Het verraad van Lombok

Het verraad van Lombok10897421053?profile=original

Expeditie tegen Balinezen

’Verraad!’ Groot was de verontwaardiging in Nederlands-Indië en Nederland over het bloedbad dat Balinese krijgers op 25 augustus 1894 aanrichtten in het bivak van Nederlands-Indische troepen bij de stad Tjakranegara op Lombok. 98 militairen vonden de dood.

’Een lafhartige overval”, klonk het 125 jaar geleden in de doorgaans nuchtere publieke opinie. Er waren immers vredesonderhandelingen bezig met de Balinese kroonprins Anak Agung Ketut. Het militaire conflict ging over de onderdrukking door de hindoeïstische Balinezen van de islamitische Sasaks op Lombok. Voor het gouvernement in Batavia was dit hét bewijs dat het Balinese vorstenhuis te machtig werd.

De moordpartij was georganiseerd door enkele Balinese punggawa’s. Deze regionale leiders waren ontevreden over de resultaten van de besprekingen, die de onafhankelijkheid van de Balinese enclaves op Lombok in gevaar brachten. Buiten medeweten van de kroonprins en zijn vader, de radja van Lombok, lieten zij ’s nachts de Nederlanders overvallen. Laf, maar de commandant, generaal-majoor J.A. Vetter, had wel waakzamer moet zijn, zo luidde de kritiek.

Tot de slachtoffers behoorde de plaatsvervangend commandant, generaal-majoor P.P.H van Ham, die ook meedeed aan de onderhandelingen. „Dit kunnen we niet accepteren”, klonk het in Batavia. Gouverneur-generaal jhr. Aart van der Wijck stuurde als versterking nog eens 1000 militairen, die Lombok dorp voor dorp begonnen te veroveren. Mataram werd compleet verwoest en toen de troepen de poeri, de nederzetting met het paleis van de kroonprins, naderden, pleegden zijn familieleden, zijn volgelingen en hij met krissen ritueel zelfmoord.

„Ik stuur je 1200 extra militairen”, riep de gouverneur-generaal nadat commandant Vetter had geklaagd dat hij niet genoeg troepen had voor een aanval op Tjakranegara, waar de oude radja zich in zijn paleis had verschanst.

Onder de militairen die meededen aan de aanval op de poeri was de 25-jarige officier Hendrik Colijn, die later minister en premier van vijf kabinetten zou worden. Uit een na zijn dood door historicus Herman Langeveld ontdekte brief aan zijn vrouw blijkt hoe wreed het eraan toeging bij de gevechten. Hieraan deden, naar Balinees gebruik, ook de vrouwen mee, soms met hun kind op de arm:

„Ik heb er een gezien die, met een kind van ongeveer 1/2 jaar op den linkerarm, en een lange lans in de rechterhand op ons aanstormde. Een kogel van ons doodde moeder en kind. We mochten toen geen genade meer geven. Ik heb 9 vrouwen en 3 kinderen, die genade vroegen, op een hoop moeten zetten, en zoo dood laten schieten. Het was onaangenaam werk, maar ’t kon niet anders. De soldaten regen ze met genot aan hun bajonetten. ’t Was een verschrikkelijk werk. Ik zal er maar over eindigen.” Colijn kreeg in 1895 de Militaire Willemsorde voor zijn optreden dat pas 100 jaar later op kritiek stuitte.

Na de inname van Tjakranegara, die 2000 Balinezen en 50 militairen van het Nederlands-Indische leger het leven kostte, werd de radja gevangen genomen en verbannen naar Batavia, waar hij een jaar later overleed. Zijn familieleden pleegden zelfmoord. Met de macht van de Balinese radja over Lombok was het daarna afgelopen. Het eiland werd onder direct gezag van het Nederlands-Indisch gouvernement geplaatst.

De expeditie naar Lombok leverde Nederland behalve macht ook lucratieve zaken op. Zo legaliseerde Den Haag opium, die tot dan toe op het eilaand verboden was, en stond de invoer toe. Hierdoor werd het verdovende middel voor ons land de belangrijkste inkomstenbron uit het eiland. Maar nog mooier was de ’Lombokschat, die soldaten buit maakten. Veel is in 1977 teruggeven maar het pronkstuk, de 75 karaats ’Lombokdiamant’, is nog steeds te bewonderen in Leiden.

Gaat u maar rustig slapen’
10897421076?profile=original

Hendrik Colijn ontbrak tijdens de overval op het bivak. Hij kwam pas later naar Lombok. Anders was hij wellicht ook afgeslacht, zoals generaal P.P.H van Ham, tweede van links op de groepsfoto tussen kroonprins Anak Agung Ketut en zijn commandant, P.A. Vetter. Colijn schopte het tot adjudant van (gouverneur)generaal Jo van Heutz, Kamerlid, oliebaron, minister en premier. Hij kreeg kritiek op zijn crisisbeleid en zijn oproep ‘Gaat u maar rustig slapen’ nadat Hitler in 1936 het Rijnland had bezet.

Bronvermelding Teelgraaf 20/8/19

E-mail me wanneer mensen hun opmerkingen achterlaten –

U moet lid zijn van ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025 om opmerkingen toe te voegen!

Doe mee ICM - abonnement 8 euro per maand periode 2024 - 2025

Blog Topics by Tags

Monthly Archives