De koele - en kille ontvangst van mijn schoonouders die moesten vluchten uit de republiek Indonesie
Foto – Ouders van Astrid (Pitty, Hardy – Geeve)
In september 1961 kwamen ze berooid aan in Nederland. Helemaal murw geslagen door de Tweede oorlog. Het verblijf in gevangenschap in de kampen, en ook nog eens waar die twee atoombommen vielen. Vervolgens de bersiapperiode die eigenlijk nooit is geëindigd. Tot slot die kille koele ontvangst in Nederland waar de Indische Nederlanders niet welkom waren. Desondanks mijn schoonvader een onderneming Technico had verkoos hij voor een betere toekomst voor zijn kinderen in Nederland. Dit impliceerde dat van het luxe rijke leventje in Indonesie afscheid moest nemen. Alleen maar respect voor die beslissing om je zelf op te offeren voor een goede toekomst van je kroost in Holland. Daartoe liet hij zijn onderneming achter voor zijn opvolgers en aandeelhouders, zonder 1 cent te ontvangen hier voor ook niet voor de goodwill. Zo werd het verhaal naar buiten , en de kinderen gebracht, de insiders wisten wel beter.
De harde feiten waren dat Min, Buitenlandse zaken van de Republiek alle Nederlandse Indische Staatsburgers per direct sommeerde om de republiek te verlaten, met verlies van al hun bezittingen en tegoeden, hetgeen onder het traktaat van Wassenaar valt.
Bij aankomst in Holland heeft mijn schoonvader helemaal onderaan de ladder moeten beginnen.
Eerst zijn excusjes moeten aanbieden bij Stokvis, vervulde in functie financieel directeur, maar werd bezoldigd als een boekhouder. Dit werd later in ere hersteld door het bureau Mc Kinsey bij een reorganisatie. Mijn schoonmoeder is de klappen nooit te boven gekomen in Holland. Gekscherend genoeg droomde ze van een leven in het mooie Holland, gelukkig had ze haar oudste dochter die groten deels haar moedertaken van haar overnam, en later door haar andere kinderen. Niet vreemd op zicht, want in Indonesie was Astrid (mijn vrouw) die al die rol had als vertrouweling van de vader waar zij de rol van haar moeder waarnam in sociale- en zakelijke leven.
Voor mijn schoonmoeder die in dit luxe bestaan in Indie werd ondersteund door negen bediendes om haar huishouding te voeren, laat het zich al raden dat dit “gat” in Nederland nimmer kan worden gedicht. Meerderheid van kinderen Hardy bestonden uit meisjes. Specifiek om 9 meisjes en drie jongen. In Nederland werden nog drie meisjes geboren (den Haag en Spijkenisse). In dit gezin van twaalf ontstond in principe de generatie die Indie hebben meegemaakt, en niet hebben meegemaakt. Nog niet gesproken over het grote leeftijdsverschil.
Na het overlijden van mijn schoonvader zag ik mijn schoonmoeder als een andere vrouw opbloeien: Haar talenten kwamen plotseling boven drijven. Schilderen, gedichten en schrijven. In mijn kantoor stonden uiteindelijk drie schilderijen die ik van haar kreeg.
Bij haar overlijden ontdekte ik een manuscript van haar met de titel Tjiharoem (frictie roman, die haar leven beschreef en haar beide broers die zijn omgekomen door de Jappen).
Het manuscript was uitgewerkt op IBM type machine (IBM –bolletje). Dit is een kostbaar bezit in mijn optiek. Ik had net een dure scanner Pentax aangeschaft om bedrijfsdocumenten in te scannen. Dit manuscript heb ik gelijk ingescand en het was in oud- Hollands geschreven, en heb deze nabewerkt. De digitale versie aan Liz en Geert ter hand gesteld om het verder af te wikkelen.
Ik vond dat 1 van haar kinderen het moesten “uitgeven”, en zeker niet ik als oudste schoonzoon. Het boek is er, maar is nooit formeel uitgegeven, wie weet nu wel dat ook een ISBN nummer krijgt, het verdient het! Gezien haar levensinstelling in Holland heb ik dit nooit achter haar gezocht; Toch een mooi rijk nalatenschap voor nageslacht een boek van je moeder, je oma, je grootmoeder, waar je zuinig op moet zijn “Tjiharoem”… Foto – boek Tjiharoem een frictieachtige roman waar zij haar leven en overleden broers door de Jappen beschrijft.
Foto – boek Tjiharoem achterkant Familie Geeve.
Foto – van de Familiekrant De Keten Jaargang 16.
Om een hechte band te creëren van zijn kroost (vader, opa, grootvader Hardy) zette hij deze familiekrant op. De Keten het symbool die een brug legde met een palmboom (het voormalige Indie) en koele kille ontvangst in Nederland met de Hollandse molen. Mijn schoonmoeder zal kennelijk de bedenker zijn van de cover. Iedere maand verscheen eerst de handgeschreven versie “De Keten’ met daarin alle familie nieuwtjes om die “verbinding” hechter te maken met de kinderen die al uit huis waren. Later werd de krant gedigitaliseerd en werd met wisselende redacties gevoerd, en verder verspreid naar alle familieleden. (Wij hadden toen nog geen MSN, of het Facebook nu)
Naast De Keten, werd iedere Pinksteren het familieweekend (koempoelan voor het samenzijn)georganiseerd tot vandaag aan de dag, met wisselende organisatoren die iedere keer het stokje overnamen. Nu is de jongste generatie aan de beurt. Anno 2014 wordt deze traditie voortgezet in Leukemeer(Venlo) waar dan weer ruim 16 bungalowtjes of meer gelegen op 1 veld worden afgehuurd waar kinderen en kleinkinderen deze Indische koempoelan delen een week lang.
Terugkijkend is een dergelijk Indische familieband uniek waar mijn schoonouders best trots op mogen zijn dat tot heden de familieband hecht is. Zou zij met symbool De Keten dit hebben bedoeld?
ICM 18.1.17
Opmerkingen
163