Biografie van president Soekarno bij het programma Pauw & Witteman van de Vara op tafel.

(Bron Wikipedea)

 

10897238680?profile=original

President Soekarno

 

vader, Raden Soekemi Sosrodihardjo, een Javaan, was onderwijzer op een lagere school. Zijn moeder, Ida Ayu Nyoman Rai, was Balinese.

10897243275?profile=original 
De jonge Soekarno in zijn HBS-tijd (1916)

Soekarno ging eerst naar de Javaanse lagere school (Sekolah Dasar Jawa), daarna naar de Europeesche Lagere School van Nederlands-Indië tot 1915. Hij volgde daarna de hogere burgerschool tot 1920. Nadat hij geslaagd was, ging hij naar Bandung waar hij aan de Technische Hoogeschool studeerde. In 1925 studeerde hij bij professor Wolff Schoemaker af als ingenieur in de architectuur. Hierna was hij korte tijd werkzaam als architect te Bandung.

In 1927 richtte hij, samen met leden van de Algemene Studieclub de Indonesische Nationalistische Partij (PNI) op.
In de jaren twintig en dertig sloot Soekarno zich voltijds aan bij het verzet tegen de Nederlandse overheersing; hierin ging hij een steeds prominentere rol spelen, totdat hij ten slotte de leider werd via zijn PNI, die de totale onafhankelijkheid van Nederland wenste.

Soekarno was nationalist en streefde naar onafhankelijkheid van Nederlands-Indië in de vorm van de republiek Indonesië met Jakarta als bestuurlijk centrum. Om die reden werkte hij in de Tweede Wereldoorlog samen met de Japanners om zo na de Japanse bezetting de macht over te kunnen nemen. Door de Indonesiërs werd de inval van Japan in 1942 aanvankelijk als bevrijding van de Nederlandse koloniale overheersing gezien. De Japanse autoriteiten sloten veel Nederlanders op in interneringskampen. Indonesische mannen werden als dwangarbeider ingezet. Vele tienduizenden Javanen werden als dwangarbeiders (romusha) gebruikt in door Japan bezette landen in Zuidoost Azië. Het merendeel overleefde de harde dwangarbeid niet. Slechts een klein deel overleefde en kon naar Java terugkeren na de oorlog.

Soekarno en Hatta werkten voor de Japanse organisaties in Indonesië. In Nederland werd dit negatief uitgelegd. Voor Nederland stond een terugkeer naar de kolonie Nederlands-Indië voorop. De Japanse bezetting vanaf 1942 zou de macht van de Nederlanders voorgoed ongedaan maken. Soekarno werd het symbool van de nieuwe staat Indonesië. Soekarno speelde een belangrijke rol in de organisatie van de ongebonden landen, dit waren de voormalige westerse koloniën in Afrika en Azië die in de Koude Oorlog niet tot het Westerse kamp en niet tot het communistische machtsblok wilden behoren. Symbool hiervan werd de conferentie van ongebonden landen in Bandung in 1955.

Soekarno ontving in 1956 een eredoctoraat van de Universiteit van Belgrado.

[bewerken] Onafhankelijkheidsverklaring

 
Soekarno roept de onafhankelijke staat Indonesië uit, op 17 augustus 1945. Aan zijn linkerkant staat Mohammed Hatta.

Op 17 augustus 1945 riep Soekarno de onafhankelijke staat Indonesië uit. Tijdens de strijd tegen de Nederlandse militaire bezetting in 1947 en 1948, de zogenaamde "politionele acties", was hij de leider van de jonge Republiek Indonesië. In december 1948 werd hij gevangengenomen door Nederlandse soldaten, maar na de wapenstilstand werd hij weer vrijgelaten.

In 1945 werd hij de eerste president van het onafhankelijk geworden Indonesië; Soekarno voerde een sterke politiek om de vele volkeren in Indonesië samen te binden. Hij ontwikkelde een nieuwe staatsideologie: de Pancasila. Naar het idee van een moderne veelvolkerenstaat probeerde Soekarno het nieuwe eilandenrijk om te vormen tot een centraal geleide staat met Jakarta als politiek en bestuurlijk centrum. In de Pancasila werd de scheiding tussen kerk (de Islam) en staat (het bestuur) geregeld. Dit was een voor die tijd zeer vooruitstrevende en uitgebalanceerde staatsvorm.

[bewerken] Vorming van Indonesië

Vanaf 1958 kwam Indonesië in dictatoriaal vaarwater. De oppositiepartijen Masjoemi (Islamitisch) en PSI (sociaaldemocratisch) werden uit het parlement gezet.In 1959 nam Soekarno zelf het premierschap over. In 1963 werd Indonesië een geleide democratie en liet Soekarno zich tot president voor het leven benoemen.

Met buurland Maleisië dat hij ervan beschuldigde de islamitische krachten in zijn land te steunen, kwam het bijna tot een oorlog. Deze campagne werd door Soekarno "de Konfrontasi" genoemd. Mede door gebrek aan steun bij de westerse landen verloor Indonesië het conflict met Maleisië dat door Engeland, Australië en de Verenigde Staten werd gesteund.
In 1965 trad Indonesië uit de Verenigde Naties.

[bewerken] Staatsgreep

Op 1 oktober 1965 vond in Jakarta de Untung-putsch plaats (in Indonesië vaak G-30-S of G-30-S/PKI genoemd, van Gerakan 30 (tiga puluh) September, de "30 septemberbeweging"). Luitenant-kolonel Untung was de bataljonscommandant van de paleiswacht. Een door hem geleide groep officieren ageerde tegen de corrupte legertop. De legerleiding, bestaande uit de Raad van Generaals, bepaalde verregaand het economische leven en maakte zich schuldig aan corruptie en een weelderige levensstijl. Bij de putsch werden zes hoge generaals, onder wie generaal Yani ontvoerd en vermoord.

Deze kleine groep zich achtergesteld voelende officieren van de Centraal-Javaanse Diponogorodivisie, de luchtmacht en de paleisgarde keerde zich tegen de militaire top. Er was in deze fase slechts sprake van een interne machtsstrijd en afrekening binnen het leger. Men liet de commandant van de strategische reserve, Soeharto, ongemoeid. De moord op de zes generaals was een zeer grote fout. De Indonesische Communistische Partij Partai Komunis Indonesia (PKI) was geen partij in deze staatsgreep, maar was wel op de hoogte van de coup. Ze had geen reden zich tegen de legertop te keren. De PKI stelde zich echter neutraal op om niet de verdenking op zich te krijgen.

De Untung-putsch was voor de legerleiding een kans om de macht te grijpen en met haar oude vijanden, de communisten van de PKI, af te rekenen. Het politieke spel kende echter nog een derde partij die lang verzwegen is. Marshall Green, ambassadeur van de Verenigde Staten in Indonesië, speelde hierbij een belangrijke en zeer omstreden rol [1]. De VS wilden onder president Johnson Indonesië in de Koude Oorlog als grondstoffenleverancier en bondgenoot in Zuidoost-Azië behouden. De Verenigde Staten wilden een niet-communistisch tegenwicht in deze regio. De toen al jaren voortdurende Vietnamoorlog speelde hierbij een belangrijke rol. De Verenigde Staten wilden vooral voorkomen dat in Indonesië hetzelfde zou gebeuren als in Vietnam. Zo raakte de CIA direct betrokken bij de staatsgreep van Soeharto. Minister van defensie Robert McNamara vond de situatie in Indonesië van meer belang dan de strijd in Vietnam. De Verenigde Staten hadden grotere economische belangen in Indonesië.

In het halfjaar na de Untung-putsch voltrok zich in Indonesië een massaslachting die in geen enkele verhouding stond tot de moord op zes generaals. Naar schatting 500.000 tot 1.000.000 Indonesiërs hebben bij deze onderlinge afrekeningen het leven verloren. Vooral op Bali en Centraal- en Oost-Java vielen zeer veel slachtoffers. Deze massaslachting is lange tijd verzwegen in en buiten Indonesië. Door opening van de CIA-archieven is er meer bekend over de omstreden rol van de Amerikanen bij het aan de macht komen van Soeharto.[2]

In het voorjaar van 1966 moest Soekarno de macht overdragen aan generaal Soeharto en in 1967 raakte hij ook formeel alle macht kwijt. Hij werd onder huisarrest geplaatst tot hij in 1970 op 69-jarige leeftijd overleed. Soeharto werd tijdens de Aziëcrisis in 1998 na hevige rellen tot aftreden gedwongen. Hij overleed op 27 januari 2008. Indonesië werd na 32 jaar militair regime een democratie.

[bewerken] Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties:

  1. John Roosa - Pretext for Mass Murder (2006), blz 13-19
  2. Zie de verwijzing in de noten naar de oorspronkelijke bronnen uit het uiterst geheime CIA-archief, deze bronnen van de CIA zijn momenteel openbaar en via internet te raadplegen.
  • Voor de CIA-archieven over 1965 zie het National Security Archive van de George Washingston University, online te raadplegen zijn de originele CIA-inlichtingendocumenten (secret files, top Secret) http://www.gwu.edu/~nsarchiv/ http://www.gwu.edu/~nsarchiv/NSAEBB/NSAEBB52/#FRUS
  • Benedict R.Anderson en Ruth T.McVey, A Preliminary Analysis of the October 1,1965 Coup in Indonesia (het befaamde Cornell-rapport, 1971)
  • Robert Cribb, "Genocide in Indonesia,1965-1966". "Journal of Genocide Research no.2:219-239, 2001".
  • Hans Daalder, "Willem Drees 1886-1988, Vier Jaar Nachtmerrie, De Indonesische Kwestie 1945- 1949, Uitgeverij Balans", 2004 ISBN 90-5018-639-4
  • Bob Hering, Soekarno, founding father of Indonesia 1901-1945, 2002 KITLV Koninklijk Instituut voor Taal, Land en Volkenkunde, Royal Institute of Linguistics and Antropology, Leiden) ISBN 90-6718-1919. Deel 2 van deze biografie wordt nu geschreven door prof.Bob Hering.
  • George Kahin and Audrey Kahin, "Subversion as Foreign Policy:the Secret Eisenhower and Dulles Debacle in Indonesia", New York: New Press,1995.
  • Lambert J. Giebels, 1999, Soekarno. Nederlandsch onderdaan. Biografie 1901-1950. Deel I, uitgeverij Bert Bakker Amsterdam, ISBN 90-351-2114-7
  • Lambert J. Giebels, 2001, Soekarno. President, 1950-1970, Deel II, uitgeverij Bert Bakker Amsterdam, ISBN 90-351-2294-1 geb., ISBN 90-351-2325-5 p
  • Lambert J. Giebels, 2005, De stille genocide: de fatale gebeurtenissen rond de val van de Indonesische president Soekarno, ISBN 90-351-2871-0
  • Oltmans, Willem, 1995, Mijn vriend Sukarno. Dagboekfragmenten, Het Spectrum Utrecht
  • Jan M.Pluvier Indonesië, kolonialisme,onafhankelijkheid en neokolonialisme, Sunschrift 131 Nijmegen,1978
  • John Roosa Pretext for Mass Murder, The September 30th Movement & Suharto's Coup D'etat.The University of Wisconson Press,2006. ISBN 978-0-299-22034-1
  • Geoffrey Robinson,"The dark side of Paradise,Political Violence in Bali", Cornell University Press, Ithaca 1995.(zie hoofdstuk 11,The Massacra)
  • Wim.F.Wertheim, Suharto and the Untung Putch of 1965 in: Indonesia 15,1973.
  • Indonesia's Hidden History. In: Pramoedya Ananta Toer 70 tahun:Essays to honour Pramoedya Ananta Toer's 70 birthday, ed by Bob Hering, 1995
  • Whose Plot?-New light on the 1965 Events, Journal of Contemporary Asia 9, no.2 (1979):197-215
E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives