Leo Blokhuis schrijft eerbetoon aan Indo's: 'Zij leerden ons hoe je met de elektrische gitaar omgaat'Indo's die in de jaren vijftig uit Indonesië moesten vertrekken, kregen in Nederland een kille ontvangst. Als ze al werden toegelaten. Leo Blokhuis vertelt hun aangrijpende verhaal in zijn eerste roman Blauwe Zomer. Een eerbetoon aan een vergeten generatie.
Op het podium van café De Zwarte Ruiter aan de Grote Markt staan de Crazy Rockers grapjes te maken. ,,Hebben jullie er zin in, let's have a party'', roept frontman Woody Brunings (81). De band speelt Jailhouse rock. Er wordt gedanst in de zaal en achter de tafel waarop stapels boeken liggen. ,,Wat klinken ze nog goed'', zegt een vrouw.
Dit is mogelijk de meest swingende presentatie van een roman die er ooit is geweest. Voor indoband de Crazy Rockers is het bekend terrein: zij swingden hier al als jonge pikkies in 1960, toen de zaak nog La Gaité heette. Leo Blokhuis (57) was toen nog niet geboren.
De 'popprofessor' is al een tijd gefascineerd door de muziek uit de jaren 50 en 60. ,,De Nederlandse rock-'n-roll is ondenkbaar zonder indobands. Zij leerden hoe je met de elektrische gitaar omgaat. The Motions en Golden Earrings kwamen pas later'', vertelt Blokhuis.
Ik zei een keer op tv per ongeluk 'Indonesiërs' en werd daar direct op aangesproken
,,Ik zei een keer op tv per ongeluk 'Indonesiërs' en werd daar direct op aangesproken.'' De emotie waarmee dat gebeurde, was nieuw voor hem. Hij kende de geschiedenis van de Bersiap niet. Op school leerde je niets over de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd met rebellen (pemuda's) in 1945 na de capitulatie van Japan. En Blokhuis heeft 'geen enkele druppel Indisch bloed'. Maar dat bewogen verhaal, waar Indo's meestal over zwijgen ('Soedah, dat is voorbij'), daar wilde hij meer mee doen. Niet in de vorm van een non-fictie boek, zoals Haags speelkwartier (over muziekhandel Servaas), maar in een roman.
Soerabaya
De auteur neemt ons mee naar het Soerabaya van de jaren vijftig, waar Chris Buisman in de tuin op zijn gitaar speelt. Hij hoort de eerste rock-'n-roll via Amerikaanse zenders op de Filipijnen. In diezelfde tijd ziet Hagenaar Johan Berkenbosch in bioscoop Thalia de film Rock around the clock en koopt zijn eerste singletje. Hij luistert er stiekem naar, want zijn strenggelovige vader wil de 'oerwoudmuziek' niet in huis hebben.
Beide jongens ontmoeten elkaar in 1958 bij een muziekhandel in de Boekhorststraat, waar Chris met zijn broer en een vriend laten horen hoe je rock-'n-roll speelt. Ze beginnen de band de Rocking Blue Boys en spelen voor volle zalen in het Moors Paleis in de Haagse dierentuin, de Marathon en La Gaité. Ze hebben zoveel succes, dat ze voor veel geld mogen optreden voor Amerikaanse soldaten in Frankfurt, Hamburg en Stuttgart. De jongens zijn maanden van huis, kopen auto's, instrumenten, hebben vriendinnen.
Het is geen schelmenroman
,,Maar het is geen schelmenroman'', zegt auteur Blokhuis. Bandleider Chris wordt achtervolgd door wat hij heeft gezien in de Bersiap-tijd, de angst die hij toen voelde. Hij was gevlucht uit zijn moederland als verstekeling op een schip. Zijn ervaring is geen fictie, maar de harde werkelijkheid voor veel Indo's, het verleden dat ze liever wegstoppen.
Blokhuis deed ruim zeven jaar research om het personage Chris overtuigend neer te zeten. Hij sprak met veel mensen, las boeken, bezocht plekken in Indonesië. ,,Johan was bekend terrein voor mij, dat wist ik wel'', vertelt de auteur die als domineeszoon enigszins vertrouwd is met het christelijke milieu van de bassist van de band.
Maar de lotgevallen van Chris, dat was andere koek. Als hij in Nederland aankomt, wordt hij eerst acht maanden opgesloten en moet hij wasknijpers draaien. De overheid vertrouwt de Indo's niet, omdat ze 'oosters geöriënteerd' zijn. Met zijn moeder belandt Chris in een contractpension in Scheveningen, waar de hospita zegt: ,,Dit is wat anders dan een hutje in de tropen.'' Hier was de oorlog veel erger geweest, want mensen aten tulpenbollen, terwijl er in Indië kokosnoten volop waren. Op straat schreeuwt men 'pinda' naar Chris.
Dit is een eerbetoon aan alle Indische Nederlanders!
Compliment
Blokhuis raakt geëmotioneerd als hij een eerste reactie op zijn boek aanhaalt. Een tweet van een hem onbekende zoon van een Indische man herkende het verhaal. Voor de auteur voelt dat als een groot compliment, zijn boodschap is overgekomen. ,,Dit is een eerbetoon aan alle Indische Nederlanders!''
Het schrijfproces was voor Blokhuis een ontdekkingsreis, waarin hij een tipje van de historie kon oplichten. Hij raakte onder de indruk van de hartelijkheid waarmee hij overal werd ontvangen. ,,En altijd kwam er wel bami of wat anders op tafel.'' Ook bij de presentatie van zijn boek zijn er veel omhelzingen.. Thuis probeert hij Indische recepten uit als hij kookt voor zijn vrouw. ,,Ik kan al rendang maken.''
Op het podium sluiten de Crazy Rockers hun show af met Bye, Bye. Ze stonden model voor de Rocking Blue Boys. Bandleider Woody Brunings las de manuscripten na op historische feiten. Hij is erg blij met de roman, waarvan hij het eerste exemplaar mocht ontvangen. Blokhuis: ,,Zonder hem was dit boek niet mogelijk geweest.''
Zonder iets te verklappen, vertelt Blokhuis dat hij het einde van de roman vrij vroeg had bedacht. ,,Kopen dat boek'', klinkt er vanaf het podium.
Blauwe Zomer, Ambo Anthos 21,99 euro, Leo Blokhuis wordt op vrijdag 4 oktober om 19.00 uur geïnterviewd over zijn roman in boekhandel Paagman aan de Frederik Hendriklaan in Den Haag.
Elke ochtend het nieuws uit Den Haag in je mailbox? S