Jan de Keten's berichten (382)

Sorteer op

10897309290?profile=originalDe Indische Kwestie....      Waar hebben we het eigenlijk over?         Door:  Jan de Jong

Voormalig Nederlands-Indië was tot de Tweede Wereldoorlog     een welvarend en vredig land.   De maatschappelijke verschillen waren toen niet anders dan die op de dag van vandaag. Natuurlijk waren er verschillen in sociale standen, maar die waren toen voornamelijk gebaseerd op het opleidingsniveau. En dat is nu nog altijd zo. Het koloniale beleid had gezorgd voor een prachtige infrastructuur en een land- en tuinbouw, onderwijs, mijnbouw, gezondheidszorg en rechtspraak van hoog niveau. En als er geen oorlog was gekomen, zou de honorering van de drang naar meer vrijheid en onafhankelijkheid zeker kansrijk zijn geweest.

Het bestuur

Dit prachtige eilandenrijk zo groot als van Schotland tot Turkije, werd bestuurd door zo’n 250.000 ambtenaren, die nauw samen-werkten met lokale gezagsdragers Zij zorgden voor rust en welvaart en optimale kansen voor sociale en economische ontwikkelingen. Uiteraard hebben zich hierbij enkele nare excessen voorgedaan, maar die waren niet frequent en niet structureel. De Republiek Indonesia heeft met diezelfde problemen te kampen. Maar helaas worden die excessen ten onrechte geplakt op Nederlanders die indertijd het land bestuurden. Als je zegt in Indië te hebben gewoond, hoor je al snel: “O, Eduard Douwes Dekker, Atjeh-oorlog, uitbuiting, enz.” Zelfs de politionele acties worden genoemd en daar droegen wij notabene helemaal niet de verantwoordelijk-heid voor. Want die lag in het verre Nederland. Met mijn hand op mijn hart durf ik te verklaren: “Het ambtenaren korps bestond vooral uit ijverige, zeer toegewijde en trouwe burgers.

De regeringsverantwoordelijkheid was af en toe best wel gecompli-ceerd. Meestal lag het zwaarte-punt bij de Gouverneur-generaal van Indië, maar soms had de regering in Nederland het laatste woord. Meestal werd gekozen  voor een oplossing die voor        de Nederlandse schatkist het voordeligst was.

Tweede Wereldoorlog

Toen brak de Tweede Wereld-oorlog ook in Azië uit. Pearl Harbour werd door de Japanners gebombardeerd. Na Amerika en Engeland wist ook Nederland niet hoe snel zij aan Japan de oorlog moest verklaren. En wij moesten op onze post blijven en zeker niet het land uitvluchten zoals de regering in Den Haag wel had gedaan.

Alle Nederlandse staatsburgers werden door de Japanners in kampen opgesloten en soms getransporteerd naar andere landen in Azië om daar als dwangarbeider bijvoorbeeld spoor-wegen aan te leggen, dwars door de jungle. Het leven in de kampen was verschrikkelijk slecht. Veel te weinig en te slechte voeding, erbarmelijke hygiënische omstandigheden, tropische ziektes en meestal zeer zware arbeid. Bij het minste of geringste werd je door de Jappen geslagen of zelfs gemarteld. Het leven voor de Indo-Europese staatsburgers die niet de kampen in hoefden (de Buitenkampers) was navenant.

Van een echte bevrijding was nauwelijks sprake

10897310267?profile=original

De Japanners hadden tijdens      de bezetting de Indonesische bevolking wijsgemaakt dat zij hen kwamen verlossen van het koloniale juk. Indonesië moest onafhankelijk worden, zeiden ze, en de Nederlanders moesten het veld ruimen, goedschiks of kwaadschiks. De (vooral jonge) bevolking was zo opgejut, dat ze niet konden wachten om die “vuile kolonialen” zo snel mogelijk een kopje kleiner te maken. In opdracht van de geallieerden moesten de Japanners na de capitulatie de Nederlanders en Indische Nederlanders binnen     de kampen houden en hen beschermen tegen de moordende bendes, die buiten de poorten de kolonialen stonden op te wachten. Door – zoals zo vaak – een mengelmoes van echte vrijheids-strijders en pure criminelen, vaak moeilijk van elkaar te onder-scheiden.

De jaren na de oorlog waren    zeer chaotisch, bedreigend en dramatisch. Jaren van onderhan-delingen tussen Nederland en Indonesië volgden. Uiteindelijk werden alle Nederlandse staats-burgers gedwongen om naar Nederland te vertrekken. Wij werden eruit geknikkerd. En wij moesten alles wat er nog van ons bezit over was achterlaten. Na aankomst in Nederland bleek ook nog eens dat wij alle kosten van de overtocht, kleding en opvang zelf moesten betalen.


10897311052?profile=originalBersiap: Fanatieke Permuda’s

Backpay en compensatie oorlogsschade

Het is gebruikelijk dat een land na de oorlog alsnog haar ambtenaren en militairen hun salarissen en pensioenen uitbetaalt. Maar er was weinig in de kas van Nederlands-Indië en de kosten waren hoog. Kortom, op dat moment was het niet de tijd om die betaling even te regelen. Alle andere geallieerde landen hebben na de oorlog hun ambtenaren en militairen WEL betaald, ondanks ook hun penibele financiële situatie. Zij beschouwden dit als een vanzelfsprekende ereschuld. Voor de Nederlandse regering sleept deze betalingszaak NA 70 JAREN NOG STEEDS VOORT. Het schandaal van de zogenaamde BACKPAY.

Daarnaast hadden de Nederlandse staatsburgers zo goed als al hun bezittingen en banktegoeden

verloren. Deze compensatie van oorlogsschade werd in Nederland geregeld met de Wet Materiële Oorlogsschade (WMO). Hier in Nederland werd deze schade van de eigen burgers (en met name die van de Joodse bevolking) zeer ruimhartig verghoed. Op een vraag van een toenmalig Kamerlid of deze WMO ook van toepassing kon worden verklaard op de Nederlandse staatsburgers en militairen in Nederlands-Indië, werd keihard geantwoord: “Daar hebben wij geen geld voor en dat valt bovendien buiten onze competentie”. Ook deze strijd om een rechtvaardige vergoeding van oorlogsschade loopt nog steeds door, na 70 jaren.

Het  akkoord  van  San Francisco

Inmiddels hadden er zich twee kansen voorgedaan, waarbij Nederland zich BEWUST onttrok aan haar morele verantwoorde-lijkheid tot een fatsoenlijke behandeling van haar ambtenaren en soldaten.

Ten eerste: Toen Nederlands-Indië aan de Republiek Indonesia werd overgedragen, bij de onder-tekening van het soevereiniteits alkkoord, waren daar ook de verplichtingen in opgenomen om de ambtenaren te betalen. De Nederlandse delegatie was ervan op de hoogte dat Soekarno niet bereid en in staat was om aan die verplichting te kunnen voldoen. Na drie maanden had Soekarno dat verdrag al verscheurd. Nederland – en dat is schandalig – heeft nimmer de moeite gedaan om Indonesië te wijzen op de door haar aangegane verplichtingen. Zij heeft daarmee haar zorgplicht schromelijk verwaarloosd. .

Ten Tweede: Bij het Vredes-akkoord van San Francisco in1951 werd – onder zware druk van de verenigde Staten – toen bedongen dat Japan moest worden gespaard. Het land moest snel weer sterk gemaakt worden om te worden omgebouwd  tot een rots in de branding tegen het opkomend Communisme onder leiding van Rusland. (hetzelfde gebeurde hier in Europa met Duitsland en om dezelfde reden) Dat betekende dat geallieerde landen, noch hun staatsburgers, claims konden indienen bij Japan. De landen besloten toen om zelf hun burgers te betalen. Nederland als enige besloot om dat NIET te doen. Als enig land heeft Nederland haar burgers na de oorlog NIET uitbetaald. Een unieke  SCHAAMTELOZE UITZONDERING. En dit van een land dat prat gaat op haar hoofdzetel van vele Internationale Rechtsinstituten.

10897253880?profile=originalHet  Gebaar,  géén  finale kwijting

Wat is er in de afgelopen 70 jaren eigenlijk bereikt? Er was een behoorlijk individuele zorg bij medische en psychische issues. Er is een compensatie gegeven voor de kille en koele ontvangst na terugkeer voor alle oorlogs-slachtoffers uit Europa en Indië, het zogenaamde Gebaar. Deze compensatie is door gemene (ambtelijke) manipulaties ver-draaid tot een zogenaamde FINALE OPLOSSING. Bovendien zijn wellicht vier opeenvolgende staatssecretarissen verkeerd voorgelicht door hun ambtenaren en dus hebben die vervolgens de Tweede Kamer verkeerd voor-gelicht. Dit is een politieke dood-zonde en daar brand je je vingers niet aan. Er zijn drie gedegen wetenschappelijke studies verricht door het Nederlands Instituut voor Oorlogs Documentatie (NIOD). Na het lezen van die rapporten kan men slechts tot één conclusie komen: WAAR GEEN WIL IS, IS GEEN WEG.

De belangen van de Indische gemeenschap worden behartigd door Het Indisch Platform (IP). Een delegatie van het IP heeft al 10 jaren regelmatig overleg met de Staatssecretaris van VWS en de leden van de Tweede Kamer. Pogingen van andere organisaties liepen in het verleden op dit punt allemaal op de klippen.

Nu de  Indische  Kwestie goed  oplossen

De kernvraag is: Hoe komt het toch dat deze Indische Kwestie na al die jaren nog steeds niet is opgelost. Men hoeft de NIOD rapporten maar te lezen om tot de conclusie te komen dat dit gewoon niet mag bestaan. En een verant-woordelijke regering die haar zorgplicht serieus neemt, lost deze zaak snel op.

Het is een groot raadsel, waar toch die tegenstand vandaan komt Van welke Minister, partijleider, Kamerlid, (top)ambtenaar of adviseur....? Zo vaak is gebleken, dat wanneer er een wil is, er uiteindelijk ook een weg wordt gevonden, inclusief de benodigde fondsen. En wij spreken bij het IP over slechts enkele procenten van het totale bedrag dat de Nederlandse regering eigenlijk had moeten uitbetalen. Eén ding is in ieder geval duidelijk: Als deze zaak NU niet fatsoenlijk en definitief wordt opgelost, zal de schande zich voortplanten, nog vele decennia hierna en wel onder miljoenen betrokkenen en sym-pathisanten. Waarom, waarom...?

Onlangs is er na 70 jaar eindelijk een kleine doorbraak gekomen. Aan direct betrokkenen, de nog levende ambtenaren en KNIL-militairen wordt een eenmalige uitkering verstrekt ter grootte van € 25.000. Voor deze zeer kleine nog levende groep mensen een zeer welkome compensatie. Maar als de goedwillende en kundige secretaris Martin van Rijn bij het Kabinet niet meer kan lospeuteren dan dit schamele, dan moeten de weerstanden en/of taboes binnen regeringskringen, Kamerleden en ambtenaren toch wel heel erg groot zijn. WAAROM ?  WAAROM ?

Jan de Jong

Voorzitter Stichting Vervolgings-slachtoffers Jappenkampen (SVJ). Lid onderhandelingsdelegatie IP

10897249072?profile=original

Lees verder…
10897307700?profile=original10897276895?profile=original
Het betoog van de heer G. Spong over de vermeende Nederlandse oorlogsmisdaden gepleegd in het Voormalig Nederlands Indië is eenzijdig en derhalve onvolledig.
Geachte redactie,
Ik beveel de heer Spong aan kennis te nemen van de inhoud van bijgevoegde bijlagen en de film te bekijken waarin graven worden getoond van bijvoorbeeld de familie Engelenburg.  Uit de op de kruizen aangegeven geboortedata blijken hier volwassen vrouwen begraven te liggen en kinderen van enkele jaren oud.  In de Bersiap periode 1945-1947 en ook later tot 1949 zijn met name “Indische Buitenkampers” door Indonesische “vrijheidsstrijders” op gruwelijke wijze vermoord.
ik vind het ongepast om deze moordpartijen op Nederlandse en  Nederlands Indische vrouwen en kinderen buiten beschouwing te laten bij een  betoog over vermeende Nederlandse oorlogsmisdaden gepleegd in Voormalig Nederlands Indië.
 
Gaarne zou ik bijlagen en opmerking in ICM geplaatst zien.
Alvast dank en groet van
10897313868?profile=original
Nico Wijnveldt.
+++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++BIJLAGE ++++++++++++++++++++++++++++

Aan Hare Excellentie mevrouw Retno L.P. Marsudi,Buitengewoon en Gevolmachtigd Ambassadeur  van de Republiek Indonesië, thans Minister van Buitenlandse Zaken (Red. ICM) 

 

Excellentie,

 

De Nederlandse ambassadeur in Indonesië heeft 12  september 2013 in Jakarta namens de Nederlandse regering excuses aangeboden voor de standrechtelijke executies door Nederlandse militairen tijdens het militair optreden in de periode    1945 - 1949. Familieleden en weduwen van in  Zuid-Sulawesi  geëxecuteerden woonden de bijeenkomst  bij waarin de Nederlandse ambassadeur excuses   aanbood.  De ambassadeur onderhield zich met enige nabestaanden van geëxecuteerden.

De standrechtelijke executies zijn niet in opdracht van de Nederlandse regering uitgevoerd maar zijn wel door militairen die de Nederlandse regering dienden verricht. De Nederlandse regering is dus niet schuldig aan deze executies,  maar is wel verantwoordelijk voor de daden van haar militairen. Het aanbieden van excuses door de Nederlandse regering is een kenmerk dat een beschaafde regering betaamt.

