ZEECRASH DOOR FALEN IN COCKPIT
JAKARTA/DENPASAR, zaterdag
De Indonesische prijsvechter Lion Air moet de pilotentraining en procedures verbeteren, vooral in noodsituaties op lage hoogte. Dat is de aanbeveling van de National Transportation Safety Committee in Jakarta.
Aanleiding voor het onderzoek is de spectaculaire crash in zee van een gloednieuwe Boeing 737-800 van Lion Air vlak voor de landingsbaan op toeristeneiland Bali op 13 april van dit jaar. Het doormidden gebroken toestel kwam plat in ondiep water terecht zonder dat er brand uitbrak.
Dat was de redding voor de zeven bemanningsleden en 101 passagiers, waaronder vier buitenlanders. Wonder boven wonder kwam niemand om het leven. Ook Nederlandse toeristen maken vaak gebruik van de binnenlandse vluchten van Lion Air, die in de Europese Unie op de zwarte lijst staat.
De budgetvlieger heeft bijna 500 vliegtuigen bij Boeing en Airbus in bestelling. Maar kennelijk komt die snelle groei de veiligheid niet ten goede, concluderen de luchtvaartautoriteiten.
Het gaat om voorlopige bevindingen van de onderzoeksraad. Het eindrapport komt later dit jaar. De oorzaak van het bizarre ongeluk blijft vaag. Technisch was er niks mis. Wel was bij de landing op Bali ineens slecht zicht, waardoor de 24-jarige Indiase copiloot aan de stuurknuppel de in zee lopende baan niet meer kon zien.
De 48-jarige Indonesische gezagvoerder nam de controle toen op enkele tientallen meters boven de grond over en besloot – te laat – door te starten. Hij zei door windstoten (’microburst’) naar beneden te zijn getrokken, pardoes het water in.
De twee vliegers zijn gelijk getest op alcohol en drugs, maar ze bleken clean. InIndonesische media wordt melding gemaakt van regelmatig gebruik van ’meth’ door vliegend personeel om de lange, zware werktijden vol te kunnen houden. Lion Air ontkent dat wettelijke regels worden overtreden. Er zijn alarmerende getuigenissen van te weinig rust in de cockpit.
Opmerkingen