Nih Kombel en de Draak door: Hugo Driessen

10897266084?profile=originalRubriek “Just4Kids” - Nih Kombel en de Draak  door:  Hugo Driessen

 

 

 

 

Vroeger, toen er nog niet zoveel mensen op de aarde woonden zoals nu, en er nog geen auto’s of TV’s waren, zag alles er nog heel anders uit. Er woonden ook allerlei dieren op de wereld die er nu niet meer zijn. Zo was er eens in een ver en warm land, op het eiland dat wij nu Lombok noemen, een echtpaar dat net een klein kindje had gekregen. De vader en moeder waren heel erg trots op hun dochtertje, en noemden haar Sri Poetri Ketjiel. Dat betekent kleine prinses. Vader heette Wajang en moeder Nih Kombel. Vader Wajang was een visser, en moest elke dag de zee op van vroeg tot laat om genoeg vis te vangen om te verkopen. Wat hij niet verkocht, aten ze zelf op. Samen met witte rijst, dat ook alleen in dat warme gebied groeide. Als vader Wajang op zee was moest hij altijd op zijn hoede zijn voor gevaar. Er waren soms stormen, haaien en draken. In die tijd leefden er nog draken namelijk, en die kon je zowel op land als op zee tegenkomen. Draken hadden vleugels en konden dus makkelijk over zee vliegen. Hoewel draken gevaarlijk waren, aten ze meestal zwijnen en herten op land en vis uit de zee. Dus mensen hoefden niet zo snel bang voor ze te zijn.

 

Op zekere dag, toen vader Wajang weer uit vissen was, maakte Nih Kombel zich gereed om samen met Sri naar de markt te gaan. Dat was ver lopen, en in die hitte moest ze zich daarom goed voorbereiden, en Sri beschermen tegen de zon. Het liefst ging ze daarom heel vroeg in de ochtend, als de zon nog niet zo heet was. Jammer genoeg waren ook de draken het meest actief in de ochtend, en was de kans dus groot dat je er één tegen kwam. Op de markt deed Nih Kombel al haar inkopen. Rijst, groenten, vers vlees en heel veel kruiden, onder andere hete pepers. Die worden tegenwoordig in dat gebied nog steeds gebruikt om het

eten heel erg pittig te maken.  Toen Nih Kombel met Sri die lekker in haar draagdoek lag te slapen ongeveer halverwege op de terugreis was en wat water uit een riviertje wilde halen zag ze er opeens één zitten. Een grote lelijke draak! Een hele zware, met vuurrode ogen, groene schubben over zijn hele lichaam en vanaf zijn nek tot zijn staart groeiden allemaal enge punten op zijn rug. Zijn vleugels waren pikzwart en hadden scherpe klauwen. Nih Kombel schrok heel erg want de draak had haar al gezien. Wegrennen kon niet meer dus ging ze langzaam zitten en hoopte dat de draak geen honger had.

‘ Srrrrr….wat verberg je daar in die draagdoek moedertje?’ zei de draak (want draken konden praten omdat ze niet alleen gevaarlijke maar ook hele slimme dieren waren).

‘Srrrrr..heb je daar toevallig een jong en mals mensenkind? Srrrr…ik heb vandaag namelijk nog niets gegeten…srrrrrrr… en er zijn geen zwijnen in de buurt…srrrr’ zei de lelijke draak.

Nih Kombel trok wit weg en wist dat ze nu slimmer dan de draak moest zijn. Anders zou hij zeker haar kindje willen stelen.

‘Ach lieve draak, dat kindje welke ik hier draag is toch niets voor jou? Zo’n smakeloos en mager schepseltje, daar heb je helemaal niets aan, ‘ zei Nih Kombel.

Srrrrr…honger maakt rauwe bonen zoet moedertje…srrrr…’ zei de draak dreigend en zijn vuurrode ogen lichtten nog feller op.

‘ Wacht even lieve draak. Zal ik eerst eens een lekker hapje voor je maken, zodat je ergste honger gestild is?’ zei Nih Kombel. In mijn doek heb ik ook al mijn inkopen van de markt zitten. ‘

‘ Srrrr…nou, schiet op dan, ik lust alvast wel een voorgerechtje…Srrrrr, ‘ zei de draak.

Nih Kombel pakte haar spullen uit, en zorgde er nog steeds voor dat Sri bedekt bleef door de doek, voor het geval de lelijke draak opeens van gedachten zou veranderen. Ze draaide wat takjes tegen elkaar om vuur te maken, sprokkelde wat extra hout en reeg het verse vlees aan een tak. Toen deed ze heel stiekem de hele voorraad hete pepers tussen het vlees. Dat was normaal genoeg voor de hele maand! Dat roosterde ze daarna op het  vuurtje  tot het vlees heerlijk kruidig begon te ruiken. De draak rook het gebraden vlees en werd onrustig.

‘Srrrrr….het water loopt me door de mond moedertje..srrrr…kom maar op met dat vlees…’ zei de draak. Nih Kombel haalde het spit met het enorme hete en pittige vlees van het vuur en zei poeslief:

‘Alsjeblieft lieve draak. Hier kun je alvast smullen van je voorgerechtje.’

De gulzige draak stoof erop af, nam het hele gebraad in één keer in zijn bek en slikte alles door. Heel even was het stil. Toen werden zijn vuurrode ogen langzaam paars, en begon er stoom uit zijn oren te komen. De hete pepers hadden hem van binnen helemaal verbrand!

‘SRRRRAAAAAHHHGGGGG…VUUR….BRAND…RRAASSSSSSSS’ brulde de draak.

Nu begon er niet alleen rook en stoom uit zijn oren te komen, maar uit de bek van de draak kwamen grote vlammen tevoorschijn. Hij spuwde hete vlammen! Nih Kombel had gehoopt dat dit zou gebeuren en maakte zich samen met kleine Sri snel uit de voeten. Zij verborg zich achter een dik struikgewas een heel eind van de draak vandaan. De draak had daar niets meer van in de gaten, zo erg stond hij in brand. Ten einde raad vloog de draak in de rivier en bluste daar de vlammen in zijn bek, en maakte zich daarna zo snel als hij kon uit de voeten. Hij verdween als een klein stipje aan de hemel, een spoor van rook achter zich latend. Nih Kombel en kleine Sri kwamen weer veilig thuis, en zij vertelde aan iedereen in het dorp hoe men zich voortaan tegen draken kon verweren. En dat is de reden waarom draken de geschiedenis zijn ingegaan als vuurspuwende monsters. Door een slimme moeder met behulp van zeer hete pepers.  

 

Met dank aan NICC

 

 

E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives