Beste abonnees,
Met ingang van heden komt colomnist Inèz Makadoero wetenswaardigheden over adat en cultuur in Indonesië voor ICM . Hierbij de editie - 14 van Inèz.
Column editie 14
Indonesië – Kledingcodes (4)
In voorgaande edities vertelde ik al iets over de verschillen in kledingcodes tussen de Indonesiër en de westerling. De Indonesiër zèlf kent echter óók verschil in kledingcodes. Het is maar nèt op welk eiland je bent.
Indonesische aapjeskijkers
Wil je van je avonturen in de jungle tussen de bijna naakte Papoea’s bijkomen op de stranden van het toeristische en moderne Bali en gekleed in bermuda of bikini binnen de door de autoriteiten toegestane afmetingen, dan zul je niet zelden een heuse cultuurshock beleven. In plaats van eindelijk jezelf kunnen zijn, ervaar je dan aan den lijve hoe het is om door ‘aapjeskijkers’ van een vreemde cultuur te worden gadegeslagen of aangestaard. Flanerende streng islamitisch geklede toeristen uit andere delen van de Archipel richten met opgetrokken neuzen hun misprijzende blikken op de menigte ingeöliede badgasten. Een dergelijke visuele afkeuring doet je ‘extra large’ zwembroek of bikini gevoelsmatig krimpen tot een gewaagde tangaslip. De oorspronkelijk gepredicte tolerantie tegenover andere godsdiensten en culturen, is dan in de blikken van de inlandse toerist niet meer terug te vinden. Ook de eens zo wereldwijd geroemde verdraagzaamheid van het Balinese Hindoeïsme tegenover de lichamelijkheid van de mens, schijnt tot het verleden te behoren. Het aloude gebruik dat Balinese vrouwen, evenals hun mannen, met ontbloot bovenlijf rondliepen, is daamee verleden tijd geworden. Wie kijkt dan nog vreemd op wanneer je, in een keurige korte broek (mèt omslag) en een gestreken overhemd, een ‘surat jalan’ (reispas) voor Nw. Guinea gaat halen, in gebroken Nederlands van een Balinese ambtenaar te horen krijgt: “Jij eerst lange broek aan, dan terugkomen”.
Ooit begint ergens de preutsheid.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Antwoorden
Beste abonnee's,
Met ingang van heden komt colomnist Inèz Makadoero wetenswaardigheden over adat en cultuur in Indonesië voor ICM . Hierbij de editie - 13 van Inèz.
Column editie 13
Indonesië – Kledingcodes (3)
Hoe preuts is naaktheid? Welnu, daar denkt de Indonesische Papoea anders over
dan de moderne westerling.
Ooit begint èrgens de preutsheid
De doorsnee buitenlandse reiziger heeft aanvankelijk veel problemen met het bepalen van zijn eigen houding in Indonesië wanneer het gaat om de naaktheid van het eigen lichaam. Juist tijdens de avontuurlijkste reizen door bijv. Nw. Guinea, botsen elke dag weer complete werelddelen in hun preutsheid op elkaar. In schril contrast met de bijna naakte Papoea, hijst de beschroomde toerist zich ’s ochtends, in de beschutting van zijn krappe tent, al zuchtend in zijn kleren. Aan het uitpuilende tentdoek herkent een Papoea al snel om welk kledingstuk het gaat. Moediger toeristen begeven zich richting wasplaats met slechts een handdoek om de edele delen. Na de schoonmaakbeurt volgt dan de ceremonie van het aankleden in zijn meestal krappe tent die – al naar gelang de behendigheid – oogt als hoogstaande acrobatiek of lompe danspartij. Gezien vanaf de buitenkant van de steeds wisselende uitpuilingen van de tent, kan de Papoea bij de opvoering van dergelijke scènes zijn lachen niet onderdrukken.
Wilt u weten hoe het er in Bali aan toe gaat? Lees daarover méér in de volgende editie.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Column editie 12
Indonesië – Kledingscodes (2)
In een vorig verhaal heb ik iets verteld over het verschil in beleving van de naaktheid van het eigen lichaam tussen o.a. de Indonesische Papoea en de moderne westerling. Hieronder méér over de kledingcodes in Indonesië.
Afgedragen boetekleed
Terwijl de - meestal slechts van een peniskoker (Koteka) voorziene Papoea - zich zelfverzekerd bezighoudt met het maken van vuur en halen van water uit een put, vertoeft de moderne badgast even zelfverzekerd halfnaakt op het strand. Tóch wordt in Indonesië juist het meest natuurlijke naakt - dat van de Papoea’s -door politiek en religie veelal beschouwd als een illegaal en afgedragen boetekleed. Hun naakte kwetsbaarheid heeft de Papoea niet kunnen behoeden voor de harde hand van de Overheid. De toeristenindustrie is echter volop bezig de standaardkledij van de natuurvolkeren óp te waarderen en te hanteren als kwaliteitskenmerk voor de èchte avontuurlijke reizen. Maar dan nóg zal de reiziger nu - mèt toestemming van de Overheid - enkele kilometers dieper de jungle in moeten trekken om nog een confectievrije zône te ontdekken. Maar de reiziger die denkt in diezelfde jungle zèlf naakt te kunnen lopen, rekent bij vele Papoea-stammen buiten de waard. Dat kleine beetje lichaam dat zij verbergen achter koteka’s, schelpen of bladeren, moet ook ècht onzichtbaar blijven. Wij moeten hun grootmoedigheid dan ook niet verwarren met vrijmoedigheid.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Column editie 12
Indonesië – Kledingscodes (2)
In een vorig verhaal heb ik iets verteld over het verschil in beleving van de naaktheid van het eigen lichaam tussen o.a. de Indonesische Papoea en de moderne westerling. Hieronder méér over de kledingcodes in Indonesië.
Afgedragen boetekleed
Terwijl de - meestal slechts van een peniskoker (Koteka) voorziene Papoea - zich zelfverzekerd bezighoudt met het maken van vuur en halen van water uit een put, vertoeft de moderne badgast even zelfverzekerd halfnaakt op het strand. Tóch wordt in Indonesië juist het meest natuurlijke naakt - dat van de Papoea’s -door politiek en religie veelal beschouwd als een illegaal en afgedragen boetekleed. Hun naakte kwetsbaarheid heeft de Papoea niet kunnen behoeden voor de harde hand van de Overheid. De toeristenindustrie is echter volop bezig de standaardkledij van de natuurvolkeren óp te waarderen en te hanteren als kwaliteitskenmerk voor de èchte avontuurlijke reizen. Maar dan nóg zal de reiziger nu - mèt toestemming van de Overheid - enkele kilometers dieper de jungle in moeten trekken om nog een confectievrije zône te ontdekken. Maar de reiziger die denkt in diezelfde jungle zèlf naakt te kunnen lopen, rekent bij vele Papoea-stammen buiten de waard. Dat kleine beetje lichaam dat zij verbergen achter koteka’s, schelpen of bladeren, moet ook ècht onzichtbaar blijven. Wij moeten hun grootmoedigheid dan ook niet verwarren met vrijmoedigheid.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Indonesië – Editie 7
Indonesië – Auto met chauffeur (2)
In een eerder verhaal heb ik verteld dat een auto met chauffeur in Indonesië niet altijd een zaak is van (zeer) rijk zijn en ook niets te maken hoeft te hebben met een zekere status. Hoe zit het dan wel?
Pure noodzaak en een kwestie van efficiency
De voornaamste oorzaak ligt niet alleen in de lange afstanden die men moet afleggen om van de ene plaats naar de andere te komen. Boosdoener nummer 1 in de grote steden is vooral het enorme drukke verkeer waarbij de voertuigen zich vaak urenlang in een eindeloze stroom slechts stapsgewijs kunnen voortbewegen.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat de huisvrouw meestal een chauffeur in dienst heeft om zich voor de dagelijkse boodschappen te laten afzetten voor de winkel waar ze moet zijn en haar chauffeur uren tijd kwijt is aan het zoeken naar een parkeerplaats. Óók niet verwonderlijk dat de werkende man, de uren die hij noodzakelijkerwijs in de auto doorbrengt, moet besteden aan het doorlezen van zijn papieren danwel zijn zakelijke telefonische contacten. Bovendien vergt het verkeer niet alleen een eindeloos geduld van de chauffeur, maar vraagt het óók om kennis van ongeschreven verkeerswetten en bijzondere rijkunsten. Naast de gebruikelijke theoriekennis van de rijkunst die hij zelfs in zijn dromen moet kunnen opratelen, zal hij tevens bereid moeten zijn om alle verkeersregels regelmatig naast zich neer te leggen. Doet hij dat niet dan kan het verkeren dat zijn werkgever nooit en te nimmer op de plaats van bestemming aankomt. Het ontwijken van verkeersregels vraagt echter óók iets anders van de chauffeur; hij zal te allen tijde moeten proberen om niet in handen te vallen van de verkeerspolitie.
Maar ondanks het hectische en chaotische verkeer, zal het de buitenlandse reiziger opvallen dat hij zelden geconfronteerd wordt met een verkeersincident. Dit zegt iets over de bijzondere rijkunsten van de Indonesische chauffeur en wellicht óók iets over de lankmoedigheid van de Indonesiër.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Enz. enz. enz.