 

 

Het  aanbieden van excuses voor standrechtelijke executies door Nederlandse militairen in de periode 1945-1949 moet echter niet verhullen  dat in 1945-1946  Indonesische republikeinen zich in meest afschuwelijke excessen uitleefden jegens Nederlandse staatsburgers die net uit Japanse gevangenschap kwamen en Nederlandse staatsburgers van Nederlands-Indische afkomst, zogenoemde  “Buitenkampers”, die deels buiten de Japanse kampen waren gebleven.                                                                                                                                17 augustus 1945,  2 dagen na de Japanse capitulatie, is de Republiek Indonesia uitgeroepen. Vrijwel onmiddellijk begon de hetze gepropageerd door diverse Indonesische leiders.  Bekend opschrift  in die tijd op borden, gevels en treinstellen  was  “Sateh Belanda”.   

 “Pemuda’s”, Indonesische strijdgroepen van jongeren, gewapend met vuurwapens, zwaarden, bambu spiesen en andere moordwapens overvielen Nederlandse en Nederlands-Indische gezinnen. Deze gezinnen bestonden kort na de Japanse capitulatie op 15 augustus 1945 veelal  uit vrouwen en kinderen omdat de weerbare mannen nog in Japanse krijgsgevangenschap verbleven.                                                                                                                      Vrouwen werden verkracht, de borsten afgesneden en huilende kinderen en baby’s  ten overstaan van hun doodbloedende moeders de hals doorgesneden en het lichaam  in stukken gesneden.                                              

De moordpartijen in 1945-1946 door Indonesische strijdgroepen met name op diverse plaatsen op Java en Zuid Sulawesi waren geen antwoord op Nederlandse militaire acties omdat van operationele Nederlandse militaire aanwezigheid in die periode daar, geen sprake was.

Indonesische strijdgroepen hebben in de periode 1945-1949 naar schatting 20.000 weerloze Nederlandse staatsburgers vermoord. Het aantal vermisten als gevolg van gepleegde misdaden tegen Nederlandse staatsburgers is naar inschatting 15.000. 

                                                                                                                                            -2-

                                                                                                                                            -2-

Het past de Indonesische regering beschaving te tonen door voor de  gepleegde misdaden van haar onderdanen jegens weerloze Nederlandse burgers in de periode 1945-1949  de Nederlandse regering haar excuses aan te bieden.

Hoogachtend,

w.g.

N.A. Wijnveldt                                                                                             7 oktober 2013

Mozartlaan 4A

9603 AR Hoogezand

 

Op internet zijn de video’s  te zien:

Deel 1: http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1279594
>>
>> Deel 2: http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1282420

++++++++++++++++++++++++++++++++Bahasa Indonesia ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

Kepada Yang Mulia Ibu Retno L.P. Marsudi, Duta Besar Luar Biasa dan Berkuasa Penuh dari Republik Indonesia sekarang 

 

Paduka Yang Mulia,

 

Pada tanggal 12 September 2013 atas nama pemerintah Belanda duta besar Belanda untuk Indonesia di Jakarta telah menyampaikan permohonan maaf untuk eksekusi-eksekusi tanpa diadili terlebih dahulu yang dilakukan oleh militer-militer Belanda selama tindakan militer dalam periode 1945-1949. Anggota keluarga dan para janda dari mereka yang telah dieksekusi di Sulawesi Selatan menghadiri pertemuan di mana duta besar Belanda menyampaikan permohonan maaf. Duta besar mengadakan pembicaraan dengan beberapa anggota keluarga yang masih hidup dari mereka yang telah dieksekusi.

Eksekusi-eksekusi tanpa diadili terlebih dahulu tersebut tidak dilakukan atas perintah pemerintah Belanda tetapi memang dilaksanakan oleh anggota-anggota militer yang melayani pemerintah Belanda. Dengan demikian pemerintah Belanda tidak bersalah dalam eksekusi-eksekusi ini, tetapi memang bertanggung jawab atas tindakan para anggota militernya. Penyampaian permohonan maaf oleh pemerintah Belanda merupakan suatu ciri khas yang selayaknya dilakukan oleh sebuah pemerintah yang beradab.

 

 

Namun penyampaian permohonan maaf untuk eksekusi-eksekusi tanpa diadili terlebih dahulu yang dilakukan oleh militer-militer Belanda dalam periode 1945-1949 jangan sampai menyembunyikan kenyataan bahwa dalam periode 1945-1946 republiken-republiken Indonesia sepuas-puasnya melakukan ekses-ekses yang paling mengerikan terhadap warga-warga Belanda yang baru saja dibebaskan dari penahanan Jepang dan warga-warga Belanda yang berdarah Hindia-Belanda, yang disebut “Buitenkampers”, yang sebagian berada di luar kamp-kamp Jepang.                                                                                                                                17 Agustus 1945,  2 hari setelah kapitulasi Jepang, Republik Indonesia diproklamasikan. Hampir segera setelah itu mulailah propaganda kampanye negatif oleh berbagai pemimpin Indonesia. Teks terkenal di papan-papan, dinding-dinding dan gerbong kereta api pada waktu itu adalah “Sateh Belanda”.

Para “Pemuda”, kelompok-kelompok pertempuran kaum muda Indonesia, dipersenjatai dengan senjata api, pedang, bambu runcing dan senjata-senjata pembunuhan lainnya menyerang keluarga-keluarga Belanda dan Hindia-Belanda. Tidak lama setelah kapitulasi Jepang pada tanggal 15 Agustus 1945 keluarga-keluarga ini kebanyakan terdiri dari perempuan dan anak-anak karena para lelaki yang mampu mempertahankan diri masih berada di tahanan militer Jepang.                                                                                                                      Perempuan-perempuan diperkosa, susunya dipotong dan anak-anak dan bayi-bayi yang menangis disembelih dan tubuhnya dipotong-potong di depan ibu-ibunya yang sudah setengah mati karena pendarahan.                                              

Pembantaian-pembantaian dalam periode 1945-1946 oleh kelompok-kelompok pertempuran Indonesia terutama di berbagai tempat di Jawa dan Sulawesi Selatan bukanlah reaksi terhadap aksi-aksi militer Belanda, karena dalam periode tersebut tidak ada kehadiran militer Belanda yang operasional di sana.

                                                                                                                                            -2-

                                                                                                                                            -2-

Kelompok-kelompok pertempuran Indonesia dalam periode 1945-1949 diperkirakan telah membantai 20.000 warga Belanda yang tak berdaya. Jumlah orang yang hilang sebagai akibat dari tindakan-tindakan kejahatan yang dilakukan terhadap warga Belanda diperkirakan sebesar 15.000. 

Selayaknya pemerintah Indonesia menunjukkan keberadabannya dengan menyampaikan permohonan maafnya kepada pemerintah Belanda atas tindakan-tindakan kejahatan yang telah dilakukan oleh warga-warganya terhadap warga-warga Belanda yang tak berdaya dalam periode 1945-1949.

Hormat kami,

w.g.

N.A. Wijnveldt                                                                                             7 oktober 2013

Mozartlaan 4A

9603 AR Hoogezand

 

Di internet bisa dilihat video-video:

Bagian 1: http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1279594
>>
>> Bagian 2: http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1282420

 

Lees verder…

 

Oproep aan alle leden van de Tweede Kamercommissie VWS voor het debat Indische Kwestie! 

10897309286?profile=original10897311480?profile=original10897312268?profile=original

10897309685?profile=original10897312680?profile=original10897312857?profile=original10897313080?profile=original10897313091?profile=original 

10897313460?profile=original

m

Voor het voeren van Debat met de staatssecretaris Martin van Rijn, in zake de Indische Kwestie met betrekking tot de gestelde vragen.  Het debat van 10 december 2015 jl. waar deze “opluchting, emotie en tranen vloeiden” is aanleiding bij ICM krant OM namens haar lezers, team en achterban om zo spoedig mogelijk een debat aan te vragen aan alle leden van de Tweede Kamercommissie.

Dit naar aanleiding de meerderheid van deze commissie verre van tevreden waren over de gekozen oplossing en dat vroeg om meer genoegdoening naar de resterende groep; oorlogsslachtoffers ten tijde van de Japanse bezetting en de bersiap. Tevens hoe denkt de staatsecretaris het Indisch cultureel erfgoed meer bekendheid te geven onder de bevolking. Een verder uitstel kan niet worden geduld!

Lees verder…

Militaire samenwerking Nederland en Indonesië

10897281292?profile=original

10897272089?profile=original

Militaire samenwerking Nederland en Indonesië

Na ruim twintig jaar van uiterst koele militaire betrekkingen tussen ons land en Indonesië gaat de Koninklijke Marine nauwer samenwerken met de zeemacht van ’s werelds grootste archipel.

De hernieuwde vriendschap is opmerkelijk, omdat Jakarta in 2012 nog witheet was toen de Tweede Kamer de verkoop van bijna honderd Leopard 2A6-tanks die de Koninklijke Landmacht moest afstoten tegenhield vanwege de bedreigde mensenrechten in delen van Indonesië.

Daarop kocht Jakarta tweedehands Leopards van het Duitse leger, de regering in Berlijn had aanzienlijk minder moeite met de vermeende humanitaire wantoestanden in Atjeh en met name Papoea-Nieuw-Guinea. Finland kreeg uiteindelijk onze tanks voor een fooi toegeschoven.

Uitwisseling

Maar dat oud zeer lijkt uit de lucht, nu adelborsten uit Den Helder worden uitgewisseld met hun collega’s van de marine academie in Surabaya. Ook wordt gesproken over de bouw van nieuwe fregatten door de Nederlandse werf Damen Schelde in Vlissingen. Die leverde eerder al vier korvetten van de Sigma-klasse aan de Indonesische marine.

Verdere aanwijzing voor het aanhalen van de banden tussen Nederland en de voormalige kolonie is het bezoek van een marine-eenheid aan Indonesië, dat nu wordt voorbereid. Aan de andere kant van de wereld kijkt men vooral likkebaardend naar onze vier luchtverdedigings- en commandofregatten van De Zeven Provinciënklasse.

Die schepen behoren tot de beste van de wereld en Indonesië is er veel aan gelegen de LCF-fregatten door Damen Schelde in licentie te laten bouwen bij de marinewerf van Surabaya.

In Indonesië worden marine, lucht- en landmacht in recordtempo uitgebreid en gemoderniseerd. Vooral op zee wil de admiraliteit een grotere rol spelen. Daarbij wordt met argusogen gekeken naar landen als India en zeker China, die hun vloot voortdurend versterken.

Lees verder…

I
10897295062?profile=original10897295294?profile=originalICM met leespodium pasar malam Zwolle en Zeist, noteer het al vast in uw agenda.

Beste ICM Vrienden gisteren (29/12) druk in de weer geweest bij pasar BurgerZoo.

Silvia Elders presentatrice van de pasars van Wout Nijland, Koos en Free Line zijn al druk bezig met het bestuderen van onze ICM Jaarboek voor de pasar malams waar ICM lezerspodium gaat verzorgen met ICM stands. Het worden de pasars Zwolle , Zeist en onder voorbehoud Utrecht. Wout Nijland is zeer ingenomen met dit Jaarboek, en ziet dit als een waardevolle document als betekenis voor de geschiedschrijving (Wout heeft al gelezen) .

Wout wil daarom al het Jaarboek promoten en ondersteunen via WN Productions en zijn pasar malams. Net als PM Rijswijk geldt hetzelfde concept. Dus ondersteuning van Silvia, die op het hoofdpodium veel reclame maakt voor ICM Jaarboek, en op de achtergrond wij met ons lezersprogram podium.

De grote pasars zoals Burgerzoo (60.000) en nieuw verworven project door Wout Pasar Malam Azia in het RAI gebouw in samenwerking met de huishoudbeurs waar ruim 240.000 bezoekers op afkomen (Is Wout gevraagd om een pasar voor het eerst te organiseren), vind ik persoonlijk dat onze lezersvoordrachten niet in passen. Wout heeft als enige organisatie de boodschap van ICM ooit in het verleden begrepen en opgepakt als oud-politicus, namelijk zoveel mogelijk pasars in bestaande organisaties in te passen. Ik moet zeggen dat het Wout aardig is gelukt is als Belanda (maar voelt zich meer Indo, hopelijk is Martin van Rijn dat ook, ondanks de PvdA en VVD senatoren in de Eerste Kamer constant om de haren vliegen).

Dus mensen noteren in je agenda:
Zwolle van 13 maart tot 15 maart ( vrij, za, zo) 
Zeist van 26 juni tot 28 juni (vrij, za, zo) 
Utrecht (onder voor behoud).

BurgerZoo is open tot 6 januari zie www.wnproductions.nl

Lees verder…

Moed, Beleid en Trouw Door: Bert Immerzeel

10897296094?profile=originalMoed, Beleid en Trouw       Door:  Bert Immerzeel

 

Deze week werd door de Koning aan majoor Gijs Tuinman de hoogste Nederlandse dapperheids-onderscheiding, de Militaire Willems-Orde, toegekend. Het was voor het eerst sinds vijf jaar dat iemand ‘voor daden van moed, beleid en trouw’ werd geridderd. Gelukkig gebeurt dit maar zelden. Hoe minder oorlog, des te minder gelegenheid om dapper te zijn.

Ooit was dat anders. De Militaire Willems-Orde, ingesteld in 1815 door Koning Willem I, werd vroeger heel vaak toegekend. Tot 1940, zo lezen we op de website van het Ministerie van Defensie, maar liefst 5866 keer. Na de Tweede Wereldoorlog nog ongeveer 200 keer.

10897296477?profile=originalKNIL officieren in Atjeh

Atjeh

De meeste toekenningen hadden te maken met de late Napoleontische tijd en de strijd tegen de Belgen in 1830, en onze koloniale oorlogen in Indië. Meer dan de helft van alle MWO’s is gebaseerd op activiteiten in Indië, waarbij het overgrote deel gebaseerd op de 19e eeuwse ‘pacificaties’. De strijd in Atjeh alleen al heeft een duizend onderscheidingen opgeleverd.  

