Molukkers herdenken aankomst in 1951
’Verlangen naar eigen land blijft’
• Aan boord van de Kota Inten op weg naar het kille Rotterdam. Vandaag wordt het boek Molukkers in Beeld van Wim Manuhutu en Victor Joseph gepresenteerd . FOTO: MUSEUM MALUKU
AMERSFOORT, maandag
Precies 60 jaar nadat de eerste groep van in totaal 12.500 Molukkers met de Kota Inten vanuit Java in Rotterdam aankwam, ontmoeten passagiers elkaar daar vandaag opnieuw.
Met een bus gaat de reis vervolgens van de Maasstad naar Leusden, naar het voormalige Kamp Amersfoort. Want de KNIL-militairen die tijdens de Tweede Wereldoorlog en Politionele Acties voor Koningin en vaderland hadden gevochten, werden door Nederland in nazikampen als Westerbork, Amersfoort en Vught gehuisvest.
Ruim 350 jaar streden ze voor Nederland. Molukkers golden als de beste soldaten die generaal Simon Spoor tot zijn beschikking had, toen Nederland na 1945 probeerde de voormalige kolonie Indië te behouden. Ook daarvoor al hadden ze grote moed getoond bij de inval van de Japanners in de grootste archipel van de wereld.
Nadat de regering besefte dat Indië voorgoed verloren was als kolonie, kwamen ze naar Nederland. Waar een al even kille ontvangst wachtte. Maar het was slechts tijdelijk; ze zouden immers terugkeren, naar hun eigen republiek.
Dat gebeurde nooit, Nederland kwam beloften niet na.
Ook Charlie Saptenno (69) is vandaag van de partij, zoon van majoor Petrus Saptenno, veteraan uit Tweede Wereldoorlog en Politionele Acties. De gepensioneerd bouwkundig tekenaar: „Ons verlangen naar een eigen land is altijd gebleven. Nederland heeft de mond vol over schendingen van mensenrechten wereldwijd, over vrijheid en democratie. Tegenover ons was Den Haag vooral afstandelijk. Ik ben het nooit eens geweest met de kapingen en gijzelingen door jonge Molukkers om de RMS af te dwingen. Maar voor hun idealen heb ik begrip.”
Opmerkingen