10897405093?profile=originalToespraak minister Bijleveld op vrijdag 30 november 2018 te Bronbeek, Arnhem

Dames en heren,
Familie van de decorandi,
Geachte meneer Achthoven, meneer Lapré en meneer Schultz.Ik vind het een eer om u te ontmoeten en u te onderscheiden voor uw inzet in voormalig Nederlands-Indië en Nieuw-Guinea.

Uw verhalen zijn stuk voor stuk uniek…
…maar u deelt ook enkele overeenkomsten.
U bent alle drie geboren in voormalig Nederlands-Indië.
U heeft de verschrikkingen van de Japanse bezetting meegemaakt.
En u heeft gevochten voor het Rood-Wit-Blauw.
U heeft ons land en koningshuis gediend.
Uw vaderland.
Maar uiteindelijk moest u afscheid nemen van uw moederland, Nederlands-Indië.  
Om hier in Nederland een nieuw leven op te bouwen.
Dat was niet altijd even gemakkelijk
In die tijd was er maar weinig aandacht voor uw verhaal.
Maar datgene wat u heeft meegemaakt heeft diepe sporen achterlaten.
U heeft mooie herinneringen aan die tijd.
Maar ook heel pijnlijke.

Daarom vind ik het mooi dat we hier vandaag even bij stil kunnen staan.  
Want de gebeurtenissen van toen zullen nooit voltooid verleden tijd worden.
Niet voor u.
Maar ook niet voor ons land.
Uiteraard is er discussie mogelijk over onze inzet in die jaren.
Maar de veteranen die zich hebben ingezet in Nederlands-Indië en Nieuw Guinea, verdienen onze waardering.
U verdient onze waardering!
Dames en heren, graag alvast een groot applaus!
 

Voordat ik de decorandi individueel ga toespreken, wil ik eerst Roel Rijks bedanken.
Roel, met het Comité Ereschuld Onderscheidingen zet jij je in om onderscheidingen te regelen voor veteranen die deze eerder niet hebben gehad.
Zoals de onderscheidingen die ik vandaag mag uitreiken.
Dit betekent enorm veel voor deze veteranen en hun familieleden.
En daar steek je ontzettend veel vrije tijd in.
Ik heb daar grote waardering voor!
Ga zo door!

Beste meneer Achthoven,

U bent de jongste van het stel.
Geboren op 23 juli 1935 in de binnenlanden van Borneo.
Dus nog maar 83 jaar oud…
U kende aanvankelijk een onbezorgde jeugd...
…maar de oorlog in Zuidoost Azië trok uiteindelijk diepe groeven in uw gezin en in uw leven.
Uw vader diende bij het KNIL…
…en moest als krijgsgevangene dwangarbeid verrichten aan de beruchte Birma-spoorlijn.
U kwam met u moeder en uw broers in een Jappenkamp terecht…
…en maakte na de oorlog de Bersiap-periode mee.

In 1951 verhuisde u naar Nederland.
En net als uw vader en grootvader, ging u in militaire dienst.
Bij de Marine.
U was technisch aangelegd en ging aan de slag als elektromonteur.
In de avonduren volgde u een opleiding om u verder te bekwamen.
Uiteindelijk bent u opklommen van matroos tot adjudant onderofficier.
Dat is een prestatie van formaat!
In dienst van de Marine heeft u vele lange reizen gemaakt.
Uw vrouw en dochters moest u vaak voor lange tijd missen.
Maar u was altijd intens betrokken bij uw gezin.
U was een trouw schrijver.
Uw thuisfront keek daarom altijd uit naar de blauwe luchtpostenveloppen.
En bij thuiskomst ook naar de bruine plunjezak.
Want daar kwam niet alleen vuile was uit, maar ook diverse, met zorg uitgekozen cadeautjes voor het gezin.
In dienst van de Marine bent u uitgezonden naar Nieuw Guinea.
Anderhalf jaar lang.
Dat was in 1960 en 1961.
Ik begreep van uw familie dat u niet veel over deze periode heeft verteld.
Maar we weten uit de geschiedenisboekjes dat er in die tijd het nodige is gebeurd.
En ik vind het van grote waarde om af en toe die gebeurtenissen weer in herinnering te brengen.
Om van te leren.
En om waardering uit te spreken voor de veteranen die zich hier hebben ingezet.

Meneer Achthoven, daarom overhandig ik u nu heel graag het Nieuw-Guinea Herinneringskruis.


Beste meneer Lapré,

U bent op 13 juni 1926 geboren te Semarang in voormalig Nederlands-Indië.
Tijdens de oorlog werd uw vader gevangen gezet.
Uw moeder bleef alleen achter met de kinderen.
Om het gezin te onderhouden moest zij stiekem handel drijven.
En u werd als jonge tiener de ‘man’ in het gezin.

Na de Japanse capitulatie op 15 augustus 1945 werd het steeds onrustiger in Semarang.
Op een dag werd u zonder reden opgepakt door Indonesische nationalisten…
…en in de gevangenis gezet.  
Het leven daar was onzeker.
U heeft zelfs een aantal keren de dood in de ogen gekeken.
Uiteindelijk werd u door de Britten bevrijd.

Vlak voor de 1e Politionele Actie besloot u zich vrijwillig aan te melden bij het leger.
U was toen 20 jaar oud.
U was daartoe niet verplicht, want uw twee oudere broers zaten al bij het KNIL.
Na een opleiding van enkele maanden…
…werd u in 1946 aangesteld als vrachtwagenchauffeur bij de Aan- en Afvoer Troepen van de Tijgerbrigade.
U moest van alles vervoeren: militairen, voedsel, goederen en soms een groot veldkanon.
Als chauffeur liep u grote risico’s.
De vijand plaatste bijvoorbeeld landmijnen op de route of groef diepe kuilen in de wegen.
U heeft het meegemaakt dat zo’n landmijn net op tijd ontdekt werd. 
Vooral ‘s nachts was er extra spanning.
Dan moest u - slechts met gedempt licht - stapvoets en slalommend de route volgen.
Onderweg heeft u van beide kanten de nodige gevallenen gezien. 
Gelukkig heeft u het er zelf goed vanaf gebracht.

In juni 1951 kwam u met uw familie aan in Amsterdam.
Alleen zonder uw broers Etienne en Willy.
Zij brachten als KNIL-militairen het hoogste offer in deze jaren van strijd tegen de Republiek Indonesië.
Beide broers waren verloofd en zouden binnen enkele weken gaan trouwen.
Ik begreep dat u het ‘Ereteken voor Orde en Vrede’ aan hen wilt opdragen.
En ik vind dat ook zeer terecht.
Want ook hun verhalen, hun inzet, mogen we niet vergeten.

Meneer Lapré, heel graag reik ik u nu graag het ‘Ereteken voor Orde en Vrede’ uit.

Beste meneer Schultz,

U bent op 8 juni 1930 geboren te Makassar in voormalig Nederlands-Indië.
Van uw dochter Tiny begreep ik dat u het nodige heeft meegemaakt.
U heeft uw kinderjaren in een jongensinternaat doorgebracht.
U heeft tijdens de Tweede Wereldoorlog in een jappenkamp gezeten.
En in 1948 ging u als vrijwilliger bij het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) aan de slag.
Nog maar 18 jaar oud!
U maakte onder meer de tweede politionele actie mee.
Uiteindelijk kwam u in Nederland terecht.
U heeft toen nog een tijd in de Emmamijn gewerkt, maar ik begreep dat dit niks voor u was.
Vervolgens bent u naar Korea gegaan…
…waar u heeft meegevochten met het Nederlands Detachement Verenigde Naties (NDVN).
Daar heeft u wel de nodige onderscheidingen voor ontvangen…
…maar voor uw periode in voormalig Nederlands-Indië nog niet.
En ik vind het belangrijk om die onderscheiding alsnog uit te reiken!

Datgene wat u heeft meegemaakt was niet niks.
U heeft het uw verdere leven meegedragen.
Ik begreep ook van uw dochter dat u het moeilijk vindt om erover te praten.
Maar dit is een manier om ‘de cirkel rond te maken’.
Om daar toch nog even bij stil te staan.
Ik begreep ook dat u – toen u hoorde dat ik de medaille zou uitreiken – reageerde met de woorden: ‘Ik pas niet meer in mijn uniform’…
Maar ik verzeker u dat dit ook niet nodig is.
Meneer Schultz, vanwege uw inzet in voormalig Nederlands-Indië, speld ik u nu heel graag het ‘Ereteken voor Orde en Vrede’ op.

E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives