Erkenning voor de nabestaanden van Indonesische mannen die in Zuid-Sulawesi op bevel van Kapitein Raymond Westerling van het Nederlandse leger werden geëxecuteerd. De rechtbank in Den Haag heeft op 11 maart 2015 besloten dat Nederland nog altijd aansprakelijk kan worden gehouden voor de geleden schade. Het is echter nog niet zeker of alle nabestaanden die de Nederlandse Staat hebben aangeklaagd ook echt een schadevergoeding krijgen. Een deskundige moet daar onderzoek naar doen.
De nabestaanden zijn zonen, dochters en vrouwen van Indonesische mannen die eind 1946 en begin 1947 werden geëxecuteerd door Nederlandse militairen in het toenmalige Nederlands-Indië. Nederland kan volgens de rechtbank geen beroep doen op verjaring.
In totaal 23 weduwen en kinderen hadden hierover een rechtszaak aangespannen. Het staat volgens de rechter voor negen weduwen vast dat hun man daadwerkelijk is geëxecuteerd. De rechtbank buigt zich later nog over wie van de anderen in aanmerking komen voor een schadevergoeding en wat dan de hoogte van die vergoeding moet worden.
Deskundige naar erebegraafplaatsen
De rechtbank zal een deskundige benoemen die onder meer moet gaan kijken naar de ere-begraafplaatsen in Zuid-Sulawesi. Het gaat dan bijvoorbeeld om de vraag of op die plekken uitsluitend mannen zijn begraven die door het Nederlandse leger zijn geëxecuteerd. Zeker 3100 mannen zijn destijds doodgeschoten. Het bloedbad is de Zuid-Celebes-affaire gaan heten. Kapitein Raymond Westerling had carte blanche om het hevige verzet tegen Nederland in Zuid-Sulawesi de kop in te drukken. Hij en zijn ondergeschikten deden dat met veel geweld.
Het is goed mogelijk dat er nu nog meer nabestaanden zich gaan melden, denkt de buitenland redacteur Peper Hofstede: "Er zijn in de onafhankelijkheidsstrijd in Indonesië ongetwijfeld wel meer bloedbaden geweest dan deze twee. Dat zou de Nederlandse staat dus veel geld kunnen gaan kosten."
Waar draaide de rechtszaak om?
Vanaf 1945 probeerde Indonesië zich los te maken van Nederland, terwijl Nederland de kolonie koste wat het koste wilde behouden. 200.000 Nederlandse militairen moesten voorkomen dat Indonesië onafhankelijk zou worden. Sommige eenheden maakten actief jacht op Indonesische onafhankelijkheidsstrijders, onder meer die van Kapitein Raymond Westerling. Van de Nederlandse legerleiding kreeg hij toestemming om zijn gang te gaan en dat deed hij ook. Op het eiland Sulawesi werden honderden mannen zonder enige vorm van proces geëxecuteerd, vaak zelfs voor de ogen van hun kinderen. Die hebben nu gelijk gekregen en hebben schadevergoeding voor het leed dat hen is aangedaan in het vooruitzicht.
Het gaat nu om vijf kinderen van slachtoffers, maar als de schade-vergoeding wordt toegekend, zullen er misschien wel veel meer kinderen van zich laten horen. Dat zou een miljoenenstrop kunnen zijn voor Nederland.
Tussen 2009 en 2011 speelde een soortgelijke rechtszaak voor een bloedbad dat Nederlandse militairen aan hadden gericht in het dorp Rawagedeh op Java. Toen waren het de hoogbejaarde weduwen van slachtoffers die een zaak aanspanden. De lands-advocaat bepleitte dat Nederland z’n schuld al had voldaan: in de jaren 60 betaalde het 850.000 gulden aan ontwikkelingshulp aan Rawagedeh. Bovendien zou de zaak inmiddels verjaard zijn.
Foto Mw. Paturusi en Dhr. Monji
De rechter oordeelde anders: de weduwen verdienden ook een individuele schadevergoeding voor de schade die ze door het handelen van de Nederlandse Staat hadden moeten verduren. Ze kregen per persoon 20.000 euro toegekend en de Nederlandse ambassadeur maakte expliciet excuses aan de inwoners van Rawagedeh. Met deze zaak als precedent heeft de rechter vandaag ook op 11 maart in het voordeel van de nabestaanden geoordeeld.
En wat nu?
Nu de ‘kinderen van Sulawesi’ bij de rechtbank gelijk hebben gekregen, is het goed mogelijk dat er zich nog meer nabestaanden melden. Er zijn in de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd ook wel meer bloedbaden geweest dan deze twee. Dat zou de Nederlandse staat dus veel geld kunnen gaan kosten. Maar het is natuurlijk wel lang geleden gebeurd. Veel nabestaanden van de slachtoffers zijn al overleden, mensen die zich nu nog zouden kunnen melden zijn vaak bejaard of hoogbejaard. Hoewel dat bij hen niet het gevoel zal wegnemen dat er nog een schuld te vereffenen valt.
Kunnen de Sulawesi weduwen en kinderen het geld houden?
Nabestaanden van slachtoffers van de standrechtelijke executies op Sulawesi in 1946-1947 vrezen dat de weduwen en kinderen, allen hoogbejaard en bejaard, onder druk zullen worden gezet door jongere familieleden om hun compensatiebedrag af te staan of te delen Bij een eerdere compensatiezaak in Rawagedeh bleek in december 2011 dat de
weduwen door het dorpshoofd en door familieleden werden gedwongen minstens de helft van hun schadevergoeding af te staan. Als ze weigerden te betalen, zouden ze worden uitgesloten en lastiggevallen. De kans dat de weduwen van Bulakumba zelfstandig over hun geld kunnen beslissen, lijkt klein. (ANP)
Opmerkingen