Indonesië – Editie 7
Indonesië – Auto met chauffeur (2)
In een eerder verhaal heb ik verteld dat een auto met chauffeur in Indonesië niet altijd een zaak is van (zeer) rijk zijn en ook niets te maken hoeft te hebben met een zekere status. Hoe zit het dan wel?
Pure noodzaak en een kwestie van efficiency
De voornaamste oorzaak ligt niet alleen in de lange afstanden die men moet afleggen om van de ene plaats naar de andere te komen. Boosdoener nummer 1 in de grote steden is vooral het enorme drukke verkeer waarbij de voertuigen zich vaak urenlang in een eindeloze stroom slechts stapsgewijs kunnen voortbewegen.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat de huisvrouw meestal een chauffeur in dienst heeft om zich voor de dagelijkse boodschappen te laten afzetten voor de winkel waar ze moet zijn en haar chauffeur uren tijd kwijt is aan het zoeken naar een parkeerplaats. Óók niet verwonderlijk dat de werkende man, de uren die hij noodzakelijkerwijs in de auto doorbrengt, moet besteden aan het doorlezen van zijn papieren danwel zijn zakelijke telefonische contacten. Bovendien vergt het verkeer niet alleen een eindeloos geduld van de chauffeur, maar vraagt het óók om kennis van ongeschreven verkeerswetten en bijzondere rijkunsten. Naast de gebruikelijke theoriekennis van de rijkunst die hij zelfs in zijn dromen moet kunnen opratelen, zal hij tevens bereid moeten zijn om alle verkeersregels regelmatig naast zich neer te leggen. Doet hij dat niet dan kan het verkeren dat zijn werkgever nooit en te nimmer op de plaats van bestemming aankomt. Het ontwijken van verkeersregels vraagt echter óók iets anders van de chauffeur; hij zal te allen tijde moeten proberen om niet in handen te vallen van de verkeerspolitie.
Maar ondanks het hectische en chaotische verkeer, zal het de buitenlandse reiziger opvallen dat hij zelden geconfronteerd wordt met een verkeersincident. Dit zegt iets over de bijzondere rijkunsten van de Indonesische chauffeur en wellicht óók iets over de lankmoedigheid van de Indonesiër.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Enz. enz. enz.
Indonesië – Editie 6
Indonesië – Auto met chauffeur (1)
Van een olieland als bijv. Saudi-Arabië weten we dat de rijken in het bezit zijn van één of meerdere (dure) auto’s en één of meerdere chauffeurs in dienst heeft. Één of meerdere auto’s met chauffeur(s) is niet alleen behouden aan regeringsleiders en men dus een zekere status geniet, maar betekent bovenal dat je banksaldo er mag zijn.
Noodzakelijke luxe
Hoewel Indonesië tot een olieproducerend land mag worden gerekend en rijk is aan andere grondstoffen, is het de status van ‘derdewereld land’ nog maar nèt voorbij. Sinds enkele jaren kan Indonesië zich een land in ontwikkeling noemen. Tóch zal het de buitenlandse reiziger niet ontgaan dat een groot deel van de stedelijke bevolking in Indonesië in het bezit is van ten minste één auto met chauffeur. Hoewel men de grens van èchte armoede dan wellicht voorbij is, betekent een auto met chauffeur in veel gevallen echter niet altijd dat men tot de kring der rijken behoort. Integendeel. De meeste Indonesiërs die in het bezit zijn van een auto met chauffeur zullen zich krom moeten werken om zich een dergelijke luxe te kunnen permitteren. De auto met chauffeur is niet méér dan een middel om de dagelijkse bezigheden, maar vooral het betaalde werk dat men onder handen heeft, te kunnen doen in de hen beschikbare tijd. Dus niet zozeer een statussymbool, maar eerder een noodzakelijke ‘luxe’.
Hierover méér in een volgende editie.
Inèz, een kind uit de desa.
Indonesië – Editie 5
Indonesië – Een lief gebaar? (2)
Slavenarbeid?
“Het edelste lichaamsdeel is het hart”, zegt de Indonesiër. Het hart mag je niet beschadigen. Je zal het in ere moeten houden. Ook eigenwaarde – een hart(s)zaak – dien je hoog te houden; een ander zal dat niet neerhalen.
Hoe je de eigenwaarde van de Indonesiër pijnlijk kunt raken, doet zich bijv. voor wanneer je in huiselijke kring de ‘binnenmeid’ een handje wilt helpen. Even zelf het bed verschonen of de strijkbout hanteren; een kleine moeite, zou je zeggen. Of sterker nog de gedachte: “Aan slavernij doe ik niet mee”. Je hebt het dan volkomen mis. Hoezo slavenarbeid? We hebben het toch over betaald werk, gratis onderdak en voeding?
Wat voor soort werk de Indonesiër ook onder handen heeft, hij is daar trots op en is daar blij mee. Het werk uit zijn handen nemen kan worden uitgelegd als een falen van zijn kant en dus ontevredenheid van jouw kant. Duidelijke ‘opdrachten’ worden méér op prijs gesteld en een compliment achteraf kan de mooiste sterren in de ogen tevoorschijn toveren.
Aan de andere kant: zelf je eigen rotzooi opruimen wordt wèl op prijs gesteld. Er is niets zo minderwaardig dan een ander jóuw zooi te laten opruimen.
De Indonesiër het gevoel geven dat hij met ‘minderwaardig’ werk bezig is; dát is pas èchte slavernij!
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Indonesië – Editie 4
Indonesië – Een lief gebaar (1)
Het ‘groot’ worden in twee verschillende culturen is als een miniwereldontdekkingsreis. Het geeft een schat aan kennis en ervaring en maakt dat je je overal snel thuis voelt en weinig problemen hebt met het meedraaien in andere leefstijlen. Uit persoonlijke ervaring kan ik dat met recht zeggen. Maar dat je je desondanks nóg kan vergissen, heb ik óók aan den lijve ondervonden. En ik bedoelde het juist zo lief! Ik waarschuw maar vast.
Kom nooit aan het hoofd van een ander.
Ook kinderen strijk je niet zomaar over het hoofd!
Het hoofd wordt in Indonesië beschouwd als een edel lichaamsdeel. Wijsheid zit immers tussen de twee oren en wijsheid daar heb je respect voor. De Indonesiër drukt zich hierin nóg sterker uit: wijsheid verdient eerbied. Volgens de Indonesische ‘adat’ is het aanraken van iemands hoofd doorgaans niet gebruikelijk, óók niet als vriendschappelijk of lief gebaar. Zelfs in de grootste ruzie waarbij het tot een handgemeen komt, zal de Indonesiër altijd proberen het hoofd van de ander niet te raken. Maar wil men de ander tot in het diepst van zijn ziel beledigen, dan is een klap op het hoofd dus voldoende.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Indonesië – Editie 3
Indonesië - Aanspreken
Spreek niemand aan met ‘hé’!
Onder het motto: alle beestjes hebben een naam, hieronder enkele ‘weetjes’ over hoe men in Indonesië iemand in het dagelijkse leven aanspreekt en hoe de Indonesiër het graag verwacht van de niet-Indonesiër.
Strict formeel worden mannen en vrouwen aangesproken met: tuan (mijnheer/lees: toean), resp. nyonya (mevrouw/lees: njonja).
In informele sfeer worden mannen of de gastheer vaak aangesproken met: Bapak (= man en betekent letterlijk: vader), en vrouwen of de gastvrouw met: Ibu (= vrouw en betekent letterlijk: moeder/lees: ieboe).
Meestal wordt daarbij ook de naam van de aangesprokene genoemd, dus bijv.: Bapak Jansen, Ibu Smits of Bapak Ferry en Ibu Marjan.
Ieder ander (bijv. op straat of in een winkel) spreek je aan met Pak (afkorting van Bapak) of Bu (afkorting van Ibu).
Buiten de huiselijke kring, wordt het begrip vader en moeder in Indonesië dus ook in meer algemene zin gebruikt.
Bij het aanspreken van kinderen waarvan je de naam niet weet, wordt er geen verschil gemaakt tussen jongens en meisjes. In zo’n geval spreek je de kinderen aan met: Dik (afkorting van Adik, betekent letterlijk broertje of zusje).
Mannelijke toeristen worden doorgaans (meestal op straat) met “mister” aangesproken, vooral door kinderen. De benaming ‘mister’ betekent in de ogen van de kleine Indonesiër dat je ‘op niveau en belangrijk bent’.
Buitenlandse vrouwen daarentegen worden door de Indonesiër niet snel zomaar aangesproken. Men vindt dat niet beleefd. Andersom zal het de buitenlander niet kwalijk worden genomen als die de Indonesiër wèl zomaar aanspreekt. Buitenlanders en vakantiegangers kunnen in Indonesië dus iedereen (zomaar) aanspreken, mits men de juiste benamingen en de juiste toon hanteert.
Wordt vervolgd.
Inèz, een kind uit de desa.
Inez, of moet ik zeggen Ibu Inez? Dit is geweldig. Ik ben me aan t orienteren . Ga in november voor 't eerst weer vanwege de roots onderzoektocht van west naar oost. Heb me al volledig laten inlichten bij douane, ggd, Indonesische consulaat Den Haag, elke info ter voorbereiding. En dan dit ..geweldig inzicht in cultuur . Dank je.
Zal het geduldig blijven volgen. Nogmaals dank.