De laatste dagen van mijn Hollandse jeugd.

 

 

Men vraagt mij vaker, waarom schrijf je zoveel over jouw verleden tijd en niet over

het heden?

Het antwoord erop weer ik niet, misschien omdat de tegenwoordige tijd het niet toelaat om je zaken te doen herinneren die belangrijk genoeg zijn om over te schrijven.

 

Net als vele van jullie van de tweede en eerste generatie heb ik mijn kindertijd in Indonesië doorgebracht. Het is natuurlijk daarom dat ik daar zovele mooie en verdrietige herinneringen aan over heb gehouden.

 

Niet ieders leven is hetzelfde, gelukkig maar en aan de andere kant, helaas niet. Gelukkig maar in de zin van dat niet iedereen hetzelfde hoeft mee te maken.

Anderzijds zou het voor de ongelukkigen misschien wel uitkomen.

 

Ik heb in ieder geval een hectische tijd meegemaakt in datzelfde Indonesië van voor 1960.

 

Er is veel gebeurd, veel heb ik moeten zien en veel heb ik moeten achterlaten, het is een heel leven in een korte periode, want de verandering, het leven hier in Holland is geheel anders. Heel veel anders zelfs zo anders, dat je kunt spreken van een tweedeling van jouw leven.

Mijn leven is inderdaad een deling van toen en nu, heel verschillend alsof ik tweemaal geboren ben en een maal gestorven.

Een deel van mij is gestorven toen ik op de boot naar Nederland vertrok, daar is mijn nieuwe leven begonnen.

 

Ik ga terug naar mijn eerste leven kort voor het vertrek van ons gezin, waar onze familie leden nog aanwezig waren, mijn nichten, neven etc., sommige ver van elkaar wonende en enkele heel dichtbij in de buurt.

 

Jakarta was toen nog geen metropool met zijn hoge torenflats die de bewoners van New York jaloers zouden maken.

 

De visites van jouw familie en vrienden was langzaam aan het afnemen, iedere maand was er wel weer iemand vertrokken.

Het is alsof je in een trechter terecht bent gekomen waaruit heel langzaam jouw bekende omgeving wegsijpelt.

 

Vrienden, vriendinnen, familieleden, geliefden en kennissen, ze vertrokken allemaal en daarmee lieten ze een lege plek achter, niet alleen in de voormalige wijken en hun huizen, maar heel erg in jouw leven, je mist ze en realiseert je dat jouw bekende veilige omgeving aan het verdwijnen is.

 

Als er iemand is vetrokken dan moet je soms even diep ademhalen, want als kind begreep je het niet allemaal zo goed. Waarom moest alles zo veranderen wat je jaren lang als normaal hebt beschouwd, ineens voel je de kille dreiging van de politieke situatie.

 

 Ineens geeft het een signaal af dat er iets heel ergs gaat gebeuren.

Ineens merk je ook dat je niet meer zo veilig meer over straat kan.

Ineens krijg je zo maar van de ene op de andere dag vreemden die je uitschelden om jouw afkomst en ineens werd het je pijnlijk bewust dat je toch niet dezelfde bent die je zo kort van te voren wel bent geweest, namelijk een kind wonend in een land waar je geboren bent. Je bent ineens een vreemde.

 

Vriendjes van vroeger zijn ineens jouw tegenstanders, vriendjes van vroeger waar je kortgeleden nog mee op school zat, zijn er niet meer, weg uit jouw leven van de ene op de andere dag.

Jouw school loopt leeg, jouw buurt verandert, jouw dierbaren verdwijnen, en dat binnen een paar maanden, weken of dagen. Je kunt het niet bijhouden en het is verwarrend, het maakt je onzeker en angstig.

 

Ik herinner mij de laatste dagen van mijn nichtje met wie ik een heel goede band had. Ze haalde mij heel vaak op met haar zuster en moeder om een paar dagen bij hun te logeren.

Ik was er altijd een beetje verlegen door want ze was op haar manier verliefd op mij. En meisjes kunnen een jongens hartje ook op jonge leeftijd op hol doen slaan. Ze zijn heel kameraad schappelijk, winden je om hun vinger en laten ja als een poppetje aan touwtjes dansen. En natuurlijk voeren zij de regie.

 

Ze woonden in de wijk kemajoran, het was toen nog een wijk in aanbouw, de vrijstaande woningen staan ver van elkaar verwijderd en er is nog heel veel braak terrein ertussen in.

 

Verderop zie ik nog de blauwe omtrekken van de gunung agung (vulkaan) aan de horizon.

Ik heb er altijd met veel respect naar zitten kijken, een puntige berg met vele kleuren afhankelijk van het uur van de dag. In de morgen was hij blauw grijs, in de middag blauw met bruin aan de top en in de avond kleurt hij groen en wordt dan zwart naarmate de zon ondergaat.

 

DE laatste dagen van het samenzijn met mijn nichtje die ik al vanaf de tweede klas van de lagere school heb leren kennen en waar ik gelijk mee bevriend was, waren heel mooi. Het was fijn om met haar samen te zijn en wij wisten dat zij binnenkort weg zou gaan naar Nederland.

 

De dingen die wij samen deden als twee kinderen waren leuk, zo ontdekten wij de omgeving, de ruige onaangeroerde natuur rondom de wijk met de vele diertjes die er leefden, het gewoon heerlijke samenzijn, gelukkig in elkanders nabijheid, wetende dat je om elkaar geeft. Ook wetende dat je afscheid gaat nemen op het moment dat ik weer terug naar huis moest.

Ik hield van haar, mijn lievelingsnichtje waar ik op school zoveel meemaak, we zaten in dezelfde klas.

 

 

Natuurlijk niet zoals in de volwassen wereld, maar het kind zijn in alle onschuld en onbevangenheid.

Ik heb nooit meer zo’n onbevangenheid meegemaakt in mijn volwassen leven, waar de haast en het jachtige leven van alledag je de gelegenheid niet voor gaf.

Of was het de volwassenheid die je anders maakte?

 

Mijn nichtje was een verre nicht en een sierlijk meisje, heeft een willetje waar ik vanaf het eerst moment dat ik met haar kennismaakte mee in botsing kwam.

Ze was heel open en eerlijk en dat was wat mij zo aan haar bond, ze werd mijn beste kameraadje op school en in de klas, wedijverden met elkaar om de goede cijfers en daarmee hielp ze mij onbewust om goede resultaten te behalen, want wie wil er nou onderdoen voor een meisje? Ik niet, want ik wilde indruk maken en jochies zijn toch stoer en veel slimmer?

 

Nee dus, ze manipuleerde mij bij het leven en ik deed onbewust alles wat zij wilde, al ging het soms tegen mijn stoer zijn gevoelens in.

Me Tarzan, you Jane, nou wie was dan de sterkste? Ik dacht….dat ik het was.

 

Ineens was ze weg, weg uit de klas, weg van de school en weg uit mijn leven.

De klas was niet meer wat het was, ik had niet meer zo’ n behoefte om de beste resultaten te behalen. De bank net naast mij was verlaten.

Het magnetisme van de persoon die daar rustig zat te schrijven, mij ondertussen uitdagend aan te kijken zo van, ik ga jou overtroeven, was er niet meer.

De plaats was kil en onwerkelijk leeg.

 

DE sfeer werd allengs grimmiger op school naarmate de Nieuw Guinea kwestie vorderde.

Leraren verdwenen en Indonesische vreemde leerkrachten vervingen hun.

Wij moesten Indonesisch praten en de lessen werden in Indonesisch geven, velen van ons die nog op school zaten van de oorspronkelijke samenstelling konden de lessen niet meer volgen. De taal was vreemd de manieren van de leraren waren vreemd, de hele sfeer en atmosfeer was ineens zo anders, zo onbekend geworden en ook zo dreigend.

 

Dat duurde niet lang, want een voor een gingen mijn vroegere klasgenootjes weg en werden de banken opgevuld met Indonesische kindertjes die heel anders waren dan ik.

Die paar overgebleven kameraadjes van vroeger en ik, wij hechten ons aan elkander om veilig te zijn en tenminste een begrijpbare kleine gemeenschap te hebben, die ook uiteen viel door vertrek, de een na de ander.

 

Het vertrek van mijn nichtje en beste kameraadje was het symbool van de verandering.

Ik miste haar vreselijk, het gaf mij binnen in een leegte van jewelste, niet te begrijpen op dat moment.

Het maakte je eenzaam, het gaf een onbeschermd gevoel en je weet niet meer of je haar ooit terug zal zien, waar ze heen is gegaan en hoe het haar zal gaan.

Vragen waarop je geen antwoord wist en die maakten dat je de persoon nog erger gaat missen wetende dat ze definitief uit jouw leven is gehaald.

 

De klas was niet meer mijn klas en de stoere jongen was ik niet meer, waar moest ik nog stoer voor doen?

Wie moest ik zo nodig nog imponeren? Mijn twee benen die zij op de grond hield, waren deels verlamd, ik wankelde verder alsof ik voor een deel verlamd was.

 

DE school was niet meer de plek waar ik iedere dag graag naar toe ging, de sportuurtjes, de pauzes, het uitgaan van de school, het schoolplein, de weg naar huis van school. Alles was anders, leeg.

 

Zo, ging het met vele dierbaren in die tijd, ze vertrokken en lieten je achter.

De anderen die de plaatsen overnamen waren vreemden, met een andere cultuur, andere taal en andere mentaliteit. Je werd niet door hun geaccepteerd, eerder werd je als vijand bejegend.

 

Mijn onbevangen Hollandse jeugd veranderde in een nacht merrie door de opeenvolgende vervelende en trieste gebeurtenissen totdat ook voor ons het moment aangebroken was dat wij moesten vertrekken.

 

Ik sloot met mijn jeugd ook het ene deel van mijn leven af en werd volwassen in een heel andere omgeving, die net zo vreemd bleek te zijn als die van de verandering in de laatste dagen van mijn Indonesië tijd.

 

Ik heb nooit meer wat van mijn kameraadje en nichtje gehoord.

Die laatste dagen bij haar als loge, waren de laatste dagen van ons samenzijn.

Wij beiden sloten een leven af, in een tijd waar vrede in een oorlog veranderde.

Van het en op het andere moment is ons kind zijn ons afgenomen.

 

Albert van Prehn (ICM Moderator) 10 maart 2010.

 

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

E-mail me wanneer mensen antwoorden –