


Van de ene op de andere dag veranderde Nederland op 27 december 1949 van een koloniale mogendheid in een bescheiden Europese staat. Vrijwel onbekend is dat Indonesië aan de naoorlogse wederopbouw van Nederland een cruciale bijdrage leverde.

OP 27 DECEMBER 1949 ondertekende koningin Juliana in het paleis op de Dam de soevereiniteitsoverdracht van Indonesië en hield Nederland op te bestaan als koloniale grootmacht. Voortaan was Nederland te vergelijken met een staat als Denemarken. Over de condities was de voorafgaande maanden onderhandeld op de Ronde Tafel Conferentie, de RTC, in Den Haag. Daar hadden vier partijen rond de tafel gezeten: een Nederlandse delegatie, geleid door Van Maarseveen, de toenmalige minister van Overzeese Gebiedsdelen; een delegatie van de Republiek die op 17 augustus 1945 door Soekarno was uitgeroepen, waarvan minister-president Hatta de leider was; een delegatie van federalisten uit de Indonesische deelstaten, die werd geleid door Anak Agung, minister-president van de grootste deelstaat De Grote Oost. De vierde partij was de United Nations Committee for Indonesia (Unci), die door de Verenigde Naties in het leven was geroepen om Nederland en de Republiek tot elkaar te brengen. Deze delegatie stond onder leiding van Merle
Cochran, de Amerikaanse voorzitter van de Unci.

Voorafgaande aan de RTC hadden Republiek en federalisten de klokken gelijk gezet. Ze hadden een grondwet opgesteld voor een soeverein Indonesië: de Verenigde Staten van de Republiek Indonesië, Republik Indonesia Serikat: de RIS. De inzet van beide Indonesische delegaties op de RTC was het veilig stellen van de soevereiniteit van de federale republiek. Ze waren bereid daarvoor concessies te doen. Ze aanvaardden dat Indonesië en Nederland verbonden bleven in een Unie onder de Oranjekroon. Wat de Unie precies inhield bleef onduidelijk, maar de Indonesiërs wisten in ieder geval te voorkomen dat deze iets zou afdoen aan de soevereiniteit van hun nieuwe staat.



EEN ONDERWERP waarover op de RTC langdurig werd onderhandeld, was de schuldenkwestie. Nederland liet Indonesië een hoge prijs betalen voor zijn soevereiniteit. Kreeg Suriname dertig jaar later een bruidsschat mee van twee miljard gulden, Indonesië werd opgezadeld met de totale schuldenlast van het voormalige Nederlands-Indië. Deze schuld werd door Nederland berekend op 6,5 miljard gulden. Het betekende dat Indonesi
ë zelfs moest opdraaien voor de kosten van de politionele acties. Dit werd Cochran te gortig. Tot woede van Drees wist de Amerikaan de Nederlandse financiële onderhandelaars ertoe te bewegen twee miljard gulden te laten vallen - zijnde de ruw geschatte kosten van de politionele acties. Er bleef een schuld over van 4,5 miljard, in guldens van toen.

Het koopmanschap van de Nederlandse delegatie leverde nog een niet te verwaarlozen voordeel op. Op de RTC werd voor Nederland de status van meest bevoorrechte handelspartner van Indonesië bedongen. Dit hield in dat de revenuen uit de circa drie miljard gulden particuliere Nederlandse beleggingen behouden bleven en dat ze tegen een aantrekkelijke koers naar Nederland getransfereerd konden worden. Deze afspraken werden neergelegd in een financieel-economische regeling: de Finec.

Had Nederland het hierbij gelaten, dan had het tot in lengte van dagen profijt kunnen trekken van zijn oude kolonie. Nederland overspeelde echter zijn hand. Het wilde geen afstand doen van West-Nieuw-Guinea. Hiervoor werden uiteenlopende argumenten aangevoerd: Nieuw-Guinea moest een kolonisatiegebied worden voor Indische Nederlanders en Nederlandse boeren; de belangen van missie en zending werden in het geding gebracht; binnenskamers werd voorts gespeculeerd over de rijke bodemschatten van Nieuw-Guinea, bauxiet, koper, goud en vooral olie; en dan waren er nog mensen die in Nieuw-Guinea een blijvend steunpunt voor onze marine in de Pacific zagen.

Op de RTC was het hoofdargument dat zonder behoud van Nieuw-Guinea geen tweederde Kamermeerderheid voor ratificatie van de RTC-akkoorden te vinden was. De Indonesische delegatie zat tussen twee vuren: aan de ene kant de Nederlandse onderhandelaars die van Nieuw-Guinea geen afstand wilden doen, aan de andere kant president Soekarno die de vrijheid van Indonesië had geproclameerd van Sabang tot Merauke. De Unci-voorzitter wist de impasse te doorbreken met het voorstel Nieuw-Guinea uit de RTC te lichten. Onder zware tijdsdruk werd op de laatste dag van de RTC besloten dat Nederland en de RIS binnen een jaar na de soevereiniteitsoverdracht over de status van Nieuw-Guinea nader overleg zouden plegen. Daarmee werd onder de RTC-akkoorden een tijdbom gelegd die een kettingreactie van ontploffingen teweeg zou brengen.



Al GAUW NA de soevereiniteitsoverdracht groeide het wantrouwen tussen de twee Unie-partners. Aan Nederlandse kant was de meest wantrouwige de minister-president Drees. Het begon er al mee dat in Jakarta de Van Heutszboulevard de naam kreeg van de Atjehse guerrilla-leider, teuku Umar, en dat de Oranjeboulevard werd omgedoopt in djalan Diponegoro. Evenmin beviel het Drees dat de Indonesische regering niet 27 december maar 17 augustus tot nationale onafhankelijkheidsdag verhief. Het ultieme bewijs van de onbetrouwbaarheid van de Unie-partner was voor Drees dat binnen acht maanden de federale staat werd opgedoekt en Soekarno op 17 augustus 1950 de eenheidsstaat uitriep.
In Nederland doorzag men niet dat de deelstaten door de Indonesiërs werden gezien als een poging van Nederland om met een verdeel-en-heers-politiek over het graf te regeren. De RIS stortte niet ineen doordat Soekarno haar liet exploderen, maar doordat ze onder de Indonesiërs nauwelijks supporters had. Indonesië had van zijn kant reden Nederland te wantrouwen toen in januari 1950 kapitein Westerling met instemming van het Knil het Nederlandse gezag op West-Java leek te willen herstellen en later dat jaar met steun van het Knil op Ambon de RMS werd uitgeroepen.

Wat Indonesië en Nederland definitief uiteendreef was de kwestie Nieuw-Guinea. Het torpederen van de RIS had Nederlandse politici ervan overtuigd dat Nieuw-Guinea niet aan het Indonesië van Soekarno mocht worden uitgeleverd. De besprekingen over de status van het gebied die in de loop van 1950 plaatsvonden, liepen dan ook op niets uit. Er werd thans met een geheel nieuw argument geschermd waarom Nieuw-Guinea bij Nederland moest blijven: Nederland had de plicht de Papoea’s uit het stenen tijdperk te tillen. De socialist Drees vond in 1952 voor dit ethische standpunt een krachtige medestander in de katholiek Luns. Drees noch Luns vertrouwde de nobele taak toe aan Indonesië, dat de handen vol had aan zijn eigen ontwikkeling. Beiden zagen het hardnekkig vasthouden van Indonesië aan de overdracht van Nieuw-Guinea als louter een hobby van Soekarno. Hem zagen ze ook als de kwade genius achter de almaar kritischer wordende houding van Indonesi
ë jegens Nederland.

Inderdaad vormde ‘Irian Barat’ (West-Nieuw-Guinea) het hoofdthema van de redevoeringen die de president bij iedere denkbare gelegenheid hield en inderdaad wekte hij daarmee bij de massa een anti-Nederlandse stemming.
Het Nederlandse kabinet zag evenwel over het hoofd dat in de parlementaire democratie die Indonesië toen nog kende, de Indonesische president constitutioneel niet meer politieke macht had dan bijvoorbeeld de president van de Duitse bondsrepubliek. Daardoor zagen zij ook over het hoofd dat alle Indonesische politieke leiders de opvatting huldigden dat Nieuw-Guinea bij Indonesië hoorde en dat elk Indonesisch kabinet overdracht van Irian Barat aan Indonesië als eerste punt op zijn regeringsprogramma had.



INDONESIE BLEEF proberen Nederland ertoe te bewegen de afspraak op de RTC ten aanzien van Nieuw-Guinea na te komen. Doch de Nederlandse regering had na 1950 de kwestie Nieuw-Guinea 'in de ijskast’ gestopt, en bij de grondwetsherziening van 1956 werd Nieuw-Guinea tot Nederlands grondgebied verklaard. Eind 1955, begin 1956 vond in Gen
ève nog één keer overleg tussen Nederland en Indonesië plaats over alle problemen die de onderlinge verhoudingen vertroebelden: de Unie, die niet tot leven was gekomen, de Finec, die volgens Indonesië eenzijdig ten voordele van Nederland werkte, en de steeds uitzichtlozer wordende kwestie-Nieuw-Guinea.

Het initiatief voor dit overleg, dat zo dramatisch zou eindigen, ging uit van het ons land welgezinde kabinet-Harahap. Minister van Buitenlandse Zaken Anak Agung was de leider van de Indonesische onderhandelingsdelegatie. De Nederlandse delegatie werd geleid door Luns, die nauw contact hield met 'vader Drees’ in Den Haag. De delegatie-Luns was bereid de Unie een zachte dood te laten sterven en de Finec aan te passen. Als voorwaarde werd gesteld dat Indonesië bij eventuele economische conflicten tussen beide landen internationale arbitrage aanvaardde. De Indonesiërs, die internationale arbitrage als een inbreuk op de soevereiniteit van hun land beschouwden, waren niet bereid de voorwaarde te aanvaarden en de Nederlandse delegatie was niet bereid haar in te slikken. Over Nieuw-Guinea wilde Luns niet praten. Toen Anak Agung hem niettemin een gespreksnotitie over de kwestie voorlegde, pakte Luns het papier tussen duim en wijsvinger en deponeerde het in een prullenmand. De Balinese radja voelde zich diep gekrenkt. De Geneefse conferentie werd een complete mislukking.

Getergd keerde de Indonesische delegatie huiswaarts. Op haar aanbeveling zegde het kabinet-Harahap op 13 februari 1956 eenzijdig de Indonesisch-Nederlandse Unie op. Dit was het begin van een kettingreactie. De opzegging van de Unie werd meteen gevolgd door opzegging van de Finec en op 4 augustus staakte de Indonesische regering de betaling van de schulden aan Nederland. Een goed jaar later zouden ook de Nederlandse bedrijven ten offer vallen aan de kwestie-Nieuw-Guinea. Ze hadden het er overigens zelf naar gemaakt. De Indonesische regering wilde buitenlandse bedrijven indonesianiseren en zo de oude koloniale economie in een nationale transformeren. Dit beleid werd door de Nederlandse directies gefrustreerd, top- en kaderfuncties bleven voor Indonesiërs ontoegankelijk en van indonesianisatie van het bedrijfskapitaal was al helemaal geen sprake. De kleine Nederlandse bovenlaag in Indonesië handhaafde zijn oude koloniale levensstijl en hield zijn bolwerken, zoals de sociëteit De Harmonie en de jachthaven in Pri
ok, voor Indonesiërs gesloten.

Omdat het bilateraal overleg over Nieuw-Guinea uitzichtloos leek had het kabinet-Ali Sastroamidjojo al in 1953 de weg van internationale interventie gezocht. Drie jaar lang had Indonesië in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties een resolutie ingediend waarin om bemiddeling van de VN in de kwestie-Nieuw-Guinea werd gevraagd. De resolutie kreeg geen enkele keer de vereiste tweederde meerderheid.
De oorzaak hiervan was dat het bewind Eisenhower-Dulles ter wille van Navo-bondgenoot Nederland geen steun wilde geven aan de Indonesische resoluties, waardoor landen die van Uncle Sam afhankelijk waren het niet waagden er voor te stemmen. Op 27 november 1957 haalde de Indonesische resolutie voor de vierde keer geen tweederde meerderheid. In Indonesië reageerde men furieus. Enkele dagen na de verwerping van de resolutie werden op instigatie van de communistische vakbeweging in heel Indonesië Nederlandse bedrijven door Indonesische werknemers bezet. De bedrijven werden door het kabinet-Djuanda onder controle gesteld, vervolgens in beheer overgedragen aan het leger en ten slotte, zonder schadevergoeding, genationaliseerd.


IN DE COLLECTIEVE herinnering van ons, Nederlanders, is bewaard gebleven dat het Indonesië van Soekarno weigerde zijn schulden te betalen. In deze herinnering is iets verdrongen. Toen Indonesië in 1956 zijn schulden aan Nederland opzegde was het restant van de schuld nog 650 miljoen gulden. Dit betekent dat Indonesië tussen 1950 en 1956 bijna vier miljard gulden heeft afgelost. Het belang van dit bedrag kan worden afgemeten aan de Marshallhulp. Nederland heeft over de periode 1948-1953 1127 miljard dollar Marshallhulp gekregen - als lening wel te verstaan. Bij de toenmalige koers van de dollar van 3,80 gulden is deze hulp niet veel meer geweest dan wat Indonesië tussen 1950 en 1956 heeft betaald. Menigeen meent dat Nederland zijn naoorlogse wederopbouw louter aan de Marshallhulp te danken heeft, de Indonesische bijdrage pleegt men over het hoofd te zien.

Deel van het collectieve nationale geheugen is ook dat het Indonesië van Soekarno Nederlandse aandeelhouders van cultuurmaatschappijen van hun rechtmatig bezit heeft beroofd. Weinig bekend is dat kapitaalopbrengsten, pensioenen, spaargelden die vanuit Indonesië naar Nederland werden overgemaakt, plus alle inkomsten die het Nederlandse bedrijfsleven in Indonesië genereerde, in die schrale jaren vijftig een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan ons nationale inkomen. In de beginjaren vijftig was deze bijdrage jaarlijks rond acht procent; in het laatste jaar voordat de Nieuw-Guinea-kwestie aan alles een einde maakte bedroeg de gekapitaliseerde waarde van de Nederlandse inkomsten nog bijna een miljard gulden. Het lijkt dat de Indonesische injectie in onze economie tussen 1950 en 1957 niet zonder effect is geweest op de snelle naoorlogse industrialisatie van ons land, die le miracle hollandais werd genoemd.

Kortom, Indië verloren betekende niet rampspoed geboren, doordat Nederland in die cruciale naoorlogse fase waarin de grondslag werd gelegd voor onze huidige welvaart, nog aardig heeft kunnen profiteren van zijn voormalige koloniale bezit.

Reactie / commentaren

Marjolein van Pagee  & ICM 

DE 4,5 MILJARD DIE INDONESIË AAN NEDERLAND MOEST BETALEN


Nooit gedacht dat nu juist de opa van Thierry Baudet een antwoord zou geven op de Indonesische schuldenkwestie. Net als Lambert Giebels schrijft hij in een boek uit 1983 dat Indonesië tot 1956 een deel van de 4,5 miljard schuldenlast wel degelijk had betaald. Giebels beweerde dat in 1956 al bijna 4 miljard gulden zou zijn betaald, vervolgens zou Indonesië tussen 1967 en 2002 nog een bedrag van 600 miljoen naar Nederland overmaken. Pluspunt is dat het boek van H. Baudet en M. Fennema (in tegenstelling tot Giebels artikel in de Groene) wel met voetnoten werkt met diverse verwijzingen naar overheidsstukken. Ben benieuwd hoe die miljarden van daar naar hier zich verhouden ten opzichte van de zogenaamde ontwikkelingshulp. Heb het wel eens omgerekend, 4,5 miljard gulden in geld van nu zou (als ik het goed heb) op zo'n 16 miljard euro uitkomen!

Zie artikel van Giebels uit 2000:
http://historibersama.com/…/de-indonesische-injectie-de-g…/…
Historisch Nieuwsblad in 2003:
https://www.historischnieuwsblad.nl/…/einde-indonesische-he…

ICM redactie.

Is zeer frappant dat van beide onderzoeken de zaken afwijken, maar nagenoeg in de buurt komen van de 600 miljoen. De referentie naar de getallen / bedragen zijn moeilijk te converteren naar de waarde van het geld toen, wel kan worden gerefereerd dat balans van de banken met de grootheid miljoen werkt, dus met zes nullen werden gepresenteerd, waar nu met de grootheid miljarden wordt gewerkt, dus met een factor 100.  Betekent dat de 689 miljoen met de factor 100 dient te worden vermenigvuldigd, hiervoor wordt verwezen naar het rapport van Gaalen 2002

Lees verder…

10897272680?profile=originalMijn levensverhaal - 6     door onze correspondent in Nieuw Zeeland, Adrian Lemmens 

foto - Mijn vader (midden) met zijn ouders, mijn grootouders

J. den Besten kwam niet meer thuis en heb ik hem ook nooit meer gezien, ja toch nog eenmaal bij zijn allerlaatste poging om mij te dwarsbomen, toen ik werkte bij mijn laatste baan bij Vroom&Dreesmann en mijn daarop volgende emigratie, maar daarover vertel ik later.

Er waren nu alleen nog de kinderen van het tweede huwelijk van mijn moeder, een jongen en een meisje, Jannes en Edith den Besten, die op de kleuterschool zaten, aan de overkant van het plein voor ons huis. Mijn Moeder kreeg geen geld meer. Ik  vond werk als een leerling verkoper bij Pander&Zonen en moest wederom    al mijn geld afdragen om de overgebleven familie, mijn moeder en mij in stand te houden en tevens voor mijn eigen kosten en inwoning. Er bleef niets over om naar een mogelijke avondschool te kunnen gaan.

Zonder enig inkomen en niet wetende wat te doen, verviel mijn moeder, de eens zo rijke en trotse vrouw, in ons vroegere Nederlands-Indie, met mijn vader in zijn hoge positie bij de Shell, nu zelfs tot grote armoede en verdiende nu in uiterste nood, als een schoonmaakster in een andermans huishouden.

Het werd nog erger; ik verloor plotseling zonder een waarschuwing, mijn eerste baan bij Pander& Zonen. Het verlies van die baan daar, voor de eerste keer in mijn leven, was toch wel een ervaring voor mij. Plotseling stond ik op straat, het was 1957 en ik was 21 jaar oud. Met het idee, dat mogelijk de elektronica mij iets beter lag, wist ik in die moeilijke tijd toch een baan te krijgen bij een Firma die voor Siemens Shuckerd en Siemens Halske werkte op het gebied van o.a. elektrische schakelborden. Ondanks dat men verwachtte, dat ik het niet zou redden, maakte ik bij die gecompliceerde werkzaamheden, na twee weken praktisch geen fouten meer.  

.

Op de fiets, naar het werk, kwam plotseling een auto uit een zijstraat, die op mij zou moeten  wachten, maar reed mij aan en reed door. Ik viel met mijn kaak op de straat en spuugde enige tanden uit en lag voor drie weken, met een op twee plaatsen gebroken kaak en een zware hersenschudding in het ziekenhuis. Mij bekroop het idee dat die man in die auto mogelijk J. den Besten zou zijn geweest, maar was daar niet zeker van. Een maand later, weer op het werk, reed ik op de fiets in een nauwe straat, waar aan de rechterkant de huizen portieken hadden en werd ik op een voor mij nog steeds onbegrijpelijke wijze opgelicht en tegen een van die portiek voordeuren aan gezet, waar direct daar opvolgend een grote vrachtwagen tegen die huizen aanreed.  Ik was ongedeerd en tot op de dag van vandaag weet ik nog steeds niet waarom ik plotseling als door een windvlaag uit het pad van die vrachtwagen gebracht werd. Ondertussen was ik ook bezig met het verkrijgen van mijn erfdeel, terwijl mijn Moeder een baan had weten te krijgen, met behulp van vrienden, bij de “Bonnetterie”, een hele deftige zaak in den Haag, niet ver van het Binnenhof, de zetel van het Parlement.

Tot mijn moeders verbazing, kwamen daar ontzettend veel mensen van  vroeger, uit het eens Nederlands-Indie. Deftige mensen ook van de Shell, die geld konden besteden. Mensen, die tot hun stomme verbazing mijn moeder daar als  verkoopster tegenkwamen, de eens zo hoogstaande mevrouw A.C. Lemmens, toenmaals echtgenote van de derde man aan de top van de B.P.M.-Shell. Maar mijn moeder was verlegen en beschaamd, echter ze had het inkomen van die baan dringend nodig. Op een moment kwam daar ook een zekere heer Stirum met zijn vrouw en had diep medelijden met mijn moeders positie. De Heer Stirum vroeg hoe dit zo gekomen was en of hij mogelijk kon helpen. Uiteindelijk begon mijn moeder zich te verklaren en kwam de heer Stirum er ook achter dat ik voor mijn erfdeel moest vechten om het te krijgen. Mijn moeder had nog enige papieren die zij aan den Besten had weten te onthouden, maar vele waren vernietigd, om mogelijke sporen uit te wissen. Mij werd aangeraden om een advocaat Pro-Deo te nemen, dit werd een zekere mr. H.O. Thunnissen, die met behulp van de Heer Stirum begon te onderzoeken en erg hulpvaardig bleek in deze situatie. Maar daar was echter een probleem, zoals wij reeds eerder hadden ontdekt.

De B.P.M.-Shell had een pool van kundige advocaten en hoe die J. den Besten het voor elkaar heeft gekregen, 

hij heeft daaruit een advocaat weten te krijgen, een zekere Jonkheer mr. Stoop. Een Jonkheer nog wel, maar dat was niet alles; die man was ook verbeten anti Duits en mocht zich als zodanig in het openbaar ook in het gerechtshof zo uitlaten. Mijn moeder werd openlijk als een moffin  betiteld, zonder enige correctie van de rechter. Deze  mr. Stoop werd nu ook naar mijn advocaat Thunnissen gestuurd, wiens houding tegenover mij, daarna ook  compleet was veranderd. Hij raadde mij zelfs aan om een aanbod tot een afkoop van mijn erfdeel dat in 1946  98.000 gulden bedroeg. Hij adviseerde mij nu “take it or leave it”, mij tevreden te stellen met – schrik niet - 15.000 gulden. Ik weigerde dat te accepteren, de mr. Thunnissen wilde duidelijk van mijn zaak af, met de woorden, dat ik helemaal niets zou krijgen, als ik dit aanbod afsloeg. In dezelfde tijd vertelde de Heer Stirum, dat hij door den Besten was opgespoord en was bedreigd en dat hij onder die condities niet verder kon helpen, twee weken later was de Heer Stirum overleden, ik weet de reden daarvan niet.       

Ik voelde onder de omstandigheden dat het beter voor mij was, om te accepteren en dus klaarblijkelijk zeer opgelucht  werd  mij de kwitantie door mijn Pro-Deo advocaat, mr. H.O. Thunnissen overhandigd; hij was overduidelijk blij het laatste van mij   te hebben gezien. Wat had Mr. Jonkheer Stoop, de advocaat van die J. den Besten, met mijn advocaat gedaan? Wat had die J. den Besten met de heer Stirum gedaan? Waar  was in Nederland het zogenaamde Recht toe in staat? Kan men het recht alleen maar met geld verkrijgen?

Welke betekenis heeft, of hebben, de rechten van de mens en het rechtswezen in Nederland eigenlijk nog, in een zogenaamde beschaafde samenleving, waar alleen maar het geld beslist vat recht of onrecht         is? Wat is hier eigenlijk het verschil met onze “Indische Kwestie”; waar    de rechten van de Indische Nederlander, al voor 68 jaren en  meer, door onze opeenvolgende Nederlandse Regeringen worden ontzegd. Ook Nederland is in essentie corrupt! Het systeem is ziek! 

Ik had nu voor het eerst in mijn leven wat geld in mijn hand. Doordat ik vrijwel nooit veel geld had uitgegeven, schijnbaar een aangeboren zuinigheid had ik ook nog nooit iets leuks voor mijzelf gekocht.  Mijn moeder had nu een goede baan en had mijn hulp, anders dan een kleine bijdrage voor de huishouding ook niet meer nodig.

Foto - I10897272878?profile=originalkzelf als enthousiast hobby-fotograaf.

Met de afstanden en de exploraties, die ik nu, zo graag, ook eens zou willen doen, besloot ik een scooter te kopen. Het werd mijn trotse en eerste bezit, een zwart grijze “Heinkel”. Het was een prachtige machine, snel en veilig en kon ik er zelfs bij ons de tuin mee in rijden, dus niet aan de straat geparkeerd. Echter, mijn machine was mooier dan de “JAWA” scooter die mijn werkplaats baas bij Siemens had en ontstond er een gevoel van jaloezie. Wat het ook geweest was, ik  stond kort daarop plotseling weer op straat. Nu al weer de tweede keer, zonder dat ik daar een geldige reden voor vermoedde of dat mij zelfs een reden voor dit plotselinge ontslag werd gegeven. Dit vond ik wel heel  erg vreemd.

Echter via een vriend, die ik had ontmoet, werd ik bij Van Der HEEM TV. NV. geïntroduceerd, waar ik gelijk aan de lopende band werd gezet, voor het maken van TV kanaalzoekers. Vreemd om aan een lopende band te zitten, met allerlei soorten van mensen, maar mijn nieuwe vriend, een zekere Peter Boon, zat aan de andere kant. Zo konden wij af en toe met elkaar praten. Zodoende hoorde ik van hem ook voor de eerste keer over Nieuw Zeeland, omdat zijn zuster daar met een schapenboer was getrouwd en hij er ook aan dacht, om daar naar toe te gaan.

Plotseling, na vier maanden, werd ik echter ook daar bij Van Der HEEM TV weer plotseling op de straat gezet, ondanks dat mij daar kort ervoor een koers naar promotie was voorgesteld. Wat is er aan de hand? Daar wederom aan mij geen verklaring werd  gegeven voor dit plotselinge ontslag, begonnen bij mij toch wel wat vraagtekens te rijzen. Op dat moment  had ik geen flauw vermoeden wat daar de oorzaak van kon zijn.

Op mijn tweede dag thuis, kreeg ik een telefoontje, het was Van Der Heem TV. Of ik mij a.u.b. op het hoofdkantoor wilde vervoegen.  Stomverbaasd voldeed ik aan dat verzoek en werd bij de directie toegelaten. Men wenste mij wederom in dienst te nemen en er waren verdere mogelijkheden voor mij in de nabije toekomst.  Echter op mijn vraag omtrent de reden van mijn laatste en plotselinge ontslag, wilden zij absoluut niet ingaan, anders dan 

dat zij op dat moment gegronde redenen hadden. Bij nader inzien concludeerden zij dat de reden van mijn laatste ontslag ongegrond was, en werd mij een speciale afdeling      als een mogelijkheid toegewezen. Ik was met die uitspraak niet tevreden en voelde mij zelfs beledigd en gemanipuleerd. De afspraak was, dat ik hen voor het weekend zou laten weten of ik terug kwam en ik dankte hen voor de genomen moeite om mij een nieuwe kans te geven.

Wat was er veranderd? Ik was tot de conclusie gekomen, dat ik uit dit land wilde vertrekken. Het land dat zo weinig voor mij had gedaan, ja zelfs geweldige schade aan mij persoonlijk had berokkend en mij daarbij ook nog had bestolen. Ik dacht aan Nieuw Zeeland, maar nu moest ik nog  werken en geld verdienen en ik besloot mij ook volledig op mijn fotografie-hobby te werpen. Ik dacht dat Vroom&Dreesmann een prima zaak voor mij zou zijn, om mij op een komende emigratie in te stellen. Het was immers een zaak waar van alles werd verkocht en waar ik als een personeel kortingen kon krijgen op alles, dat ik mogelijkerwijze nodig had, waaronder ook fotografische artikelen.

Mijn moeders succes bij de Bonneterie, was nu zo groot dat zij promotie kreeg. Voor haar speciale B.P.M.-Shell klandizie, bleef het vreemd “mijn Moeder” daar te zien werken, zelfs nu als een hoofd verkoopster. Het was voor veel van de oud B.P.M.-ers ongelooflijk, om mevrouw A.C. Lemmens, de eens zo trotse vrouw van een van de invloedrijkste mannen van die tijd als winkelpersoneel te zien werken.  Dit nieuws ging als een wild vuur door geheel den Haag, Wassenaar en omstreken. Dit was echter wel het laatste, dat de familie van dr. ir. H.H. Brons kon verdragen. Zij waren nu immers de hoofdfiguren van die B.P.M.-Shell organisatie. En daar was nog altijd “mijn moeder” die teveel over hen wist en zelfs ook nog steeds mijn persoon, die voor hen kennelijk ongrijpbaar was, die konden spreken, over de verraderlijke Japanse situatie van hen gedurende de laatste oorlog.

Nu was het mijn moeders beurt, om op staande voet plotseling te worden ontslagen. Mijn moeder begon haar baan succesvol en had de goodwill van de directie, kreeg goed betaald en bracht een geweldige en waardevolle klandizie in. Dus hoe was dit mogelijk, een “plotseling ontslag” zonder een verklaring; allemaal precies zoals het ook steeds met mij was verlopen.

10897273299?profile=originalFoto - Hoofdkantoor van de BPM Shell in Batavia

Mijn moeder eiste een verklaring van de directie, die gaf haar toen te verstaan: “Mevrouw Lemmens, (voorheen was het al Thea), u hebt over ons gesproken. U als een Duitse, zou hebben verteld, dat wij als Joden ook vergast hadden moeten zijn, door Nazi-Duitsland. Als U zulke dingen over ons verteld, hoe kunnen wij U dan nog de hand boven het hoofd houden, en U voor ons laten werken?” Navraag van mijn moeder, naar de oorsprong van dat gerucht, werd door hun geweigerd te beantwoorden.

Het duurde echter niet lang, voordat mijn Moeder, door dr. ir. H.H. Brons, directeur van de R.R.P.-Shell, voor haar was dat gewoon Ab Brons, een aanbod kreeg, om zijn privé- secretaresse-telefoniste te worden, met niet alleen een waardig salaris en beter dan dat bij de “Bonnetterie”. Zij kreek daarbij ook haar eigen toekomstige pensioen en ook nog eens, daar bovenop, het originele pensioen van mijn vader, dat zij verloor, door haar tweede huwelijk met J. den Besten. Dat was een geweldige hoeveelheid geld, dus wat anders kon mijn moeder doen, dan het te accepteren. En zo verkocht mijn moeder haar ziel aan de duivel. Ab Brons was kennelijk in een positie, waar hij letterlijk met geld kon smijten.

Als mijn Moeder werkelijk aan de belangen van mij, haar enigs kind had gedacht, had zij ook zonder die Brons een zeer goed leven kunnen hebben en ook met mij was alles veel beter afgelopen geweest. Maar zoals het verleden al had bewezen, mijn  moeder toonde niet de minste verantwoordelijkheid, of zelfs de liefde van een moeder. Waar was die verantwoordelijkheid gebleven, wat was er gebeurd en waarom; waar tenslotte zelfs ook mijn grootvader aan ten onder ging. Mijn eigen vader, had zelfs de geweldigste voorzorgs-maatregelen getroffen, voor het toekomstige welzijn van zijn enigs kind. Wat meer had mijn vader kunnen doen.

Een speciale observatie 

De antwoorden zijn hier allemaal in dit schrijven te vinden, maar een opmerking moet toch worden gemaakt.  Als de broer van deze Jannes den Besten, Nicolaas den Besten, met de Socrates affaire, van de zestiger jaren, de Amsterdamse had weten op te lichten voor maar liefst 60 miljoen gulden, dan praten wij hier toch zeker niet over normale mensen. Het enige, waar mijn vader niets aan 

heeft kunnen veranderen, waren de na-oorlogse omstandigheden, van ons, door de Nederlandse onwelwillende, onjuiste en de onrechtvaardigste behandelingen ten opzichte van mij en met al de mensen die van Nederlands-Indië kwamen. En in ons specifieke geval ook nog eens met de Duitse nationaliteit van mijn moeder, ondanks het Nederlands paspoort.  Men kan zich afvragen Hoe het mogelijk is geweest, dat zoveel ongelukkige omstandigheden voor ons een rol speelden in een zogenaamd beschaafd en ontwikkeld Europees land, dat juist de rechten van de mens voorstaat.

Korte tijd later vertelde Greetje Brons mijn Moeder openlijk, en ronduit, dat zij “een briefje” aan de directie van de Bonnetterie had geschreven en de Duitse leugen over het vergassen van hen had gestuurd. Mijn Moeder was met stomheid geslagen, maar nu ook geketend aan  de Brons familie, die nu, met die regelingen was veilig gesteld. Wat kon zij nu nog doen, totaal afhankelijk gesteld en onder de nu directe controle van deze Brons familie. Rond die tijd was ik reeds met mijn eigen emigratie naar Nieuw Zeeland bezig. 

Later in Nieuw Zeeland, hoorde ik dat J. den Besten, op zijn kantoor van de B.P.M.-Shell, werd verdacht van het stelen van de Internationale postzegels, die met de jaarlijkse presentaties automatisch door de B.P.M. werden ontvangen. J. den Besten werd slechts met de grootste moeite getolereerd op zijn kantoor en er werd een val voor hem gezet, toen hij van die diefstal verdacht werd. En inderdaad werd hij op heterdaad betrapt op het stelen van waardevolle postzegels en op staande voet en met het verlies van zijn pensioen ontslagen.  Echter J. den Besten had door zijn kennis over Brons met zijn chantage in het vroegere Nederlands-Indië, met de Japanse kwestie en nu ook mede, door zijn complot met Brons aangaande de jacht op mijn persoon. Dus J. den Besten wist te veel over Brons en vormde daarmede nu ook een gevaar voor de Brons zelf.  

Het was natuurlijk om die redenen, dat dr. ir. H.H. Brons deze J. den Besten wederom zijn originele pensioenregeling teruggaf. Immers, H.H. Brons was nu zo machtig als hoofd van de R.R.P.-Shell, dat hij zich die maatregel op kosten van de Shell kon permitteren. Als zodanig onder voorbehoud dat hij J. den Besten totaal zou verdwijnen. Deze trok zich daarna terug, in een boerderij in Drenthe.  

10897273872?profile=originalfoto - Bonneterie in Den Haag

Jaren later, zou ook zijn zoon dr. Jannes den Besten jr., nu beschamend genoeg voor mij ook nog steeds mijn halfbroer, met zijn manipulaties, zich alle van mij en zijn moeders rechten, door zijn vader reeds eerder gestolen, toe-eigenen en zelfs zijn eigen zuster Edith den Besten bestelen. Ik heb nooit meer iets gezien van wat ooit aan mij toebehoorde.

Deze dr. Jannes den Besten jr. was op het einde ook nog de oorzaak van de dood van zijn moeder. Een moeder die zich uitsloofde, om hem bij zijn studies te ondersteunen, haar bedankte, door haar op het einde van haar leven met diefstal en bedrog, van alles te beroven, ter voorkoming dat er ooit nog eens iets naar mij toe zou kunnen komen. De broer van zijn vader (nu de senior J. den Besten), was de nu overal en wereldwijd bekend geworden “Nicolaas den Besten”, aan wie het (ongelooflijkerwijze) was gelukt, om de Amsterdamse bank voor 60 miljoen gulden op te lichten en met dat geld naar Zwitserland was verdwenen.

Deze zaak werd in Nederland en zelfs wereldwijd bekend, als de z.g. “Socrates Affaire”, die zich afspeelde in de laat vijftiger en vroeg zestiger jaren. Na een lange strijd en een uitzetting uit Zwitserland, stierf Nicolaas den Besten tenslotte in de gevangenis. Als persoon, was hij lang niet zo slecht als zijn broer Jannes den Besten, maar het waren moreel gesproken slechte mensen en kwamen van een “zeer” devote Hervormde familie. Andere, jongere broers Henk en de jongste Dolf hebben een betere weg ingeslagen, voor zover aan mij bekend.  

