10897278678?profile=original
 

De genocide op de Indische Nederlanders en de postkoloniale doofpot van de Nederlandse regeringen                                     Blog:  Diana Bloem           

Blog: Diana Bloem

Dit wordt ‘emotioneel gezien’ mijn moeilijkste blog, omdat mijn familie en vrienden hierbij nauw betrokken zijn geweest. Ikzelf heb hier niet veel van meegekregen, maar ik voel me geroepen om het mensonterende gedrag van onze voormalige én huidige bestuurders (het negeren van genocide op hun eigen volk) aan het licht te brengen! Vooral nu ik zie hoe onze regering zich in allerlei bochten wringt om bijna alle (vaak extremistische) landen in de wereld te helpen en miljarden van ons volk steelt om niet alleen financiële steun, maar ook wapens aan hen te leveren. Terwijl ze hun eigen volk destijds in hun ex-koloniën volkomen in de steek hebben gelaten en zonder enig schuldgevoel lieten vermoorden .

De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiap is door Nederland altijd gelaten geaccepteerd, "terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord". Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van "post-koloniaal geheugenverlies" van de Nederlandse autoriteiten. De 72-jarige historicus heeft zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse weten-schappelijke blad Journal of Genocide Research.

Bersiap-periode

"De Bersiap-periode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland", aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten. "Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel niet-Indonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen."

Er hangt veel mist rond het extreme geweld van de Bersiap-tijd. Waar kwam dat nu vandaan? Wie waren de daders? Wie schuilden er achter de naam ‘extremisten’ die de Britten en Nederlanders op de geweldplegers plakten? Waren het criminelen elementen, opgehitste jongeren, opportunistische sadisten, of religieus fanatici? En wat was hun motief? Iedere oorlog heeft natuurlijk zijn pathologische moordenaars, maar de frequentie van de moorden maakt het moeilijk om die in de schoenen te schuiven van een kleine groep sadisten of criminelen. Het meeste geweld, los van de strijd tussen meer reguliere republikeinse en Britse en Nederlandse troepen, werd gepleegd door radicale nationalisten, islamitische strijd-groepen als de Hizbullah en Sabillilah, en groepen met meer criminele achtergronden. Zij hadden gemeen dat ze moeilijk onder het gezag van het prille leger van de Indonesische Republiek te brengen waren en vaak hun eigen plan trokken. Steeds meer huizen werden gerampokt (geplunderd).

Inwoners werden de bossen in gejaagd, waar ze vaak het slachtoffer werden van andere bendes. Ook verschenen er pamfletten die de bevolking opriepen de Indo-Europeanen uit te roeien.

De Nederlanders buiten de kampen – veelal Indische Nederlanders – lieten zich niet onbetuigd en organiseerden hun eigen strijdgroepen om hun huizen en gezinnen te verdedigen en de moorden te vergelden. Ook Molukkers waren in deze groepen actief, omdat zij vaak het doelwit van de moordpartijen waren. Molukkers waren voor de oorlog dikwijls soldaat in het Indische leger geweest en waren goede vechters. Hoeveel slachtoffers in de Bersiap van de eerste maanden na de onafhankelijkheidsverklaring en de daaropvolgende jaren van revolutie zijn gevallen, is bijna onmogelijk aan te geven. De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest.

10897293080?profile=originalMinister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vond in 2013 dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moesten betalen. "De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein", zegt Frederick in Trouw. "Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo’n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is."

Het schandalige spelletje met de vergoeding voor oorlogsslachtoffers

De regelrechte discriminatie van de Nederlandse overheid ten opzichte van de Nederlanders uit Nederlands-Indië is het niet vergoeden van de particuliere

oorlogsschade. In februari 1951 nam het parlement de Wet op de Materiële Oorlogsschade aan, de WMO. Deze hield in dat alle oorlogsschade die door Nederlanders geleden werd als gevolg van de Duitse bezetting, kon worden geclaimd. De Nederlanders uit Nederlands-Indië werden expliciet van deze wet uitgezonderd. Het was de mening van de toenmalige regering, dat de jonge (en toen straatarme) nieuwe republiek Indonesië daarvoor verantwoordelijk was.

Onder de WMO is aan Nederlandse particulieren in de loop der jaren een bedrag van 5,9 miljard guldens uitbetaald. Dit bedrag was hoger dan wat Nederland aan Marshallhulp ontving. Men presteerde het zelfs om ook de slachtoffers van de watersnood-ramp van 1953 onder de WMO te brengen…! De Nederlanders uit de voormalige kolonie ontvingen geen cent.

Overigens dient hierbij wel vermeld te worden dat het Marinepersoneel uit Indië weliswaar hun achterstallige salaris uitbetaald kregen, maar de door hen geleden oorlogs-schade evenmin vergoed hebben gekregen. Zeer beschamend is de vergelijking van de Nederlandse situatie met die in de diverse andere landen die in oorlog waren met Japan. De Verenigde Staten, Engeland en Frankrijk hebben hun landgenoten uit de Aziatische koloniën ook voor de door hen geleden oorlogsschade ruimhartig gecompenseerd.

Ook met de vergoeding via de WUBO en WUV is er een smerig spelletje gespeeld

Wet van 10 maart 1984, houdende regelen inzake de verlening van uitkeringen en  bijzondere voorzieningen aan  burger-oorlogsslachtoffers: Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regelen te stellen betreffende de verlening van uitkeringen en bijzondere voorzieningen aan burger-oorlogsslachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog en hun nagelaten betrekkingen. enz. enz."

Deze "ondersteuning" gold voor degenen die:  – tijdens de Tweede Wereldoorlog vervolging heeft ondergaan of als burger is getroffen door oorlogsgeweld; – aan deze oorlogsgebeurtenissen blijvende gezondheidsschade heeft overgehouden; – vallen onder de voorwaarden van nationaliteit en waardigheid. Ook de weduwe of weduwnaar van iemand die door vervolging of oorlogsgeweld is omgekomen, kan financieel ondersteund worden. 

10897289858?profile=originalDeze zogenaamde "vergoeding" uit 1984 trad pas jaren later in werking en de procedure was zo ingewikkeld (papieren die uit Indonesië moesten worden aangevraagd die daar al lang waren verbrand), waardoor er weer een andere procedure gevolgd moest worden, zodat uiteindelijk de meeste slachtoffers óf al waren overleden óf ermee zijn gestopt! Ook toen werden al politieke spelletjes gespeeld

De Japanse Ereschuld.

De Stichting Japanse Ereschulden komt op voor de belangen van de Nederlanders uit voormalig Nederlands-Indië die tijdens de Tweede Wereldoorlog door toedoen van de Japanse overheid schade hebben geleden door hen gevangen te houden in de Japanse kampen, gevangenissen of daarbuiten. In het bijzonder wil de Stichting aandacht vragen voor de schending van de mensenrechten en erkenning voor de daarvoor toegebrachte materiële en immateriële en/of psychische en fysieke schade alsmede de gevolgen daarvan. Daarnaast vraagt de Stichting aandacht voor de wijze waarop die Nederlanders bij terugkomst in het Vaderland werden bejegend, gediscrimineerd en hun grondrechten werden ontnomen. 

Het meest verwerpelijke is de regelrechte discriminatie van de Nederlandse overheid ten opzichte van de Nederlanders uit Nederlands-Indië door het niet vergoeden van de particuliere oorlogsschade. In februari 1951 nam het parlement de Wet op de Materiële Oorlogsschade aan, de WMO. Deze hield in dat alle oorlogsschade die door de Nederlanders geleden werd als gevolg van de Duitse bezetting, kon worden geclaimd. De Nederlanders uit Nederlands-Indië werden expliciet van deze wet uitgezonderd. Het was de mening van de toenmalige regering, dat de jonge (en toen straatarme) nieuwe republiek Indonesië daarvoor verantwoordelijk was.

Onder de WMO is aan Nederlandse particulieren in de loop der jaren een bedrag van 5,9 miljard guldens uitbetaald. Dit bedrag was hoger dan wat Nederland aan Marshallhulp ontving. En men presteerde het zelfs om ook de slachtoffers van de watersnood-ramp van 1953 onder de WMO te brengen…! De Nederlanders uit de voormalige kolonie ontvingen geen cent. Overigens dient hierbij wel vermeld te worden dat het Marinepersoneel uit Indië weliswaar hun achterstallige salaris uitbetaald kregen, maar evenmin de door hen geleden oorlogs-schade vergoed hebben gekregen.

Als onderdeel van Het Gebaar uit december 2000 wist Het Indisch Platform te bewerkstelligen dat er wetenschappelijke studies zouden komen naar deze twee aspecten van De Indische Kwestie: de backpay en de materiële oorlogsschade. Deze studies, uitgevoerd door historici van het NIOD (Nederlands Instituut voor Oorlogs Documentatie), verschenen in respectievelijk 2005 en 2006, met een overzichtsrapportage in 2007. In beide studies werd aangetoond dat de opeenvolgende Nederlandse regeringen ernstig in gebreke waren gebleven wat betreft de Nederlandse land-genoten uit Nederlands-Indië. Aangetoond werd dat Het Gebaar uit 2000 geenszins een compensatie was voor de twee  aspecten van De Indische Kwestie. Eveneens bij de in februari 2001 gehouden Parlementaire behandeling stelde de toenmalige minister van Financiën Gerrit Salm klip en klaar, dat Het Gebaar niets te maken had met het herstel van de materiële oorlogsschade. http://www.65jaarkinderenvanderekening.nl/st-japanse-ereschulden.

Zeer beschamend in deze NIOD-studies is de vergelijking van de Nederlandse situatie met die in de diverse andere landen die in oorlog waren met Japan. De Verenigde Staten, Engeland en Frankrijk hebben hun landgenoten uit de Aziatische koloniën ruimhartig gecompenseerd, ook voor de geleden oorlogsschade. Zelfs het toen straatarme Portugal heeft in de zeventiger jaren van de vorige eeuw haar landgenoten uit Portugees Timor en Macao volledig gecompenseerd. De Nederlandse overheid slaat wat dat betreft beslist geen al te best figuur. De petitie vermeldt terecht dit "achterstallig onderhoud" door de diverse regeringen. Wat ook de politieke kleur was van de regeringen in die 67 jaar, ze hebben ´De Indische Kwestie´ niet tot een oplossing gebracht. De angst was en is dat een adequate compensatie van de Indische gemeenschap heel veel geld gaat kosten. Het is dan ook een grote groep. In de vijftiger jaren vluchtten immers zo’n 300.000 Nederlanders uit Nederlands-Indië naar het veilige Nederland. Velen van hen hadden de horrorbeelden van de afschuwelijke Bersiap nog op het netvlies gegrift. Zij kwamen naar een land dat ze nauwelijks kenden en waar zowel de overheid als de inwoners hen als vreemdelingen behandelden. Sterker nog, in het beruchte Rapport Werner uit 1953 werden de zogenaamde Oosterse Nederlanders gezien als een ´gevaar voor de openbare orde´ in Nederland. Wie de discriminatie en de kille, bijna vijandige, ontvangst in Nederland heeft meegemaakt, zal dit niet licht vergeten. Deze kille en vijandige ontvangst was voor het Kabinet Kok-1 reden om Het Gebaar in te stellen.

Het ontraden van de motie door de Staatssecretaris van VWS maakte De Indische Kwestie tot een politiek onderwerp. Dat is betreurenswaardig, aangezien het een parlementaire traditie is, dat zaken rond oorlogsslachtoffers Kamerbreed afgewikkeld worden; juist omdat deze geen speelbal van de politiek mogen zijn. De consequentie is dat Het Indisch Platform zich in politiek vaarwater gaat begeven. Een eerste stap daarin is de Tweede Kamer. Deze moet, los van de Regering, ervan overtuigd worden dat het haar politieke verantwoordelijkheid is om de twee NIOD-studies te behandelen. De Tweede Kamer heeft dit tot nu toe niet willen of kunnen doen. De Tweede Kamer heeft in de richting van de Regering een controlerende functie.

Dan heb ik het nog niet eens over de 3e tegenovergestelde parallel! De Indische Nederlanders (met de Nederlandse nationaliteit: met een paspoort dus) die na de oorlog naar Nederland kwamen, omdat ze in Indië niet meer welkom waren, werden nóg slechter behandeld dan de asielzoekers! Zij werden in barakken geplaatst en kregen een klein voorschot die ze tot de laatste cent moesten terugbetalen. De mannen die in de oorlog voor Nederland hadden gevochten, en die in krijgs-gevangenschap hadden gezeten, kregen geen baan meer bij het leger en hadden ook geen recht op pensioen van het leger!

Hadden zij zich misschien moeten bekeren en naar Nederland moeten komen als moslim-immigrant? Dan waren ze misschien net zo gastvrij onthaald! Want als Nederlands staatsburger uit de Oost ben je gewoon een paria! https://eunmask.wordpress.com/author/realpredictor/ (Blog Diana Bloem)

Hier de verhalen van overlevenden die deze verschrikkingen hebben meegemaakt: http://www.archiefvantranen.nl/uw-verhaal/

Ook in dit geweldige boek van Ferry Holtkamp leest u over de hartverscheurende werkelijkheid: http://www.indischhistorisch.nl/tweede/oorlog-en-bersiap/oorlog-en-bersiap-ik-beken-het-levensverhaal-van-de-indische-nederlander-ferry-holtkamp-opgetekend-door-journaliste-elise-lengkeek-juli-2009/

En dan natuurlijk het onlangs bij Uitgeverij Boom verschenen boek van Dr. Herman Bussemaker: Indisch Verdriet, strijd om erkenning

Bron: http://nieuws.thepostonline.nl/2013/11/18/nederlanders-waren-slachtoffer-genocide

 

E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives