Eenheid in verdeeldheid in “Indoland
Wanneer Indo’s een vereniging of club oprichten, gebeurt het met de regelmaat van de klok dat na (vaak zeer) korte tijd de club uiteengevallen is in verschillende afsplitsingen en groepjes. Een verzinsel? Een hersenschim? Misschien. In ieder geval is hier nooit onderzoek naar gedaan. Hoe komt men dan aan deze uitspraak?
In de afgelopen decennia heeft men zich intensief beziggehouden met de Indische wereld. En daar zijn we niet vrolijker van geworden. Het Indisch Huis dat tot drie keer toe opgestart werd en maar niet van de grond wilde
komen. En dan al die commissies, interimmanagers, consultancybureaus en wat dies meer zij; om nog maar niet te spreken van bestuursleden met lange vingers. Allerlei “cowboys” die met “vertrouwen” van het ministerie en de fondsen flink aan de subsidieboom stonden te schudden tot de miljoenen als rijpe appeltjes naar beneden vielen en gretig werden opgeraapt. Totdat de bodem van de kist in zicht kwam, met als gevolg dat er niet genoeg geld meer was om het Indisch Huis echt van de grond te tillen en operationeel te maken, waardoor men meer geld uitgaf dan er binnenkwam.
Het Indisch Huis is nu een “museum” van het ministerie van VWS en de Indische boedel ligt daar nu opgeslagen. Een toonbeeld van hoe bepaalde sectoren in het Indische netwerk in Den Haag elkaar het balletje toespeelden en opdrachten aan elkaar werden gegund. En dan te bedenken dat er mensen zijn die indertijd keihard heeft gestreden om de 385 miljoen die aan Stichting Het Gebaar werd toevertrouwd wel eerlijk en efficiënt te besteden. Verreweg het overgrote deel van dit bedrag is via achterdeuren weggesluisd en in broekzakken verdwenen waarin het nooit terecht had mogen komen.
Bronbeek was het alternatief. Nu worden in Den Haag miljoenen ingepompt en probeert men daar de Indische herinneringen levend te houden. Waarom men voor die plek van crime weer heeft gekozen, ligt in het feit dat het een locatieis vrij gekomen, er is met voldoende ruimte en mogelijkheden om er een Herinneringscentrum op te starten? Of gaat heet feestfestijn weer verder waar het eerdere failliete Indisch Huis is gebleven. De verdeelheid wordt alleen nog maar verder aangewakkerd onder de Indo's met dit Haagsche feestje, die allen in het land het nakijken hebben.
Dan zijn er nog verschillende clubjes en onderdelen van verenigingen die met elkaar niet goed door één deur kunnen. Filmproducenten die uiteindelijk dan toch weer niet die film konden maken die men voor ogen had. Een initiatief voor een Indisch Museum dat al jaren op de plank ligt te verstoffen, terwijl een Moluks Museum er al lang is. En dan al die Pasars, met overal dezelfde stereotype kledingkraampjes, de eettentjes, interviewers en presentatoren, toekomstvoorspellers en ga zo maar door. Dus is ook daar erg weinig innovatiefs te melden.
Duidelijk moge zijn dat de Indo’s door de Hollandse bevolking niet meer als een aparte groep worden gezien, zoals Turken, Polen of Molukkers. Ze worden evenmin gezien als een “minderheidsgroep” die een eigen clubgebouw of centrum moet (mag) hebben. Op de keper beschouwd worden ze helemaal niet gezien. Belangrijkste oorzaak is dat Indo’s niet echt in staat blijken om samen te werken en als een eenheid naar buiten te treden. Op de een of andere manier laat hun aard dit niet toe.
Heeft dit te maken met de verschillen in achtergronden binnen de groep Indo’s? De één heeft een Indische ouder en een Hollandse ouder, de ander heeft twee Indische ouders, weer een ander heeft een Indische en een Chinese ouder en ga zo maar door. De meeste Indo’s waren in Indië eigenlijk kleine bungs. En als ze dan hier de kans krijgen om baas te zijn….. dan ook helemaal….! Zou dit (een deel van) de oorzaak zijn? Hoe doen al die andere minderheden in Nederland het? Molukkers, Turken, Marokkanen, Somaliërs, Polen, enz. hebben in ieder geval één ding gemeen: als het erop aankomt, zijn ze er voor elkaar en kunnen ze samenwerken! En de “achtergrondruis” die bij Indo’s meespeelt is die van identiteit en gemeenschappelijke cultuur. In Indië werd van je verwacht dat je “Hollandser dan Hollands” was (zie ook de passage hierover in het artikel over Krontjong muziek). Hierdoor heeft de groep Indische Nederlanders eigenlijk nooit bewust iets “eigens” opgebouwd. Het gemis daaraan wordt pas ervaren na aankomst hier in het kille Holland. Echter door de drang om zo snel en geruisloos te integreren, heeft men die erfenis maar gelaten voor wat het was en koesterde men het “Tempodoeloe-gevoel” tijdens familiefeestjes en Kumpulans en vanaf het eind van de vijftiger jaren op de Pasar Malam.
Onze ouders spraken nooit over “Wij Indische mensen” of “Wij Indo’s”. Daarentegen hebben zij het weer wel over de Hollanders. Dus Hollanders zien de Indo’s niet als een minderheidsgroep en de Indo’s zien zichzelf niet als minderheidsgroep. Tja, dan blijven de deksels natuurlijk op de geldpotjes voor minderheden zitten. Niet dat Indo’s zich nu plotseling wel als een minderheidsgroep moeten zien, maar hen mag evenmin het recht op een eigen cultuurbeleving ontzegd worden. En dan zal er toch op een of andere manier een deksel van een potje gekegeld moeten worden .
Zeker nu ook binnen de Indische gemeenschap het roer een beetje omgegooid wordt. Kijk naar het Indisch Platform vroeger en zoals het zich nu profileert. Als één groep wordt er nu gestreden, initiatieven ontplooid en acties ondernomen en men spant zich in om vooral toch ook de jongere generaties erbij te betrekken. Ook dit Indisch platform valt nu uit elkaar in de verschillende jonge organisatie onder IP versie 1, 2 .... En dan het Nederlands Indisch Cultureel Centrum, dat met een prachtig bijna kant-en-klaar plan in de startblokken staat wordt zo op een zij spoor gezet door het IHC die dominant regisseert En ook in dat initiatief nemen de jongere generaties een prominente plaats in. Gelukkig komen nu niet meer alleen de bobo’s in beeld, maar wordt ook aandacht besteed aan alle andere Indo’s. Het wachten is nu op een “Nieuw Gebaar”. Het Indische culturele erfgoed is het waard om voort te bestaan, ook nu na 65 jaar en tot in de verre toekomst.
Opmerkingen