Mijn moeder, met haar nieuwe, maar nu afhankelijke verhouding, met de Brons familie, wist weer een goed kapitaal op te bouwen en kocht ook haar eigen huis, met geld op de bank en nu ook eindelijk eens een goed leven. Zij kreeg weer veel oude vrienden terug en was een graag geziene gast op veel Indische Kumpulans, waar ik nu een meer dan een meter hoge stapel foto’s van heb.        

Maar op haar levens einde, werd mijn Moeder nogmaals verraden, bedrogen en bestolen, ditmaal door haar eigen tweede zoon, dr. Jannes den Besten jr. Inderdaad weer dezelfde naam,  die zijn eigen moeder van alles had bestolen, een moeder, die totaal 

onverwachts  eerst in kritieke toestand in het ziekenhuis lag, weer herstelde, en thuisgekomen, haar bankpapieren, van de post gehaald en gecontroleerd,  tot de verschrikkelijke ontdekking kwam, dat zij niets meer bezat en  totaal berooid was, alles, haar bank-conto en haar nieuwe huis stonden totaal in het rood. Onderwijl was haar geliefde tweede zoon, dr. Jannes den Besten jr,  “met haar geld”, zijn vijftigste verjaardag aan het vieren was in Las Vegas in de U.S.A., met veel van zijn vrienden. Alles was verdwenen en hij kon niet eens meer naar Nederland terugkeren. Na alles gespendeerd te hebben, moest hij notabene ook nog geld lenen, om naar Nederland terug te kunnen reizen. Zelfs een telefoongesprek kon hij niet betalen, dat moest zijn eigen zuster Edith voor hem doen.

Ook ik had nog steeds mijn rechten, maar die zijn door dr. Jannes den Besten jr., geheel geabsorbeerd en verdwenen, terwijl hij voorheen ook zijn eigen vader had geplunderd en alles in zijn eigen zak had gestopt. Het zijn allen door en door slechte mensen, die den Besten’s. Hoe is het mogelijk, dat wij ooit in hun handen zijn gevallen.

Tot zover het zesde deel van het levensverhaal van Adrian Lemmens, dat   hij voor deze NICC Nieuwsbrief schreef.   

 

10897264495?profile=original

    OPSTUREN NAAR F.SCHWAB / ICM Wouterskampen 68  - 3849BC Hierden (gem. Harderwijk).

Lees verder…


10897266653?profile=original

Kousbroeks “Oostindisch kampsyndroom”

Besproken door Pjotr.X.  Siccama 

 

Over het werk van Primo Levi waarin “Het periodiek Systeem” (prachtig vertaald in het Nederlands, schrijft Kousbroek en is lyrisch over de vertaling),  werd beschreven in het hoofdstuk ‘Vanadium’ (klinkt als een verbasterd Latijns nominatief overigens dat in elk geval met vergetelheid/verdwijning of verzwakking te maken heeft), heeft Kousbroek niet uitgelegd waar die Latijnse titel naar verwijst of wat deze precies voor betekenis heeft in de context van dat hoofdstuk. Schijnbaar vond hij het niet nodig uit te leggen hoe Levi in Auswitsch de man Müller ontmoette. Dat doet er in dit geval ook niet toe. Een doodgewone doorsnee grijze muis, een kleurloze man die, weliswaar niet gevoelloos, als een soort boekhouder zijn leven (verleden) “kloppend” wilde  maken, zoals hij dat altijd had gedaan door het knoeien met rekeningen.

Deze menselijke trek treft men overal aan. En juist in de maatschappelijke bovenlagen komt men dit geknoei het meeste tegen: het is een van de legitiemste (uit)vlucht/verdwijntrucs die men maar kan indenken, omdat de bovenste laag met de Staat als doodlopende piek immers naamloos is, en anoniem blijft, bovendien onsterfelijk. Wat ligt  meer voor de hand om je dan maar achter de beschermende hoge forten  te verschansen.

De wereld hangt aan elkaar van kloppend gemaakte rekeningen, schrijft Kousbroek. Bij het korte bezoek van Levi aan de stad Auswitsch, sprak hij die bewuste heer Müller die zei dat hij: “.. nooit iets had gehoord dat kon wijzen op het vermoorden van Joden.”

Kousbroek vermeldt helaas niet de bijzonderheden van voornamelijk de tijd (periode) van ontmoeting, wat jammer is gezien mijn reconstructie van het voorval. Hoe dan ook ging het hem voornamelijk om “het voorval/incident” van Müller en diens geopperde “zwijgende meerderheidsbegrip”. Best begrijpelijk, maar toch jammer dit hiaat in de beschrijving.

In dit deel van zijn werk spitst hij het besproken incident toe tot het verschijnsel van het geloof van de (zwijgende) meerderheid in extreme voorvallen in extreme omstandigheden.

Een voorbeeld in dit verband lag al in de Nederlands-Indische geschiedenis van het strafkamp van Boven-Digoel waar de kamparts Dr. Schoonheyt, op de opmerking (van een van de gevangenen Salim) dat mensen zonder proces naar het kamp werden gestuurd en wat voor vreselijke behandeling de gevangenen daar konden verwachten en later ook ondergingen, resoluut en beslist als antwoord kreeg dat het uitgesloten was dat Nederlanders dat zouden doen. Niets was minder waar. Het geloof van de kamparts was eerlijk, volgens Kousbroek. De arts was degelijk van overtuigd dat het zo was. Het moest een grote desillusie zijn geweest voor hem dat hij achteraf niet bij het rechte eind had.

De grote verliezers van de WO II, met name Japan, moest zich direct na de oorlog wel in allerlei bochten hebben gewrongen om de vernederingen en de verliezen enigszins te beperken (niet te relativeren). Studs Terkel beschrijft dat uitvoerig in zijn werk “The good war”. In 1947 verscheen er een Japanse uitgave  (volgens Kousbroek te vergelijken met het werk van Stud Terkel “The Good War”), gebaseerd op brieven, dagboeken en aantekeningen van de in de oorlog gesneuvelde Japanse studenten (die toen ook als soldaat

 in die oorlog werden meegesleurd). Deze uitgave blijkt na het verschijnen vele malen te zijn herdrukt, tot nu toe. Hiervoor zou een Japanse studentenvereniging verantwoordelijk zijn. Maar waarom was het zo geliefd en populair bij de Japanse bevolking? Of was het meer, om met Levi te spreken de rekeningen van het verleden kloppend te maken en te sorteren naar de bepaalde gehaltes van importantie en of zelfbescherming Bij die constatering van Kousbroek kun je een ogenblik achter je oren krabben.

8 jaar later in 1954 echter verscheen er een Franse vertaling van de Japanse uitgave uit 1947 met een titel die meer past in een poëtisch postromantisch werk dan een prozaïsche met als titel  “Ces voix qui nous viennent de la mer” Van Jean Lartéguy

10897281270?profile=original

 

Foto -Studs Terkel – auteur van ´The good war´´

 

Een onduidelijkheid constateer ik bij de passages in bijvoorbeeld een herdruk van 1985 en de herdrukken daarvoor waaruit Kousbroek citeerde en dat er verschillende versies bestaan die in omloop zijn gebracht. De actuele vraag is of het bewust is gedaan.

 

Tijdens een bezoek aan Parijs kreeg Kousbroek 30 jaar na de eerste uitgave een exemplaar in het Frans cadeau van een Japanse student. Het was vanzelfsprekend dat deze op zijn eigen manier Kousbroek wilde overtuigen dat niet alle Japanners monsters waren en de collectieve schuld van de begonnen WOII in Azië niet op de schouders van de Japanse natie kan worden gelegd, net zomin als dat voor de Duitse bevolking kan gelden.  

De ‘Stemmen vanuit zee’ (‘Ces voix qui nous viennent de la mer’), de uitgave waarin de aantekeningen in details zijn beschreven, heeft mij niet echt overtuigd van de oprechtheid van de inhoud, ook Kousbroek had er moeite mee. Vaak had hij het gevoel voortdurend achterdochtig te (moeten) zijn bij de persoonlijke ontboezemingen en verklaringen van de studenten. Aan de andere kant  bewonderde hij ook die mensen-studenten die bij kaarslicht psalmen reciteerden, literatuur lazen (Von Goethe/Schiller enz.) en uit de muziekliteratuur zongen en citeerden, onder anderen van Richard Wagner. Waarom deed men dat.

Hier is een simpele verklaring voor te geven. Bij mensen die vrijwillig of door bepaalde omstandigheden (of denken dat werkelijk) iets groots te verrichten (moeten) hebben (positief of negatief) ontstaat in een bepaald gedeelte van de hersenen een cerebrale transitie die tot algehele euforie kan leiden, daar waar de zo lang gekoesterde idealen moeten worden verwezenlijkt waardoor de betrokkenen zich overgeven en zich laven aan de verworvenheid en weelderigheid van zijn/hun verheven kunst en cultuur.

Kousbroek vraagt zich toch weer af wat hij met die betuigingen van onschuld van de gesneuvelde (studenten) soldaten aan moest. Waren ze toch oprecht?

Andere manier te herstellen, te hernemen van dat kwalijke verleden; vandaar dat de doorsnee Japanner de gelegenheid te baat heeft genomen om dat op zijn eigen manier te doen. Voor zover mij bekend, werd van de zijde van de Japanse overheid geen nationale

actie op touw gezet met betrekking tot het realiseren van de uitgave (wel andere zaken zoals economie/de wederopbouw/de nieuwe democratische instellingen inrichten etc. waar de Japanse Staat druk mee bezig was om de Parlementaire Democratie in te voeren.); dat had een groep studenten van Tokio direct na de WO II gedaan. Kort na WO II verscheen in 1947 (!) reeds de uitgave van de dagboekaantekeningen van de gesneuvelde studenten/soldaten. Het initiatief in die tijd, zeer begrijpelijk was in handen van een groep studenten, die de gesneuvelde medestudiegenoten niet alleen wilde eren en een waardige plaats geven, maar ook om de nationale trots en vanzelfsprekend de moraal weer het fundament te geven van voorheen. Het interessante van  de uitgave is de idee, stijl en uitwerking. Kousbroek kwam er achter waar de Japanse studenten de manier, stijl en de inhoud (het idee) vandaan hadden. Na veel gezoek vond hij waarachtig een uitgave in het Duits uit 1928 geschreven door prof.dr. Philipp Witkop van de universiteit van Freising en waarin hij in het Jappans Bittokoppu wordt genoemd. Deze professor had het zeer  waarschijnlijk uit een vorige uitgave uit WO I in 1917 overgenomen (midden in die oorlog)  Het kreeg als titel mee: Kriegsbriefe gefallener Studenten. Het moest een grote bron van inspiratie zijn geweest voor de groep Japanse studenten.

Aangezien Japan het Duitse onderwijssysteem had ingevoerd, lag het voor de hand dat de beide landen culturele banden onderhielden. Na 1945 overigens werd het Duitse onderwijssysteem in Japan door de Wereldmogendheden voorgoed afgeschaft.

 10897281495?profile=original

 

10897281700?profile=original

  

Jean Larteguy                       Primo Levi       

Een bijzonder geval vermeld in de aantekeningen van de uitgave: (De Franse vertaling heeft de titel: “Ces voix qui nous viennent de la mer”, letterlijk: Stemmen die tot ons komen vanuit zee), is het verhaal van een Japanse soldaat. De Franse vertalers hadden de rang van deze soldaat met de naam Kimura Hisao niet (kunnen) vertalen, maar mijn vermoeden moest dat ongeveer de rang van soldaat 1ste klasse zijn geweest.

Deze Kimura Hisao werd gevangen gehouden in een gevangenis in Singapore; daar waar eerder Engelsen en Nederlanders gevangen zaten . In 1945 werden de Nederlanders ter plaatse als bewakers aangesteld voor de Japanse gevangenen. Kimura zat er ook. Hem werd een Nederlandse bewaker toegewezen die heel goed voor hem was. Hij schreef ook later in zijn afscheidbrief en zijn dagaantekeningen dat de Nederlandse bewaker goed voor hem zorgde en hem vaak biscuits en sigaretten gaf, terwijl hij wist wat zijn Japanse collega’s

 

hem erger als een hond hadden behandeld. Kimura: “Hoe konden mijn eigen mensen zoiets schaamteloos doen..”(.)

De Nederlandse bewaker had Kimura alles verteld wat hem overkomen was en over de vreselijke misdaden van de Japanners. Hij moest zich voor de Nederlander moeten hebben geschaamd. Zijn aantekeningen in de uitgave zijn hartverscheurend.

 10897282290?profile=original

 

Foto -Nederlandse bewaker in Singapore. – Changi gevangenis

 

Het is analoog aan het verhaal van Müller in zijn ontmoeting met Levi, waar Müller toch niet kón geloven dat zijn eigen mensen, medeburgers zouden vermoorden.  Evengoed nobel was het van Dr. Schoonheyt die ook niet kón geloven dat de Nederlanders de gevangenen op wrede wijze mishandeld en gevangen zouden houden in Boven-Digoel, om de simpele redden dat hij geloof had in de goedheid van mensen. Deze nobele gedachte dat het zo zou moeten zijn is helaas fictie.

 

 

 10897282461?profile=original

10897282699?profile=original

 Dr. Schoonheyt - kamparts in Boven-Digoel 

 

Wordt vervolgd

 

Lees verder…

Zangeres Anneke Grönloh (76) overleden

Zangeres Anneke Grönloh (76) overleden

VANDAAG, 10:16
Anneke Grönloh ANP

Zangeres Anneke Grönloh (76) is overleden. Dat heeft haar management bekendgemaakt. Ze woonde in Frankrijk.

Grönloh werd vooral bekend door haar hit Brandend Zand. Wereldwijd verkocht ze 30 miljoen platen.

Grönloh werd geboren in Indonesië en bracht de eerste jaren van haar jeugd door in een jappenkamp. Na de oorlog verhuisde ze naar Eindhoven, waar ze begon met optredens.

Brandend Zand zong ze voor het eerst op het Knokkefestival, in 1962. Daarna volgden hits als Paradiso, Soerabaja en Cimeroni. In 1963 kreeg ze zelfs een vermelding in het Guinness Book of Records omdat ze in 10 maanden tijd vijf gouden platen kreeg voor venzoveel hits.

Hieronder een overzicht van de carrière van Grönloh, die door bleef gaan tot het eigenlijk niet meer kon:

Tieneridool Anneke Grönloh zong door tot het niet meer ging

In 1964 vertegenwoordigde ze Nederland tijdens het Eurovisie Songfestival met het nummer Jij bent mijn leven. Ze werd tiende.

Halverwege de jaren 60 trad ze ook steeds vaker op in het theater, onder meer met de Snip en Snap revue. Ook werkte ze mee aan een show van Ramses Shaffy.

Grönloh was al geruime tijd ziek. In 2016 werd ze getroffen door een zware longembolie en werd ze afhankelijk van een zuurstofapparaat. Tot halverwege 2017 bleef ze optreden. Toen dat te zwaar werd, stopte ze daarmee. 

Brandend Zand

Grönloh werd in 1962 bekend met de hit Brandend Zand. Het nummer is altijd haar allergrootste hit gebleven. Wereldwijd verkocht ze 30 miljoen platen.

Grönloh (geboren in 1942 in Nederlands-Indië) had ook veel succes in Duitsland, het voormalige Joegoslavië en het Verre Oosten. Vaak trad ze op in Indonesië. Begin jaren zestig werd ze een waar popidool met veel nummer één hits op rij.

Songfestival

In 1964 deed ze mee aan het Eurovisiesongfestival, met het liedje Jij bent mijn leven. In de jaren zeventig legde ze zich vooral toe op luisterliedjes en jazz. Ook speelde ze in de Sleeswijk Revue, en in de theaterprogramma's van Ramses Shaffy, Rudi Carrell en cabaretgroep Purper.

Op maatschappelijk gebied maakte Grönloh zich druk over het taboe rond aids. Ze gaf een aantal benefietconcerten om de ziekte onder de aandacht te brengen. Het maakte haar net als Willeke Alberti en de Zangeres zonder Naam geliefd bij homo's.

De zangeres was officier in de Orde van Oranje-Nassau. President Megawati Sukarnoputri benoemde haar tot Cultureel Ambassadrice van Indonesië. Het besloten afscheid zal plaatsvinden in familiekring in Frankrijk, waar ze woonde. Later volgt een herdenking in Nederland.

http://2ddb3.v.fwmrm.net","HybridPlayerAdInitTimeout";: 30,"HybridPlayerAdStartTimeout": 30,"UseTargetingService": "none"},"EndSlateConfig":{"EndslateContinuousPlayEnabled": true},"ReportingConfig":{"Category": "newsnational","ComscoreUrl": "https://sb.scorecardresearch.com/b?","DomainId";: 1357,"Fr": "nl-nl_news","ImpressionGuid": "7582ae684d204f1b855040d99bfdaf15","Market": "nl-nl","OtfUrl": "//otf.msn.com/c.gif?","SubCategory": "no-sc","Subcvs": "news"}}" data-metadata="{"adNetworkId":"187827","csId":"BBj0Jmq","csIdBase32":"B6FDMZCXS","description":"","durationSecs":173,"feedId":"BBsDsQ2","providerId":"OVZcqX7-Ahk","shareUrl":"https://www.youtube.com/embed/OVZcqX7-Ahk","sourceFriendly":"RTL Nieuws","sourceLogo":"https://img-s-msn-com.akamaized.net/tenant/amp/entityid/BBj0TsQ.img","title":"Brandend Zand - Anneke Grönloh","uuid":"BBNofur","uuidBase32":"B6FQY4I4L","playerName":"YouTube","tags":[{"ns":"jobEnvironment","value":"System.Collections.Generic.List`1[System.String]"},{"ns":"jobInstanceName","value":"System.Collections.Generic.List`1[System.String]"},{"ns":"feedUrl","value":"https://www.rtlnieuws.nl/api/export/msn/2?_format=json";},{"ns":"displayAds","value":"System.Collections.Generic.List`1[System.String]"},{"ns":"externalPlayerName","value":"YouTube"}],"thumbnail":{"url":"https://img-s-msn-com.akamaized.net/tenant/amp/entityid/BBNow76.img";},"headlineImage":{"url":"https://img-s-msn-com.akamaized.net/tenant/amp/entityid/BBNow76.img";}}" data-id="103" data-m="{"i":103,"p":101,"n":"inline-player","y":8,"o":2}" data-playertype="Html5" tabindex="0">

Schadevergoeding

In 2002 kwam Anneke Grönloh negatief in het nieuws in een tv-programma van Paul de Leeuw, voor de NCRV. Daar werd ze neergezet als een aan lager wal geraakte, seksverslaafde alcoholist. De zangeres noemde die periode later "afschuwelijk". Uiteindelijk werd De Leeuw ontslagen en kreeg Grönloh een schadevergoeding.