Dat laatste lijkt bijzonder. Is de verovering van Sumatra niet in ons geheugen opgeslagen als die van een superieur Nederlands leger tegenover arme onbewapende drommels? Zoiets als de Italianen tegenover de Abessijnen, als u dat nog iets zegt? Of komt het, omdat we de laatste tijd steeds geconfronteerd worden met die paar foto´s van slachtpartijen uit deze oorlog, gebruikt ter vervanging van niet-bestaande foto´s van Rawagedeh en Zuid-Celebes? Ons blikveld lijkt te zijn vernauwd. We zijn blijkbaar vergeten  dat  we  heel  erg  hard

moesten strijden om Atjeh eronder te krijgen, en dat bij die strijd heel veel dapperheid nodig was, wát dat ook mocht inhouden.

Niet aangeleerd

Wat is dat eigenlijk, dapperheid? En hoe dapper moet je zijn om een MWO te mogen ontvangen? Omdat ik meer wilde weten, kwam ik terecht bij het deel van de website *) van Defensie dat beheerd wordt door het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH). Sinds kort bevindt zich hier een databank dapperheidsonderscheidingen **), waar voor het eerst vrijwel alle namen van dragers van      alle Nederlandse dapperheids-onderscheidingen tussen 1815 en 2000 (zijn) samengebracht.”

 

Het is een indrukwekkend geheel. We zijn (of waren) een dapper volkje. Vele tienduizenden werden in het verleden zó dapper bevonden dat ze werden gelauwerd. Over dapperheid in het algemeen vermeldt de site: “Dapperheid kan niet worden aangeleerd. Vaak is dapper gedrag pas zichtbaar in een onverwachte, levensbedreigende situatie waarin iemand boven zichzelf en anderen uitstijgt. Een persoon krijgt een dapperheidsonderscheiding dan ook op basis van handelen. Daarnaast speelt zo’n onder-scheiding een belangrijke rol in de maatschappij: dapper gedrag is immers een voorbeeld voor anderen.” Daar moeten we het voorlopig mee doen. Dapperheid overkomt je, zo lijkt het. Het is er, of het is er niet. Ook de toekenning van de MWO aan Gijs Tuinman leert ons niet veel meer, behalve dan dat hij in alles beter was dan zijn kameraden. Outstanding.

Steeds moeilijker

De website van het NIHM vermeldt per onderscheiding  wél in drie woorden de gebeurtenis, maar geeft verder helaas geen toelichting. Zo blijven we in het duister als we bijvoorbeeld willen weten waarom scheepskok Proost tijdens het beleg van Palembang in 1821 bijzonder dapper was. Bij een andere onderscheiding was het Kapittel zeer openhartig. Mangkoe Adie Ningrat kreeg in 1833 de MWO “omdat hij de derde vorst op Madoera en broer van de sultan was”.

In verband met gebeurtenissen en activiteiten in Indië in de Tweede Wereldoorlog werden 38 MWO’s uitgereikt, in verband met de Politionele Acties nog 26. Schamele aantallen, als je ze vergelijkt met die van de voorafgaande periode. Misschien werd het wel steeds moeilijker om dapper te zijn. De activiteiten van de personen waar het om gaat (naast Koningin Wilhelmina kreeg slechts één vrouw de onder-scheiding) zijn echter allen met een scherp oog beoordeeld. En van allen werd geconcludeerd dat zij, binnen de context waarin zij opereerden, zeer bijzonder waren. Hun onderscheiding heeft daarmee hopelijk de voorbeeldrol gespeeld die de overheid voor ogen had.

10897296896?profile=originalMajoor Tuinman wordt geridderd door Koning Willem-Alexander op 4 december 2014

Alhoewel de MWO sinds 1940 ook is opengesteld voor burgers, is het toch vooral een militaire onderscheiding gebleven. Een onderscheiding die slechts wordt verleend op grond van activiteiten in oorlogstijd. Laten we om       die reden alleen al hopen, dat     in de toekomst nog maar zeer, zeer weinigen zullen worden gelauwerd. Vrede zij met u.

*)  http://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/militaire-willems-orde

**)  http://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/nieuws/2014/11/28/databank-dapperheidsonderscheidingen-online

Lees verder…

Strip over veteraan in Nieuw-Guinea

Strip over veteraan in Nieuw-Guinea

 10897296262?profile=original

De jonge striptekenaar Aimée de Jongh zette het verhaal van veteraan Theo van Hees, die in 1961 naar Nieuw-Guinea ging, op papier.

Aimée is een van de tien striptekenaars die meedeed aan het project van de Stichting Nederlandse Veteranendag. Tien veteranen werden gekoppeld aan tien Nederlandse stripmakers. Het resultaat is een heel bijzonder stripboek met verhalen die beginnen in 1944 in Normandië en die eindigen in april 2010 voor de Somalische kust. Aimée vertelt in dit artikeltje over haar ontmoeting met de veteraan Theo van Hees.

 

“Het meest bijzondere vond ik dat we als striptekenaars niet alleen de verhalen mochten vertalen in een strip, maar ook dat we zelf het interview mochten doen.  Dat was voor mij echt cool. Om Theo te interviewen, ben ik naar Emmen gereden. Van tevoren had ik mij goed voorbereid en heel veel gelezen over de Nederlandse geschiedenis met Nieuw-Guinea en de Papoea’s. Theo vertelde honderduit en is nog steeds zichtbaar geroerd door wat de Papoea’s tot op de dag van vandaag doormaken. Hij liet me een boek zien met veel foto’s en elke tien minuten vertelde hij me hoe bijzonder hij de Papoea’s wel vindt.   

Alles wat Theo vertelde zag ik direct voor me. Ik denk vooral in beelden en in kleuren. In mijn hoofd maakte ik al gelijk een soort film van het verhaal van Theo. Tijdens het verhaal maakte ik ook kleine schetsen. O; die manier kan ik het verhaal beter onthouden. Hij vertelde dat de Nederlanders uit Indonesië werden weggejaagd. Supermarkten mochten bijvoorbeeld geen producten meer aan Nederlanders verkopen. Bij weer anderen werd het gas en licht afgesloten. Kortom, ze waren   niet meer welkom. Sommige Nederlanders gingen daarop richting Nieuw-Guinea. Indonesië wilde ook over Nieuw-Guinea de beschikking hebben en om die reden besloot Nederland om de Papoea’s, de oorspronkelijke bewoners van Nieuw-Guinea, op te leiden tot soldaat om te vechten tegen de Indonesiërs.

Daar begint het verhaal van Theo van Hees. Theo was namelijk een van die opleiders en werkte samen met de Papoea’s. Uit het verhaal van Theo blijkt dat dit de mooiste tijd uit zijn leven was. De Papoea’s waren niet bang, niet vijandig en ondanks dat Nederland Nieuw-Guinea toen bezette, voelde dat volgens Theo niet zo. Hij vertelde mij dat hij nog steeds emotioneel wordt als hij nu denkt aan de situatie van de Papoea’s. Ze leven nu nog steeds onder de bezetting van Indonesië. Tot op de dag van vandaag breekt het hart van Theo. Ik vind dit een magisch verhaal en ben daarom heel erg blij dat ik aan dit project heb mogen werken”.

Het stripboek is te bestellen via: http://www.strip2000.nl

Lees verder…

Indoweb Top 50 Allertijden

Indoweb Internationale Top 50 Allertijden

10897301658?profile=original

Tussen Kerst en Oud en Nieuw is Nederland in de ban van lijstjes. De 10 beste en slechtste dingen van 2014 en natuurlijk op Radio 2 de Top 2000 Allertijden. Maar wat zijn nu de grootste Indische hits allertijden. Indoweb zette 50 Indo-evergreens voor je op een rij. Wat is jou Indo-hit allertijden?

1. Tielman Brothers – Little Bird
2. Blue Diamonds – Ramona
3. Anneke Grönloh – Brandend zand
4. Ernst Jansz – Een eerste klein verraad
5. Andy Tielman & Tjendol Sunrise – Rock little baby of mine
6. The Crazy Rockers – Mamma-Pappa Twist
7. Anneke Grönloh – Nina bobo
8. Yopie Latul – Poco poco
9. Rudi van Dalm – Begawan solo
10. Dinand Woesthoff – Dreamer (Gussie’s song)

11. The Young Sisters & The Black Dynamites – Let’s have a party
12. Boudewijn de Groot – Verdronken vlinder
13. Van Halen – Jump
14. Liesbeth List – Pastorale
15. Blaudzun – Promises of no man’s land
16. Wieteke van Dort – Arm Den Haag
17. Eddy Chatelin – Down by the riverside
18. Royal Hawaiian Minstrels – Mooi Hawaii
19. The Hot Jumpers – I’ll never let you cross my mind
20. Kane – No surrender

21. Ricky Risolles – Poco poco style
22. Michelle Branch – Everywhere
23. Massada – Sajang é
24. Armand van Helden – You don’t know me
25. Lois Lane – It’s the first time
26. Jiggy Djé – Ik heb je
27. The Eastern Aces – The Way I Treat You
28. Jamai – Step right up
29. Blue Diamonds – That’ll be the day
30. Tielman Brothers – Rock little baby of mine

31. Jack Jersey – Papa was a poor man
32. Tjendol Sunrise – Rays of morning sun
33. Wieteke van Dort – Klappermelk met suiker
34. Blaudzun – Flame on my head
35. The Partysquad – Rampeneren
36. Ernst Jansz – De ballade van Nina Bobo
37. Tielman Brothers – Java guitars
38. Kane – Rain down on me
39. Liesbeth List – Te veel te vaak
40. The Desmounts – Midnight blue

41. George Baker – Little green bag
42. Sandra Reemer – The party’s over
43. Lois Lane – Tonight
44. Justine Pelmelay – Blijf zoals je bent
45. Sjors van der Panne – In het zicht van de haven
46. Jack Jersey – In the still of the night
47. Justine & Marlon – Waarom huil je toch Nona Manis
48. Original Talkatives – Squeeze Louise
49. Boudewijn de Groot – Testament
50. Dewi Pechler & Jamai – When you walk in the room

Lees verder…

Schrijver Sitor Situmorang (91) overleden

10897290287?profile=original

Schrijver Sitor Situmorang (91) overleden

De Indonesische schrijver Sitor Sitomorang is afgelopen zondag in zijn huis in Apeldoorn overleden. Situmorang was een van de meest vooraanstaande schrijvers van Indonesië. Het bekendst was hij in Nederland om zijn romans ‘Bloem op een rots’ en ‘De oude tijger’. In de jaren tachtig doceerde Sitor Situmorang Indonesische taal en letterkunde aan de Universiteit Leiden.

Situmorang is in 1923 geborden in Noord-Sumatra. Hij groeide op tijdens de koloniale tijd en vond het storend dat goed onderwijs alleen voor de elite was. Bovendien vond hij het een gemis hij op school alleen onderwezen werd in Europese literatuur en in de Nederlandse taal. Toen hij 15 jaar oud was vertaalde hij daarom het gedicht Saijah en Adinda en een stuk uit Multatuli’s Max Havelaar naar het Batak. Hij begon zijn journalistieke carrière in 1945 als journalist voor de Sumatraanse ‘Suara Nasional’. Zijn eerste gedicht ‘Kaliurang’ verscheen in 1948. Van 1950 tot 1953 verbleef Situmorang in Parijs en Amsterdam om een studie naar Europa te doen.

In de jaren vijftig raakte Situmorang betrokken in polemieken over de vorm en richting van de Indonesische cultuur. Hij werd een prominent lid van de Lembaga Kebudayaan National. Een cultureel orgaan dat nauwe banden had met de toenmalige president Soekarno. In 1967, na de machtsgreep van Soeharto, werd Situmorang zonder proces gevangen gezet. Hij werd pas in 1976 weer vrijgelaten.

10897291087?profile=original

Lees verder…

Bersiap periode Door: Rita Kopetzky

10897288689?profile=original

Bersiap periode   Door:  Rita Kopetzky

Voor alle lezers die nog niet helemaal op de hoogte zijn van alle geschiedkundige feiten en verhalen, in dit artikel even een opfrissertje.

De Japanners, noch de Britten waagden zich aan enige vorm van gezagshandhaving, tenzij ze van hogerhand daartoe de opdracht kregen. De Pemuda’s, jonge Indonesiërs, waren op straat de baas. De Japanse kampcomman-danten moesten wel de kampen bewaken tegen de explosie van geweld van de Pemuda’s. Deze jongelui waren tijdens de oorlogsjaren door de Japanners opgehitst tegen de Nederlanders.

10897289260?profile=originalDe Pemuda’s waren jonge rebellen, die niet behoorden tot het Indonesische leger. Zij waren bijzonder fanatiek en gingen aggressief en vaak zeer wreed te werk. De ergste uitbarsting van geweld vond plaats in het najaar van 1945. De Japanse eenheden in Soerabaja hebben er na de capitulatie alles aan gedaan om het de geallieerden zo moeilijk mkogelijk te maken. Japanse wapenarsenalen werden open-gesteld voor Indonesische strijd-groepen, terwijl de Indonesische jongeren die door hen eerder waren opgehitst tegen de Nederlanders, nu aangespoord werden om wraakacties te beginnen. Echter ook de ca 400 Chinezen in Soerabaja werden het slachtoffer van deze acties. En tenminste 600 Nederlanders vonden op vaak afschuwlijke wijze de dood.

In totaal zouden ook ca. 12.000 Indonesiërs worden gedood in de strijd om Soerabaja, die nog zou volgen. In die strijd kwamen ook zeker 429 Brits-Indische militairen de dood. Het 16e leger van Japan stelde zijn wapendepots open voor de Indonesiërs en  selecteerde een duizendtal officieren en onder-officieren om een regulier leger in Indonesië op te zetten.

Nationalistische Pemuda’s vormden tot de tanden gewapende groepen met samoeraizwaarden (van de Jappen gepikt of gekregen), klewangs, indrukwekkend lange politiesabels (waar ze meestal als eerste naar grepen) en Hun uitrusting werd gecompleteerd door één of twee pistolen in holsters, een bajonet en een zonnebril. Vaak ook hadden ze vlijmscherp geslepen bamboe-speren bij zich. Enkelen hadden zelfs patroonbanden weten te bemachtigen, die ze kruislings over de borst droegen. Ze reden rond in vrachtwagens die ze van de Jappen hadden geconfisceerd. Trots en vol vuur schreeuwden zij uit alle macht om vrijheid en revolutie: “Merdeka – merdeka”.

10897288898?profile=originalBuiten de kampen werd het erg gevaarlijk; als ze je te pakken kregen, werd je onherroepelijk “getjingtjangt” (in mootjes gehakt) Een zekere Soetomo, die de drijvende kracht was achter deze haarcampagnes tegen alles wat Nederlands was, trok zich niets aan van Soekarno en Hatta, die lieger op een constructieve manier en met steun van de Verenigde Naties de vrijheid van hun land wilden bevechten. Het optreden van de extremistische groepen leidde ertoe dat Soekarno en Hatta zich genoodzaakt voelden om totaal onvoorbereid de onafhankelijkheid uit te roepen op 17 augustis 1945.

Hiermee brak de Bersiap periode aan. Commandant Whitmarsh-Knight, die op dat moment aan het hoofd stond van de 5e Indian Division, getuigde over ene Jack Boer, reserve kapitein bij het KNIL over zijn daadkracht en zijn strategisch inzicht. Er zaten 2348 Nederlanders opgesloten in de Werfstraatgevangenis in Soerabaja en die stonden op het punt om door de extremisten te worden vermoord. Er stonden voor de uitgehongerde gevangenen tonnen met vergiftigde rijst klaar. Als ze die gegeten zouden hebben had niemand het overleefd en daarna zou de gevangenis met vaten benzine in brand worden gestoken, waarbij ieder die er zich bevond, dood of nog levend, verbrand zou worden.

10897288689?profile=originalOp 10 november 1945 vond een spectaculaire bevrijding plaats, waarbij Jack Boer en 10  Gurkha’s de Nederlanders hebbemn bevrijd. Na het uitschakelen van de wachten, werd met een tank de muur doorboord, waardoor de gevangenen konden vluchten. Degenen die nog in hun cellen zaten, werden bevrijd door de celdeursloten kapot te schieten. Buiten stond een vrachtwagen klaar om de in veiligheid te brengen. Bij deze actie verloor slechts één Gurkha het leven.    De bloedbaden van de Simpang-club en het Goebeng-transport vormden een blinde vlek in de Indonesische onafhankelijkheids-geschiedenis, zo beschrijft Inez Hollander. Zij geeft een aanval weer    op    een    transport    van vrouwen en kinderen. De bronnen in Indonesië over de revolutie in Soerabaja noemen het bloedige lot van het Goebeng-transport niet eens. Na de agressie van een zwaar beproefd volk, kwam men tot bezinning. Men sprak er liever niet meer over. Inez Hollander is zo’n beetje de enige die het in haar boek “Verstilde stemmen en verzwegen levens” beschrijft. Er is een massagraf van dit transport in Soerabaja. De juiste aantallen van Indonesiërs die in de slag om Soerabaja het leven lieten, zijn niet bekend, maar het zullen er duizenden zijn geweest.

Soekarno

In 1927 Richtte Soekarno de Partai Nasional \indonesia (RNI) op. Deze partij streefde naar de onafhankelijkheid van Indinesië. In 1929 werd hij door de Nederlanders gearresteerd en in de Soekamiskin gevangenis gezet. Hij kreeg strafverkorting en werd op 31 december 1931 vrijgelaten. Zijn reis naar huis werd een ware triomftocht. In augustus 1933 werd Soekarno weer gearresteerd en verbannen naar Flores. Vanwege zijn gezondheid werd hij in februari 1938 overgeplaatst naar Benkoelen in Zuid-Sumatra. Die tocht bracht weer massa’s mensen op de been. Toen de oorlog met Japan uitbrak, in 1942, kwam hij weer vrij. Men dacht dat Soekarno en Hatta gemanipuleerd waren door de Japanners, maar eigenlijk was het juist Soekarno die een heel sluw spel speelde met de Japanners. Hij heeft de Japanse autoriteiten geholpen, soms ten koste van zijn eigen volk, door zijn mensen als dwangarbeiders uit te leveren; deze werden door de misleidemde campagnes geronseld Hij gebruikte de Japanners om zijn doelen te verwezenlijken. Door de onvoorwaardelijke capitulatie van Japan op 15 augustus 1945 was er een gezagsvacuum ontstaan, wat de Britten weigerden om op te vullen. Hierdoor werd Soekarno door zijn eigen achterban gedwongen om op 17 augustus de Republik Indonesia uit te roepen. Na de oorlog werd Soekarno (niet democratisch) gekozen om te regeren over alle eilanden die door onder andere de Nederlanders bij elkaar gebracht waren, maar die daarvoor nooit één rijk vormden. De Molukkers, Timorezen, Papua’s en Medanezen, aan wie door Koningin Wilhelmina onafhanke-lijkheid was beloofd, vonden het verschrikkelijk dat Soekarno met geweld over hen ging regeren. Veel Molukkers kregen via de rechter een verblijfsvergunning in Nederland.

10897289497?profile=originalBritse hulp

Door de verwarring rond de Japanse capitulatie was een snelle overname van de macht dpoor geallieerden van het nog door Japan bezette Nederlands-Indië onmogelijk. Het inschepen van Maharata-, Gurkha- en Sikh-troepen vanuit Brits Indië (India) geschiedde pas in o0ktober 1945. In deze twee verloren maanden had de terugkeer van de krijgs-gevangenen naar hun familie en vooroorlogse standplaatsen moeten plaatsvinden. De leiding van het Britse leger bewapende de Japanse soldaten opnieuw met bajonetten en geweren (zonder kogels) voor de verdediging van de kampen. Hierdoor werden de Japanners gedwongen de bajonetten, die zij voorheen op ons hadden gericht, nu op de Pemuda’s te richten.

De duistere rol die de Japanners in de naoorlogse politiek gespeeld hebben is nooit helemaal duidelijk geworden. Zij hadden immers de tijd gekregen al het belastende materiaal over hun wandaden te vernietigen. Dit heeft dan ook de berechting van van veel Japanners wegens oorlogsmisdaden ernstig bemoeilijkt. De Britten hebben zich aanvankelijk geconcentreerd op de bevrijding van de krijgs-gevangenen en de ontwapening van de Japanners. Het herstel van het gezag zoals dat voor de oorlog was, behoorde niet tot hun taak. Ook met de Indonesische onaf-hankelijkheidsstrijd bemoeiden ze zich niet. Daardoor werden de eerste vijf bataljons van de Nederlandse oorlogsvrijwilligers maandenlang in Malakka in quarantaine gehouden, terwijl de Pemuda’s de Nederlandse burgers aan het afslachten waren.

Twee politionele acties waren nodig om Nederland militair tot overwinnaar te maken, maar de Nederlanders verspeelden op politiek terrein alle sympathie van de internationale gemeenschap en was hierdoor feitelijk de grote verliezer. De Nederlandse politiek was en bleef de enige schuldige aan het zinloos geweld en niet de Indische Nederlanders of de vanuit Nederland gezonden soldaten, die thans veteraan zijn.

 ______________________                  

Lees verder…

Japan: Er waren geen troostmeisjes….

10897292252?profile=originalJapan:  Er waren geen troostmeisjes 

Het is niet waar dat het Japanse leger tijdens de Tweede Wereld-oorlog bijna

200.000 vrouwen uit bezette gebieden tot seksslaven heeft gemaakt. Integendeel, er was sprake van ‘prostitutie volgens een vergunningenstelsel’, waarbij sommige vrouwen meer geld verdienden dan Japanse generaals…” Dit stond in een paginagrote advertentie, die op donderdag 14 juni 2007 geplaatst werd in de Amerikaanse krant “The Washington Post”. De adverteerders – Japanse hoog-leraren, journalisten en 44 Japanse parlementariërs – stelden onder de vette kop “De Feiten”, dat zij “het Amerikaanse volk de waarheid wilden vertellen”.

We schrijven inmiddels 2014. Op 27 januari bood de nieuwe topman van de Japanse staatsomroep zijn excuses aan voor de volgens hem   

bagetelliserende opmerkingen over de “troostmeisjes”. Omroep-baas Katsuto Momii had zich in de nesten gewerkt door zich openbaar te verbazen over de telkens terugkerende ophef over het onderwerp. Tijdens zijn eerste persconferentie zei hij dat “alle landen  die  oorlog  voerden  zulke

10897292668?profile=originalVoormalige Troostmeisjes tijdens een manifestatie in Den Haag. Foto  V.l.n.r. Ellen van der Ploeg (Nederland, 84 jaar); Menen Medina-Castilli (Philippijnen, 78 jaar); Won-Ok Gil (Zuid-Korea, 80 jaar). Foto: Bas de Meijer.

vrouwen hadden”. Zuid-Koreaanse politici reageerden furieus en ook Amnesty International reageerde boos en noemde Momii’s opmerkingen “een belediging voor de 200.000 vrouwen die tot seksuele slavernij werden gedwongen door het Japanse leger”. Momii bood zijn excuses aan en zei dat zijn uitspraken bij nader inzien “ongerpast” waren. De Japanse regering had al  eerder laten weten dat Momii    zijn uitspraken “als privépersoon deed” en dus niet namens de omroep.

Op 28 februari 2014 gaat de Japanse regering kritisch kijken naar de excuses die het land in de jaren ’90 heeft gemaakt aan de troostmeisjes. Een speciale commissie gaat onderzoeken hoe de Japanse regering destijds tot haar  verklaring  is  gekomen,  zo

wordt door het persbureau Kyodo gemeld. “Wij willen een nieuw onderzoek en de achtergronden begrijpen”, aldus kabinetssecretaris Yoshihide Suga. Hij zei niet of Japan na dat onderzoek met een nieuwe verklaring zou komen. Volgens Suga zal de huidige conservartieve regering van premier Shinzo Abe een “zorgvuldige overweging” maken.

10897292693?profile=originalWoedende reacties van voormalige Zuid-Koreaanse troostmeisjes.  

De Japanse regering distantieerde zich van recente uitspraken van rechtsnationalistische organisaties over de Tweede Wereldoorlog. Rechtse politici ontkenden onlangs dat de massamoord bij het Chinese Nanjing, waarbij in 1937 en 1938 zo’n 200.000 tot 300.000 doden vielen, ooit had plaats-gevonden. Een andere politicus bagetelliseerde het gebruik van vrouwern als seksslavinnen. China en Zuid-Korea waren woedend over deze uitspraken.

Volgens de Japanse minister van Buitenlandse Zaken Fumio Kishida is de Japanse historische inter-pretatie niet veranderd. “Het is erg jammer dat deze opmerkingen tot mnisverstanden over de positie van de Japanse regering hebben geleid”, aldus Kishida. Hij noemde verder de militaire expansie van China in de regio een serieuze reden tot zorg, maar ging niet zover om dit als bedreigend te bestempelen.

Hoewel schattingen uiteenlopen, denken historici dat Japan ongeveer 200.000 vrouwen uit de bezette gebieden tijdens de Tweede Wewreldoorlog heeft ingezet als seksslavinnen aan het front. Het merendeel bestond uit Koreanen, maar er waren ook minstens 250 Nederlandse troost-meisjes

Op 20 juni 2014 verklaart Japan de excuses, die het land in 1993 heeft gemaakt aan de troost-meisjes, te handhaven. Echter de conservatieve parlementariërs die geloven dat het misbruik nooit heeft plaatsgevonden, wilden een nieuw onderzoek naar de achtergronden van de excuses. De Japanse regering keek daarop kritisch naar de totstandkoming van de verklaring, maar trekt de excuses niet terug. Dat meldde persbureau Kyodo. Een speciale commissie heeft de afgelopen tijd onderzocht hoe de Japanse regering destijds tot haar verklaring is gekomen. De onder-zoekers zijn tot de conclusie gekomen dat die verklaring vooral politiek was. Japan en Zuid-Korea onderhandelden uitvoerig over de tekst die toen werd uitgegeven, maar er was eigenlijk maar weinig onderzoek geweest naar de mis-bruikpraktijken.

De Japanse miloitairen gebruikten tijdens de oorlog stelselmatig vrouwen uit de bezette gebieden in legerbordelen, waaronder ook Nederlandse vrouwen in het bezette Nederlands-Indië. Pas in 1993 erkende Japan dat in de zogeheten Kono-verklaring. Of het Japanse leger zich wel of niet schuldig had gemaakt aan het misbruik in de Tweede Wereld-oorlog is nu nog steeds onderwerp van debat. “Het is afschuwelijk om die gebeurtenissen in twijfel te trekken”, zei de van geboorte Nederlandse ex-seksslavin Jan Ruff-O’Herne (91). “Er zijn zoveel vrouwen die hierover naar buiten zijn gekomen”. Ruff-O’Herne werd

10897293280?profile=originalDe van oorsprong Nederlandse mevrouw Huff-O’Herne, schrijfster van “Cry of the raped”.

samen met haar Nederlandse ouders gevangen genomen op Java. Later werd de jonge vrouw tewerk gesteld in een bordeel waar ze stelselmatig werd verkracht. 50 jaar lang zweeg ze over haar ervaringen, tot ze begin jaren ’90 naar buiten trad met haar verhaal om Koreaanse vrouwen te steunen die excuses eisten.

Zuid-Koreaanse vrouwen waren toen een rechtszaak begonnen  tegen hun eigen regering die hen zou hebben aangemoedigd om als troostmeisjes te dienen voor de Amerikaanse soldaten. De 122 vrouwen stelden dat de overheid hen tijdens de Koreaanse oorlog opleidde tot prostituees en pooiers hielp om een uitgebreid prostitutie netwerk op te zetten. Hierdoor zouden Amerikaanse soldaten aan hun gerief kunnen komen. Volgens de Zuid-Koreaanse vrouwen – inmiddels allemaal bejaard – zijn hun mensenrechten geschonden.

De zaak is uiterst pijnlijk voor de regering in Seoul, die al decennia overhoop ligt met Japan over het gebruik van seksslavinnen door de Japanse militairen tijdens de Tweede Wereldoorlog.

28 november 2014. De Japanse krant Jomiuri bood zijn excuses aan voor het gebruik van begrippen die impliceerden dat de vrouwen tot seks gedwongen werden. De conservatieve krant zei het ongepasst te vinden dat deze en vergelijkbare termen gebruikt zijn in zijn Engelstalige editie. Het gaat in totaal om 85 artikelen die de krant tussen 1993 en 2013 publiceerde.

Rechtse activisten ageerden al veel langer tegen het gebruik van het woord seksslaven. Zij beweren dat de vrouwen nooit zijn gedwongen tot seks. Zij staven hun beweringen dat in officiële documenten nooit bewijzen zijn gevonden. Dat gegeven wordt nu door conservatieve parlementariërs aangegrepen voor hun stelling     dat er dus geen gedwongen troostmeisjes waren. Deze kwestie heeft de betrekkingen met Zuid-Korea ernstig aangetast. Ook elders in de wereld waar de vroegere troostmeisjes nu nog in leven zijn, is met grote verontwaardiging gereageerd.

Bron: De Persgroep Digital.

Lees verder…

"Ik beken" van Elise Lengkeek in de Telegraaf!

10897291880?profile=original10897256074?profile=originalRIE HOLTKAMP VOCHT TIEN JAAR GELEDEN SAMEN MET ECHTGENOOT VOOR LEVEN 

Ferry Holtkamp van het boek "Ik beken" van Elise Lengkeek die alle leden van de Eerste - en Tweede Kamer hebben  gehad, nu vandaag, 8 december volop in de belangstelling in de Telegraaf.

’Tsunami werd Ferry fataal’ 

Een mooie dag, die 26e december 2004 op tropisch Phuket, Thailand. Volop zon, amper wind. Overwinteraars Rie en Ferry Holtkamp besluiten het strand bij hun hotel te verruilen voor een ochtendje shoppen in naburig Patong.

„Even later stonden we daar op de bus te wachten om naar het winkelcentrum te gaan”, vertelt Rie (83). „Maar er gebeurde iets vreemds. De zee was verdwenen, plotseling wel een kilometer ver weg, het strand was ineens zo ontzettend groot!”

Haar man Ferry, gepensioneerd marechaussee en onderscheiden voor zijn verzet in de Tweede Wereldoorlog tegen de Japanse bezetter, herinnert zich opeens filmbeelden van vroeger. Op Nieuw-Guinea.

Rie: „Toen was het water ook plotsklaps spoorloos’, vertelde hij me. ‘Een tsunami’, brulde Ferry vervolgens. ‘Wegwezen!’ Andere toeristen kwamen vanaf dat grote, lege strand aanrennen. In blinde paniek, schreeuwend. En de zee kwam even snel terug als ze kort daarvoor was weggetrokken.”

Ferry, destijds 77, weet de net gearriveerde bus binnen te komen, Rie klampt zich vast aan een van de deuren. Zij heeft niet de kracht om aan de snelle golven en het zuigende water te ontkomen. Maar Ferry weet haar uiteindelijk naar binnen te trekken. Overal smeken toeristen en Thai om hulp. Het echtpaar kijkt machteloos toe hoe de tweede vloedgolf de zware bus als een luciferstokje omverwerpt.

„De armen van de dood strekten zich uit naar Ferry en mij, maar het was nog niet onze tijd”, vertelt Rie Holtkamp, bijna tien jaar later. „Toen de bus daar lag, tegen een lichtmast gekwakt, stroomde het water terug en sleurde alles mee. We klommen uit het wrak en strompelden voetje voor voetje naar een heuvel.”

Zonder schoenen, zonder tas, zonder bril. Alles was weg. De Nederlanders trapten in glas, stenen en stukken hout sloegen tegen hun benen. Even dreigde zelfs het einde voor Ferry Holtkamp, toen zijn enkels door plastic afval werden omwikkeld.

Rie: „Hij moest duiken om zich te bevrijden en kreeg smerig rioolwater binnen. Tot ons heupen stonden we in de prut. We bloedden als runderen, maar voelden helemaal niets.”

Pinautomaat

Het echtpaar waadt moeizaam naar hotel Le Meridien, de lobby is compleet verdwenen, net als de eerste paar verdiepingen. Rugzakken drijven rond, een pinautomaat dobbert voorbij. Op de vierde etage komen Rie en Ferry bij. Even later wordt Le Meridien ontruimd, na geruchten over een ‘derde vloedgolf’.

Uiteindelijk weten de twee landgenoten terug te keren naar hun Ocean Resort in naburig Karon. Daar realiseren Rie en Ferry zich dat ze alleen nog leven omdat ze die ochtend niet naar het strand bij hun hotel zijn gegaan.

„Want tussen de zee en het Ocean Resort ligt een soort binnenmeer”, aldus Rie. „Op de vlucht voor de tsunami hadden Ferry en ik die nooit kunnen oversteken. Dan hadden we op de slachtofferlijst van de uiteindelijk 230.000 doden gestaan.”

Na terugkeer in Nederland blijkt vooral Ferry Holtkamp de beelden van de tusnami niet te kunnen verwerken. De oud-marechaussee kampt toch al met de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog. Toen werd hij als kindsoldaat op Java door de wrede Japanse militaire politie Kempeitai gemarteld.

Daar komt Phuket 2004 nog eens bij. Nacht na nacht krijgt Ferry Holtkamp bezoek van spoken uit de oorlog én die gruwelijke natuurramp.

Rioolwater

„We zijn samen wel achttien keer in Thailand op vakantie geweest, maar na de tsunami is het er niet meer van gekomen”, vertelt Rie Holtkamp. „Zijn longen zaten vol rioolwater, hij heeft daar een enorme knauw gekregen.” In 2008 overlijdt Ferry Holtkamp aan de gevolgen van longemfyseem.

Kerstmis, tien jaar later. Rie is straks bij haar dochter, bij haar kleinkinderen, bij vrienden. Ze denkt, ze hóópt het dan te druk te hebben om terug te kijken.

De weduwe: „Ik weet gewoon dat die natuurramp Ferry zowel fysiek als mentaal over het randje heeft geduwd. Hij overleefde Japanse martelingen, maar capituleerde uiteindelijk voor de tsunami.”

Lees verder…

10897308671?profile=original

10897297856?profile=original

Graag bestel ik het ICM Jaarboek "Toegang tot de Indische Wereld"

Prijs 19,95 exclusief  verzendkosten € 3,95 

Aantal Exemplaren    : ______

Naam                           :  ________________________________  

Adres                           : ________________________________  

POSTCODE               :  _________________________________ 

WPL                             :  ____________ ________________________________

POSTCODE                    :  _________________________________ 

Telefoon                      :  _________________________________

 

Wilt het Signeerd hebben door:    O Ja          O Nee    

Uw bestelformulier opsturen naar bestel@Icm-online.nl  

Productbeschrijving.

 

De geschiedenis van de Indische Nederlanders anno 2000 in de huidige Nederlandse samenleving, is vastgelegd in het boek “Toegang tot de Indische Wereld”.

 

Zoals iedere krant betaamt, wordt er teruggeblikt op het afgelopen jaar. ICMals  krant blikt terug op het jaar 2009 – 2010, van de Indische Nederlanders in de   huidige Nederlandse samenleving met haar vele landelijke pasar malams, koempoelans, lezingen, boeken, schrijvers, filmdocumentaires, Indische nieuwtjes, Indische muziek, de Indie herdenkingen, Indische ontwikkelingen, het Indisch Platform met haar gelieerde aangesloten Indische organisaties, en

 

ten slotte de laatste stand van zaken met betrekking tot de Indische kwestie, die op dit moment bij de staatsecretaris Martin van Rijn ligt. Bij het Indisch Platform is het hooggespannen, en ook bij 10.000 die hun mandaat hebben  afgegeven in de vorm van hun handtekening. De verwachtingen zijn dat

 binnenkort de staatsecretaris  met de oplossing komt, inmiddels tikt de tijd  door, en tijd voor die ouderen dringt na 70 jaren wachten.

 

Boek bevat 270 pagina is zwart / wit uitvoering. 

Op aanvraag is full color uitvoering te bestellen, uw bestelling wordt op de reserveringslijst geplaatst tot 25 bestelling zijn bereikt wordt overgegaan tot productie.

U kunt Uw aanvraag/ bestelling kan U  ook hier bij "reactie"  doen.

 

U dient wel eerst te registreren als abonnee op ICM, bij de aankoop van het boek krijgt U een gratis ICM abonnement voor 6 maanden, hierna moet U deze verlengen, lees Algemene voorwaarden van ICM onder aan de website.  

Het "registreren" vindt u boven aan de balk geheel rechts net als bij Facebook. U heeft niet gelijk toegang Uw aanvraag gaat naar de webmasters / beheerders en U ontvangt een bevestiging dat U een gratis abonnement heeft voor een periode van 6 maanden.

Binnen 5 dagen ontvangt U het boek .

 

Lees verder…

Onthullende autobiografie Sandra Reemer

10897288668?profile=original

Onthullende autobiografie Sandra Reemer

daar lijkt nu verandering in te komen.

De zangeres werkt namelijk al maandenlang in het diepste geheim aan een boek over haar leven, waarin ze ALLES vertelt over de meest spectaculaire en pijnlijke ontwikkelingen uit haar roerige bestaan… „Ik heb zo ongelooflijk veel meegemaakt; mijn levensverhaal verdient het om te worden opgeschreven”, vertelt Sandra aan Privé. „En natuurlijk zal het gedeeltelijk over mijn werk gaan, maar zeker ook over de mannen in mijn leven en al het andere…”

Nu al lijkt het dus veilig om te veronderstellen dat in de autobiografie een pittig hoofdstuk te vinden zal zijn over een van de droevigste periodes uit Sandra’s leven, die volgde op haar scheiding van grote liefde FERDI BOLLAND (58). Met hem dacht Sandra oud te worden en hoopte ze zelfs een gezin te stichten. Nog altijd denkt de zangeres geregeld met weemoed terug aan misschien wel de gelukkigste periode uit haar leven, die aan de zijde van Ferdi…

„Eerlijk gezegd komt het nu nog steeds binnen. Met name de dromen die ik toen had en die niet zijn uitgekomen; kinderen krijgen, een gezin stichten. Ik woon nog steeds in het huis dat Ferdi en ik samen hebben bewoond. De beoogde kinderkamer is nu logeerkamer. Mijn tuin is inmiddels een ’paradijs’ voor kinderen, gedeeltelijk bos met kabouters en elven. Ik heb het gecreëerd voor mijn innerlijke kind zeg ik telkens tegen mezelf en anderen, maar is dat werkelijk zo? Is het niet dat enorme gemis dat ik op deze manier probeer te compenseren?”

Het bovenstaande fragment vloeide uit Sandra’s eigen pen en is afkomstig van haar website. En het lijkt dus slechts een voorproefje van wat nog komen gaat in de autobiografie waarin Sandra naar eigen zeggen nog openhartiger zal zijn. En dat nieuws zal niet overal met gejuich worden ontvangen, in elk geval niet bij Sandra’s voormalig The Dutch Diva’s- collega’s MARGA BULT en SJOUKJE SMIT!

Zoals bekend waren de dames op het podium weliswaar een goed trio, achter de schermen was de sfeer bij The Dutch Diva’s al die jaren om te snijden. Voor Sandra was haar periode bij de zanggroep naar eigen zeggen één van de zwaarste uit haar leven, en werd zij door Marga en Sjoukje geterroriseerd… „Het was haast ongelooflijk hoeveel haat, nijd en jaloezie er naar mij toe was”, vertelde ze hier eerder over. „Ik kon niets goed doen, alles wat ik zei was fout. Ik kon niet meer. In de laatste fase nam ik mensen mee naar optredens omdat ik het eenvoudigweg niet meer trok…”

Een van de meest schrijnende incidenten die achter de schermen plaatshad – en die voor Sandra de welbekende druppel vormde – verwikkelde zich rond een vriendin die Sandra mee had gebracht naar een optreden, om zich te midden van haar twee collega’s ietsje meer op haar gemak te voelen. Sandra: „Een beslissend moment was de dag waarop ik haar meenam.”

„Mijn vriendin vertelde na afloop genoten te hebben van het optreden, en blij te zijn het eens te hebben mogen meemaken. Toen ik dat enthousiast aan de meiden vertelde, was de reactie: ’kan ze niet iets aan haar kapsel doen en dat gebit?’” Dat was voor Sandra het breekpunt. „Dat iemand, die ze nog nooit hadden gezien en niet kenden, meteen op zo’n gemene manier werd afgemaakt, deed bij mij het kwartje vallen. Dit lag niet aan mij. Voor mij was in één klap duidelijk dat ik niet meer verder kon.”

Geen malse aantijgingen aan het adres van Marga en Sjoukje – die Sandra’s beschuldigingen ontkennen – maar zich nu dus ongetwijfeld mogen opmaken voor nog meer onthullingen uit de nog altijd met mysterie omgeven Dutch Diva’s-geschiedenis. Ter illustratie: een periode die voor Sandra als gevolg had dat ze de eerste drie jaar na haar vertrek bij de groep ’emotioneel in de war was’. De voormalig Songfestival-diva, Sandra vertegenwoordigde ons land driemaal, ging na die periode echter op zoek naar geestelijke heling en wist langzaam maar zeker uit het diepe dal te kruipen waarin ze was beland.

Inmiddels voelt ze zich beter dan lange tijd het geval was, en ziet ze de toekomst met groot vertrouwen tegemoet. „Ik heb het gevoel dat ik een balans in mijn leven heb gevonden, waar ik heel lang naar op zoek ben geweest”, vertelt Sandra. „En dat heeft veel positieve gevolgen. Zoals het feit dat ik het nu aandurf dingen te delen met de wereld, zoals met mijn boek. Maar ook wat betreft de liefde ben ik vooruit gegaan. Na Ferdi heb ik nog drie relaties gehad die uiteindelijk op niets uitliepen. Maar dat is achteraf bezien heus ergens goed voor geweest. Ik voel nu dat ik echt weer toe ben aan een nieuwe liefde. Kom maar op met die leuke mannen!”

Lees verder…

Indië-Herdenking 2014 in Roermond

10897304258?profile=originalIndië-Herdenking 2014 in Roermond

Ook de herdenking in Roermond  sprak ons aan, mede door          de bewogen toespraak van Staatssecretaris Martin van Rijn, op 6 september 2014, die we hier in zijn geheel weergeven.

 

De laatste tijd, steeds meer, en luider, worden grenzen in twijfel getrokken. Of het nu in Afrika is, in de Oekraïne of in het Midden-Oosten. Nationale regeringen en lokale strijdgroepen betwisten elkaar de macht. Vele duizenden laten hierbij het leven. Vrede en vrijheid lijken soms ver weg.
Door de media en het internet worden we iedere dag geconfronteerd met beelden van deze strijd. Beelden die velen van u ongetwijfeld herinneringen doen oproepen aan uw eigen jeugdjaren, toen vrede en vrijheid – evenals nu – wereldthema´s waren.

Toen in Europa de strijd was gestreden, werden we  geconfron-teerd met de wens van de Indonesische bevolking tot zelfbeschikking. Het geweld van de Japanse bezetters was zó zwaar dat wij – toen de oorlog in de Pacific was afgelopen – ons niets anders konden voorstellen dan terug te keren naar de vooroorlogse situatie. Wij waren ons hierbij te weinig bewust van de vele veranderingen die daar inmiddels hadden plaatsgevonden.

Terwijl op Java en overal elders   in de archipel Indonesische strijdliederen werden gehoord, speelden wij nog het Wilhelmus. Zoals aan boord van het schip de Klipfontein, klaar voor vertrek in de haven van Amsterdam, op 3 september 1946. 

10897304475?profile=originalEén van de soldaten die aan boord gingen – het was de eerste lichting dienstplichtigen – was de 21-jarige Joseph Berendsen uit ‘s Heerenberg. Hij was met een aantal anderen uitgekozen om als kwartiermaker naar Nederlands-Indië te gaan. Ik lees uit zijn dagboek een passage voor over zijn vertrek:

“En dan is het grote moment aangebroken. Nadat de hoge autoriteiten zich van boord verwijderd hebben, maakt alles zich klaar voor vertrek. De touwen worden losgeslagen. En als de boot zich van de kade losmaakt, speelt het muziekkorps het Wilhelmus. Plechtig klinken de tonen over de watervlakte. Stram in de houding horen we het volkslied voor het laatst op vaderlandse bodem aan. De laatste tonen zijn nog niet weggestorven, of een waar gejuich en geroep klinkt vanaf de boot en de kade. Vanaf kleine bootjes proberen familieleden hun laatste groeten te brengen aan hun zoon, aan man, broer of verloofde. Dan zinkt Amsterdam weg.”

Geachte veteranen,

Net als Joseph Berendsen reisde ook u in deze periode naar de Amsterdamse of Rotterdamse haven om daar aan boord te gaan om de verre reis naar Indië te maken. En maakte u het aangrijpende moment mee waarop u het Wilhelmus voor de laatste keer hoorde. Het moet een bijzonder emotioneel vertrek zijn geweest. Of u nu vrijwilliger was of dienstplichtige: u vertrok met een missie waarvan de omvang nauwelijks bekend was.

Wij vonden toen het herstel van orde en gezag in Nederlands-Indië noodzakelijk; de chaos en de vele slachtoffers van de Bersiap-periode waren hier inmiddels bekend. Het was oorlogstijd.

Vragen over goed en fout, juist  en onjuist, verscheurden de Nederlandse samenleving.

Uiteindelijk werd door de regering gekozen voor een combinatie van diplomatieke en militaire middelen om uit de impasse te geraken. En met de ondersteuning van deze beslissing door het Nederlandse parlement werd de Nederlandse samenleving verantwoordelijk voor uw uitzending, en dus ook voor de consequenties.

Herinneringen aan de reis – de meesten van u reisden per boot – zullen te maken hebben met de verwerking van de vele nieuwe indrukken: het leven aan boord met al die andere jongens, zeeziekte, warmte, en het passeren van exotische plaatsen als Port Saïd, Colombo en Sabang. Het passeren van de evenaar – een nieuwe grens –  bracht door de komst van Neptunus altijd hilariteit met zich mee, en was meestal goed voor een nat pak.

Na een kleine maand volgde eindelijk de ontscheping: in Belawan, Tandjoeng Priok of elders. Ook zij die in later jaren naar Nieuw-Guinea vertrokken moeten de spanning hebben gevoeld: de belangrijkheid van de missie enerzijds en de onbekendheid met het land anderzijds. Want, wat wisten al die jongens nu van dit immense land en zijn bevolking?

  

10897304475?profile=originalDie eerste weken was alles nieuw, zoals blijkt uit een beschrijving van een soldaat van een infanterie-peloton in Noord-Sumatra:

“Eerste peloton op de wagen blijven. Jullie gaan nog verder”, werd ons toegeroepen. Nog verder? Uiteindelijk, tientallen kilometers verder, stopten we bij een Bailey-brug. Maar waar was het kamp? Er stonden wel een paar KNIL-militairen te grijnzen en er lag een bende bagage, maar van huizen of tenten niets te zien.
“Bagage afladen en naar boven brengen!”
Helemaal naar boven? Hoe kreeg je in godsnaam je plunjezak daar naar toe? En je veldbed? En je eten en water? Wie maakt dáár nu een kamp? En dan in Indië. In de warmte!

Een paar dagen later hadden deze jongens hun eerste kampement opgebouwd: één grote en acht kleinere tenten, twee keetjes van bamboe en plaatijzer, een keukentje en een paar stellingen. Rondom prikkeldraad en spits afgesneden bamboe. Het was voor hen het kamp waar ze een paar maanden zouden bivakkeren. Ze brachten hun tijd door met oefenen, met wacht lopen en met patrouilleren. Zoals de schrijver van het verslag stelde: “de eerste keren met gespannen wapens    en boordevol zenuwen, maar langzamerhand wenden we aan de duizenden geluiden van de tropennacht, aan het geruis van de kali, en zelfs aan het schieten.”

Want ja, geschoten werd er! Aan beide zijden van de demarcatie-lijn. Er is geen oorlog zonder slachtoffers.
Aan Nederlandse kant vielen vele doden onder de militairen, vooral tijdens gevechtshandelingen, maar ook door ongevallen en door tropische ziekten. Hen gedenken we hier vandaag in het bijzonder. Daarnaast werden ook burgers, onder wie vele Indische Nederlanders en Chinezen door nationalisten vermoord. Hoeveel dat er waren, weten we niet precies. Aan Indonesische kant vielen ook veel slachtoffers, zowel nationalistische strijders als burgers. Misschien leer je wél wennen aan de geluiden van de tropennacht, en aan het geruis van de kali. Aan het verlies van je maten wen je nooit. Net zo min als dat je afstand kunt nemen van je ervaringen tijdens je jeugd. Of je er nu later regelmatig over spreekt, of niet. Je blijft ze met je meedragen. Eens een veteraan, altijd een veteraan.

Toen u weer terugkeerde in Nederland, of het nu in 1948 was, in 1950 of 1962, was u – net  zoals de gehele Nederlandse samenleving – vele ervaringen rijker, maar ook een illusie armer. Het was niet gelopen zoals we ons dat hadden voorgesteld. Niet alleen had het vaderland nauwelijks belangstelling voor uw ervaringen, sommigen van u werd zelfs openlijk verweten te hebben deelgenomen aan een koloniale oorlog.

Omdat effectieve hulp en zorg aanvankelijk afwezig waren, heeft u vooral zélf de zware last van verwerking moeten dragen. En in vele gevallen ondervond uw naaste omgeving de gevolgen van deze worsteling. Uw ervaringen, of deze nu te maken hadden met het verlies van kameraden, uw sociale contacten of het leven in de tropen in het algemeen, – ze vonden weinig gehoor in een samenleving die zélf nog wrok koesterde over het verlies van de kolonie en herstelde van de wonden van de Tweede Wereldoorlog. Heette het immers niet ‘Indië verloren, rampspoed geboren’? Dit laatste is gelukkig niet waarheid gebleken. Nederland herrees op eigen krachten.

Voor naoorlogse generaties zijn  de verhalen over de Tweede Wereldoorlog inmiddels aangevuld met die over andere oorlogen     en conflicten: Korea, Vietnam, Libanon, Joegoslavië, Irak of Afghanistan. Het zijn niet alleen maar verhalen of televisiebeelden, maar ook persoonlijke ervaringen van jonge militairen die zijn uitgezonden en waarbij ook Nederlandse slachtoffers zijn gevallen.
Deze militairen krijgen de laatste decennia gelukkig steeds meer erkenning. Hun inzet, in het teken van democratie en vrijheid, wordt steeds meer gewaardeerd. Het is goed dat wij meer aandacht hebben en houden voor de Nederlandse veteranen.

10897304088?profile=originalGelukkig staan wij nu als samenleving meer open voor de verhalen van toen. Wat de generatie betreft waar ú toe behoort, daarvan moeten wij nu als samenleving zeggen: wij hebben u tekort gedaan, door te weinig naar u te luisteren.
Mocht u de kracht hebben uw verhalen alsnog te willen vertellen: weet dat zij waarde hebben. En aan uw familieleden maar eigenlijk aan een ieder zou ik willen zeggen: luister, nu het nog kan. Voor onze kinderen      en kleinkinderen is het van levensbelang te weten hoe wij in het verleden zijn omgegaan met vragen over vrede en vrijheid.

Geachte aanwezigen,

Vandaag delen we met elkaar, veteranen, familie, vrienden en  andere geïnteresseerden, de herinnering aan deze bijzondere en zware periode in de geschiedenis van ons land, en staan we stil bij hen die we moesten achterlaten en die hun verhaal helaas níet meer kunnen navertellen. Zij, de slachtoffers, brachten, tussen 1945 en 1962, het ultieme offer voor hun land, “in dienst van de vrede”.

Uw aanwezigheid hier toont aan dat de herinnering aan hen die vielen nog steeds levend is. Ik ervaar het als mijn taak en opdracht om samen met u die herinnering levend te houden. Ik beschouw het als een grote eer om hier, vandaag, bij het Nationaal Indië-monument 1945-1962, namens de Regering een krans te mogen leggen ter nagedachtenis van de militairen die zijn gevallen in de toenmalige overzeese rijksdelen Nederlands Oost-Indië en Nieuw Guinea.’   Met dank aan Java Post voor de tekst. 

Lees verder…



10897239281?profile=originalUit ICM archief van 10 april 2009 - 

Nederland telt ruim 1,3 miljoen Indische Nederlanders (indo's)!


Met ruim 340.000 kwamen - onze mede burgers in het voormalige Nederlands Indie - de Indische Nederlanders in de jaren vijftig in fases naar Nederland toe, toen de republiek Indonesia "Merdeka / vrijheid " uitriep. De repatiering ofwel de massale uittocht duurde tot 1960. De forse aantallen zorgden dat repatiering vele jaren heeft geduurd dan gepland was voor het transport. Tegelijkertijd de bersiapperiode in het voormalige Nederlands Indie intrad - vergelijkbaar met Irak van nu - In navolging hiervan kwamen de spijt- optant beging de jaren zestig. De gerepatrieerden werden koel en kil ontvangen door de Nederlandse regeringen op een rij. Vanaf 1950 tot het heden anno 2009 lijkt dat er een zwijgen is opgelegd over alles wat te maken had met de Indische Gemeenschap (Indische Nederlanders). Dure NIOD rapporten met een waarde van miljoenen euro werden zo onder het tapijt geveegd. Dit belooft nog wat straks met het NIOD rapport over Irak. Nederland was ook bezig met de wederopbouw. In contractpensions werden de gerepartieerden ondergebracht, die zeker in deze tijd als ongeschikt werd verklaard voor bewoning.

Velen kwamen berooid aan uit het voormalig Nederlands Indie. Allen hadden hun bezettingen, vermogens en goederen verloren, maar bovenal hun " leven" in het voormalige Indie; het Indonesie van nu waar ook Barack Obama is opgegroeid. Helemaal opnieuw moesten velen beginnen, en helemaal onderaan de ladder. Want behaalde diploma's daar waren hier niets waard. Gebukt ging de eerste generatie Indische Nederlanders hieronder; eerste die oorlog, toen de bersiapperiode, dan in een vreemd land helemaal opnieuw je leven opbouwen. Ook de kinderen (tweede generatie) werden in het lot meegetrokken. Velen hebben trauma's opgelopen van die vreselijke bersiapperiode, en de periode waar hun ouders weer onder gebukt gingen in Holland: Geen instanties en overheid waren hier te bekennen.

Nu anno 2009 is de groep Indische Nederlanders uitgegroeid tot ruim 1,2 miljoen Indische - Nederlanders die heel trots kunnen zijn! Dit aantal omvat van de eerste tot vierde generatie Indische Nederlanders (indo's). Een groep die probleemloos, gruisloos en onzichtbaar zich integreerde in de Nederlandse samenleving.

Tegelijkertijd de Indische - Nederlanders een grote CHANGE bracht in de Nederlandse samenleving in constructieve zin;

  1. Het Indisch eten, die nu overal te vinden is naast de toko's, restaurants, de media, en kookboeken.
  2. Thuis wordt nu nasi gekookt binnen de Nederlandse gezinnen.
  3. Vele Nederlanders namen de gastvrijheid over van de Indische Nederlanders.
  4. De indo-muziek (Andy Tielman) grondlegger van de Nederpop,
  5. De Haagsche Indo rock, die veel beroemde Nederlandse Rockbands kopieerden, en later in VS beroemd werden.
  6. De pasar malams; de grootste in Den Haag met 140.000 bezoekers en de ruim 70 pasar malams (replica's) in het land het hele jaar door waar ruim 800.000 bezoekers op afkomen.
  7. De wekelijkse indische kumpulans.
  8. De Indische culturele evenementen bij de van der Valks, Casino's en andere Nederlandse gelegenheden.
  9. De vele Indische bedrijven voor food en nonfood in Nederland.
  10. De vele Bekende Indische Nederlanders BIN'ers ; Ben Bot, Wenny Zorgdrager, ELs Borst Jet Bussemaker VWS etc... in de politiek.
  11. In de muziek The Blue Diamonds die wereldhits scoorden en Nederland op kaart zette, Anneke Grohnloh, Sandra Reemer, Jamal, Boris, Dinand, Katja ......
  12. De vele componisten /producers/schrijvers oa. Marshal Manengkei die wereldhits schreef voor The Blue Diamonds, Oscar Harris, ..............
  13. en alle overige niet genoemde aspecten.


De" Indo" - de Indische Nederlander- met een "staatloze identiteit" die ruim zestig jaren aan die Overheid vraagt om als kind te worden erkend te bestaan met haar Indische - Nederlandse identiteit, en met haar Indisch Cultureel Erfgoed, die met haar "staatloze identiteit" een belangrijke constructieve change bracht in de Nederlandse samenleving en cultuur;

Bijna wordt het vergeten dat ook in de republiek Indonesia nu ruim 1,5 miljoen Indische - Nederlanders nog verblijven. Nederland weigerde ze nog op te nemen, omdat anders er geen einde kwam aan die repartriering, en Nederland geen opvang meer had hiervoor.

Laat de regering hier even bij stil staan wat die OORLOG de Indische Gemeenschap heeft gebracht! Dat de Indische Gemeenschap overeenkomsten heeft met de Joodse gemeenschap, te scharen onder de gelijkgestemden, maar niet die behandeling heeft gekregen die de Joodse Gemeenschap wel heeft gekregen. Een Indische Gemeenschap die nu nog nadrukkelijker blijft voortbestaan met het recht op het behoud van de Indische identiteit met haar Indisch Cultureel Erfgoed zoals die CHANGE nadrukkelijk heeft bewezen. Dat De Indische geschiedenis met haar feiten van 300 jaren niet zomaar onder het tapijt kan worden weggeveegd!


--------------------------------------------------------------------------------


Redactie ICM.
In de bovenstaande column van mij worden parallellen getrokken met de kwestie Irak, en de Indische NIOD rapporten. Het Indisch NIOD rapport en de vele onderzoekcommissies werden stelselmatig onder het tapijt geveegd door de Nederlandse regeringen op een rij. Op het manifestatie IP op 28 oktober 2009 en na een stevige strijd door de IP delegatie, heeft unaniem de Kamer geëist dat het Indisch-NIOD rapport weer nader onder de loep moet worden genomen, en dit zo snel mogelijk tot een oplossing dient te worden gebracht. Hoopvol, is dit niet als wij dit doortrekken nu wat zich afspeelt rond commissie Davidse nu dat vooraf zeven jaren werden gedraineerd. Jan Peter Balkenende letterlijk getorpedeerd diende te worden door de PVDA onder dreiging van "mission over and completed" als het over dit Kabinet gaat; en tegelijkertijd Bush een diepe buiging heeft gemaakt, en Blaire zijn ontslag heeft genomen met een geweten op zich van 100.000 onschuldige burgers die het leven lieten in Irak. Hoe naïef moet je dan zelf zijn te zien dat je voorgangers capituleren. Het CDA staat voor het symbool dat Amerika heet, die blindelings al een eeuw achter Amerika aanloopt. Het liefst ziet het CDA Nederland als extra "*" op de Amerikaanse vlag, die als een staat wordt ingelijfd.


Terug naar de Indische Perkara:
Hoe hoopvol zijn nu de Indische NIOD rapport ontwikkelingen, als de commissie Davidse eerst als een mening wordt afgedaan, en dan 24 uren strijd wordt gevoerd in de kamer door de verschillende politieke partijen om het tegen deel te bewijzen. Met de Indische Perkara zijn wij inmiddels bijna vier maanden verder, wij zitten nu in het 69 ste jaar. De ervaring leert dat de Indische kwestie weer naar de achtergrond verdwijnt bij deze Irakese ontwikkelingen; Er is maar 1 oplossing "op naar de volgende manifestatie IP op het Plein voor het gebouw van Tweede kamer, maar nu als een pasar malam IP".

Lees verder…

                                           Oostindisch kampsyndroom van Kousbroek

10897279098?profile=originalBesproken door:Pjotr.X.Siccama  -  Deel 14. 

  

Aan het einde van het werk van Kousbroek Oostindisch kampsyndroom, komt wederom het stokpaardje van de schrijver op de proppen met zijn verdediging – of laten we zeggen: rechtvaardiging van zijn beweringen over diverse zaken: Hirohito en de algemene (Wereld) publieke opinie over de schuld en/of betrokkenheid bij de oorlogsmisdadigheid van het Japanse staatshoofd en Kousbroeks kruistocht tegen verschillende opinies van mensen in, die de WO in Azië (en in Europa) aan den lijve hebben ondervonden.

In vorige artikelen heb ik over dit onderwerp uitvoerig gewijd, waarbij ik het standpunt van de schrijver onbegrijpelijk en verdacht vond en overigens nog steeds vind.

Kousbroek wil coûte que coûte het gelijk aan zijn zijde krijgen. De vraag die bij een ieder opkomt in dit verband is: waarom eigenlijk? Hijzelf heeft dit op verschillende manieren duidelijk willen maken. We zetten de argumenten successievelijk op een rij.

Het eerste argument dat hij aanvoerde ter rechtvaardiging van Hirohito’s positie in de oorlog was, dat Hirohito zelf gevangene was van het  Japanse de militaire elite en dus gezien moest worden als een geïnterneerde. (Kousbroek cursivering). Dit is zo goed als fictie, zeker omdat het bekend was dat onder het militaire stafcorps leden van Hirohito’s familie zitting hadden en een niet onaanzienlijke functie daarin hadden bekleed. Hiermee verdedigde Kousbroek met stelligheid Hirohito s positie. Een uiterst bedenkelijk standpunt..

Ten tweede voerde Kousbroek aan dat Hirohito in Machuko (China s provincie waar de laatste Keizer van China als marionet werd gehouden) hij zijn bevoegdheid (als het oppergezag nota bene – opmerkelijk genoeg beschamend vond) had overschreden door: “  ..als tegenstander van geweld en oorlog te gedragen..” (einde citaat Kousbroek) en de tweede maal op het eind van de oorlog (welke oorlog wordt door de schrijver hier overigens bedoeld.?

Wanneer Kousbroek de WO II bedoelde, heeft Kousbroek het helemaal mis, omdat de keizer in jaren niets van zich liet horen, behalve dan in de eerste week van augustus 1945, toen het al veel te laat was om zijn goede zijde van ‘geweldloosheid’ aan de Wereld te tonen. Maar dan spreekt Kousbroek zichzelf tegen door  het volgende te schrijven: citaat”..Een woord van de Keizer en heel Japan en de bezette gebieden hadden zich doodgevochten. Wie Hirohito een oorlogsmisdadiger wil noemen, is niet op de hoogte van de feiten.” Einde citaat. Wij weten maar al te goed dat ze zich wel degelijk dood hadden gvochten, indien de VS de atoombommen niet hadden afgeworpen. Mogen we die feiten dan ook kennen? Maar de keizer was het oppergezag en had (indien hij dat zelf wilde of opdroeg) de keuze tussen leven en dood, om het cru te zeggen.

Ziedaar  het enige feit en het bestaan dat iedereen wist van het gezag: Hirohito zelf in persoon. Wat is hier nog onduidelijks aan en het verwijt van de schrijver aan al die mensen, die net als de schrijver zelf geen enkel werkelijk bewijs in handen hebben?

Kousbroek draaft (tegen alle andere stromingen/beweringen in van andere deskundigen overigens) door als een hol geslagen paard en verliest onderweg heel wat (en niet alleen moreel support).

Was het niet duidelijk genoeg dat, zoals de schrijver  had kunnen gelezen (uit de Memoires van Truman) dat de Amerikaanse president al bij voorbaat wist dat de keizer vrijuit zou gaan, maar niet zozeer omdat hij a priori onschuldig was. (zie mijn vorige artikelen), en dát tegen de Amerikaanse (liever gezegd de Wereld) opinie in? Aan de andere kant wilde het Amerikaanse publiek (en de Wereld)  niet dat


Hirohito zou worden gespaard. Toch is dit tegen ieders verwachting gebeurd: de politieke druk van de VS was in die situatie en omstandigheid veel te groot en politieke belangen waren te sterk.

(later bleek dat er stricte geheime afspraken waren gemaakt door de Amerikaanse veiligheidsdienst(en) om een geheel andere weg te in te slaan, gezien de dreiging vanuit

Oost/China en Rusland.) Dat argument van de veiligheidsdiensten van Truman vond ten slotte de doorslag en zeker gezien het in hun opvatting nog groter gevaar van het oprukkende Communisme, met name vanuit Rusland.

Er is maar één gevolgtrekking uit de memoires van president Truman: Hirohito was verantwoordelijk en dus schuldig, maar kon de adviezen van zijn diensten niet zonder meer terzijde schuiven; daar waren immers veel grotere (politieke) wereldbelangen mee gemoeid.

 

De sympathie/emphatie (en wellicht grote genegenheid?) van de schrijver jegens amateur-bioloog Hirohito ten spijt. Er zal niet worden beweerd dat Hirohito bij voorbaat een (oorlogs)misdadiger is; daarvoor zijn er tot nog toe geen enkel bewijs gevonden. Tenminste wat we nu voor gegevens tot onze beschikking

 

10897287675?profile=originalSpoorwegsation in Manchukwo

 

10897287482?profile=original

10897288057?profile=original

hebben staan, zijn wel aanwijzingen en sporen die naar een bepaalde richting en analyses van tijdlijnen wijzen. Zelfs  de schrijver kon niet met concrete bewijzen komen. Waar zijn de door hem genoemde (harde?) feiten?

De bezwaren van velen die in Zuid/Oost Azië de gruwelen lijfelijk hadden en hebben ondervonden tegen het door de schrijver verdedigd standpunt dat Hirohito niet schuldig was, waren dertig jaar na het eind van de 2e WO enigszins verklaarbaar, gezien de vele tegenstrijdigheden in het discours; maar begrijpen doe ik het niet.  En kan de schrijver hier niet kwalijk genomen worden in het licht van die tijd. Maar de schrijver (die overigens zelf eveneens als oorlogsslachtoffer kan worden gezien) scheen in zijn leven geen enkel moeite te hebben (gehad?) om zichzelf niet als (oorlogs)slachtoffer te zien. De vraag is waarom dat zo is? Men hoeft zich niet (zoals hij zelf vele malen probeerde tot uitdrukking te brengen) ‘’zonder meer” de oorlog zien als het grote Kwaad dat een  mensenleven phsychologisch (en ook fysiek) verruineerd heeft.

Het kán wellicht voor een of twee individuen gelden (in restrictieve zin is dit zelfs twijfelachtig

), maar feit blijft dat er sprake was en is van een ernstig oorlogsverschijnsel, een wond (traumatisch voor een ieder met en door angst, foltering, doodsbedreiging,uithongering enz. enz.) die zo goed als nooit zal genezen. Het is zowaar bewezen. Daar kan niemand omheen en ook Kousbroek niet. Maar de schrijver heeft, naar ik heb begrepen, in het begin van zijn schrijverschap reeds geworsteld met de verwerking van zijn eigen oorlogservaringen, die naar het scheen ‘’gelukt’’ was en bagatelliseert het verschijnsel als iemand met een kennelijke overtuiging dat het zo is.

De wetenschap op cerebraal terrein heeft dit ‘’fenomeen’’blijkbaar niet herkend als iets uitzonderlijks, anders zou men haar visitekaartje wel hebben afgegeven en in de rij bij hem hebben gestaan voor een consult.

De schrijver, heeft helaas het zelf opgeroepen hetgeen hier te berde wordt gebracht.

In de jaren zeventig was de schrijver al van leer getrokken tegen alle Indiëgangers in het algemeen en al die mensen die de WOII hebben ervaren en gekend, deskundigen van diverse pluimage inbegrepen.

Het waarom, kunnen we de schrijver helaas niet meer vragen.

Hij wordt dan opeens sadistisch en schopt tegen alle phsychologische hulpverleners en deskundigen aan op ziele gebied, zoals o.a. tegen professor Bastiaans (Univ.Leiden). In zijn tirade tegen deskundigen werd nog meer gevoed door een uitspaak van Komrij en wist zich door hem moreel gesteund, wanneer Komrij die over het oorlogssyndroom de volgende controversiele uitspraak deed:, dat citaat: “wanneer professor Bastiaan er niet mee kwam, het verschijnsel ook niet had bestaan.’’ Een ieder is geheel vrij om onzin uit te kramen, ook Komrij. Deze humbug van een uitspraak van de schrijver Komrij kan en mag geen reden zijn voor Kousbroek om snel te juichen. Met Komrij‘s uitspraak kun je alle kanten op en is dus multiinterpretabel.


(de phsychologische term was immers al heel lang bekend, maar dit terzijde) en op die manier moet men dat ook zien. – In het bewuste artikel uit zijn werk kreeg prof.Bastiaans van de schrijver ook nog zoveel kritiek te verduren aangaande diens wetenschappelijke experimenten die hij zou hebben ondernomen en er volgens de schrijver niets van klopte etc. Veel modder kreeg de professor over zich heen gestort van de schrijver; achteraf bekeken geheel oneerlijk beoordeeld (door de schrijver) maar ook  onterecht, naar ik meen.

In elk geval vind ik de kritieken van de schrijver op alles wat met phsychische hulpverlening te maken heeft (gehad), onjuist, merkwaardig en ook bespottelijk; het geeft louter een modieus (want het was immers ‘en voque’ in die tijd) beeld van de schrijver om er ook bij de kriticasters te willen horen en liefst vooraan op de eerste  rij.

 

Het verschijnsel dat ‘’men slachtoffer van iets was en/of is geworden’’, zegt de schrijver geeft financiele en phsychologische voordelen. Zo n uitspraak is hilarisch, bizar en leidt tot niets.

 

Wel en niet waar; zelfs dát is uiterst betrekkelijk. Het is muggezifterij van de schrijver en lijkt alsof een willekeurige slachtoffer nu zelf dient te verantwoorden waarom hij of zij slachtoffer is geworden. De absurditeit ten top: een ‘’post-traumatische belediging’’ zou je het ook kunnen noemen.

Bovendien lijkt alsof betrokkenen er om hadden gevraagd om hen alsjeblieft in de misere te willen storten. Ik durf er bijna mijn hand voor in het vuur te steken dat de schrijver datgene suggereert, (- waarvoor ik geen bijvoegelijke naamwoord meer kan bedenken - ) wat een ieder al vermoedt: ‘’het slachtofferschap in al zijn verschijningsvormen’’

Dat mag een ieder suggereren of verzinnen, zo men wil, maar van Kousbroek heb ik deze gevolgtrekking allerminst verwacht waarmee hij op deze manier een bevolkingsgroep, oorlogsslachtoffers – in welke hoedanigheid ook -Indiëgangers , maar ook wetenschappers een klap in het gezicht heeft gegeven.

 

Wordt vervolgd

 10897288090?profile=original

 

President Truman v.d.V.Staten.


 

 

Lees verder…

Column door: Anita Bunt

10897290077?profile=originalColumn   door:  Anita Bunt

Heb jij ook wel eens van die momenten waarin je dingen meemaakt waarvan je achteraf denkt; “Hé, heb ik dat echt meegemaakt? Het lijkt wel een film!” Of dat je dingen hebt gedaan waarvan je zelf dacht dat je ze nooit zou meemaken…? De laatste tijd heb ik vaak van die momenten, momenten waarvan ik achteraf met verbazing naar mezelf kijk.

Voor mij was het een paar jaar geleden nog heel normaal dat ik zoveel mogelijk vooruit zat te plannen, zodat ik ruim van te voren wist waar ik aan toe was. Dat gaf mij houvast, gaf mij veiligheid. Vaak keek ik naar mensen die leuke dingen deden en dan dacht ik “ Dat wil ik ook, maar dat is niet voor mij weggelegd.” Tegenwoordig doe ik dat anders en plan zo min mogelijk nog vooruit. Het is heerlijk om de energie te laten stromen, te vertrouwen op mijn intuïtie. Vertrouwen op dat wat komt goed is. Dat lukt natuurlijk niet altijd, soms moet je afspraken maken, bijvoorbeeld om je vrienden en familie te ontmoeten.

Zo ook een paar weken geleden toen ik een tweede afspraak maakte met mijn Indische brugklas vriendin (van 38 jaar geleden). Vorig jaar ontmoetten wij elkaar voor het eerst sinds al die jaren; Ik vroeg me namelijk al een tijdje af hoe het met haar zou zijn. “Waar woont ze, is ze getrouwd, heeft ze kinderen?” Zij was nog altijd in mijn gedachten.

Als kind kwam ik graag bij haar thuis en heb daar veel fijne momenten mogen beleven. Het was altijd leuk om bij haar te zijn; een groot gezin waar iedereen welkom was. Ik mocht dan ook blijven eten en slapen. Ze aten meestal iets wat ik thuis nooit kreeg en ook niet kende. Mijn vriendin was het oudste kind en kookte heerlijk Indische gerechten die ik zeer kon waarderen. Ze groeide op zonder haar moeder, dus als oudste dochter was zij de aangewezen persoon om te zorgen voor het hele gezin en dat deed ze vol verve, nam haar taak heel serieus. Als ik aan die tijd denk, zie ik haar weer voor me met haar vader, broertje en zusjes. Ik ben dan ook wel heel nieuwsgierig hoe het nu met ze gaat. Kortom, tijd voor een ontmoeting!

Via FB zoek ik haar op en al snel hebben we een afspraak op een terras in Zutphen. De plaats waar ik nog woon en waar we samen op school hebben gezeten. In gedachten hoor ik alweer haar stem en manier van praten en als ik haar zie is het een feest van herinneringen en herkenning! De middag is zo voorbij, dus spreken we af dat deze ontmoeting een vervolg gaat krijgen. Deze vervolgafspraak werd wel een heel bijzondere afspraak, nu een paar weken geleden.

De weersverwachting is goed voor die dag, dus ik maak een plaatje voor mijzelf hoe de dag eruit gaat zien. Ik zie ons samen op een terras in Arnhem starten, daarna op de fiets door de stad en we kletsen honderd uit ! Ik heb zin in onze ontmoeting, zeker met dit plaatje erbij J

Maar..... Alsof het zo heeft moeten zijn krijg ik de avond voor onze ontmoeting een berichtje: “Hoi Anita, we hebben morgen een afspraak en ik wil je vragen of je het leuk vindt om mee te gaan naar Wageningen naar Rumah Kita. We zijn aan het zoeken voor een verzorgingshuis voor mijn vader en wil daar graag morgen met hem naar toe. Morgen is er namelijk een Pasar Malam en kunnen we de sfeer proeven en rondkijk”. Nou zeker, dat wil ik wel!

Zonder erbij na te denken zeg ik haar dat het goed is en dat ik me verheug om mee te gaan. Direct laat ik mijn verwachting en planning los, want ik herinner mij direct onze bezoekjes aan mijn oudtante Iet, zij woonde in zo’n zelfde verzorgingshuis in Zeist en als kind ging graag bij haar op bezoek. Ik zie haar nog zo zitten in haar eigen kamer, in een statige, maar toch lekker luie stoel. Haar liefdevolle blik en haar warme stem die mooie verhalen vertellen over vroeger in Nederlands Indië. Ze vertelt ons hoe zij daar leefden en wat ze hebben meegemaakt.

In geuren en kleuren vertelt ze de vreemdste verhalen en ik hang iedere keer weer aan haar lippen, zo mooi als zij kan vertellen. De sfeer in het huis was fijn en deze herinneringen maken mij blij. Natuurlijk wil ik mee, niets liever dan dat!” Eindelijk weer eens in een verzorgingshuis waar ik me meteen thuis voel, waar de verbinding onder de bewoners heel sterk is, waar de gedeelde geschiedenis voelbaar is en waar de bewoners dezelfde taal spreken.

Ik sta de volgende dag op het station te wachten, het station waar ik vroeger vaak kwam om bij mijn vriendinnetje te spelen en al snel zie ik mijn vriendin met de auto aan komen rijden, ik stap bij haar in en samen gaan we op weg naar het huis van haar vader. Na al die jaren ga ik hem weer ontmoeten en ben benieuwd of ik hem nog herken. Blij verrast ben ik als blijkt dat hij nog steeds in hetzelfde huis woont; de grote voortuin met het schuine paadje naar de voordeur herken ik meteen. Hij staat al in de deuropening om ons te begroeten en een brede lach verschijnt op zijn broze gezicht. Hij zegt niet veel, maar ik zie wel dat hij blij is ons te zien. Ook hem herken ik meteen, niets veranderd, alleen wat grijzer geworden. Na elkaar begroet te hebben stappen we in de auto en rijden we naar Wageningen. Het voelt zo vertrouwd en fijn dat we aan een stuk door met elkaar kletsen en lachen en voor we het in de gaten hebben zien we Rumah Kita in onze ooghoeken verschijnen. De straat is helemaal versierd, overal lopen mensen door elkaar, kinderen dansen en zingen en de muziek laat van zich horen. De zon schijnt volop, de geur van lekker eten komt voorbij. Dit alles zorgt voor een feestelijke en tropische sfeer, een echte Indische Pasar buiten in de zon!

Ik voel me vandaag bevoorrecht om hier te mogen zijn, samen met mijn vriendinnetje en haar vader. Vandaag gaan we de sfeer proeven van het verzorgingshuis, ik kan niet wachten om me tussen alle mensen en kraampjes te begeven en hoop dat we snel een parkeerplaats vinden, zodat we kunnen gaan proeven.. Nooit gedacht dat wij deze dag zo samen zouden gaan beleven, maar wat fijn dat ik het vandaag wel echt beleef! Wordt vervolgd.

Lees verder…

Nationale herdenking 2014 te Roermond

Nationale herdenking 2014 te Roermond 

Zaterdag 6 september 2014

Stichting Nationaal Indië monument 1945-1962

Bij aankomst na vertoon van de parkeer plaats en uitnodiging werd de taxi doorgelaten en even later halt gehouden.

Jeugd vriend Ben Saras en ik konden uit stappen . Ik meende me te moeten melden aan een bewaakte ingang, doch we werden door verwezen naar een andere ingang wegens een bom 

 

Bij aankomst na vertoon van de parkeer plaats en uitnodiging werd de taxi doorgelaten en even later halt gehouden.

Jeugd vriend Ben Saras en ik konden uit stappen . Ik meende me te moeten melden aan een bewaakte ingang, doch we werden door verwezen naar een andere ingang wegens een bom controle en melding.

De omweg leidde langs de witte tentzeilen eetkraampjes waar de dampen en geuren van snert een hele schare hongerige wachtenden lokte.

 

 aan de lange tafels deed men zich te goed aan snert met een wit broodje. Voor ons beiden Ben en ik was het nog te vroeg. Dus verkenden we het terrein en zochten tevens onder de groeiende massa naar vrienden en bekenden.

 

De vroege bezoekers die reeds hun stoelen hadden bezet waren vrienden van Ben Saras uit Eindhoven. Het weerzien was uitermate warm , de sfeer onmiddellijk vriendelijk.

Ik was geïnteresseerd in de insignes en lintjes en de betekenis ervan.

Ermee geconfronteerd worden en er weinig tot niets van weten. Bovendien betreffende Nieuw Guinea.. maakte mij tot een nederig gevoelend dom wezen.

We trokken verder op zoek naar het oranje blok waar de zitplaatsen ons opwachten.

Onderweg erheen struinden we over het terrein tussen en in de drukte en beweging van mensen menigte die almaar aangroeide.

Met nog twee uren voor de boeg kon ik met toestemming van de personen foto’s maken en een gesprekje aan gaan betreffende de betekenissen van de ere lintjes van verdienste .

 Ben schoot ongevraagd foto’s van vrienden die er al hadden plaats genomen.

het mannen zangkoor gaf het waktu poyong padi ten gehore

Trots poseerde men voor de opname en soms deelde men een fractie van hun levens ervaring

 

deze heer wilde graag aan me kwijt dat hij belangstelling had voor het artikel dat ik over dit event zou schrijven. Hij overhandigde mij zijn naam kaartje dat ik met evenveel trots zal prijsgeven.

Dhr W G A Faber

Secretaris/wnd redacteur  van

Vereniging Indië Militairen

De Valouwe

Te Ermelo

De heer vertelde dat de ere lintjes slechts miniatuurtjes zijn. Daar de originele veel te zwaar en te groot zijn.

De drie balken zijn het eerbewijs dat hij in contact drie keer in vuur front geraakt is , vuurcontact heeft gemaakt.

Het zwaardere metalen teken onderaan geeft aan dat hij tijdens contact gewond is geraakt

 

Deze heer heeft ons de zitplaatsen gewezen en wilde maar al te graag gevraagd worden te poseren. Het embleem mocht niet ontbreken evenals het boekje. Trots te hebben gediend in Batavia Jakarta. Uiteraard moest een pagina er ook van vermeld worden. Met dank. Ook hier was hij dienst baar voor volk en vaderland en de veiligheid .

 

ook hij diende getrouw en vol liefde het vaderland en zorgde voor welzijn zorg en veiligheid van het volk van Nieuw Guinea

 

 

alle met trots en eerbied maar vooral waardig en diep respect gedragen.

 

Dit roep respect af en bezorgt de mens kippenvel.

Het geheel aan ceremonieel in afgepaste stapjes en pasjes , het respect onderling, het diep respect, de waardering, de saamhorigheid , de eenheid , de vaderlandsliefde en getrouwheid .

Het was er in elke ziel aanwezig. In alle rangen van grootheid en kleinheid , leeftijd , sekse , cultuur.

Er was geen onderscheid. Men is er broeder in dienst en dienstjaren. Lang kort, recentelijk, dus vers.

ogenschijnlijk nonchalant doch zeer alert op het dak van het Informatie gebouw voor het overzicht.

 

dhr M van Rijn , een waardig vertegenwoordiger het hoogtepunt. In alle betekenis.

De zon was wel door het wolkendek doorgebroken.

Uit zuidhoek over het terrein met donderend geweld zonder onheilspellende betekenis, met loeiende motoren , vijf F 16 –s in V formatie

Hand op het hart. Salut. Bless you guys. Have a good one.

Innerlijke tranen.

symbool voor VICTORY

VREDE VEILIGHEID EN VADERLAND

VUUR IN VLAM OP EILAND IN GROEN BEGROEID WATER

 Vruchtbaar en leven gevende elementen

 

zij kwamen uit Middelburg  

 

Het was een warme en gedenkwaardige dag. Een dag uit vele doch om nooit te vergeten.

Een dag van Waardigheid Diep Respect Saamhorigheid Eenheid Vriendschap .

Zij, de veteranen bleven in leven . De afwezige kameraden lieten het leven voor ons, het volk, het vaderland voor de vrede en onze vrijheid en democratie.

SALUT.

Lees verder…