In 2009 vierde de zangeres haar 50-jarig artiestenjubileum. Ze stond daarna nog regelmatig op het podium, maar kreeg in 2016 een zware longembolie. Vanaf die tijd was ze afhankelijk van een zuurstofapparaat, ook tijdens haar concerten.

Vorig jaar trad ze voor het allerlaatst op in Weert. Dat was tijdens een concert ter herdenking van het 100e geboortejaar van Johnny Hoes. Hij schreef Brandend Zand voor haar.

Lees verder…

10897400853?profile=original


10897400881?profile=originalHet beleid Marcon het voorbeeld voor Rutte, dat het toch anders kan!

Een historisch keerpunt van president Marcon van Frankrijk, erkent de moorden door het leger die als oorlogsmisdaden worden gezien. Zijn voorgangers Sarkozy en Hollande negeerden de brieven van de weduwe van Audin.  Marcon verklaarde niet alleen dat Franse leger Audin had vermoord, maar structureel beleid toen was van de Franse regering  en carte blanche verschafte met die moorden om de orde in Algerije te herstellen.  Namens de Franse regering bood hij zijn excuses aan de weduwe van Audin, rekent af met koloniaal verleden.

In die zin zijn deze executies – moorden - in de Algerijnse oorlog voor Frankrijk wat de oorlogsmisdaden die Nederlandse militairen in de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog hebben begaan - eufemistisch geheten “politionele acties” – voor Nederland zijn: een pijnlijke confrontatie met duistere kanten van de eigen Nederlandse geschiedenis.

Maar Marcon heeft nog meer zaken in zijn beleid wat betreft de mensheid.

“Marcon de president van de rijken” komt met een armoede plan. Wellicht kan Mark Rutte hieraan het e.a. ontlenen door steeds maar  weg te kijken, doen geloven dat het goed gaat in Nederland dankzij zijn beleid. Nee, met nadruk door de Internationale economische groei, deze zorgde voor de bloei van de economie.

Marcon zijn collega erkent dat er armoede in Frankrijk heerst. Ontkent dit niet zoals Mark Rutte. Zo worden op scholen het plan gelanceerd dat er ontbijt en maaltijden worden gereserveerd zodat de kinderen thuis geen honger hoeven te leiden zoals in het welvarend Nederland zoals Mark Rutte wil doen geloven. Niets voor niets zijn de programma's van Gordon en Gerard op de buis waar die gezinnen voor de hele maand nog geen € 400 of minder hebben te besteden. Daarnaast diverse plannen om de armoede in het land te bestrijden.

Rutte;

In Nederland heeft Nederland trotse rijke banken, maar ook “voedsel banken”voor Nederlanders die geen geld meer hebben om eten te kopen voor hun gezin, en niet meer aan het werk komen ……. Neem het voorbeeld aan Marcon en reken af met het verleden, doe er wat aan de mensen die afhankelijk zijn van de voedselbanken, hoeveel mensen kunnen niet aan eten worden geholpen voor die 2 miljard dat naar de multinationals gaan.

Lees verder…

10897402266?profile=originalU hebt kunnen vernemen van de griffier H.J. Post dat Algemeen overleg niet door gaat met betrekking Voortgang beleid Indische Oorlogsgetroffenen; Voortgang beleid Oorlogsgetroffenen.

Ik Iees vele reacties van alweer op het facebook - forum Indische - Nederlanders van Ben Vink ICM teamlid,

Niel al weer! 

je moet je afvragen  waarom ?  


1. Door wie zijn de volksvertegenwoordigers in Tweede Kamer aangestuurd? Door Het Indisch Platform dat in aangesteld / ingericht door Oud - premier Lubbers. Immers deze wordt erkend als enige gesprekspartner door de Overheid, is ook nog ingeschreven in de Kvk met de benodigde statuten waar artikelen van toepassing zijn zoals o.a. royementen.
2. Ieder wel denkend mens die behoeft niet academisch gevormd te zijn,  weet dat je met 1 onderwerp moet komen, en niet met een hele waslijst. OF doe dan een WOB-JE via je advocaat, waar het spel vraag en antwoord aan de orde komt, en met gedegen kennis van de dossiers  of eigen belevenis ( en niet van horen zeggen van derden) om de juiste vragen te stellen.  en kijkend of bestuursrechtelijk geen wanbestuur is gepleegd.

3. Niet goed getimed juist op het moment dat er andere zaken een belangrijke  rol spelen waar de hele wereld naar kijkt. Wil je toch je recht halen wat bakken geld kost  zoek juridische bijstand en historicus , en richt je op de ambtenaren met je WOB onderzoeken.

Tot slot ik weet niet welke organisatie (is deze wel ingeschreven in KvK) die de volksvertegenwoordigers heeft aangestuurd.

 

. Bij Kamer (vanwege ICM nieuws) weten ze wat ze aan ICM hebben, kennen ze ICM met het Team leden voor nieuws, feiten en scala van vele andere Indische zaken / ontwikkelingen. Zo heeft een teamlid destijds die o.a. de Kamer heeft wakker geschud die voor het debat met Martin van Rijn, de commissie - leden op de hoogte stelde dat op VWS - begroting een meevaller was van 6 miljard Met deze 6 miljard konden alle oorlogsslachtoffers eindelijk worden gecompenseerd voor; de oorlog, bersiap en dat het land werden uitgezet met verlies van huisraad, huis, auto''s, banktegoeden, kortom hun hele boedel. Nooit heeft Nederland deze groep slachtoffers maar gecompenseerd. Martijn riep altijd hij geen geld had om voor de Indische zaken.

Deze tip van ICM -lid was voer om te gebruiken tegen deze leugens van Martin van Rijn, de kans dat onder andere DENK, PVV, etc. in de aanval ging met een wapen in hun handen waar ze wat aan hadden. De partij DENK eiste dat die 6 miljard naar alle Indische oorlogsslachtoffers dient te gaan (ook een motie hiervoor ingediend). Martin van Rijn geschokt: Wie van zijn ambtenaren heeft deze informatie gelekt en juist de dag voor het  Indische debat! Niet zijn ambtenaren maar een teamlid van ICM heeft ruim 3 maanden de begroting dag in dag uit  gevolgd; Bij ICM wisten dat deze meevaller zouden gekomen; zullen het voorzichtig formuleren namelijk uit gemanipuleerde declaraties van ziekenhuizen en zorgbudgetbureaus, al eerder had Robin Linschoten dit aangegeven, ruim 80 miljard is gefraudeerd. Ook dit hoort tot ons werk je oren en ogen open houden.

Ferry Schwab werd verzocht om dit do0r te spelen. In deze wereld geldt voor wat hoort wat; Op ICM kan de Kamer altijd rekenen waar ze wat mee kunnen bereken, helaas jammer van het matig resultaat.

Anders waren de KNIL betalingen nooit los gekomen, net als deze Indische waslijst die zo weer van tafel is geveegd.

Voor de inbrenger van het stuk neemt juristen in de hand; de zittende ambtenaren bepalen het beleid en niet de staatssecretaris, net als een bedrijfsleven bij wanprestatie gewoon naar de rechter stappen, maar zorg eerst dat de zaak juridische onderbouwd is, en niet met losse flodders schieten;

Waarvan Akte.

In  de bijlage het document van de griffier.

Inmiddels is de mededeling verdwenen op website van de Tweede Kamer; wij als ICM hebben het wel vastgelegd, gelukkig. Net als die meevaller !

==========================================================================

Ferry Schwab heeft een bestand geüpload.

Let op ICM redactie werd gebeld vanuit Den Haag

Algemeen overleg
Voortgang beleid Oorlogsgetroffenen (let op: het overleg is TOT NADER ORDER UITGESTELD).
Deze vergadering is verplaatst naar een nog onbekend tijdstip, of nooit ! De Kamer & Kabinet praten alleen met Indisch Platform.kennelijk . In de bijlage de stukken.

Lees verder…

Persbericht Pasar Raya 2018

Persbericht Pasar Raya 2018


10897397501?profile=original

Persbericht Pasar Raya 2018  
        

Pasar Raya Indonesia viert de 73ste verjaardag van onafhankelijkheidsdag van Indonesië.

10897238680?profile=original

10897260674?profile=original10897398701?profile=original       
Indonesie betaalde 4,5 mljard Plus 689 miljoen, veel geld voor toen zei Halbe Zijlstra- men kende toen nog een miljoennota, niet miljarden zoals nu -  al dat geld is nooit bij Nederlandse Indische Gemeenschap terecht komen; Ook Halbe vraagt zich dat af waar die 689 miljoen is gebleven.  De Republiek betaalde ter compensatie voor het verlies van hun huisraad, auto's, dus voor alle hun bezittingen en banktegoeden. Niet 100 % van het schade-bedrag, maar slechts 15%. met welk recht hebben Drees / Luns om namens de Indische huizen zo te onder handelen? Wie gaat die 85 % nu betalen? Los nog van de mensen  die hun ondernemingen verloren, zo verloor mijn schoonvader Technico  met balanswaarde van 18 miljoen, in Holland moest als een arm mens leven. Hoe kon hij zijn 15% claim indienen, als hij niet op de hoogte was ?
Alle de bezittingen werden dus onteigend.
 
De redactie ICM vraagt zich af, hadden toen de Tweede Kamer niets in te brengen als wij nu zien dan om twee kinderen fors ophef wordt gemaakt. Hoe is het mogelijk dat over een hele bevolkingsgroep de Indische mensen met een populatie van  341.000 die deze ellende hebben meegemaakt eerst de oorlog, overdracht, bersiap en vervolgens het land werden uitegezet met verlies van al hun bezittingen, en vervolgens hun reis, pension en herrinriching van de woning zelf hebben moeten betalen? Tot de laatste
cent alles terugbetaald aan het toenmalige Min. van Maatschappelijk Werk, nu Sociale zaken.
 
Hoe is mogelijk dat 341.000 niets wisten van het bestaan van het traktaat van wassenaar ???   
 
ICM REDACTIE HEEFT DIT PERSOONLIJK VOORGELEGD AAN PRESIDENT JOKO WIDODO OP 21 APRIL 2017, EN VELEN KEREN AAN IBU RETNO :
MET SPANNING WACHT DE REDACTIE HET ANTWOORD AF, ICM HEEFT HET KBRI ALTIJD ONDERSTEUND WAAR HET NODIG IS, ZELF DE EERSTE PASAR MALAM OP MALIVELD ACHTER DE SCHERMEN VOLLEDIG GEREGELD; IS MAAR DAT U
HET WEET !

10897399468?profile=original

Dit evenement gaat vooral richten op de danskunsten en muzikale voorstellingen; street foods en traditionele gerechten bij the Food Bazaar; en handwerken en textiele, incluis batik, bij the Product Bazaar.  Niet minder dan 33 eetstals gaan culinaire traktaties aanbieden, variërend van streetfood tot specifieke gerechten uit verschillende streken van Indonesia. Meer dan 25 standen bieden allerlei producten en services aan, incluis batik, t-shirt en andere kledings, handwerken, accessoires, souvenirs, verpakt gerechten, tropische planten, sambals en chili saus, en kruiden.

10897399675?profile=originalDit evenement laat zien de rijkdom van Indonesische tradities en culturele erfgoed, met onder aandacht brengen van cultuur, muziek en culinaire kunst.

PRI 2018 gaat drie dagen lang meer dan 20 voorstellingen uitstallen, incluis danskunsten van Sumatra, Java en Bali. Daarnaast, dit evenement wil allerlei genres van Indonesische muziek, variërend van dangdut tot rock en pop aanvoeren. Wij gaan ook een driedaagse Poco Poco dance competitie organiseren, een populaire line dance, voor de eerste keer op de Pasar Raya Indonesia!

10897400063?profile=original

Met enthousiaste bezoekers van de Pasar Raya Indonesia 2017, nieuwe en verfrissend programma’s van dit jaar zijn wij van overtuigd dat PRI 2018 gaat veel meer succes behalen. Wij hopen op de komst van meer dan 20.000 bezoekers tijdens deze driedaagse festiviteiten.

 

 

 

Locatie, data en programma’s

PRI 2018 wordt gehouden in De Broodfabriek Rijswijk, Volmerlaan 12, 2288 GD Rijswijk, een bekend locatie voor congressen, evenementen en beurzen voor de Haagse regio.

 

Openingstijden:

Vrijdag 14 september 2018, 11:00 – 22:00

Zaterdag 15 september 2018, 10:00 – 22:00

Zondag 16 september 2018, 10:00 – 20:00

De toegang is gratis!
Voor meer informatie kunt u vinden op www.pasarraya.nl

or mailen naar info@pasarraya.nl

 

Wij hopen dat dit informatie nuttig is. Bewaar de data en verspreid de boodschap! Laten we met dit feest beginnen!

Sampai jumpa di Pasar Raya Indonesia 2018!

=====================================================================================

Embassy of The Republic of Indonesia, The Hague - The Netherlands

Tobias Asserlaan 8, 2517 KC Den Haag, +31 (070) 3108 135, bidpen@indonesia.nl

Co-organizer Jajalondo Event Organizer

Koornmarkt 46, Delft, 2611 EH  Kvk: 70685290 Btw: NL263007121B01

 

 

 10897400266?profile=original

Het boek "Rapport Traktaat van Wassenaar " Eerste druk is van heden aan te schaffen, voorlopig alleen

via ICM.

 

ACTW-66 heeft hiertoe besloten omdat Druk II in ontwikkelingen is, dit  in verband met de gehouden WOB's

(Wet Openbaar Bestuur) richting de diverse Ministeries,   en verdere nieuwe  feiten die aan
de orde zijn gekomen.

 

Het boek kost € 50.

Donnaties boven de € 50 ontvangen het rapport in boekvorm ISBN: 978 -94 -92575 - 18 - 0 kosteloos, U doet mee als als deelnemer ACTW-66 (Claimorganisatie), tevens 1 jaar lang gratis abonnement op

ICM de Indische Internetkrant sinds 1999.

 

Boek is te verkrijgen bij ICM stands op de pasar malam, of te bestellen via info@icm-online.nl .

 

Zoals U weet is voor fase I ruim € 340.000 uitgegeven in vorm van gemaakte kosten en werkzaamheden.

Om maar te vermelden, alleen al de studie en de vele vooronderzoeken waarvan de resultaten in het rapport

Traktaat van Wassenaar zijn vastgelelgd, en in boekvorm is uitgebracht ISBN: 978 -94 -92575 - 18 - 0 dat via

uitgever Calbona is uitgebracht. Bewust is dit boek nog niet vrijgegeven om deze via de bekende webportaal

die uitgeverbranche kent, alleen voorlopig te bestellen via info@icm-online.nl en va ICM Stands op de pasar

malam.

 

Graag breng ik de Indisch NIOD rapporten in herrinering die ruim 1,8 miljoen guldens hebben gekost. Zonder

onderzoeken plus een rapport heeft men geen 'zaak "  om de Overheid aan te spreken. Zonder rapport heeft

de Overheid geen boodschap aan U als gedupeerden, en terrecht! 

 

Fase II, van het rapport meldt:

Voortzetting campagnevoering om de beoogde doelgroep gerechtigden te bereiken. Thans zijn met zeer

beperkte middelen  16.000 mensen die bekend zijn en hebben getekend van de 50.000 - 60.000 die met hun handtekening bevestigen dat zijn nimmer maar 1 cent te hebben ontvangen van deze schadecompensatie.

Met voorzetting met een uitbreiding via omroepen en de kranten naast de pasar malams, het internet en

kumpulans; geraamde kosten € 600.000 inclusief.

 

Stijging zit in de kosten via de media en kranten. 

 

Met de beschikbare kanalen via het ICM werden slechts 16.000 gerechtigden bereikt.

Het totaal aantal gerechtigden bedraagt 50.000-60.000

Uitgave boek ‘Conceptrapport Verdrag Traktaat van Wassenaar 1966’ 60.000 stuks;   € 490.000

Griffiekosten 2,5% over het geclaimd te vorderen bedrag worden geraamd op een plafond van 

max. € 400.000 (anders 2.5 % van 689 miljoen ofwel 17,25 miljoen)

Overige kosten begroot met betrekking uitvoeringskosten voor front- en backoffice werkzaamheden

(Een soort Pelita)   op  € 180.000 o.a. kosten ACTW66 - delegatie en ACTW66 - deelnemersraad,

hierin zitten kosten van advocaten.

 

Fase II  Minimaal totaal € 1.230.000

 

Boek is te verkrijgen bij ICM stands op de pasar malam, of te bestellen via info@icm-online.nl

Heeft U verdere vragen mail naar schwab@icm-online.nl 

 

DOOR HET BOEK AAN TE SCHAFFEN OF U IN TE SCHRIJVEN OF TE DONEREN

 KUNNEN WIJ ALLE  WERKZAAMHEDEN VOOR FASE II  UITVOEREN !!!!!!

 

 

 

 


 

Lees verder…

10897222082?profile=originalBeslissing op het Wob-verzoek inzake de Verdelingswet

De minister van Financiën heeft beslist op het Wob-verzoek inzake de Verdelingswet.

Download 'Beslissing op het Wob-verzoek inzake de Verdelingswet'

PDF document | 12 pagina's | 942 kB

Wob-verzoek | 13-07-2018

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/wob-verzoeken/2018/07/13/beslissing-op-het-wob-verzoek-inzake-de-verdelingswet

Lees verder…

Blog Topics by Tags

Monthly Archives